74
7. Elektrische installaties
Sensor handmatig kalibreren
Het systeem kan handmatig worden gekalibreerd als er geen
12V-apparaat is ingeschakeld.
Schakel de elektronica van het woongedeelte uit door de
accuhoofdschakelaar te openen (zie positie accuhoofdscha-
kelaar). Nu kan de sensor worden gekalibreerd; dit duurt ca. 3
uur. Als nu de accuhoofdschakelaar weer wordt ingeschakeld,
moet op de display de waarde '1' verschijnen.
Tijdens de kalibratie mag het voertuig niet zijn aangeslo-
ten op het 230V-boordnet (de acculader mag de accu
tijdens de kalibratiefase niet opladen). Ook mag het vo-
ertuig niet worden gestart zolang de sensor voor de star-
taccu wordt gekalibreerd.
Charger (accu opladen)
De accu wordt opgeladen via de acculader bij
230V-netaansluiting, de geïntegreerde ventila-
tor is actief.
De accu wordt opgeladen via de acculader bij
230V-netaansluiting, de geïntegreerde ventila-
tor is uitgeschakeld.
De accu wordt opgeladen via de dynamo, de
motor is gestart. De acculader is niet actief.
Foutmeldingen
09.01.15
12:30
23,5 °C
18,0 °C
Waarschuwingsmelding onderspanning
Deze waarschuwing verschijnt als er gedurende ten minste 3
minuten in een accu een spanningswaarde van 10,8V of lager
wordt gemeten.
In het menu licht het symbool van de betreffende accu, huis-
of startaccu op.
Na het bevestigen van de melding moet de accu onmiddellijk
worden opgeladen.