Pagina 7
Tips voor netwerkcommunicatie............387 De kaartsleuf gebruiken via een netwerk.
Pagina 8
Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma)..... . 438 Afdrukken met de basisinstellingen..........439 Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (mediumtype).
Pagina 9
Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld........
Pagina 10
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken..........Afdrukken met Google Cloud Print.
Pagina 11
Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)?......... . . 697 IJ Scan Utility starten.
Pagina 12
Instellingen voor invoer........... . . 839 Instellingen voor uitvoer.
Pagina 13
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 1..922 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 2..923 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 3..924 Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 4.
Pagina 14
Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/Zichtbare witte strepen... . 981 Lijnen worden verkeerd afgedrukt..........984 Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows).
Pagina 15
Foutberichten van IJ Scan Utility........... . . 1028 Foutberichten van ScanGear (scannerstuurprogramma).
Pagina 20
• In principe zijn de beschrijvingen op deze site gebaseerd op het product ten tijde van de oorspronkelijke verkoop. • Deze site bevat niet alle handleidingen van alle producten die worden verkocht door Canon. Indien u een product gebruikt dat niet wordt beschreven op deze site, raadpleegt u de handleiding die is geleverd bij het product.
Pagina 21
• In Internet Explorer 8 1. Druk op de Alt-toets om de menu's weer te geven. U kunt ook Extra (Tools) > Werkbalken (Toolbars) > Menubalk (Menu Bar) selecteren om de menu's weer te geven. 2. Selecteer Pagina-instelling... (Page Setup...) in het menu Bestand (File). 3.
Pagina 22
Deze online handleiding gebruiken Symbolen in dit document Gebruikers van aanraakgevoelige apparaten (Windows) Symbolen in dit document Waarschuwing Instructies die u moet volgen om te voorkomen dat er als gevolg van een onjuiste bediening van het apparaat gevaarlijke situaties ontstaan die mogelijk tot ernstig lichamelijk letsel of zelfs de dood kunnen leiden.
Pagina 23
Adobe Systems Incorporated in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Bluetooth is een handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc., V.S. en gebruiksrecht van dit product is verleend aan Canon Inc. Opmerking • De officiële naam van Windows Vista is Microsoft Windows Vista-besturingssysteem.
Pagina 24
http://www.apache.org/licenses/ TERMS AND CONDITIONS FOR USE, REPRODUCTION, AND DISTRIBUTION 1. Definitions. "License" shall mean the terms and conditions for use, reproduction, and distribution as defined by Sections 1 through 9 of this document. "Licensor" shall mean the copyright owner or entity authorized by the copyright owner that is granting the License.
Pagina 25
otherwise transfer the Work, where such license applies only to those patent claims licensable by such Contributor that are necessarily infringed by their Contribution(s) alone or by combination of their Contribution(s) with the Work to which such Contribution(s) was submitted. If You institute patent litigation against any entity (including a cross-claim or counterclaim in a lawsuit) alleging that the Work or a Contribution incorporated within the Work constitutes direct or contributory patent infringement, then any patent licenses granted to You under this License for that Work shall terminate...
Pagina 26
License or out of the use or inability to use the Work (including but not limited to damages for loss of goodwill, work stoppage, computer failure or malfunction, or any and all other commercial damages or losses), even if such Contributor has been advised of the possibility of such damages. 9.
Pagina 27
Typ trefwoorden in het zoekvenster en klik op (Zoeken). U kunt zoeken naar doelpagina's in deze handleiding. Voorbeeld: '(modelnaam van uw product) papier plaatsen' Zoektips U kunt in het zoekvenster trefwoorden invoeren om te zoeken naar doelpagina's. Belangrijk • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar in sommige landen/regio's. Opmerking •...
Pagina 28
Opmerking • Het weergegeven scherm hangt af van uw product. • Zoeken naar toepassingsfuncties Voer de naam van uw toepassing in plus een trefwoord voor de functie waarover u informatie zoekt Voorbeeld: als u wilt weten hoe u collages kunt afdrukken met My Image Garden Voer in het zoekvenster "My Image Garden collage"...
Pagina 29
Het apparaat gebruiken Foto's afdrukken vanaf een computer Originelen kopiëren Foto's afdrukken Disclabels afdrukken vanaf een computer Een disclabel kopiëren...
Pagina 30
Foto's afdrukken vanaf een computer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's kunt afdrukken met My Image Garden. In dit gedeelte worden vensters gebruikt die worden weergegeven wanneer het besturingssysteem Windows 8.1 (hierna Windows 8.1 genoemd) wordt gebruikt. 1. Trek cassette 1 uit het apparaat. 2.
Pagina 31
Als een bericht op het scherm wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen in het bericht om de registratie te voltooien. 6. Open de papieruitvoerlade (A). 7. Klik op het pictogram My Image Garden (B) in Quick Menu. Het scherm Hulpmenu (Guide Menu) wordt weergegeven. Opmerking •...
Pagina 32
9. Klik op de map (D) met de foto's die u wilt afdrukken. 10. Klik op de foto's (E) die u wilt afdrukken. Voor Windows: Om twee of meer foto´s tegelijk te selecteren, klikt u op de foto´s terwijl u de Ctrl-toets ingedrukt houdt. Voor Mac OS: Om twee of meer foto´s tegelijk te selecteren, klikt u op de foto´s terwijl u de opdrachttoets ingedrukt houdt.
Pagina 33
Voor Mac OS: Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken (Print) in het bevestigingsbericht. Opmerking • Met My Image Garden kunt u afbeeldingen op uw computer, zoals foto´s van een digitale camera, op meerdere manieren gebruiken. Handleiding voor My Image Garden (Windows) Handleiding voor My Image Garden (Mac OS)
Pagina 34
Originelen kopiëren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u originelen plaatst en deze op gewoon papier kopieert. 1. Trek cassette 2 uit het apparaat. 2. Plaats de papierstapel MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN. 3. Lijn de papiergeleiders uit met de papierlengte en -breedte. 4.
Pagina 35
Als een bericht op het scherm wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen in het bericht om de registratie te voltooien. 6. Open de papieruitvoerlade (A). 7. Trek de papieruitvoersteun (B) uit. 8. Raak de knop HOME (C) aan. 9. Tik op Kopiëren (Copy) (D).
Pagina 36
13. Controleer de papierinstellingen en raak vervolgens de knop Zwart (Black) of de knop Kleur (Color) (G) aan. Belangrijk • Wacht met het openen van de documentklep totdat het kopiëren is voltooid. Opmerking • Uw apparaat is uitgerust met nog veel meer handige kopieerfuncties. Kopiëren...
Pagina 37
Foto's afdrukken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's op een geheugenkaart kunt afdrukken. 1. Trek cassette 1 uit het apparaat. 2. Plaats de papierstapel verticaal MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN. 3. Lijn de papiergeleiders uit met de papierlengte en -breedte. 4.
Pagina 38
Als een bericht op het scherm wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen in het bericht om de registratie te voltooien. 6. Open de papieruitvoerlade (A). 7. Plaats de geheugenkaart. * In de afbeelding hieronder wordt de SD/SDHC-geheugenkaart als voorbeeld weergegeven. Opmerking •...
Pagina 39
Belangrijk • Verwijder de geheugenkaart niet tijdens het afdrukken. Gegevens op de geheugenkaart kunnen beschadigd raken. Opmerking • Uw apparaat is uitgerust met veel andere handige fotoafdrukfuncties. Fotogegevens afdrukken...
Pagina 40
Disclabels afdrukken vanaf een computer In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto's afdrukt op een afdrukbare schijf met My Image Garden. In dit gedeelte worden vensters gebruikt die worden weergegeven wanneer het besturingssysteem Windows 8.1 (hierna Windows 8.1 genoemd) wordt gebruikt. Belangrijk •...
Pagina 41
4. Klik op OK (D). 5. Wanneer een dialoogvenster wordt weergegeven, klikt u op OK. 6. Klik op Afbeelding toevoegen (Add Image) (E) en selecteer de foto's die u op het disclabel wilt afdrukken. Opmerking • De indeling kan anders dan verwacht zijn. Dit is afhankelijk van de fotogegevens of analyseresultaten van de geselecteerde afbeeldingen.
Pagina 42
Voor Mac OS: Klik op OK en klik vervolgens op Afdrukken (Print) in het bevestigingsbericht. Klik op OK als het bevestigingsbericht opnieuw verschijnt. 11. Open de papieruitvoerlade (J). 12. Als het bericht wordt weergegeven dat u de afdrukbare disc moet plaatsen, opent u de geleider van de disclade (K).
Pagina 43
14. Plaats de disclade op de geleider van de disclade. Houd de disclade recht terwijl u deze in de printer duwt totdat de pijl ( ) op de geleider van de disclade bijna samenvalt met de pijl ( ) op de disclade. 15.
Pagina 44
Een disclabel kopiëren In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het label van een bestaande disc (BD/dvd/cd etc.) kopieert en afdrukt op een afdrukbare disc. 1. Raak de knop HOME (A) aan. 2. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanc.
Pagina 45
6. Open de documentklep (G). 7. Plaats de BD/dvd/cd die u wilt kopiëren MET DE LABELZIJDE NAAR BENEDEN op de glasplaat. 8. Sluit de documentklep. 9. Tik op OK op het aanraakscherm. 10. Controleer de afdrukinstellingen en raak vervolgens de knop Zwart (Black) of de knop Kleur (Color) (H) aan.
Pagina 46
13. Plaats de afdrukbare disc met het te bedrukken oppervlak naar boven in de disclade. De disclade kan worden bevestigd in de achterzijde van cassette 1. 14. Plaats de disclade op de geleider van de disclade. Houd de disclade recht terwijl u deze in de printer duwt totdat de pijl ( ) op de geleider van de disclade bijna samenvalt met de pijl ( ) op de disclade.
Pagina 47
De disclade schuift het apparaat in en het kopiëren wordt gestart. Nadat het kopiëren is voltooid, trekt u de disclade uit het apparaat. Belangrijk • Wacht met het openen van de documentklep totdat het kopiëren is voltooid. Opmerking • Uw apparaat is voorzien van veel andere afdrukfuncties voor disclabels. Disclabels afdrukken...
Pagina 48
Eenvoudig scannen met de automatische functie Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Meerdere originelen tegelijk scannen PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/ SELPHY Afdrukken met Windows RT De printergegevens controleren...
Pagina 49
Met gemak draadloos verbinden met een 'directe verbinding' Het apparaat ondersteunt een 'directe verbinding', waarbij u draadloos verbinding kunt maken met het apparaat vanaf een computer of smartphone, zelfs in een omgeving zonder een draadloze router. Schakel via eenvoudige stappen naar de 'directe verbinding' om draadloos te kunnen scannen en afdrukken.
Pagina 50
Eenvoudig foto's afdrukken met My Image Garden Eenvoudig afbeeldingen ordenen In My Image Garden kunt u de namen van personen en gebeurtenissen bij foto's opslaan. U kunt foto's eenvoudig ordenen, omdat u deze niet alleen per map kunt weergeven, maar ook per agenda, gebeurtenis en persoon.
Pagina 51
Automatisch foto's plaatsen U kunt eenvoudig schitterende items maken, omdat de geselecteerde foto's automatisch op thema worden geplaatst. Diverse andere functies My Image Garden biedt een groot aantal andere nuttige functies. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. De mogelijkheden van My Image Garden (Windows) De mogelijkheden van My Image Garden (Mac OS)
Pagina 52
Eenvoudig prachtige persoonlijke disclabels (cd's/dvd's/BD's) maken en afdrukken Afdrukken zonder computer U kunt zelfs zonder computer eenvoudig disclabels afdrukken. Raadpleeg 'Disclabels afdrukken' voor meer informatie. Items maken en afdrukken met My Image Garden Gebruik My Image Garden om uw favoriete foto's met kant-en-klare ontwerpen te combineren om persoonlijke disclabels te maken en af te drukken.
Pagina 53
U kunt premium inhoud eenvoudig downloaden via My Image Garden of Easy-PhotoPrint+. Premium inhoud die u hebt gedownload, kunt u rechtstreeks afdrukken met My Image Garden of Easy-PhotoPrint+. Als u premium inhoud wilt downloaden, zorg dat voor alle kleuren originele Canon-inkttanks/-inktpatronen zijn geïnstalleerd in een ondersteunde printer.
Pagina 54
Items afdrukken met Easy-PhotoPrint+ (webtoepassing) U kunt altijd en overal eenvoudig persoonlijke items, zoals agenda's en collages, maken en afdrukken door vanaf een computer of tablet Easy-PhotoPrint+ op internet te openen. Met Easy-PhotoPrint+ kunt u in de allernieuwste omgeving en zonder iets te moeten installeren items maken.
Pagina 55
Beschikbare verbindingsmethoden De volgende verbindingsmethoden zijn beschikbaar op het apparaat. Draadloze verbinding • Met een draadloze router • Zonder een draadloze router Bedrade verbinding USB-verbinding Draadloze verbinding Er zijn twee methoden om de printer met uw apparaat (zoals een smartphone) te verbinden. Met de ene methode maakt u verbinding via een draadloze router en met de andere methode maakt u verbinding zonder draadloze router.
Pagina 56
• Verbinding via een draadloze router ◦ Verbind de printer en een apparaat via een draadloze router. ◦ De verbindingsmethoden hangen af van het type draadloze router. ◦ U kunt de netwerkinstellingen, zoals het SSID en het beveiligingsprotocol, op de printer wijzigen. ◦...
Pagina 57
Beperkingen (Wordt weergegeven in een nieuw venster)
Pagina 58
Directe verbinding (Windows XP) Beperkingen (Wordt weergegeven in een nieuw venster) 1. Als de knop HOME (A) op de printer brandt, raakt u de knop HOME aan. Als een foutscherm wordt weergegeven, tikt u op OK en raakt u de knop HOME aan. 2.
Pagina 59
6. Tik op Details. 7. Tik op Ja (Yes). 8. Controleer het Wachtwoord (Password) (netwerksleutel) en tik op OK. U gebruikt de SSID en het Wachtwoord (Password) (netwerksleutel) in de volgende stappen. 9. Tik op OK. 10. Klik in het systeemvak van de taakbalk van de computer met de rechtermuisknop op het pictogram Draadloze netwerkverbinding (Wireless Network Connection) en selecteer vervolgens Beschikbare draadloze netwerken weergeven (View Available Wireless Networks).
Pagina 60
12. Voer het Wachtwoord (Password) (Netwerksleutel (Network key)) in en klik vervolgens op Verbinden (Connect). 13. Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, klikt u op Terug (Back) tot onderstaand scherm verschijnt. Ga door met het instellen.
Pagina 61
Beperkingen Als u een ander apparaat verbindt terwijl een apparaat (zoals een smartphone) al met de printer verbonden is, sluit het apparaat dan met dezelfde verbindingsmethode aan als waarmee u het verbonden apparaat hebt verbonden. Als u een andere verbindingsmethode gebruikt, wordt de verbinding met het in gebruik zijnde apparaat uitgeschakeld.
Pagina 62
van het apparaat zodanig dat het apparaat niet automatisch verbinding met de printer maakt. Raadpleeg de handleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het controleren of wijzigen van de instellingen van de draadloze router. •...
Pagina 63
Eenvoudig scannen met de automatische functie Met de automatische functie van IJ Scan Utility kunt u eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Eenvoudig scannen met Automatische scan (Windows) Eenvoudig scannen met Automatische scan (Mac OS)
Pagina 64
Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat Met de samenvoegfunctie van IJ Scan Utility kunt u de linker- en rechterhelft scannen van een item dat groter is dan de glasplaat en deze vervolgens tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
Pagina 65
Meerdere originelen tegelijk scannen Met IJ Scan Utility kunt u twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Ga naar de volgende pagina's voor meer informatie. Meerdere originelen tegelijk scannen (Windows) Meerdere originelen tegelijk scannen (Mac OS)
Pagina 66
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 67
Canon is niet verantwoordelijk voor eventuele schade die uit dergelijke acties voortvloeit. • In geen enkel geval is Canon aansprakelijk voor schade die het gevolg is van het gebruik van de webservices, in welke vorm dan ook.
Pagina 68
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken vanaf uw printer Voordat u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt Printergegevens registreren bij PIXMA/MAXIFY Cloud Link PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Problemen met de Cloud oplossen...
Pagina 69
◦ Uw printer ondersteunt de scanfunctie mogelijk niet. ◦ De printer moet Canon Inkjet Cloud Printing Center ondersteunen. Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Raadpleeg 'Modellen die Canon Inkjet Cloud Printing Center ondersteunen' als u wilt controleren of uw model deze functie ondersteunt.
