6. Inspectie en onderhoud
De correcte werking van het ventilatiesysteem, het vermogen en de
levensduur kunnen alleen worden gegarandeerd als het systeem
volgens de onderstaande voorschriften wordt geïnspecteerd en
onderhouden. Deze voorschriften zijn gebaseerd op normale
bedrijfsomstandigheden.
ä
Let op!
Wanneer het ventilatiesysteem functioneert onder zware
bedrijfsomstandigheden of in een extra vervuilde omgeving kan
extra onderhoud noodzakelijk zijn.
6.1. Onderhoud
De dakventilator behoeft in principe weinig onderhoud.
De ventilator moet eens per 2 jaar geïnspecteerd worden.
●
Onder normale omstandigheden dient de dakventilator ééns in
●
de 5 jaar intern gereinigd te worden.
6.1.1. Reiniging van de motormodule met waaier
Afhankelijk van de vervuiling moet de dakventilator periodiek
schoon worden gemaakt.
Het schoonmaken van de waaier is zeer eenvoudig.
a) Maak de dakventilator spanningsloos met de werkschakelaar.
b) Draai de 3 schroeven van het beschermrooster los en verwijder
ze. Neem het beschermrooster weg.
c) Draai de 4 schroeven van het deksel los en verwijder ze.
d) Neem het deksel weg.
32
e) Draai de 4 schroeven op de hoeken van de metalen afdekplaat
los en verwijder ze.
f)
Neem de motormodule met waaier (en eventueel de
transformator) voorzichtig uit de ventilator.
g) Leg de motormodule op zijn kop op de motorsteunen. De
bedrading hoeft niet losgehaald te worden.
h) Reinig de waaier.
i)
Monteer de motormodule met waaier (en eventueel de
transformator) in omgekeerde volgorde.
Opmerking
Lagers kunnen niet vervangen worden. De motorwaaier dient
dan vervangen te worden.