Pagina 70
THIS SOFTWARE IS PROVIDED BY THE COPYRIGHT HOLDERS AND CONTRIBUTORS "AS IS" AND ANY EXPRESS OR IMPLIED WARRANTIES, INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, THE IMPLIED WARRANTIES OF MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE ARE DISCLAIMED. IN NO EVENT SHALL THE COPYRIGHT OWNER OR CONTRIBUTORS BE LIABLE FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, SPECIAL, EXEMPLARY, OR CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, BUT NOT LIMITED TO, PROCUREMENT OF SUBSTITUTE GOODS OR SERVICES;...
Pagina 71
Als de Beveiligingscode (Security code) incorrect is, gebruikt u uw smartphone, tablet of computer om de instelling te wijzigen via Mijn account (My account) van Canon Inkjet Cloud Printing Center. 3. Wanneer het scherm over het voltooien van de voorbereiding van de registratie wordt weergegeven, selecteert u OK 4.
Pagina 72
<Privacyverklaring (Privacy statement)> Opmerking • Als u Niet akk. (Do not agree) selecteert, wordt een bevestigingsscherm weergegeven waarin wordt gevraagd of u Mijn account regist. (Register My account) wilt annuleren. Als u Ja (Yes) selecteert, wordt Mijn account regist. (Register My account) geannuleerd en keert u terug naar het startscherm.
Pagina 73
De registratie van de printergegevens is voltooid en een lijst met apps wordt weergegeven. Klik hier voor een beschrijving van het scherm met de lijst met apps. Nadat u de registratie hebt voltooid, kunt u foto's en documenten afdrukken die zijn geüpload naar apps in de gekoppelde cloudservice en apps toevoegen/verwijderen/sorteren.
Pagina 74
Belangrijk • Met Selecteer het beheer (Select how to manage) kunt u wijzigen welke gebruikers deze service kunnen gebruiken. 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center' voor meer informatie. Apps toevoegen U kunt uw favoriete apps toevoegen aan de printer.
Pagina 75
Opmerking • Beschrijving van de weergegeven pictogrammen : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. 6. Selecteer Registreer (Register) De registratie is voltooid en de app wordt toegevoegt aan de lijst met apps. Herhaal de procedure vanaf stap 5 als u nog een app wilt registreren.
Pagina 76
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. 5. Selecteer Verwijder. (Delete) Nadat het verwijderen is voltooid, is de app verwijderd uit de lijst met apps in het hoofdscherm.
Pagina 77
• Beschrijving van de weergegeven pictogrammen : Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. 5. Gebruik de knoppen om de app te verplaatsen...
Pagina 78
6. Selecteer Gereed (Done) Het sorteren is voltooid. Als u wilt doorgaan met sorteren, herhaalt u de procedure vanaf stap 4. Als u het sorteren van apps wilt beëindigen, selecteert u Terug (Back) en keert u terug naar het hoofdscherm van de cloud.
Pagina 79
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken In dit gedeelte de beschreven hoe u foto's afdrukt, waarbij CANON iMAGE GATEWAY als voorbeeld wordt gebruik. Belangrijk • De beschikbare functies hangen af van de app. • De afdrukprocedure hangt af van de app. • U moet van tevoren een account aanmaken en foto- en andere gegevens registreren.
Pagina 80
4. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken in de weergegeven lijst met afbeeldingen en selecteer daarna Volgende (Next) 5. Selecteer de benodigde afdrukinstellingen en selecteer daarna Kleur (Color) Er wordt een bericht weergegeven met de melding dat de afdruktaak is verzonden en het afdrukken begint.
Pagina 81
Opmerking • Als u een gebruiksgeschiedenis voor deze service wilt instellen, gaat u naar het startvenster van het bedieningspaneel en selecteert u Instellen (Setup) -> Webservice instellen (Web service setup) -> Webserviceverbinding instellen (Web service connection setup) -> IJ Cloud Printing Center instellen (IJ Cloud Printing Center setup) ->...
Pagina 82
Belangrijk • Met Selecteer het beheer (Select how to manage) kunt u wijzigen welke gebruikers deze service kunnen gebruiken. 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center' voor meer informatie. Wanneer u Cloud selecteert in het startscherm van de printer, wordt het hoofdscherm van de cloud weergegeven.
Pagina 83
: Kan niet worden gebruikt omdat de app nog niet is uitgebracht of uw regio, model of taal niet ondersteunt. : Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. (2) Knop Toev/verw (Add/delete) U gebruikt deze knop om apps toe te voegen, te verwijderen en te sorteren.
Pagina 84
Taken beheren (Manage jobs) In het venster Statuslijst (Status list) kunt u de status van een taak controleren. Instellingen (Settings) Hiermee stelt u de Tijdzone (Time zone) in. Selecteer uw regio in de lijst. Voor sommige regio's kunt u instellen of u de zomertijd wilt toepassen. Belangrijk •...
Pagina 85
Problemen met de Cloud oplossen Als u niet kunt afdrukken Controleer het volgende als u niet kunt afdrukken. • Controleer of de printer is verbonden met internet. • Controleer of de printer is verbonden met een LAN en of het LAN verbinding heeft met internet. •...
Pagina 86
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken vanaf uw smartphone, tablet of computer Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Een printer toevoegen Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen...
Pagina 87
Voordat u Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruikt Canon Inkjet Cloud Printing Center is een service die is gekoppeld aan de cloudfunctie van de printer en die u de mogelijkheid biedt bewerkingen uit te voeren zoals apps registreren en beheren vanaf uw smartphone of tablet en de afdrukstatus, afdrukfouten en inktstatus van de printer controleren.
Pagina 88
Vereisten voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center Computer Processor x86 of x64 van 1,6 GHz of sneller 2 GB of meer Resolutie van 1024 x 768 pixels of meer Beeldscherm Aantal schermkleuren 24 bits (hoge kleuren) of meer...
Pagina 89
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft...
Pagina 90
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (kleuren-LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registreren vanaf de printer 1. Controleer of de printer is verbonden met internet 2.
Pagina 91
Selecteer Afsluiten (Exit) om terug te keren naar het hoofdscherm van de cloud. Opmerking • U moet een speciale app gebruiken om QR-codes te kunnen lezen met uw smartphone of tablet. Als uw smartphone of tablet geen app bevat die QR-codes kan lezen, installeert u er een vanuit de App Store of Google Play.
Pagina 92
Voer in het weergegeven scherm het E-mailadres (E-mail address) in dat u wilt registreren en selecteer daarna Doorgaan met registratie (Continue registration). Opmerking • Als u een e-mailadres invoert dat al is geregistreerd, ontvangt u een e-mail met de melding 'reeds geregistreerd'.
Pagina 93
1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
Pagina 94
3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
Pagina 95
Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk •...
Pagina 96
Wanneer u de knop OK selecteert in het bericht, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven. Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 97
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (monochrome LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registratiegegevens afdrukken vanaf de printer 1. Selecteer de knop Instellingen (Setup) op het bedieningspaneel van de printer en selecteer daarna Webservice instel.
Pagina 98
2. Wanneer het scherm voor printerregistratie wordt weergegeven, selecteert u Nieuw account maken (Create new account) 3. Geef het E-mailadres (E-mail address) en de Printerregistratie-ID (Printer registration ID) van de printereigenaar op en selecteer daarna OK De URL van de registratiepagina wordt verzonden naar het opgegeven e-mailadres.
Pagina 99
1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het opgegeven e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
Pagina 100
3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
Pagina 101
Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk •...
Pagina 102
Wanneer u de knop OK selecteert in het bericht, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven. Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 103
Belangrijk • Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Als u een printer wilt toevoegen met behulp van Canon Inkjet Cloud Printing Center, hebt u een Printerregistratie-ID (Printer registration ID) nodig. Druk de URL van de verificatiesite en uw Printerregistratie-ID (Printer registration ID) af via het bedieningspaneel van de printer.
Pagina 104
Als uw model een monochrome LCD-monitor heeft 2. Selecteer de knop Instellingen (Setup) op het bedieningspaneel van de printer en selecteer daarna Webservice instel. (Web service setup) -> Verbinding instellen (Connection setup) -> IJCloudPrintingCtr -> Registrer. b. service (Register w/ service) 3.
Pagina 105
Gebruikersinformatie registreren bij Canon Inkjet Cloud Printing Center (geen LCD-monitor) Als u Canon Inkjet Cloud Printing Center wilt gebruiken, moet u de onderstaande stappen uitvoeren en gegevens voor Mijn account (My account) registreren. Registreren vanaf een smartphone, tablet of computer 1.
Pagina 106
Als u een ander e-mailadres wilt registreren, selecteert u Niet verzenden (Do not send) om het invoerscherm voor het E-mailadres (E-mail address) weer te geven. Voer in het weergegeven scherm het E-mailadres (E-mail address) in dat u wilt registreren en selecteer daarna Doorgaan met registratie (Continue registration).
Pagina 107
1. Controleer of de e-mail met de URL is verzonden naar het geregistreerde e-mailadres en ga naar de URL 2. Lees de meldingen in de vensters Licentieovereenkomst (License agreement) en Privacyverklaring (Privacy statement) van Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteer Akkoord (Agree) als u akkoord gaat...
Pagina 108
3. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center Voer in het scherm voor registratie van uw account het wachtwoord dat u wilt registreren in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next).
Pagina 109
Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password). • Het wachtwoord moet tussen 8 en 32 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 4. Voer de Bijnaam (Nickname) in Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk •...
Pagina 110
Wanneer u de knop OK selecteert in het bericht, wordt het aanmeldingsscherm weergegeven. Voer het geregistreerde E-mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) in en klik op Aanmelden (Log in) voor Canon Inkjet Cloud Printing Center. Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken...
Pagina 111
Canon Inkjet Cloud Printing Center gebruiken Nadat de gebruikersregistratie is voltooid, kunt u zich aanmelden bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en de service gebruiken. 1. Ga vanaf uw pc, smartphone of tablet naar de aanmeldings-URL van de service (http://cs.c- ij.com/)
Pagina 112
Voor schermbeschrijvingen en bedieningsinstructies raadpleegt u 'Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center'. Afdrukprocedure In dit gedeelte de beschreven hoe u foto's afdrukt, waarbij CANON iMAGE GATEWAY als voorbeeld wordt gebruik. Belangrijk • De beschikbare functies hangen af van de app.
Pagina 113
4. Selecteer de afbeelding die u wilt afdrukken in de weergegeven lijst met afbeeldingen en selecteer daarna Volgende (Next) 5. Selecteer de benodigde afdrukinstellingen en selecteer daarna Afdrukken (Print)
Pagina 114
6. Er wordt een bericht over het voltooien van de afdruktaak weergegeven en het afdrukken begint Als u het afdrukken wilt vervolgen, selecteert u Doorgaan (Continue) en voert u de bewerking uit vanaf stap 3. U beëindigt het afdrukken door Apps te selecteren. De lijst met apps wordt opnieuw weergegeven. Belangrijk •...
Pagina 115
Het venster Canon Inkjet Cloud Printing Center In dit gedeelte worden de schermen van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven die worden weergegeven op een smartphone, tablet of computer. Beschrijving van het aanmeldingsscherm Beschrijving van het hoofdscherm Beschrijving van het aanmeldingsscherm In dit gedeelte wordt het aanmeldingsscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center beschreven.
Pagina 116
De licentie-informatie van Canon Inkjet Cloud Printing Center wordt weergegeven. Beschrijving van het hoofdscherm Wanneer u zich aanmeldt bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt het hoofdscherm weergegeven. Als u een smartphone of tablet gebruikt, kunt u ook foto's en documenten afdrukken.
Pagina 117
Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)). Scherm Printer beh. (Mng. printer) Vanuit het scherm Printer beh. (Mng. printer) kunt u de printergegevens die zijn geregistreerd in Canon Inkjet Cloud Printing Center controleren of bijwerken, apps kopiëren,...
Pagina 118
• Als Selecteer het beheer (Select how to manage) is ingesteld, kunt u deze functie alleen gebruiken wanneer u Appbeschikbaarheid beheren op printer (Manage app availability by printer) selecteert. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk)' voor meer informatie.
Pagina 119
Wanneer u het eigendom van de printer overgeeft, selecteert u De gegevens wissen die op de printer zijn opgeslagen (Clear the information saved on the printer). • Printers toevoegen Selecteer deze knop om printers toe te voegen die worden gebruikt in Canon Inkjet Cloud Printing Center. U hebt een Printerregistratie-ID (Printer registration ID) nodig als u een printer wilt toevoegen.
Pagina 120
Rechten (Authority) voor de gebruiker waarvoor u de instellingen wilt wijzigen. Scherm Groepsbeheer (Group management) Via het scherm Groepsbeheer (Group management) kunt u functies gebruiken om groepsgegevens te controleren die zijn geregistreerd bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, groepen te wijzigen, groepen te verwijderen,...
Pagina 121
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Webservices (Web services) Geeft de extern gekoppelde service weer. U kunt het gebruik beperken van andere webservices die Canon Inkjet Cloud Printing Center- accounts gebruiken, zoals Easy-PhotoPrint+. Als u wilt schakelen tussen gekoppelde/vrijgegeven services, selecteert u wordt weergegeven voor items waarvoor niets is geselecteerd.
Pagina 122
• Dubbele groepsnamen kunnen niet in hetzelfde domein worden geregistreerd. • Een groep verwijderen Als u een groep wilt verwijderen uit Canon Inkjet Cloud Printing Center, selecteert u Als u alle groepen verwijdert, moet u een nieuwe maken. Als u een andere beheermethode wilt instellen, stelt u de doelmethode in via het scherm Selecteer het beheer (Select how to manage).
Pagina 123
Scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) In het scherm Geavanceerd beheer (Advanced management) kunt u de beheermethode instellen voor printergebruikers en apps die kunnen worden gebruikt. Selecteer om naar het configuratiescherm te gaan. • Beveiligingscode eisen (Require security code) Elke gebruiker kan een Beveiligingscode (Security code) instellen, de app starten en afdrukken en andere bewerkingen uit te voeren.
Pagina 124
Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) U kunt de bruikbare apps en printers per groep beheren. 'Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk)' voor voorbeelden van het gebruik.
Pagina 125
(3) Gebied met printernaam De geregistreerde naam van de geselecteerde printer wordt weergegeven. De Beheerder (Administrator) kan de printernaam wijzigen vanuit het scherm Printer beh. (Mng. printer) via het linkercontextmenu. (4) Rechtercontextmenu Wanneer u selecteert, wordt het contextmenu weergegeven. De weergegeven informatie hangt af van het menu dat is geselecteerd in het menugedeelte. Het symbool geeft aan dat er een nieuwe ongelezen melding is.
Pagina 126
Via het scherm Mijn account (My account) kunt u het scherm Toegestane services (Permitted services) weergeven en instellingen voor gekoppelde services wissen. • Help/jurid. kennis. (Help/legal notices) De beschrijving van het scherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center en verschillende herinneringen worden weergegeven. • Afmelden (Log out) Hiermee opent u het afmeldingsscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center.
Pagina 127
(6) Menugebied De volgende 4 menuknoppen worden weergegeven: • Apps Hiermee geeft u de lijst met geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. • Configuratie (Config) Hiermee geeft u het scherm Geregistreerde apps weer in het Weergavegebied. U kunt de weergave wisselen tussen Geregistreerd (Registered) en Apps zoeken (Search apps). In het scherm Geregistreerd (Registered) worden geregistreerde apps weergegeven.
Pagina 128
In het scherm Apps zoeken (Search apps) worden de apps die u kunt registreren met Canon Inkjet Cloud Printing Center weergegeven op categorie. ◦ Wanneer u selecteert, worden de gegevens van de app weergegeven. kunt u aangeven of u de app wilt registreren of de registratie ongedaan wilt maken.
Pagina 129
: Kan alleen worden gebruikt met originele Canon-inkt. • Eigenschapp. (Properties) In dit scherm wordt de status van de momenteel geselecteerde printer weergegeven. U kunt controleren hoeveel inkt resteert of informatie bekijken over een opgetreden fout. U hebt ook toegang tot een site waar u inkt kunt kopen en tot de Online handleiding.
Pagina 130
Als de vader de printer registreert bij Canon Inkjet Cloud Printing Center, wordt alleen de vader beheerd door de service en kunnen de moeder en het kind de service niet gebruiken, tenzij de vader hen het E- mailadres (E-mail address) en Wachtwoord (Password) voor aanmelding geeft.
Pagina 131
3. De vader selecteert Gebruiker toevoegen (Add user) en registreert de moeder en het kind als gebruikers door de aanwijzingen op het scherm te volgen. Nadat deze registratie is voltooid, kunnen de moeder en het kind de service afzonderlijk gebruiken. Als vader, moeder en kind apps afzonderlijk willen beheren...
Pagina 132
Nadat de Beheerder (Administrator) (vader) instellingen heeft opgegeven aan de hand van de onderstaande procedure, kunnen de vader, de moeder en het kind apps afzonderlijk beheren. 1. Als Beheerder (Administrator) meldt de vader zich aan bij Canon Inkjet Cloud Printing Center en selecteert hij Geavanceerd beheer (Advanced management) via...
Pagina 133
3. De vader stelt Appbeschikbaarheid beheren op gebruiker (Manage app availability by user) in en selecteert OK 4. Het scherm voor het controleren van de wijziging van de beheermethode verschijnt Selecteer OK om de configuratie te voltooien en terug te keren naar het venster Geavanceerd beheer (Advanced management).
Pagina 134
Tips voor het gebruik van Canon Inkjet Cloud Printing Center (op het werk) Met de functie Groepsbeheer (Group management) kunt u gebruikmaken van de vele nuttige functies van de service voor kantoorgebruik. In dit gedeelte wordt een voorbeeld gegeven waarin twee printers worden gebruikt, de Beheerder (Administrator) is de administratief medewerker en de andere leden zijn de directeur van het bedrijf, de afdelingsmanager en een nieuwe werknemer.
Pagina 135
4. De medewerker selecteert Geavanceerd beheer (Advanced management) via 5. Voor Selecteer het beheer (Select how to manage) selecteert de administratief medewerker Instellen (Set)
Pagina 136
6. De administratief medewerker stelt Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) in en selecteert OK Opmerking • Als Groepsbeheer (Group management) al is ingesteld, raadpleegt u stap 10 en de eropvolgende stappen. 7. De administratief medewerker controleert de weergegeven informatie in het scherm voor het controleren van wijzigingen in de beheermethode en selecteert OK.
Pagina 137
Dit wordt alleen weergegeven als de geselecteerde modus Groepsbeheer (Group management) is. Selecteer OK om de configuratie te voltooien en het scherm Groepsbeheer (Group management) weer te geven. Opmerking • Bij de standaardinstellingen heeft de groep 'groep1'. • Bij de standaardinstellingen maken alle geregistreerde gebruikers deel uit van dezelfde groep. 8.
Pagina 138
11. Controleer op het tabblad Printers of alle printers zijn geselecteerd 12. Stel op het tabblad Apps alleen de app Evernote in op...
Pagina 139
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Hiermee is de configuratie van de groep voor gebruik door het hele kantoor beëindigd. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
Pagina 140
1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Groep toevoegen (Add group) in het weergegeven scherm...
Pagina 141
3. De administratief medewerker voert de Groepsnaam (Group name) in en selecteert OK Typ in dit veld 'Directeur' omdat u voor deze groep alleen apps instelt die de directeur mag gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Groepsnaam (Group name). •...
Pagina 142
6. Selecteer op het tabblad Printers de printer die moet worden gebruikt. 7. Stel op het tabblad Apps de apps Evernote en Facebook in op...
Pagina 143
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Via de bovenstaande procedure kunt u apps instellen die alleen de directeur kan gebruiken. Opmerking • In het configuratiescherm voor de groep worden alle gebruikers en printers weergegeven die in het domein zijn geregistreerd.
Pagina 144
Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor Beschikbare apps op printers die geen beveiligingscode vereisen (Apps available on printers that do not require a security code) 3.
Pagina 145
Als u wilt schakelen tussen apps registreren/verwijderen, selecteert u Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). In de bovenstaande procedure wordt Evernote ingesteld als enige app die alle gebruikers op de printer kunnen gebruiken. Beperken welke apps afzonderlijke gebruikers kunnen gebruiken op de printer Voor elke gebruiker kunt u de apps instellen die de gebruiker op de printer kan gebruiken.
Pagina 146
2. Selecteer Instellen (Set) voor Beveiligingscode eisen (Require security code). 3. Selecteer de printer waarvoor u een Beveiligingscode (Security code) wilt instellen. Beveiligingscodes identificeren afzonderlijke gebruikers wanneer meerdere gebruikers een printer gebruiken.
Pagina 147
Opmerking • Op modellen waarop de instellingen niet kunnen worden gewijzigd, kan deze functie niet worden geselecteerd. Sommige modellen ondersteunen deze functie niet. Raadpleeg 'Modellen die beveiligingscodes ondersteunen' als u wilt controleren of uw model deze functie ondersteunt. 4. Stel een Beveiligingscode (Security code) in Als er gebruikers zijn die geen Beveiligingscode (Security code) hebben ingesteld, wordt er een scherm weergegeven waarin u kunt aangeven of u een e-mail wilt verzenden naar die gebruikers waarin wordt gevraagd of ze een Beveiligingscode (Security code) willen instellen.
Pagina 148
Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoeren van de Beveiligingscode (Security code): • Maximaal 8 alfanumerieke tekens Het wijzigen van de Beveiligingscode (Security code) is beëindigd en het voltooiingsbericht voor de wijziging wordt weergegeven. Selecteer OK in het berichtscherm om terug te keren naar het hoofdscherm. 5.
Pagina 149
Opmerking • Als u nog geen Beveiligingscode (Security code) hebt ingesteld, stelt u een Beveiligingscode (Security code) in via Mijn account (My account) en klikt u op Aanmelden (Log in). 8. Selecteer de app Facebook Alleen de directeur kan de app Facebook gebruiken vanaf de printer. Beperken welke printers afzonderlijke gebruikers kunnen gebruiken Als voorbeeld wordt in dit gedeelte beschreven hoe u één printer instelt voor de directeur en een andere printer voor alle gebruikers.
Pagina 150
1. Selecteer Groepsbeheer (Group management) via Opmerking • Dit wordt alleen weergegeven als Beheren per groep (voor kantoorgebruikers) (Manage by group (for office users)) is ingesteld op Geavanceerd beheer (Advanced management). 2. Selecteer Instellingen (Settings) voor de groep met alle gebruikers 3.
Pagina 151
Selecteer Sluiten (Close) om terug te gaan naar het scherm Groepsbeheer (Group management). Belangrijk • Als een gebruiker wordt beheerd in meerdere groepen en een app wordt verwijderd of de doelprinter wordt gewijzigd voor een van die groepen, kan de gebruiker die app of printer nog steeds gebruiken als dit in een van de andere groepen is toegestaan.
Pagina 152
• Deze code is alleen geldig wanneer u MAXIFY Cloud Link gebruikt via het bedieningspaneel van de printer. U kunt deze code niet gebruiken wanneer u naar het Canon Inkjet Cloud Printing Center gaat vanaf uw smartphone, tablet of computer.
Pagina 153
Een printer toevoegen Met één account kunt u de services van Canon Inkjet Cloud Printing Center op meerdere printers gebruiken. De procedure voor het toevoegen van een printer is als volgt: Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft 1. Controleer of een e-mail met de URL is verzonden naar het...
Pagina 154
Aanmelden (Log in) 3. Wanneer het bericht over het voltooien van het toevoegen van de printer wordt weergegeven, selecteert u OK Het toevoegen van de printer is gereed en het hoofdscherm van Canon Inkjet Cloud Printing Center verschijnt. Opmerking •...
Pagina 155
Een PIXMA/MAXIFY Cloud Link-gebruiker toevoegen Eén printer kan door meerdere mensen worden gebruikt. In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u gebruikers toevoegt en worden de gebruikersrechten beschreven. Een gebruiker toevoegen 1. Selecteer Gebruikers beheren (Manage users) via in het scherm van de service. 2.
Pagina 156
Opmerking • Wanneer u Gebruiker toevoegen (Add user) selecteert, controleert de service eerst of het maximumaantal gebruikers is bereikt. Als nieuwe gebruikers kunnen worden toegevoegd, verschijnt het scherm voor gebruikersregistratie. • U kunt maximaal 20 gebruikers toevoegen voor 1 printer. 3.
Pagina 157
6. Registreer een wachtwoord voor aanmelding bij Canon Inkjet Cloud Printing Center. Voer op het scherm voor registratie van uw account het gewenste wachtwoord in bij Wachtwoord (Password) en Wachtwoord (bevestiging) (Password (Confirmation)) en selecteer Volgende (Next). Belangrijk • De onderstaande beperkingen gelden voor het Wachtwoord (Password).
Pagina 158
Voer de gewenste gebruikersnaam in die u wilt gebruiken. Belangrijk • De volgende beperkingen gelden voor het invoerveld voor de gebruikersnaam: • De gebruikersnaam moet tussen 1 en 20 tekens lang zijn en bestaan uit enkel-byte alfanumerieke tekens en symbolen (!"#$%&'()*+,-./:;<=>?@[¥]^_`{|}~). (Letters zijn hoofdlettergevoelig.) 8.
Pagina 159
• Als u alleen een meldingsmail wilt verzenden naar gebruikers zonder Beveiligingscode (Security code) en Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen, selecteert u OK. • Als u Multi-user modus (Multiuser mode) wilt instellen zonder een meldingsmail te verzenden, selecteert u Annuleren (Cancel). Problemen met Canon Inkjet Cloud Printing Center oplossen...
Pagina 160
Als de gegevens nog steeds niet worden bijgewerkt, controleert u of het product is verbonden met internet. Als u de registratie-e-mail niet ontvangt U hebt mogelijk een ander e-mailadres ingevoerd tijdens de gebruikersregistratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Selecteer Instellen (Setup) ->...
Pagina 161
Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
Pagina 162
Het afdrukken wordt gestart, ook al hebt u niets gedaan De services van Canon Inkjet Cloud Printing Center worden mogelijk gebruikt door een onbevoegde gebruiker. Als uw model een kleuren-LCD-monitor heeft Selecteer Instellen (Setup) ->...
Pagina 163
Als u printergegevens wilt weergeven, gaat u naar de startpagina van de Online handleiding en raadpleegt u 'De printergegevens controleren' voor uw model. Nadat u de printer opnieuw hebt ingesteld, voert u de registratie van Canon Inkjet Cloud Printing Center uit vanaf het begin.
Pagina 164
Eenvoudig afdrukken vanaf een smartphone of tablet met Canon PRINT Inkjet/SELPHY Gebruik Canon PRINT Inkjet/SELPHY om foto's die u op een smartphone of tablet hebt opgeslagen eenvoudig draadloos af te drukken. U kunt ook gescande gegevens (PDF of JPEG) rechtstreeks op een smartphone of tablet ontvangen zonder een computer te gebruiken.
Pagina 165
Voor informatie over verbinding met het netwerk raadpleegt u de configuratie-URL (http://www.canon.com/ ijsetup) voor gebruik van dit product vanaf uw computer, smartphone of tablet. Nadat de verbinding is voltooid, wordt de Canon Inkjet Print Utility-software waarmee u gedetailleerde afdrukinstellingen kunt selecteren, automatisch gedownload.
Pagina 166
De printergegevens controleren U kunt de printerstatus controleren en de printerinstellingen wijzigen via de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer. Opmerking • U kunt deze functie gebruiken in de volgende besturingssystemen en webbrowsers. • iOS-apparaat Besturingssysteem: iOS 6.1 of hoger Webbrowser: standaard iOS-webbrowser (Safari voor mobiel) •...
Pagina 167
Opmerking • Op het moment van verkoop is het serienummer van het apparaat ingesteld als wachtwoord. U hoeft het serienummer niet te controleren of u het wachtwoord al hebt gewijzigd. 2. Open de webbrowser op uw smartphone, tablet of computer en voer het IP-adres in. Voer het volgende in het veld URL van de webbrowser in.
Pagina 168
Prtrstatus (Printer status) Deze functie geeft printergegevens weer, zoals de resterende hoeveelheid inkt, de status en gedetailleerde foutgegevens. U kunt ook naar een site gaan waar u inkt kunt kopen of naar een ondersteuningspagina en webservices gebruiken. Hulpprogramma's (Utilities) Met deze functie kunt u de handige functies van de printer, zoals reiniging, instellen en uitvoeren. Apparaatinstellingen (Device settings) Met deze functie kunt u de printerinstellingen wijzigen, zoals de stille instelling, de energiebesparingsinstellingen en de afdrukinstellingen.
Pagina 169
Systeeminfo & LAN-instellingen (System info and LAN settings) Met deze functie kunt u de systeemgegevens controleren en de LAN-instellingen wijzigen. Firmware bijwerken (Firmware update) Met deze functie kunt u een firmware-update uitvoeren en de versie controleren. Taal kiezen (Language selection) Met deze functie kunt u de taal op het scherm wijzigen.
Pagina 170
Omgaan met papier, originelen, inkttanks, afdrukbare discs, geheugenkaarten etc. Papier plaatsen Papierbronnen voor het laden van papier Papier van klein formaat, zoals 10 x 15 cm (4 x 6 inch), plaatsen Papier van groot formaat, zoals A4 of Letter, plaatsen Enveloppen plaatsen Een afdrukbare disc plaatsen Waarschuwingen wanneer u afdrukt op een afdrukbare disc...
Pagina 171
Papier plaatsen Papierbronnen voor het laden van papier Papier van klein formaat, zoals 10 x 15 cm (4 x 6 inch), plaatsen Papier van groot formaat, zoals A4 of Letter, plaatsen Enveloppen plaatsen...
Pagina 172
Papierbronnen voor het laden van papier Het apparaat heeft twee papierbronnen om papier in te voeren, cassette 1 (A) en cassette 2 (B). De gebruikte papierbron hangt af van het paginaformaat en het mediumtype. Mediumtypen die u kunt gebruiken Opmerking •...
Pagina 173
C: Fotopapier (10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch)) Fotopapier/normaal papier van groot formaat of enveloppen in cassette 2 plaatsen Als u fotopapier of normaal papier van groot formaat gebruikt, zoals A4, B5, A5 of Letter, plaatst u dit in cassette 2.
Pagina 175
• Als u normaal papier voor een proefafdruk uitknipt tot bijvoorbeeld 10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch), kan het papier vastlopen. Opmerking • Wij raden aan om origineel fotopapier van Canon te gebruiken voor het afdrukken van foto's. Raadpleeg Mediumtypen die u kunt gebruiken voor meer informatie over origineel Canon-papier.
Pagina 176
3. Verschuif de papiergeleider (A) aan de voorzijde en (B) aan de rechterzijde om de papiergeleiders te openen. 4. Plaats de papierstapel MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN in het midden van cassette 1. Belangrijk • Plaats het papier altijd in de lengterichting (C). Wanneer u papier in de breedterichting plaatst (D), kan het papier vastlopen.
Pagina 177
Als de papierstapel in contact komt met de uitstekende delen (E), wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd. 5. Lijn de papiergeleider (A) aan de voorzijde uit met de papierstapel. Voor standaardformaten lijnt u de papiergeleider (A) zo uit dat deze op zijn plaats klikt. 6.
Pagina 178
8. Selecteer het formaat en type van het geplaatste papier in cassette 1 bij Pg.form. (Page size) en Type en tik daarna op Registreren (Register). Als een bericht op het scherm wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen in het bericht om de registratie te voltooien.
Pagina 179
Plaats papier van klein formaat in cassette 1. Papier van klein formaat, zoals 10 x 15 cm (4 x 6 inch), plaatsen Opmerking • Wij raden aan om origineel fotopapier van Canon te gebruiken voor het afdrukken van foto's. Raadpleeg Mediumtypen die u kunt gebruiken voor meer informatie over origineel Canon-papier.
Pagina 180
3. Verschuif de papiergeleider (A) aan de voorzijde en (B) aan de rechterzijde om de papiergeleiders te openen. 4. Plaats de papierstapel MET DE AFDRUKZIJDE NAAR BENEDEN in het midden van cassette 2. Belangrijk • Plaats het papier altijd in de lengterichting (C). Wanneer u papier in de breedterichting plaatst (D), kan het papier vastlopen.
Pagina 181
Opmerking • Als papier een afdrukzijde heeft (voor- of achterzijde), zoals fotopapier, plaatst u dit met de wittere (of glanzende) zijde naar beneden. • Lijn de papierstapel uit met de rand van cassette 2, zoals in de onderstaande afbeelding. Als de papierstapel in contact komt met het uitstekende deel (E), wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd.
Pagina 182
Opmerking • Plaats het papier niet hoger dan de markering voor de maximumcapaciteit (G). • Zorg dat de papierstapel lager is dan de tabs (H) van de papiergeleiders. 7. Plaats cassette 2 in het apparaat. Druk cassette 2 helemaal in het apparaat totdat deze stopt. Nadat u de cassette in het apparaat hebt geplaatst, wordt het registratiescherm voor papiergegevens voor de cassette weergegeven op het aanraakscherm.
Pagina 183
8. Selecteer het formaat en type van het geplaatste papier in cassette 2 bij Pg.form. (Page size) en Type en tik daarna op Registreren (Register). Als een bericht op het scherm wordt weergegeven, volgt u de aanwijzingen in het bericht om de registratie te voltooien.
Pagina 184
Enveloppen plaatsen U kunt DL-enveloppen en COM10-enveloppen in cassette 2 plaatsen. Het adres wordt automatisch geroteerd en afgedrukt aan de hand van de richting van de envelop, zoals opgegeven in het printerstuurprogramma. Belangrijk • Enveloppen afdrukken vanaf het bedieningspaneel of vanaf een met PictBridge (draadloos LAN) compatibel apparaat wordt niet ondersteund.
Pagina 185
3. Verschuif de papiergeleider (A) aan de voorzijde en (B) aan de rechterzijde om de papiergeleiders te openen. 4. Plaats de enveloppen MET DE ADRESZIJDE NAAR BENEDEN in het midden van cassette De gevouwen klep van de envelop is omhoog gericht en bevindt zich aan de linkerzijde. C: Achterzijde D: Adreszijde Er kunnen maximaal 10 enveloppen tegelijk worden geplaatst.
Pagina 186
Als de enveloppen in contact komen met het uitstekende deel (E), worden de enveloppen mogelijk niet goed ingevoerd. 5. Lijn de papiergeleider (A) aan de voorzijde uit met de enveloppen. 6. Verschuif de papiergeleider (B) aan de rechterzijde om de linker en rechter papiergeleiders uit te lijnen met beide zijden van de enveloppen.
Pagina 187
8. Selecteer het formaat en type van de geplaatste enveloppen in cassette 2 bij Pg.form. (Page size) en Type en tik daarna op Registreren (Register). Papierinstellingen 9. Open de papieruitvoerlade (H) voorzichtig terwijl u beide zijden vasthoudt. Het verlengstuk van de uitvoerlade wordt automatisch geopend wanneer de papieruitvoerlade is geopend.
Pagina 188
Een afdrukbare disc plaatsen Waarschuwingen wanneer u afdrukt op een afdrukbare disc Voordat u een afdrukbare disc plaatst Een afdrukbare disc plaatsen Een afdrukbare disc verwijderen De disclade loskoppelen/bevestigen...
Pagina 189
Waarschuwingen wanneer u afdrukt op een afdrukbare disc • Gebruik alleen de disclade die bij dit apparaat is geleverd. Op de bovenzijde staat een 'J'. • Druk niet af op afdrukbare discs die niet geschikt zijn voor inkjetprinters. De inkt droogt niet en de inkt kan problemen veroorzaken bij de disc zelf of bij apparaten waarin de disc wordt geplaatst.
Pagina 190
Voordat u een afdrukbare disc plaatst Voor het bedrukken van afdrukbare discs hebt u het volgende nodig: • disclade (meegeleverd bij het apparaat) * Gebruik de disclade met een 'J' op het oppervlak. De disclade kan worden bevestigd in de achterzijde van cassette 1. De disclade loskoppelen/bevestigen •...
Pagina 191
Een afdrukbare disc plaatsen Als u wilt afdrukken op een afdrukbare disc, plaatst u deze in de disclade die bij het apparaat is meegeleverd en plaatst u de disclade in het apparaat. Deze procedure geldt ook voor afdrukken vanaf een computer. Belangrijk •...
Pagina 192
5. Plaats de disclade op de geleider van de disclade. Opmerking • De disclade kan worden uitgeworpen nadat een bepaalde periode is verstreken. Als dit gebeurt, volgt u de aanwijzingen op het scherm om de disclade te plaatsen. 6. Houd de disclade recht terwijl u deze in de printer duwt totdat de pijl ( ) op de geleider van de disclade bijna samenvalt met de pijl ( ) op de disclade.
Pagina 193
Een afdrukbare disc verwijderen 1. Trek de disclade naar buiten. 2. Sluit de geleider van de disclade. Belangrijk • Als de geleider van de disclade open is, kunt u niet afdrukken omdat het papier dan niet juist wordt ingevoerd. Controleer of de geleider van de disclade is gesloten. 3.
Pagina 194
4. Sluit de papieruitvoerlade. 5. Bevestig de disclade aan cassette 1. De disclade loskoppelen/bevestigen Opmerking • Als een bericht op het scherm wordt weergegeven nadat u de cassette in het apparaat hebt geplaatst, tikt u op OK.
Pagina 195
De disclade loskoppelen/bevestigen De disclade verwijderen Schuif de disclade naar de zijkant van de achterzijde van cassette 1 en til de lade omhoog om deze te verwijderen. Belangrijk • Let erop dat u alle oranje tape op de disclade verwijdert. De disclade bevestigen Lijn de gaatjes van de disclade uit met de haakjes op de achterzijde van cassette 1 en verschuif de disclade om deze te bevestigen.
Pagina 196
Originelen plaatsen Originelen op de glasplaat plaatsen Originelen plaatsen voor elke functie Originelen die u kunt plaatsen De documentklep loskoppelen/bevestigen...
Pagina 197
Originelen op de glasplaat plaatsen 1. Open de documentklep. 2. Plaats het origineel MET DE TE SCANNEN ZIJDE NAAR BENEDEN op de glasplaat. Originelen die u kunt plaatsen Originelen plaatsen voor elke functie Belangrijk • Let op het volgende wanneer u het origineel op de glasplaat legt. •...
Pagina 198
Originelen plaatsen voor elke functie Plaats het origineel op de juiste positie op basis van de functie die u wilt gebruiken. Als u het origineel niet correct plaatst, wordt het mogelijk niet juist gescand. Het origineel uitgelijnd met de positiemarkering plaatsen •...
Pagina 199
◦ selecteer Automatische scan (Auto scan) voor Doc.type om een afgedrukte foto, ansichtkaart, visitekaartje of disc te scannen ◦ selecteer Foto (Photo) voor Doc.type en geef Automatische scan (Auto scan) op voor Scanfrmt (Scan size) om één origineel te scannen Plaats het origineel MET DE TE SCANNEN ZIJDE NAAR BENEDEN, waarbij u 1 cm (0,4 inch) of meer ruimte vrij laat tot de randen (schuin gestreept gebied) van de glasplaat.
Pagina 200
Originelen die u kunt plaatsen Item Details Typen originelen - Tekstdocumenten, tijdschriften of kranten - Afgedrukte foto, ansichtkaart, visitekaartje of schijf (bd/dvd/cd, enzovoort) Grootte (breedte x hoogte) Maximaal 216 x 297 mm (8,5 x 11,7 inch) Opmerking • Wanneer u een dik origineel zoals een boek op de glasplaat plaatst, kunt u de documentklep van het apparaat verwijderen.
Pagina 201
De documentklep loskoppelen/bevestigen De documentklep loskoppelen: Houd de documentklep verticaal en duw deze naar achteren. De documentklep bevestigen: Plaats beide scharnieren (A) van de documentklep op de houder (B) en schuif de scharnieren verticaal in de documentklep, zoals hieronder wordt aangegeven.
Pagina 202
Geheugenkaarten plaatsen Voordat u de geheugenkaart plaatst Geheugenkaarten plaatsen De geheugenkaart uit de sleuf halen...
Pagina 203
Voordat u de geheugenkaart plaatst De volgende soorten geheugenkaarten en afbeeldingsgegevens zijn compatibel met het apparaat. Belangrijk • Als u foto's hebt gemaakt en opgeslagen op een type geheugenkaart waarvan niet wordt gegarandeerd dat deze kan worden gebruikt in uw met PictBridge (draadloos LAN) compatibele apparaat, kunnen de afbeeldingsgegevens mogelijk niet door het apparaat worden gelezen of kunnen ze beschadigd raken.
Pagina 204
Geheugenkaart kan niet worden verwijderd Afdrukbare afbeeldingsgegevens • Dit apparaat accepteert en afbeeldingen die zijn gemaakt met een digitale camera die voldoet aan het Design rule for Camera File system (compatibel met Exif 2.2/2.21/2.3), TIFF (compatibel met Exif 2.2/2.21/2.3). Andere typen afbeeldingen of films, zoals RAW-afbeeldingen, kunnen niet worden afgedrukt.
Pagina 205
Geheugenkaarten plaatsen Belangrijk • Als u een geheugenkaart in de kaartsleuf plaatst, gaat het Toegang (Access)-lampje branden. Als het Toegang (Access)-lampje knippert, heeft het apparaat toegang tot de geheugenkaart. Raak het gebied rondom de kaartsleuf dan niet aan. Opmerking • Als Lees-/schrijfkenmerk (Read/write attribute) is ingesteld op Beschrijfbaar van USB-pc (Writable from USB PC), kunt u geen afbeeldingsgegevens vanaf de geheugenkaart afdrukken via het bedieningspaneel van het apparaat.
Pagina 206
Plaats de volgende typen geheugenkaarten in de rechterkaartsleuf: • SD Secure Digital-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart • miniSD-kaart*, miniSDHC-kaart* • microSD-kaart*, microSDHC-kaart* * Zorg dat u de speciale kaartadapter aan de volgende geheugenkaart bevestigt voordat u de kaart in de kaartsleuf plaatst. Belangrijk •...
Pagina 207
De geheugenkaart uit de sleuf halen Belangrijk • Als u de kaartsleuf hebt gebruikt als het geheugenkaartstation van een computer, moet u de kaartsleuf 'veilig verwijderen' uit de computer voordat u de geheugenkaart uit het apparaat verwijdert. De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer 1.
Pagina 208
Inkt vervangen Inkt vervangen De inktstatus controleren...
Pagina 209
Inkt vervangen Wanneer de inkt opraakt of zich fouten voordoen, wordt het bericht op het aanraakscherm weergegeven om u op de hoogte te brengen van het probleem. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. Er wordt een bericht weergegeven Opmerking •...
Pagina 210
Belangrijk • Raak behalve de inkttanks geen andere delen aan. • Wees voorzichtig met de inkttank om vlekken op kleding en dergelijke te voorkomen. • Houd bij het weggooien van lege inkttanks rekening met de plaatselijke regelgeving met betrekking tot afvalverwerking. Opmerking •...
Pagina 211
5. Houd de inkttank vast met het oranje beschermkapje (F) omhoog en zorg dat u het Y- vormige luchtgat (E) niet blokkeert. 6. Til het lipje op het oranje beschermkapje (F) langzaam omhoog om het VOORZICHTIG te verwijderen. Belangrijk • Druk de zijkanten van de inkttank niet in. Als u de zijkanten van de inkttank indrukt en het Y- vormige luchtgat (E) wordt geblokkeerd, kan er inkt spatten.
Pagina 212
8. Druk op de bovenkant van de inkttank totdat de inkttank stevig vast zit. Controleer of het inktlampje gaat branden. Belangrijk • U kunt niet afdrukken als de inkttank onjuist is geplaatst. U moet de inkttank correct plaatsen, zoals is aangegeven op het label van de printkophouder. •...
Pagina 213
Belangrijk • Raak bij het openen of sluiten van het bedieningspaneel de knoppen en het aanraakscherm op het bedieningspaneel niet aan. Dat kan leiden tot een onverwachte werking. Opmerking • Als het foutbericht wordt weergegeven nadat het bedieningspaneel is gesloten, voert u de vereiste stappen uit.
Pagina 214
De inktstatus controleren De inktstatus controleren met het aanraakscherm op het apparaat De inktstatus controleren met de inktlampjes U kunt de inktstatus ook controleren op het computerscherm. De inktstatus controleren vanaf uw computer (Windows) De inktstatus controleren vanaf uw computer (Mac OS)
Pagina 215
De inktstatus controleren met het aanraakscherm op het apparaat 1. Controleer of het apparaat is ingeschakeld en geef het HOME-scherm weer. Als het HOME-scherm niet wordt weergegeven, raakt u de knop HOME om het scherm weer te geven. 2. Veeg over het HOME-scherm en tik op Instellen (Setup).
Pagina 216
De inktstatus controleren met de inktlampjes 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld en open de papieruitvoerlade voorzichtig terwijl u beide zijden vasthoudt. 2. Til het bedieningspaneel omhoog en open dit totdat het stopt. Vervangingsprocedure 3. Controleer het inktlampje. Sluit het bedieningspaneel nadat u de status van de inktlampjes hebt gecontroleerd. Vervangingsprocedure •...
Pagina 217
beschermkapje van de onderzijde van de inkttank is verwijderd en drukt u daarna op de bovenkant van de inkttank totdat de inkttank op zijn plaats klikt. Als het inktlampje nog steeds niet brandt nadat de inkttank opnieuw is geplaatst, is er een fout opgetreden en kan er niet met het apparaat worden afgedrukt.
Pagina 218
Onderhoud Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Mac OS) Reiniging...
Pagina 219
Als afdrukken vaag of ongelijkmatig zijn Onderhoudsprocedure Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Controleraster voor de spuitopeningen bekijken De printkop reinigen Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren De Printkop uitlijnen De printkop handmatig uitlijnen...
Pagina 220
Onderhoudsprocedure Als de afdrukresultaten vaag zijn, kleuren niet correct worden afgedrukt of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten (bijvoorbeeld omdat lijnen niet evenwijdig worden afgedrukt), voert u de onderstaande onderhoudsprocedure uit. Belangrijk • Spoel de printkop en inkttank niet af en veeg ze niet schoon. Dit kan allerlei problemen met de printkop en inkttank veroorzaken.
Pagina 221
De printkop reinigen Vanaf de computer De printkoppen reinigen (Windows) De printkoppen reinigen (Mac OS) Druk na het reinigen van de printkop het controleraster voor spuitopeningen af en controleer dit: Stap 1 Als het probleem niet is opgelost nadat u stap 1 tot en met stap 3 tweemaal hebt uitgevoerd: Voer een diepte-reiniging van de printkop uit.
Pagina 222
Controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Druk het controleraster voor de spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopening van printkop wordt gespoten. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het controleraster niet goed afgedrukt. Vervang de inkttank die bijna leeg U moet het volgende voorbereiden: een vel gewoon papier van A4- of Letter-formaat...
Pagina 223
7. Tik op Controleraster spuitopening afdr. (Print nozzle check pattern). Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. 8. Tik op Ja (Yes). Het controleraster voor de spuitopeningen wordt afgedrukt en er worden twee bevestigingsschermen op het aanraakscherm weergegeven. Bekijk het controleraster voor de spuitopeningen.
Pagina 224
Controleraster voor de spuitopeningen bekijken Bekijk het controleraster voor de spuitopeningen en reinig zo nodig de printkop. 1. Controleer of er lijnen ontbreken in raster C en controleer of raster D horizontale witte strepen bevat. A: Geen ontbrekende lijnen/geen horizontale witte strepen B: Lijnen ontbreken/er zijn horizontale witte strepen aanwezig E: Aantal vellen dat tot nog toe is afgedrukt 2.
Pagina 225
Voor A (geen ontbrekende lijnen of geen horizontale witte strepen) in zowel raster C als raster D: De reiniging is niet vereist. Tik op Alle A (All A), bevestig het bericht en tik op OK. Het scherm Onderhoud (Maintenance) wordt opnieuw weergegeven. Voor B (lijnen ontbreken of er zijn horizontale witte strepen aanwezig) in raster C of raster D of in beide rasters: De reiniging is vereist.
Pagina 226
De printkop reinigen De printkop moet worden gereinigd als er in het afgedrukte controleraster voor de spuitopeningen lijnen ontbreken of horizontale witte strepen worden weergegeven. Door een reiniging uit te voeren worden de spuitopeningen vrij gemaakt en de toestand van de printkop hersteld. Bij het reinigen van de printkop wordt inkt verbruikt.
Pagina 227
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. 8. Tik op Ja (Yes). Het apparaat start de reiniging van de printkop. Voer geen andere handelingen uit totdat het apparaat klaar is met het reinigen van de printkop. Dit duurt 2 tot 3 minuten. Het bevestigingsscherm voor het afdrukraster wordt weergegeven. 9.
Pagina 228
Een diepte-reiniging van de printkop uitvoeren Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd door de normale reiniging van de printkop, moet u een diepte- reiniging van de printkop uitvoeren. Bij een diepte-reiniging van de printkop wordt meer inkt verbruikt dan bij een normale reiniging van de printkop.
Pagina 229
Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. 8. Tik op Ja (Yes). Het apparaat start de diepte-reiniging van de printkop. Voer geen andere handelingen uit totdat het apparaat klaar is met de diepte-reiniging van de printkop. Dit duurt 2 tot 3 minuten. Het bevestigingsscherm voor het afdrukraster wordt weergegeven. 9.
Pagina 230
De Printkop uitlijnen Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen. Opmerking • Als de inkt bijna op is, wordt het uitlijningsblad niet correct afgedrukt. Vervang de inkttank die bijna leeg is.
Pagina 231
6. Tik op Onderhoud (Maintenance). Het scherm Onderhoud (Maintenance) wordt weergegeven. 7. Tik op Printkop automatisch uitlijnen (Auto head alignment). Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. 8. Tik op Ja (Yes). Het controlevel voor de uitlijning van de printkop wordt afgedrukt en de positie van de printkop wordt automatisch uitgelijnd.
Pagina 232
De printkop handmatig uitlijnen Als evenwijdige lijnen niet correct worden afgedrukt of als u nog steeds niet tevreden bent over de afdrukresultaten nadat de printkoppositie automatisch is aangepast, kunt u de printkoppositie handmatig aanpassen. Opmerking • Voor meer informatie over handmatige aanpassing van de printkoppositie raadpleegt u De Printkop uitlijnen.
Pagina 233
Het scherm Onderhoud (Maintenance) wordt weergegeven. 7. Tik op Printkop handmatig uitlijnen (Manual head alignment). Het bevestigingsscherm wordt weergegeven. Opmerking • Selecteer Uitlijnwaarde printkop afdrukken (Print the head alignment value) als u de huidige aanpassingswaarden voor de printkoppositie wilt afdrukken en controleren. 8.
Pagina 234
Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, selecteert u de instelling waarbij de verticale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn. A: Nauwelijks zichtbare verticale strepen B: Duidelijk zichtbare verticale strepen 12. Herhaal de procedure totdat u het rasternummer voor de kolommen B tot en met H hebt ingevoerd en tik vervolgens op OK.
Pagina 235
Het tweede raster wordt afgedrukt. Belangrijk • Open het bedieningspaneel niet terwijl een afdruktaak wordt uitgevoerd. 14. Bekijk het tweede raster, tik op I om de afgedrukte rasters te controleren en tik daarna in kolom I op het nummer van het raster met de minst waarneembare verticale strepen. Opmerking •...
Pagina 236
17. Bekijk het derde raster, tik op a om de afgedrukte rasters te controleren en tik daarna in kolom a op het nummer van het raster met de minst waarneembare horizontale strepen. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, kiest u de instelling waarbij de horizontale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn.
Pagina 237
Onderhoudsfuncties uitvoeren vanaf de computer (Windows) De printkoppen reinigen De positie van de printkop uitlijnen Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken...
Pagina 238
De printkoppen reinigen Met de functie voor het reinigen van de printkop kunt u verstopte spuitopeningen van de printkop weer vrijmaken. Reinig de printkoppen wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al is er genoeg inkt. De procedure voor het reinigen van de printkop is als volgt: Reiniging (Cleaning) 1.
Pagina 239
Diepte-reiniging (Deep Cleaning) Diepte-reiniging (Deep Cleaning) is grondiger dan een normale reiniging. U gebruikt deze functie als een probleem met de printkop niet is opgelost nadat u de functie Reiniging (Cleaning) tweemaal hebt uitgevoerd. 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 240
De positie van de printkop uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
Pagina 241
De positie van de printkop handmatig uitlijnen Bij het uitlijnen van de printkop worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Op deze printer worden twee methoden voor het uitlijnen van de printkop ondersteund: automatische uitlijning en handmatige uitlijning.
Pagina 242
Zorg dat de printer aan staat en klik op Printkop uitlijnen (Align Print Head). Volg de instructie in het bericht. Belangrijk • Open het bedieningspaneel niet terwijl een afdruktaak wordt uitgevoerd. 8. Controleer het afgedrukte patroon Voer de nummers van de patronen met de minst zichtbare strepen in de bijbehorende vakken in. Als u klikt op de patronen met de minst zichtbare strepen in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst.
Pagina 243
Belangrijk • Open het bedieningspaneel niet terwijl een afdruktaak wordt uitgevoerd. 10. Controleer het afgedrukte patroon Voer de nummers van de patronen met de minst zichtbare strepen in de bijbehorende vakken in. Als u klikt op de patronen met de minst zichtbare strepen in het voorbeeldvenster, worden de nummers automatisch in de bijbehorende vakken geplaatst.
Pagina 244
Klik op OK nadat u alle benodigde waarden hebt ingevoerd. Opmerking • Als het moeilijk is het beste raster te kiezen, kiest u de instelling waarbij de horizontale strepen het minst duidelijk zichtbaar zijn. (A) Minst duidelijk zichtbare horizontale strepen (B) Duidelijkst zichtbare horizontale strepen Opmerking •...
Pagina 245
Een controleraster voor de spuitopeningen afdrukken Met de functie voor controle van de spuitopeningen kunt u controleren of de printkop goed functioneert door een controleraster af te drukken. Druk een controleraster af wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt.
Pagina 246
Reiniging De buitenkant van het apparaat reinigen De glasplaat en de documentklep reinigen De papierinvoerrol reinigen Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Het cassettekussentje reinigen...
Pagina 247
De buitenkant van het apparaat reinigen Gebruik altijd een zachte en droge doek, bijvoorbeeld een brillendoekje, en veeg vuilresten voorzichtig van het oppervlak. Strijk eventuele kreukels in de doek zo nodig glad voordat u de doek gebruikt. Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
Pagina 248
De glasplaat en de documentklep reinigen Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen. • Gebruik voor het reinigen geen tissues, papieren handdoekjes, doeken met een grove structuur of soortgelijk materiaal omdat deze krassen kunnen veroorzaken.
Pagina 249
De papierinvoerrol reinigen Als de papierinvoerrol vuil is of als er papierstof op ligt, wordt het papier mogelijk niet goed ingevoerd. Reinig in dat geval de papierinvoerrol. Als u de papierinvoerrol reinigt, slijt deze. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is. U moet het volgende voorbereiden Voor cassette 1: een vel normaal papier van A4- of Letter-formaat (knippen voor gebruik) Voor cassette 2: drie vellen normaal papier van A4- of Letter-formaat...
Pagina 250
9. Controleer of de papierinvoerrol is gestopt met draaien en volg de aanwijzingen in het bericht om normaal papier als volgt te plaatsen in de papierbron die u hebt geselecteerd in stap 6. Papier plaatsen in cassette 1: Knip een vel normaal papier van A4- of Letter-formaat in vier stukken. Plaats ze in cassette 1 met de boven- en onderrand (A) gericht naar de achterzijde van cassette 1.
Pagina 251
Het binnenste van het apparaat reinigen (Reiniging onderste plaat) Hiermee verwijdert u vlekken van de binnenkant van het apparaat. Als het binnenste van het apparaat vuil wordt, kan bedrukt papier ook vuil worden. Daarom raden we u aan de binnenkant van het apparaat regelmatig te reinigen.
Pagina 252
9. Plaats alleen dit vel papier in cassette 2 met de rug van de vouwen naar boven gericht, waarbij de rand van de helft zonder vouw van u af is gericht. 10. Open de papieruitvoerlade voorzichtig terwijl u beide zijden vasthoudt. Het verlengstuk van de uitvoerlade wordt automatisch geopend wanneer de papieruitvoerlade is geopend.
Pagina 253
Belangrijk • Schakel het apparaat altijd uit en haal het netsnoer uit het stopcontact voordat u het apparaat gaat reinigen.
Pagina 254
Het cassettekussentje reinigen Als het kussentje in een cassette besmeurd is geraakt met papierstof of vuil, kunnen twee of meer vellen papier tegelijk worden uitgevoerd. Volg de onderstaande procedure om het kussentje in de cassette te reinigen. U moet het volgende voorbereiden: wattenstaafje 1.
Pagina 255
Overzicht Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening Het bedieningspaneel gebruiken Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding Netwerkcommunicatie (Windows)
Pagina 256
Een afdruktaak annuleren Een hoge afdrukkwaliteit handhaven De printer vervoeren Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Specificaties...
Pagina 257
Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Informatie over regelgeving...
Pagina 258
Veiligheidsvoorschriften Een locatie kiezen • Installeer het apparaat op een stabiele plaats die vrij van trillingen is. • Installeer het apparaat niet op een plaats die zeer vochtig of stoffig is en niet in direct zonlicht, buitenshuis of dicht bij een warmtebron. U kunt het risico van brand of elektrische schokken beperken door het apparaat te gebruiken in de werkingsomgeving die staat aangegeven in de Specificaties.
Pagina 259
Canon does not recommend extending the Activation Times from the optimum ones set as default. ®...
Pagina 260
Paper types This product can be used to print on both recycled and virgin paper (certified to an environmental stewardship scheme), which complies with EN12281 or a similar quality standard. In addition it can support printing on media down to a weight of 64g/m , lighter paper means less resources used and a lower environmental footprint for your printing needs.
Pagina 261
Hoofdonderdelen en hun gebruik Hoofdonderdelen Stroomvoorziening Het bedieningspaneel gebruiken...
Pagina 262
Hoofdonderdelen Vooraanzicht Achteraanzicht Binnenaanzicht Bedieningspaneel...
Pagina 263
Vooraanzicht (1) bedieningspaneel Gebruik het bedieningspaneel om de apparaatinstellingen te wijzigen of het apparaat te bedienen. Open het bedieningspaneel als u een inkttank wilt vervangen, een inktlampje wilt controleren of vastgelopen papier uit het apparaat wilt verwijderen. Bedieningspaneel (2) documentklep Open deze klep als u een origineel op de glasplaat wilt plaatsen.
Pagina 264
(7) cassette 1 Plaats fotopapier van 10 x 15 cm (4 x 6 inch) of 13 x 18 cm (5 x 7 inch) in de cassette en plaats deze in het apparaat. Er kunnen twee of meer vellen papier van hetzelfde formaat en mediumtype tegelijk worden geplaatst.
Pagina 265
Achteraanzicht (1) achterklep Verwijder deze klep als u vastgelopen papier verwijdert. (2) netsnoeraansluiting Hier kunt u het meegeleverde netsnoer aansluiten. (3) USB-poort Sluit hier de USB-kabel aan om het apparaat op een computer aan te sluiten. (4) aansluiting voor bedraad LAN Sluit hier de LAN-kabel aan om het apparaat met een LAN te verbinden.
Pagina 266
Binnenaanzicht (1) kaartsleuf Hier kunt u een geheugenkaart plaatsen. Voordat u de geheugenkaart plaatst (2) Toegang (Access)-lampje Dit lampje brandt of knippert om de status van de geheugenkaart aan te geven. Geheugenkaarten plaatsen (3) inktlampjes Deze lampjes branden of knipperen om de status van de inkttank aan te geven. De inktstatus controleren met de inktlampjes (4) printkophouder De printkop is vooraf geïnstalleerd.
Pagina 267
(8) NFC-markering (Near Field Communication) Haal een smartphone of ander apparaat met NFC-functie en met een geïnstalleerde NFC-compatibele toepassing van Canon over deze markering om af te drukken en andere bewerkingen uit te voeren. (9) Alarm-lampje Wanneer er een fout optreedt, knippert of brandt dit lampje.
Pagina 268
Opmerking • Wanneer u de knoppen op het bedieningspaneel aanraakt, genereert het apparaat desgewenst toets- of alarmgeluiden. U kunt het geluidsvolume aanpassen via Geluidsregeling (Sound control) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings). Gebruikersinstellingen apparaat...
Pagina 269
Stroomvoorziening Controleer of de printer is ingeschakeld Het apparaat in- en uitschakelen Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer...
Pagina 270
Controleer of de printer is ingeschakeld Het AAN/UIT (POWER)-lampje brandt wanneer het apparaat is ingeschakeld. Zelfs als de knoppen op het bedieningspaneel en het aanraakscherm zijn uitgeschakeld, als het lampje op de knop AAN/UIT (POWER) brandt, is het apparaat ingeschakeld. Opmerking •...
Pagina 271
Het apparaat in- en uitschakelen Het apparaat inschakelen 1. Raak de knop AAN (ON) aan om het apparaat in te schakelen. Het AAN/UIT (POWER)-lampje knippert en blijft branden. Controleer of de printer is ingeschakeld Opmerking • Het kan enige tijd duren voordat het apparaat met afdrukken begint nadat u het apparaat hebt ingeschakeld.
Pagina 272
Belangrijk • Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld, controleert u of het AAN/UIT (POWER)-lampje uit is. Opmerking • U kunt het apparaat automatisch laten uitschakelen wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen afdruktaken naar het apparaat zijn gestuurd. Deze functie is standaard ingeschakeld.
Pagina 273
Kennisgeving over de stekker/het netsnoer Koppel het netsnoer eenmaal per maand los om te controleren of geen van de onderstaande onregelmatigheden zich voordoet bij de stekker of het netsnoer. • De stekker/het netsnoer is heet. • De stekker/het netsnoer is roestig. •...
Pagina 274
Kennisgeving over het loskoppelen van het netsnoer Volg de onderstaande procedure om de stekker uit het stopcontact te trekken. Belangrijk • Wanneer u het netsnoer loskoppelt, raakt u de knop AAN (ON) aan en controleert u daarna of het AAN/UIT (POWER)-lampje uit is. Wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt terwijl het AAN/UIT (POWER)-lampje brandt of knippert, kan de printkop uitdrogen of verstopt raken en kan de afdrukkwaliteit minder worden.
Pagina 275
Het bedieningspaneel gebruiken Het bedieningspaneel bestaat uit het aanraakscherm (A) en knoppen (B) die oplichten. Raak het HOME-scherm op het aanraakscherm aan met uw vingertop om menu's te selecteren voor kopiëren, scannen en andere functies. Het HOME-scherm bestaat uit drie afzonderlijke schermen. * Het weergegeven scherm hangt af van het model.
Pagina 276
Belangrijk • Wanneer u het aanraakscherm gebruikt, moet u de volgende handelingen vermijden. Hierdoor kan het apparaat defect raken of deze kunnen het apparaat beschadigen. • Hard drukken op het aanraakscherm. • Op het aanraakscherm drukken met iets anders dan uw vingers (vooral scherpe punten, zoals die van balpennen, potloden of nagels).
Pagina 277
Slepen Raak het scherm licht aan en veeg uw vinger omhoog, omlaag, naar links of naar rechts. Hiermee bekijkt u lijsten of bedient u schuifregelaars. Een praktijkvoorbeeld van het aanraakscherm Voorbeeld: Bediening van het aanraakscherm in het fotoselectiescherm van Foto afdrukken (Photo print) Veeg uw vinger naar links of naar rechts op een foto om de volgende of vorige foto weer te geven.
Pagina 278
Sleep de schuifbalk H naar links of rechts om het aantal foto's op het scherm te wijzigen. Dit kunt u ook doen door op I of J te tikken. Tik op E om het scherm Tot meest recente datum (To most recent date) weer te geven. Veeg naar links of rechts en tik op de datum van foto´s om deze weer te geven.
Pagina 279
Sleep het scherm omhoog of omlaag en tik op een onderdeel om het te selecteren. Hiermee wordt nog een lijst geopend. Sleep deze op dezelfde manier en tik op een instelling.
Pagina 280
Instellingen wijzigen Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Mac OS) Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer...
Pagina 281
Printerinstellingen vanaf de computer wijzigen (Windows) Afdrukopties wijzigen Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren De stroomvoorziening van de Printer beheren Het geluid van de Printer reduceren De bedieningsmodus van de Printer aanpassen...
Pagina 282
Afdrukopties wijzigen U kunt de gedetailleerde instellingen van het printerstuurprogramma wijzigen voor afdrukgegevens die worden verzonden vanuit een toepassing. Geef deze optie aan als u te maken hebt met afdrukproblemen, zoals een deel van beeldgegevens dat wordt afgesneden. De procedure voor het wijzigen van de afdrukopties is als volgt: 1.
Pagina 283
Een veelgebruikt afdrukprofiel registreren U kunt een veelgebruikt afdrukprofiel registreren bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Afdrukprofielen die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen. De procedure voor het opslaan van een afdrukprofiel is als volgt: Een afdrukprofiel registreren 1.
Pagina 284
Geef een naam op in het veld Naam (Name). Klik zo nodig op Opties... (Options...) om opties in te stellen en klik vervolgens op OK. Klik in het dialoogvenster Veelgebruikte instellingen opslaan (Save Commonly Used Settings) op OK om de afdrukinstellingen op te slaan en terug te keren naar het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 285
De stroomvoorziening van de Printer beheren Met deze functie kunt u de stroomvoorziening van de printer vanuit het printerstuurprogramma beheren. De procedure voor het beheren van de stroomvoorziening van de printer is als volgt: Printer uit (Power Off) Met de functie Printer uit (Power Off) schakelt u de printer uit. Wanneer u deze functie gebruikt, kunt u de printer niet inschakelen vanuit het printerstuurprogramma.
Pagina 286
(Disable) op dezelfde manier in de lijst. Opmerking • Als de printer wordt uitgeschakeld, hangt het bericht van de Canon IJ-statusmonitor af van de instelling voor Printer automatisch aan (Auto Power On). Wanneer Inschakelen (Enable) is geselecteerd, wordt een bericht weergegeven dat de printer stand-by staat.
Pagina 287
Het geluid van de Printer reduceren Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat de printer minder geluid maakt. Selecteer deze functie als u wilt dat de printer 's nachts of in andere omstandigheden minder geluid maakt. Wanneer u deze functie selecteert, kan het afdrukken langzamer verlopen. De procedure voor het gebruiken van de stille modus is als volgt: Stille instellingen (Quiet Settings) 1.
Pagina 288
Opmerking • De stille modus kan minder effect hebben, afhankelijk van de instellingen voor afdrukkwaliteit.
Pagina 289
De bedieningsmodus van de Printer aanpassen Indien nodig kunt u schakelen tussen verschillende bedieningsmodi van de printer. De procedure voor het configureren van de Aangepaste instellingen (Custom Settings) is als volgt: Aangepaste instellingen (Custom Settings) 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 290
Schakel dit selectievakje in om de printkop handmatig uit te lijnen. Schakel dit selectievakje uit om de printkop automatisch uit te lijnen. 90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u de draairichting van de optie Liggend (Landscape) bij Afdrukstand (Orientation) wijzigen.
Pagina 291
Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel Afdrukinstell. LAN-instellingen Gebruikersinstellingen apparaat PictBridge-afdrukinstellingen Taal kiezen Achtergrondkleur hoofdscherm Firmware bijwerken Cassette-instellingen Instelling herstellen ECO-instellingen Stille instelling...
Pagina 292
Instellingen wijzigen vanaf het bedieningspaneel In dit gedeelte wordt de procedure voor het wijzigen van de instellingen in het scherm Apparaatinstellingen (Device settings) beschreven. Daarbij worden de stappen voor het opgeven van de optie Uitbreiding kopiehoeveelheid (Extended copy amount) als voorbeeld genomen. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Pagina 293
U kunt de menu´s voor instellingen hieronder selecteren. Afdrukinstell. LAN-instellingen Gebruikersinstellingen apparaat PictBridge-afdrukinstellingen Taal kiezen Achtergrondkleur hoofdscherm Firmware bijwerken Cassette-instellingen Instelling herstellen Opmerking • U kunt bij het instellen van het apparaat rekening houden met het milieu, door bijvoorbeeld standaard dubbelzijdig afdrukken in te stellen of door automatisch in-/uitschakelen op het apparaat in te schakelen.
Pagina 294
Afdrukinstell. • Papierschuring voorkomen (Prevent paper abrasion) Gebruik deze instelling alleen als er vlekken op het afdrukoppervlak ontstaan. Belangrijk • Stel dit item na het afdrukken weer in op UIT (OFF), omdat dit tot een lagere afdruksnelheid of - kwaliteit kan leiden. •...
Pagina 295
U kunt de linker-/rechtermarges in stappen van 0,003 inch/0,1 mm tussen -0,1 inch/-3 mm en +0,1 inch/3 mm gecentreerd op het horizontale midden van het papier aanpassen. Belangrijk • U kunt de linker-/rechtermarges van Letter-/Legal-papier tussen -0,05 inch/-1,5 mm en +0,05 inch/ +1,5 mm aanpassen, zelfs als u een waarde van meer dan 0,05 inch/1,5 mm opgeeft.
Pagina 296
LAN-instellingen • LAN wijzigen (Change LAN) Hiermee schakelt u draadloos LAN, bedraad LAN of de directe verbinding in. U kunt ze ook uitschakelen. • Instellingen draadloos LAN (Wireless LAN setup) Hiermee selecteert u de instelmethode voor de draadloze LAN-verbinding. Opmerking •...
Pagina 299
Vooraf gedeelde sleutel (Pre-shared key) XXXXXXXXXXXXXXXX (16 tekens) Printernaam (Printer name) XXXXXXXXXXXXXXX (maximaal 15 tekens) Bonjour-servicenaam (Bonjour service name) XXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXX (maximaal 52 tekens) Apparaatnaam directe verbinding (Direct connection XXXXXX-XXXXXXseries device name) ('XX' staat voor alfanumerieke tekens.) ◦ LAN-details afdrukken (Print LAN details) U kunt de netwerkinstellingen van het apparaat, zoals het IP-adres en de SSID, afdrukken.
Pagina 300
■ WSD-scan vanaf dit apparaat (WSD scan from this device) Als u Inschakelen (Enable) selecteert, kunt u de gescande gegevens via WSD naar de computer verzenden. ■ Time-outinstelling (Timeout setting) Hiermee geeft u de duur van de time-out op. ◦ Bonjour-instellingen (Bonjour settings) Hiermee kunt u opties voor LAN instellen met behulp van Bonjour voor Mac OS.
Pagina 301
■ Apparaatnaam wijzigen (Change device name) Hiermee wijzigt u de naam van het apparaat die wordt weergegeven op een Wi-Fi Direct- compatibel apparaat. ■ Verbindingsverzoek bevestigen (Connection request confirmation) Als u Ja (Yes) selecteert, wordt het bevestigingsscherm weergegeven wanneer een Wi-Fi Direct-compatibel apparaat verbinding maakt met het apparaat.
Pagina 302
Hiermee selecteert u het alarmvolume. • Instelling verz. apparaatinfo (Device info sending setting) Hiermee selecteert u of de gebruiksgegevens van de printer naar de Canon-server worden verzonden. De informatie die naar Canon is verzonden, wordt gebruikt om betere producten te ontwikkelen.
Pagina 303
• Energiebesparingsinstellingen (Energy saving settings) Hiermee kunt u het apparaat automatisch in-/uitschakelen om elektriciteit te besparen. ◦ Automatisch uit (Auto power off) Hiermee geeft u op na hoeveel tijd het apparaat automatisch moet worden uitgeschakeld wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen afdrukgegevens naar het apparaat zijn gestuurd.
Pagina 304
PictBridge-afdrukinstellingen U kunt de afdrukinstellingen wijzigen wanneer u afdrukt vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN). Stel de afdrukinstellingen op het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN) in op Standaard (Default) als u wilt afdrukken met de instellingen op het apparaat. Scherm PictBridge-afdrukinstellingen (PictBridge print settings) Scherm Disclabelafdruk instellen (Disc label print setting) Afdrukinstellingen wijzigen vanaf het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN): Instellingen op een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN)
Pagina 305
5. Fotocorr. (Photo fix) Als Automat. fotocorr. (Auto photo fix) is geselecteerd, wordt het onderwerp of het gezicht van een persoon op een foto geanalyseerd en wordt de meest geschikte correctie voor elke foto automatisch toegepast. Een donker gezicht als gevolg van tegenlicht wordt lichter gemaakt bij het afdrukken. De functie herkent bijvoorbeeld ook landschappen, nachtopnames, personen, enzovoort en corrigeert automatisch elke foto door de meest geschikte kleur, helderheid of contrast toe te passen voordat de foto wordt afgedrukt.
Pagina 306
• Voor meer informatie over bedrukbare discs neemt u contact op met de fabrikant. 2. Selecteer het type afdrukbare disc dat u wilt gebruiken. Opmerking • Als uw afdrukbare disc de aanbevolen disc is, tikt u op Aanbevolen disc (Recommended disc) voor de geschikte afdrukdichtheid.
Pagina 307
Taal kiezen Hiermee wijzigt u de taal voor berichten en menu's op het aanraakscherm.
Pagina 308
Achtergrondkleur hoofdscherm Hiermee selecteert u de achtergrondkleur van het HOME-scherm. U kunt zwart of wit selecteren.
Pagina 309
Firmware bijwerken U kunt de firmware van het apparaat bijwerken, de firmwareversie controleren of instellingen selecteren voor een systeemvak, een DNS-server en een proxyserver. Opmerking • Als LAN uitschakelen (Disable LAN) is geselecteerd voor LAN wijzigen (Change LAN) bij LAN- instellingen (LAN settings), is alleen Huidige versie controleren (Check current version) beschikbaar.
Pagina 310
Cassette-instellingen Door het aangepaste papierformaat en het in de cassette geplaatste mediumtype te registreren, kunt u voorkomen dat het apparaat onjuiste afdrukken produceert. Hiertoe wordt voor het afdrukken begint, een bericht weergegeven als het papierformaat of het mediumtype van het geplaatste papier afwijkt van de afdrukinstellingen.
Pagina 311
Instelling herstellen U kunt de instellingen terugzetten naar de standaardwaarden. • Alleen webservice instellen (Web service setup only) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van de instellingen voor de webservice. • Alleen LAN-instellingen (LAN settings only) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van de LAN-instellingen behalve het beheerderswachtwoord. •...
Pagina 312
ECO-instellingen Met deze instelling kunt u automatisch dubbelzijdig afdrukken als standaard gebruiken om papier te besparen en om het apparaat automatisch in/uit te schakelen om elektriciteit te besparen. Dubbelzijdig afdrukken gebruiken Functie voor energie besparen gebruiken Dubbelzijdig afdrukken gebruiken Volg de onderstaande procedure om dubbelzijdig afdrukken te gebruiken. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Pagina 313
2. Veeg over het HOME-scherm en tik op ECO-instellingen (ECO settings). Het bedieningspaneel gebruiken 3. Tik op Energiebespa-ringsinstellingen (Energy saving settings). 4. Geef de gewenste instellingen op. A. Tik hierop om op te geven na hoeveel tijd het apparaat automatisch moet worden uitgeschakeld wanneer gedurende een bepaalde periode geen bewerkingen worden uitgevoerd of geen afdrukgegevens naar het apparaat zijn gestuurd.
Pagina 314
Stille instelling Hiermee schakelt u deze functie in als u het geluidsniveau van het apparaat wilt beperken, bijvoorbeeld wanneer u 's nachts afdrukt. Volg de onderstaande procedure om de instellingen op te geven. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Veeg over het HOME-scherm en tik op Stille instelling (Quiet setting).
Pagina 315
De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer...
Pagina 316
De kaartsleuf instellen als het geheugenkaartstation van een computer De kaartsleuf van het apparaat kan ook worden gebruikt als het geheugenkaartstation van de computer. Belangrijk • Als Lees-/schrijfkenmerk (Read/write attribute) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) is ingesteld op Beschrijfbaar van USB-pc (Writable from USB PC) met het bedieningspaneel van het apparaat, kunt u geen foto's op een geheugenkaart afdrukken met het bedieningspaneel van het apparaat.
Pagina 317
Voor meer informatie over de instelling voor automatisch uitschakelen: ECO-instellingen Belangrijk • Als u de kaartsleuf gebruikt als een geheugenkaartstation voor de computer, moet u een 'veilige verwijdering' uitvoeren op de computer voordat u de geheugenkaart uit het apparaat verwijdert. •...
Pagina 318
Netwerkverbinding Tips voor de netwerkverbinding...
Pagina 319
Tips voor de netwerkverbinding Standaardnetwerkinstellingen U komt niet verder dan het scherm Printeraansluiting/Kabel aansluiten Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Verbinding maken met een andere computer via een LAN/De verbinding wijzigen van USB in LAN Netwerkinstellingen afdrukken...
Pagina 320
Inschakelen (Enable) Time-outinstelling (Timeout setting) 1 minuut (1 minute) Bonjour inschakelen/uitschakelen (Enable/disable Bonjour) Inschakelen (Enable) Servicenaam (Service name) Canon MG7700 series LPR-protocolinstelling (LPR protocol setting) Inschakelen (Enable) PictBridge-communicatie (PictBridge communication) Inschakelen (Enable) DRX-instelling voor bedraad LAN (Wired LAN DRX setting) Inschakelen (Enable) ('XX' staat voor alfanumerieke tekens.)
Pagina 321
*2 Het wachtwoord wordt automatisch opgegeven. *3 'ZZZZZZ' staat voor de laatste zes cijfers van het MAC-adres van het apparaat.
Pagina 322
Er is een andere printer gevonden met dezelfde naam Wanneer de printer tijdens de installatie wordt gevonden, worden mogelijk andere printers met dezelfde naam weergegeven in het venster met detectieresultaten. Selecteer een printer waarbij u de printerinstellingen vergelijkt met die in het venster met detectieresultaten. •...
Pagina 323
USB in LAN, voert u de installatie uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgt u de instructies op de Canon-website. Voor Mac OS: Als u een extra computer wilt verbinden met het apparaat via een LAN of als u de verbinding wilt wijzigen van USB in LAN, volgt u de instructies op de Canon-website.
Pagina 324
Netwerkinstellingen afdrukken Gebruik het bedieningspaneel om de huidige netwerkinstellingen van het apparaat af te drukken. Belangrijk • De afdruk van de netwerkinstellingen bevat belangrijke informatie over uw netwerk. Bewaar deze zorgvuldig. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats twee vellen een normaal papier van A4- of Letter-formaat. 3.
Pagina 325
Channel *1 Kanaal XX (1 t/m 11) Encryption Coderingsmethode None/WEP/TKIP/AES WEP Key Length WEP-sleutellengte (bits) Inactive/128/64 Authentication Verificatiemethode None/auto/open/shared/WPA-PSK/WPA2-PSK Signal Strength Signaalsterkte 0 tot 100 [%] TCP/IPv4 TCP/IPv4 Enable IP Address IP-adres (IP-address) XXX.XXX.XXX.XXX Subnet Mask Subnetmasker XXX.XXX.XXX.XXX Default Gateway Standaardgateway XXX.XXX.XXX.XXX TCP/IPv6...
Pagina 326
Subnet Prefix Length *2 Lengte subnetprefix Default Gateway *2 Standaardgateway XXXX:XXXX:XXXX:XXXX XXXX:XXXX:XXXX:XXXX IPsec *3 IPsec-instelling Active Security Protocol *3 Beveiligingsmethode – Wired LAN Bedraad LAN Enable/Disable MAC Address MAC-adres XX:XX:XX:XX:XX:XX/Disable Connection Status van bedraad LAN Active/Inactive TCP/IPv4 TCP/IPv4 Enable IP Address IP-adres (IP-address) XXX.XXX.XXX.XXX Subnet Mask...
Pagina 327
DNS Server DNS-serveradres automatisch Auto/Manual verkrijgen Primary Server Adres van primaire server XXX.XXX.XXX.XXX Secondary Server Adres van secundaire server XXX.XXX.XXX.XXX Proxy Server Proxyserverinstelling Enable/Disable Proxy Address Proxyadres XXXXXXXXXXXXXXXXXXXX Proxy Port Specificatie proxypoort 1 tot 65535 ('XX' staat voor alfanumerieke tekens.) *1 Kanaal kan variëren van 1 tot en met 11, afhankelijk van het land of de regio van aankoop.
Pagina 328
Netwerkcommunicatie (Windows) Netwerkinstellingen controleren en wijzigen IJ Network Tool (netwerkverbinding) IJ Network Tool (overige schermen) Tips voor netwerkcommunicatie...
Pagina 329
Netwerkinstellingen controleren en wijzigen IJ Network Tool Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN Gedetailleerde WEP-instellingen wijzigen Gedetailleerde WPA/WPA2-instellingen wijzigen Instellingen wijzigen op het tabblad Bedraad LAN Instellingen wijzigen op het tabblad Wachtwoord beheerder Status draadloos netwerk controleren Instellingen wijzigen bij Directe verbinding Netwerkinstellingen initialiseren Aangepaste instellingen weergeven...
Pagina 330
• Druk niet af terwijl IJ Network Tool actief is. • Als de firewallfunctie van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt wellicht het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als de waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
Pagina 331
Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
Pagina 332
Scherm Zoeken Opmerking • Geef dezelfde SSID op die is ingesteld voor de draadloze router. De SSID is hoofdlettergevoelig. Coderingsmethode: (Encryption Method:) Hiermee kunt u de coderingsmethode selecteren die wordt gebruikt op het draadloos LAN. U kunt WEP-instellingen wijzigen door WEP gebruiken (Use WEP) te selecteren en te klikken op Configuratie...
Pagina 333
Gedetailleerde WEP-instellingen wijzigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
Pagina 334
Hexadecimaal (Hex) 10 tekens 26 tekens 2. Sleutellengte: (Key Length:) Selecteer 64-bits (64bit) of 128-bits (128bit). 3. Indeling sleutel: (Key Format:) Selecteer ASCII of Hex. 4. Sleutel-ID: (Key ID:) Selecteer de sleutel-id (index) die is ingesteld op de draadloze router. 5.
Pagina 335
Gedetailleerde WPA/WPA2-instellingen wijzigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de printer wilt wijzigen, sluit u de printer tijdelijk met een USB- kabel op de computer aan. Als u de draadloze netwerkinstellingen van de computer aanpast via een draadloze verbinding zonder USB-aansluiting, kan de computer mogelijk niet communiceren met het apparaat nadat de instellingen zijn gewijzigd.
Pagina 336
8. Voer de wachtwoordzin in en klik op Volgende> (Next>). Geef het wachtwoord op dat is ingesteld op de draadloze router. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde. Raadpleeg de instructiehandleiding van de draadloze router of neem contact op met de fabrikant als u het wachtwoord van de draadloze router niet weet.
Pagina 337
Belangrijk • Als de printer niet kan communiceren met de computer nadat het coderingstype van de printer is gewijzigd, zorgt u dat het coderingstype van de computer en de draadloze router overeenkomt met dat van de printer. Opmerking • Als u de netwerkinstellingen wijzigt terwijl de USB-kabel tijdelijk is aangesloten, kan de standaardprinter worden gewijzigd.
Pagina 338
Instellingen wijzigen op het tabblad Bedraad LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Schakel de instelling voor bedraad LAN van de printer in als u de instellingen op het tabblad Bedraad LAN (Wired LAN) wilt wijzigen.
Pagina 339
Instellingen wijzigen op het tabblad Wachtwoord beheerder Opmerking • U kunt de instellingen niet wijzigen wanneer een directe verbinding (toegangspuntmodus) wordt gebruikt. Start IJ Network Tool. 2. Selecteer de printer bij Printers:. 3. Selecteer Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). 4.
Pagina 340
Er wordt een venster weergegeven waarin u de instellingen moet bevestigen voordat ze naar de printer worden verzonden. Als u op Ja (Yes) klikt, worden de instellingen naar de printer verzonden en wordt het venster Verzonden instellingen (Transmitted Settings) weergegeven.
Pagina 341
Status draadloos netwerk controleren Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Als u het apparaat via een bedraad LAN gebruikt, kunt u netwerkstatus niet controleren. Start IJ Network Tool. 2. Selecteer de printer bij Printers:. 3.
Pagina 342
6. Controleer de status. Wanneer de meting is voltooid, wordt de status weergegeven. Wanneer wordt weergegeven bij Verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router: (Connection performance between the printer and the wireless router:), kan de printer communiceren met de draadloze router. Raadpleeg anders de weergegeven opmerkingen en het onderstaande om de status van de communicatieverbinding te verbeteren en klik op Opnieuw meten (Remeasurement).
Pagina 343
• Controleer of zich geen bronnen van radiostoring in de buurt van de printer en de draadloze router bevinden. De draadloze verbinding gebruikt mogelijk dezelfde frequentieband als magnetrons of andere bronnen van radiostoring. Probeer de printer en de draadloze router uit de buurt te houden van dergelijke bronnen.
Pagina 344
Instellingen wijzigen bij Directe verbinding Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Afhankelijk van de printer die u gebruikt, wordt 'directe verbinding' mogelijk 'toegangspuntmodus' genoemd in de handleidingen. • U kunt deze functie alleen gebruiken wanneer u een computer gebruikt die compatibel is met het draadloze LAN.
Pagina 345
Belangrijk • U kunt de coderingsmethode of het wachtwoord mogelijk niet wijzigen, afhankelijk van de printer die u gebruikt. • Als u de instellingen niet kunt wijzigen via het bovenstaande scherm, kunt u de SSID (toegangspuntnaam) en het wachtwoord tegelijk bijwerken via het bedieningspaneel. (U kunt de coderingsmethode niet wijzigen).
Pagina 346
Canon-website. Opmerking • U kunt de netwerkinstellingen van de printer wijzigen met IJ Network Tool en een USB-verbinding nadat de LAN-instellingen zijn geïnitialiseerd. Als u de netwerkinstellingen wilt wijzigen met Canon IJ Network Tool, moet u eerst draadloos LAN inschakelen.
Pagina 347
Aangepaste instellingen weergeven Het venster Bevestiging (Confirmation) wordt weergegeven nadat u de printerinstellingen in het venster Configuratie (Configuration) hebt gewijzigd. Wanneer u op Ja (Yes) klikt in het venster Bevestiging (Confirmation), wordt het volgende venster weergegeven waarin u de gewijzigde instellingen kunt controleren.
Pagina 348
IJ Network Tool (netwerkverbinding) Scherm Canon IJ Network Tool Scherm Configuratie Tabblad Draadloos LAN Scherm Zoeken Scherm WEP-details Scherm WPA/WPA2-details Venster Verificatietype bevestigen Scherm Instelling PSK-wachtwoordzin en dynamische codering Scherm Bevestiging installatiegegevens Tabblad Bedraad LAN Tabblad Wachtwoord beheerder Scherm Netwerkgegevens...
Pagina 349
Scherm Canon IJ Network Tool In dit gedeelte worden de items en menu's beschreven die worden weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. Items in het venster Canon IJ Network Tool Menu's van Canon IJ Network Tool Items in het venster Canon IJ Network Tool Het volgende item wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool.
Pagina 350
• Dit item heeft dezelfde functie als Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). Menu's van Canon IJ Network Tool Het volgende menu wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. 1. Menu Bestand (File) Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u IJ Network Tool.
Pagina 351
• Als de printer wordt gebruikt door een andere computer, wordt een venster weergegeven met deze informatie. Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als Bijwerken (Update) in het venster Canon IJ Network Tool. Netwerkgegevens (Network Information) Hiermee geeft u het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer waarin u de netwerkinstellingen van de printer en de computer kunt controleren.
Pagina 352
weergegeven waarin u kunt zoeken naar dezelfde printer als de uwe. Volg de aanwijzingen op het scherm. Opmerking • Als deze functie is ingeschakeld, verschijnt een vinkje op het menu. Nu van printer wisselen (Switch printer now) U kunt dezelfde printer in het netwerk direct gebruiken. Als u op dit item klikt, wordt dezelfde printer in het netwerk gezocht en wordt het resultaat weergegeven in het scherm Printer selecteren (Select Printer).
Pagina 353
Scherm Configuratie U kunt de configuratie van de geselecteerde printer in het venster Canon IJ Network Tool wijzigen. Klik op een tab om het tabblad te selecteren en instellingen te wijzigen. Het volgende venster toont een voorbeeld van de instellingen die u kunt wijzigen op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN).
Pagina 354
Tabblad Draadloos LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u een draadloze LAN-verbinding voor de printer instellen. Om het blad Draadloos LAN (Wireless LAN) weer te geven klikt u op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN) in het venster Configuratie (Configuration).
Pagina 355
Opmerking • Geef dezelfde SSID op die is ingesteld voor de draadloze router. De SSID is hoofdlettergevoelig. Bij een directe verbinding (toegangspuntmodus) wordt de toegangspuntnaam (SSID) van de printer weergegeven. Bij de begininstellingen wordt de unieke waarde weergegeven. 3. Zoeken... (Search...) Het venster Zoeken (Search) wordt weergegeven waarin u een draadloze router kunt selecteren waarmee u verbinding wilt maken.
Pagina 356
6. Instelling TCP/IP: (TCP/IP Setup:) Hiermee stelt u het IP-adres van de printer in dat moet worden gebruikt in het LAN. Geef een waarde op die geschikt is voor uw netwerkomgeving. IP-adres automatisch verkrijgen (Get IP address automatically) Selecteer deze optie als u een IP-adres wilt gebruiken dat automatisch wordt toegewezen door een DHCP-server.
Pagina 357
Scherm Zoeken Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De gevonden draadloze routers worden vermeld. 1. Gevonden draadloze routers: (Detected Wireless Routers:) De signaalsterkte van de draadloze router, het coderingstype, de naam van de draadloze router en het radiokanaal kunnen worden gecontroleerd.
Pagina 358
Opmerking • Tijdens de detectie van de draadloze router moet de draadloze router zijn ingeschakeld. 3. Instellen (Set) Klik hier om de SSID van de draadloze router in te stellen bij SSID: op het tabblad Draadloos LAN (Wireless LAN). Opmerking •...
Pagina 359
Scherm WEP-details Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier worden de WEP-instellingen van de printer weergegeven. Opmerking • Als u het wachtwoord (WEP-sleutel) van de printer wijzigt, moet dezelfde wijziging worden aangebracht in het wachtwoord (WEP-sleutel) van de draadloze router.
Pagina 360
Scherm WPA/WPA2-details Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u de WPA-/WPA2-instellingen van de printer opgeven. De waarde die in het venster wordt weergegeven, hangt af van de vooraf verzonden instellingen. 1.
Pagina 361
Venster Verificatietype bevestigen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Het type verificatie dat wordt gebruikt voor clientverificatie wordt weergegeven. 1. Verificatietype (Authentication Type) Het type verificatie dat wordt gebruikt voor clientverificatie wordt weergegeven. Dit apparaat ondersteunt de verificatiemethode PSK.
Pagina 362
Scherm Instelling PSK-wachtwoordzin en dynamische codering Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Geef de wachtwoordzin op en selecteer de methode voor dynamische codering. 1. Wachtwoordzin: (Passphrase:) Geef het wachtwoord op dat is ingesteld op de draadloze router. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde.
Pagina 363
Scherm Bevestiging installatiegegevens Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier worden de gebruikte instellingen voor clientverificatie weergegeven. Controleer de instellingen en klik op Voltooien (Finish).
Pagina 364
Tabblad Bedraad LAN Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Hier kunt u een bedrade LAN-verbinding voor de printer instellen. Om het blad Bedraad LAN (Wired LAN) weer te geven klikt u op het tabblad Bedraad LAN (Wired LAN) in het venster Configuratie (Configuration).
Pagina 365
Tabblad Wachtwoord beheerder Hier stelt u een wachtwoord voor de printer in als u wilt dat alleen bepaalde personen de installatie en configuratie kunnen uitvoeren. Om het blad Wachtwoord beheerder (Admin Password) weer te geven klikt u op het tabblad Wachtwoord beheerder (Admin Password) in het venster Configuratie (Configuration).
Pagina 366
Selecteer Netwerkgegevens (Network Information) in het menu Beeld (View) om het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer te geven. 1. OK Hiermee keert u terug naar het venster Canon IJ Network Tool. 2. Alle gegevens kopiëren (Copy All Information) Alle weergegeven netwerkgegevens worden naar het Klembord gekopieerd.
Pagina 367
Tabblad Toegangsbeheer Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. U kunt de MAC-adressen of de IP-adressen van computers of netwerkapparaten registreren om toegang toe te staan. Om het blad Toegangsbeheer (Access Control) weer te geven, klikt u op het tabblad Toegangsbeheer (Access Control) in het venster Configuratie (Configuration).
Pagina 368
1. Toegangsbeheer printer inschakelen (MAC-adres) (Enable printer access control(MAC address)) Selecteer deze optie om toegangsbeheer tot de printer via het MAC-adres in te schakelen. Opmerking • De twee soorten toegangsbeheer (via het MAC-adres of via het IP-adres) kunnen tegelijkertijd worden ingeschakeld. Een type toegangsbeheer is ingeschakeld als het selectievakje Toegangsbeheer printer inschakelen (Enable printer access control) is geselecteerd, ongeacht het type dat momenteel wordt weergegeven als u Type toegangsbeheer printer: (Printer Access Control...
Pagina 369
1. Toegangsbeheer printer inschakelen (IP-adres) (Enable printer access control(IP address)) Selecteer deze optie om toegangsbeheer tot de printer via het IP-adres in te schakelen. Opmerking • De twee soorten toegangsbeheer (via het MAC-adres of via het IP-adres) kunnen tegelijkertijd worden ingeschakeld. Een type toegangsbeheer is ingeschakeld als het selectievakje Toegangsbeheer printer inschakelen (Enable printer access control) is geselecteerd, ongeacht het type dat momenteel wordt weergegeven als u Type toegangsbeheer printer: (Printer Access Control...
Pagina 370
Belangrijk • Voeg het IP-adres toe van alle computers of netwerkapparaten in het netwerk die u toegang wilt geven tot de printer. De printer is niet toegankelijk vanaf computers of netwerkapparaten die niet in de lijst staan. • U kunt maximaal 16 IP-adressen registreren. IP-adressen die als een bereik worden opgegeven, tellen als één adres.
Pagina 371
Scherm Toegankelijk MAC-adres bewerken/scherm Toegankelijk MAC-adres toevoegen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De voorbeeldafbeeldingen in dit gedeelte verwijzen naar het venster Toegankelijk MAC-adres toevoegen (Add Accessible MAC Address). 1. MAC-adres: (MAC Address:) Voer het MAC-adres in van een computer of netwerkapparaat om toegang toe te staan.
Pagina 372
Scherm Toegankelijk IP-adres bewerken/scherm Toegankelijk IP- adres toevoegen Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. De voorbeeldafbeeldingen in dit gedeelte verwijzen naar het venster Toegankelijk IP-adres toevoegen (Add Accessible IP Address). 1. Specificatiemethode: (Specification Method:) Selecteer Eén adres opgeven (Single Address Specification) of Bereik opgeven (Range Specification) om een of meer IP-adressen toe te voegen.
Pagina 373
Desgewenst kunt u informatie toevoegen om het apparaat te identificeren, zoals de naam van een computer. Belangrijk • Opmerkingen worden alleen weergegeven op de computer die is gebruikt om ze in te voeren.
Pagina 374
IJ Network Tool (overige schermen) Scherm Canon IJ Network Tool Scherm Status Scherm Verbindingskwaliteit meten Scherm Onderhoud Scherm Netwerkinstelling van de kaartsleuf Scherm Poort associëren Scherm Netwerkgegevens...
Pagina 375
Scherm Canon IJ Network Tool In dit gedeelte worden de items en menu's beschreven die worden weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. Items in het venster Canon IJ Network Tool Menu's van Canon IJ Network Tool Items in het venster Canon IJ Network Tool Het volgende item wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool.
Pagina 376
• Dit item heeft dezelfde functie als Configuratie... (Configuration...) in het menu Instellingen (Settings). Menu's van Canon IJ Network Tool Het volgende menu wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool. 1. Menu Bestand (File) Afsluiten (Exit) Hiermee sluit u IJ Network Tool.
Pagina 377
• Als de printer wordt gebruikt door een andere computer, wordt een venster weergegeven met deze informatie. Opmerking • Dit item heeft dezelfde functie als Bijwerken (Update) in het venster Canon IJ Network Tool. Netwerkgegevens (Network Information) Hiermee geeft u het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer waarin u de netwerkinstellingen van de printer en de computer kunt controleren.
Pagina 378
weergegeven waarin u kunt zoeken naar dezelfde printer als de uwe. Volg de aanwijzingen op het scherm. Opmerking • Als deze functie is ingeschakeld, verschijnt een vinkje op het menu. Nu van printer wisselen (Switch printer now) U kunt dezelfde printer in het netwerk direct gebruiken. Als u op dit item klikt, wordt dezelfde printer in het netwerk gezocht en wordt het resultaat weergegeven in het scherm Printer selecteren (Select Printer).
Pagina 379
Scherm Status Hier kunt u de status van de printer en de verbindingskwaliteit controleren. Selecteer Status in het menu Beeld (View) om het venster Status weer te geven. Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. •...
Pagina 380
Scherm Verbindingskwaliteit meten Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Via dit venster kunt u de verbindingskwaliteit meten. Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (beginvenster) Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (voltooiingsvenster) Venster Verbindingskwaliteit meten (Connection Performance Measurement) (beginvenster) Klik op Volgende>...
Pagina 381
1. Verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router: (Connection performance between the printer and the wireless router:) Een symbool geeft het resultaat van de meting van de verbindingskwaliteit tussen de printer en de draadloze router aan. : Goede verbindingskwaliteit : Onstabiele verbindingskwaliteit : Kan geen verbinding maken : Meting is geannuleerd of kan niet worden uitgevoerd...
Pagina 382
Wanneer u een initialisatie uitvoert terwijl u via draadloos LAN verbinding hebt gemaakt, wordt de verbinding verbroken. Voer de installatie daarom uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgens de instructies op de Canon-website. 2. Netwerkinstelling van de kaartsleuf (Network Setup of the Card Slot) Opmerking •...
Pagina 383
Scherm Netwerkinstelling van de kaartsleuf Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u wilt controleren of deze functie beschikbaar is voor uw printer, raadpleegt u Lijst met functies voor elk model. Hier worden de instellingen van de kaartsleuf weergegeven en kunt u een kaartsleuf in het netwerk toewijzen als netwerkstation van de computer.
Pagina 384
1. Overslaan (Skip) Hiermee voltooit u de instellingen zonder een netwerkstation toe te wijzen aan de kaartsleuf. 2. Opnieuw proberen (Retry) Hiermee keert u terug naar het venster Netwerkinstelling van de kaartsleuf (Network Setup of the Card Slot) en voert u de toewijzing van het netwerkstation opnieuw uit. 3.
Pagina 385
Scherm Poort associëren Hier kunt u een gemaakte poort koppelen aan een printerstuurprogramma. Selecteer de printer waarvoor u de koppeling wilt wijzigen en klik daarna op OK. Opmerking • U kunt alleen afdrukken met de printer als het printerstuurprogramma is gekoppeld aan de poort. 1.
Pagina 386
Selecteer Netwerkgegevens (Network Information) in het menu Beeld (View) om het venster Netwerkgegevens (Network Information) weer te geven. 1. OK Hiermee keert u terug naar het venster Canon IJ Network Tool. 2. Alle gegevens kopiëren (Copy All Information) Alle weergegeven netwerkgegevens worden naar het Klembord gekopieerd.
Pagina 387
Tips voor netwerkcommunicatie De kaartsleuf gebruiken via een netwerk Als het printerstuurprogramma niet is gekoppeld aan een poort Technische termen Beperkingen Firewall...
Pagina 388
De kaartsleuf gebruiken via een netwerk Opmerking • Deze functie is mogelijk niet beschikbaar, afhankelijk van de printer die u gebruikt. Als u wilt controleren of deze functie beschikbaar is voor uw printer, raadpleegt u Lijst met functies voor elk model.
Pagina 389
7. Controleer of de kaartsleuf is toegewezen. Als de kaartsleuf is toegewezen, wordt het volgende pictogram weergegeven bij Computer (of Deze computer (My Computer)). Beperkingen voor het gebruik van de kaartsleuf via het netwerk • Als het apparaat is verbonden met een netwerk, kan de kaartsleuf door meerdere computers worden gedeeld.
Pagina 390
Indien Geen stuurprogramma (No Driver) als naam voor de printer wordt weergegeven in het venster Canon IJ Network Tool, is het printerstuurprogramma niet aan een poort gekoppeld. U koppelt een poort aan een printerstuurprogramma door de onderstaande procedure uit te voeren.
Pagina 391
Technische termen In dit gedeelte worden de technische termen beschreven die in de handleiding worden gebruikt. • Toegangspuntmodus (Access point mode) Het apparaat wordt als draadloze router gebruikt om externe draadloze communicatieapparaten (zoals computers, smartphones of tablets) te verbinden in een omgeving waar geen draadloze router beschikbaar is.
Pagina 392
• Verificatiemethode (Authentication Method) De methode die een draadloze router gebruikt om een printer via een draadloos LAN te verifiëren. De methoden komen met elkaar overeen. Als u WEP als coderingsmethode gebruikt, kan de verificatiemethode zich aan Open systeem (Open System) of Gedeelte sleutel (Shared Key) hechten.
Pagina 393
• DNS-server Een server die apparaatnamen omzet in IP-adressen. Als u handmatig een IP-adres opgeeft, moet u het adres opgeven van zowel een primaire server als een secundaire server. • Firewall Dit is een systeem dat ongeautoriseerde toegang tot de computer in het netwerk voorkomt. Om dergelijke toegang te voorkomen, kunt u de firewallfunctie van een breedbandrouter, de beveiligingssoftware of het besturingssysteem van de computer gebruiken.
Pagina 394
• Sleutelindeling (Key Format) Selecteer ASCII of Hex als indeling voor de WEP-sleutel. Welke tekens voor de WEP-sleutel kunnen worden gebruikt, is afhankelijk van de geselecteerde sleutelindelingen. ◦ ASCII Hiervoor kunt u een tekenreeks van vijf of dertien tekens opgeven die alfanumerieke en onderstrepingstekens '_' kan bevatten.
Pagina 395
• Router Een doorschakelapparaat waarmee verbinding wordt gemaakt met een ander netwerk. • Signaalsterkte (Signal Strength) De sterkte van het signaal dat wordt ontvangen door de printer vanaf de draadloze router wordt aangegeven met een waarde tussen 0 en 100%. •...
Pagina 396
• USB Seriële interface ontworpen om 'hot-swap' van apparaten mogelijk te maken door ze aan te sluiten en te verwijderen zonder het apparaat uit te schakelen. • WCN (Windows Connect Now) Gebruikers van Windows Vista of later kunnen de instellingen echter ook rechtstreeks ophalen via een draadloos netwerk (WCN-NET).
Pagina 397
WPA2 bestaat uit de volgende verificatiemethoden: PSK dat kan worden gebruikt zonder een verificatieserver en WPA2-802.1x waarvoor wel een verificatieserver is vereist. Dit apparaat ondersteunt WPA2-PSK. ◦ Wachtwoordzin Deze gecodeerde sleutel wordt gebruikt om WPA2-PSK-verificatie uit te voeren. Het wachtwoord is een reeks van 8 tot 63 alfanumerieke tekens of een 64-cijferige hexadecimale waarde.
Pagina 398
Beperkingen Als u een printer gebruikt via het draadloze LAN, herkent de printer mogelijk draadloze systemen in de buurt. U moet daarom een netwerksleutel (WEP of WPA/WPA2) instellen voor de draadloze router om draadloze verzending te coderen. Draadloze communicatie met een product dat niet voldoet aan de Wi-Fi- standaard kan niet worden gegarandeerd.
Pagina 399
Firewall Een firewall is een functie van de beveiligingssoftware die op de computer is geïnstalleerd of van het besturingssysteem van de computer. Deze functie voorkomt toegang tot het netwerk door onbevoegden. Voorzorgsmaatregelen wanneer de firewallfunctie is ingeschakeld • Een firewallfunctie kan de communicatie tussen een printer en een computer beperken. Hierdoor kunnen de printerinstallatie en -communicatie worden uitgeschakeld.
Pagina 400
Zorgen voor optimale afdrukresultaten Inkttips Afdruktips Controleer de papierinstellingen voordat u gaat afdrukken Stel de papiergegevens voor de cassette in nadat u papier hebt geplaatst Een afdruktaak annuleren Een hoge afdrukkwaliteit handhaven De printer vervoeren...
Pagina 401
Inkt wordt soms gebruikt om de optimale afdrukkwaliteit te behouden. Om de printerprestaties op peil te houden, wordt er op basis van de printerconditie door de Canon-printer een automatische reiniging uitgevoerd. Tijdens deze automatische reiniging wordt een kleine hoeveelheid inkt verbruikt.
Pagina 402
Wanneer vervolgens de inkt in B opraakt, knippert het inktlampje snel om aan te geven dat de inkttank moet worden vervangen. De inktstatus controleren met de inktlampjes...
Pagina 403
Afdruktips Controleer de status van het apparaat voordat u gaat afdrukken! • Is de printkop in orde? Als de spuitopening van printkop verstopt is, worden afdrukken vaag en wordt er papier verspild. Het is raadzaam de printkop te controleren door het controleraster voor de spuitopeningen af te drukken. Onderhoudsprocedure •...
Pagina 404
Controleer de papierinstellingen voordat u gaat afdrukken Selecteer de papierinstellingen op het bedieningspaneel of het computerscherm voordat u gaat afdrukken. Er zijn verschillende soorten papier, zoals papier met een speciale coating waarop foto’s met een optimale kwaliteit kunnen worden afgedrukt en papier dat geschikt is voor documenten. Voor elk mediumtype zijn er vooraf gedefinieerde instellingen (de manier waarop inkt wordt gebruikt en gespoten, de afstand vanaf de spuitopeningen enz.), waarmee u afdrukken met een optimale beeldkwaliteit op dat mediumtype kunt maken.
Pagina 405
Stel de papiergegevens voor de cassette in nadat u papier hebt geplaatst Als u een cassette in het apparaat plaatst nadat u papier hebt geplaatst, wordt het scherm voor het instellen van het type en formaat van het papier weergegeven. Stel de papiergegevens voor de cassette in op basis van het type en formaat van het geplaatste papier.
Pagina 406
Een afdruktaak annuleren Raak de knop AAN (ON) nooit aan! Als u tijdens het afdrukken de knop AAN (ON) aanraakt, worden de afdrukgegevens die vanaf een computer worden verzonden in de wachtrij van het apparaat geplaatst en kunt u mogelijk niet meer afdrukken.
Pagina 407
Een hoge afdrukkwaliteit handhaven Voor een optimale afdrukkwaliteit is het belangrijk dat de printkop niet uitdroogt of verstopt raakt. Houd u altijd aan de volgende richtlijnen voor een optimale afdrukkwaliteit. Opmerking • Afhankelijk van het type papier kan de inkt vervagen als het afdrukgebied met een merk- of markeerstift is aangeraakt of uitlopen als het afdrukgebied met water of transpiratievocht in aanraking is geweest.
Pagina 408
De printer vervoeren Let op het volgende wanneer u het apparaat vervoert omdat u gaat verhuizen of het apparaat moet laten repareren. Belangrijk • Pak het apparaat in een stevige doos in en zorg dat het apparaat rechtop staat (de onderzijde bevindt zich aan de onderkant).
Pagina 409
6. Pak het apparaat in het beschermende materiaal in wanneer u het apparaat in de doos plaatst. Belangrijk • Het wordt aanbevolen dit apparaat vast te houden en te dragen zoals wordt weergegeven in de onderstaande afbeelding. Als u de cassette vastpakt, kan deze uit het apparaat vallen.
Pagina 410
Juridische beperkingen bij scannen/kopiëren Het maken van kopieën en het scannen, afdrukken of het gebruiken van reproducties van de volgende documenten kan illegaal zijn. Deze lijst is niet volledig. Raadpleeg in geval van twijfel een jurist uit uw rechtsgebied. • Papiergeld •...
Pagina 411
Specificaties Algemene specificaties Afdrukresolutie (dpi) 9600* (horizontaal) x 2400 (verticaal) * Inktdruppels kunnen worden aangebracht met een tussenafstand van minimaal 1/9600 inch. Interface USB-poort: Hi-Speed USB *1 LAN-poort: Bedraad LAN: 100BASE-TX / 10BASE-T Draadloos LAN: IEEE802.11n / IEEE802.11g / IEEE802.11b *2 *1 Een computer die voldoet aan de Hi-Speed USB-standaard is vereist.
Pagina 412
Gewicht Circa 7,9 kg (circa 17,4 lb) * Met geplaatste printkop en inkttanks. Printkop/inkt 6656 spuitopeningen in totaal (PgBK 1024 spuitopeningen, Y/DyeBK elk 512 spuitopeningen, C/M/GY elk 1536 spuitopeningen) Specificaties voor kopiëren Meerdere afdrukken max. 99 pagina's Intensiteit aanpassen 9 standen, automatische intensiteit (AE-kopie) Vergroten/verkleinen 25% - 400% (eenheden van 1%) Specificaties voor scannen...
Pagina 413
Beeldscherm XGA 1024 x 768 Overige ondersteunde besturingssystemen Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar bij elk besturingssysteem. Raadpleeg de website van Canon voor meer informatie over het gebruik met iOS, Android en Windows RT. Mogelijkheid tot mobiel afdrukken Apple AirPrint...
Pagina 414
• Een internetverbinding is vereist om Easy-WebPrint EX en de hele Online handleiding te kunnen gebruiken. • Windows: de werking kan alleen worden gegarandeerd op een computer waarop Windows 8.1, Windows 8, Windows 7, Windows Vista of Windows XP is geïnstalleerd. •...
Pagina 415
Informatie over papier Mediumtypen die u kunt gebruiken Maximaal aantal vellen Mediumtypen die u niet kunt gebruiken Voordat u afdrukt op kunstpapier Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Formaten voor kunstpapier Enveloppen Afdrukbare discs...
Pagina 416
Mediumtypen die u kunt gebruiken Voor het beste afdrukresultaat kiest u papier dat geschikt is om op af te drukken. Canon levert diverse papiersoorten die geschikt zijn voor documenten en papier dat geschikt is voor foto's of illustraties. Het verdient aanbeveling belangrijke foto's af te drukken op origineel Canon-papier.
Pagina 417
Afdrukken vanaf een digitale camera • U kunt echt kunstpapier van andere fabrikanten dan Canon gebruiken. Ga naar onze website voor meer informatie. U kunt niet afdrukken in een marge van 35 mm (1,38 inch) aan de boven- en onderzijde van het papier (in de afdrukrichting).
Pagina 418
• 64 tot 105 g /m (17 tot 28 lb) (gewoon papier, uitgezonderd papier van het merk Canon) * U kunt speciaal papier van een ander merk dan Canon gebruiken tot maximaal 200 g /m (53 lb). Gebruik geen zwaarder of lichter papier (met uitzondering van papier van het merk Canon), anders kan het papier in het apparaat vast komen te zitten.
Pagina 419
• Wij adviseren u het vorige afgedrukte vel uit de papieruitvoerlade te verwijderen voordat u verder gaat met afdrukken om vlekken en verkleuringen te voorkomen (behalve voor Canon Red Label Superior <WOP111>, Canon Océ Office Colour Paper <SAT213> en High Resolution Paper <HR-101N>).
Pagina 420
Papier voor het afdrukken van zakelijke documenten: Mediumnaam <Modelnummer> Cassette 1 Cassette 2 Papieruitvoerlade High Resolution Paper <HR-101N> Nvt*2 65 vellen 50 vellen *1 Het correct invoeren van papier verloopt wellicht niet goed bij de maximumcapaciteit, afhankelijk van de papiersoort of de omgevingsomstandigheden (zeer hoge of lage temperaturen of luchtvochtigheid). Plaats in dergelijke gevallen per keer niet meer vellen dan de helft van de maximumcapaciteit.
Pagina 421
• Papier dat te dun is (dat minder weegt dan 64 g /m (17 lb)) • Papier dat te dik is (gewoon papier, behalve papier van het merk Canon, dat meer weegt dan 105 g /m (28 lb)) • Normaal papier of papier van een notitieblok dat kleiner is gemaakt (wanneer u afdrukt op papier dat kleiner is dan A5) •...
Pagina 422
Voordat u afdrukt op kunstpapier Wanneer u afdrukt op kunstpapier, is de kans groot dat er papierstof ontstaat. Daarom verdient het aanbeveling papierstof van het kunstpapier te verwijderen vlak voordat u afdrukt. U hebt daarvoor een zachte haarborstel (of een borstel waarmee kantoorapparatuur wordt schoongemaakt) nodig.
Pagina 424
Afdrukgebied Afdrukgebied Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Letter, Legal Formaten voor kunstpapier Enveloppen Afdrukbare discs...
Pagina 425
Voor de beste afdrukkwaliteit wordt door het apparaat een marge aan iedere zijde van het papier vrijgelaten. Het eigenlijke afdrukgebied is het gebied binnen deze marges. Aanbevolen afdrukgebied : Canon raadt u aan binnen dit gebied af te drukken. Afdrukgebied : in dit gebied is afdrukken mogelijk. Als u hier afdrukt, kan de afdrukkwaliteit of de precisie van de papierinvoer echter afnemen.
Pagina 426
Andere formaten dan Letter, Legal, Enveloppen Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) 141,2 x 202,0 mm (5,56 x 7,95 inch) 203,2 x 289,0 mm (8,00 x 11,38 inch) 175,2 x 249,0 mm (6,90 x 9,80 inch) 10 x 15 cm (4 x 6 inch) 94,8 x 144,4 mm (3,73 x 5,69 inch) 13 x 18 cm (5 x 7 inch) 120,2 x 169,8 mm (4,73 x 6,69 inch)
Pagina 427
Letter, Legal Formaat Afdrukgebied (breedte x hoogte) Letter 203,2 x 271,4 mm (8,00 x 10,69 inch) Legal 203,2 x 347,6 mm (8,00 x 13,69 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 40,4 mm (1,59 inch) B: 37,4 mm (1,47 inch) Afdrukgebied C: 3,0 mm (0,12 inch) D: 5,0 mm (0,20 inch) E: 6,4 mm (0,25 inch) F: 6,3 mm (0,25 inch)
Pagina 428
Formaten voor kunstpapier Wanneer een papierformaat voor kunstpapier wordt geselecteerd in het printerstuurprogramma, wordt er een limiet ingesteld om te voorkomen dat wordt afgedrukt in de marge van 35 mm (1,38 inch) langs de boven- en onderrand van het papier. We raden u aan het afdrukgebied in het voorbeeldscherm te bekijken voordat u afdrukt.
Pagina 429
A: 35,0 mm (1,38 inch) B: 35,0 mm (1,38 inch) C: 6,4 mm (0,25 inch) D: 6,3 mm (0,25 inch)
Pagina 430
Enveloppen Formaat Aanbevolen afdrukgebied (breedte x hoogte) DL-envelop 98,8 x 183,0 mm (3,88 x 7,20 inch) COM10-envelop 93,5 x 204,3 mm (3,68 x 8,04 inch) Aanbevolen afdrukgebied A: 8,0 mm (0,31 inch) B: 29,0 mm (1,14 inch) C: 5,6 mm (0,22 inch) D: 5,6 mm (0,22 inch)
Pagina 431
Afdrukbare discs Het afdrukgebied van de afdrukbare disc bevindt zich tussen 17 mm (0,67 inch) vanaf de binnendiameter en 1 mm (0,04 inch) vanaf de buitendiameter van het afdrukoppervlak. Aanbevolen afdrukgebied A: 17,0 mm (0,67 inch) B: 1,0 mm (0,04 inch)
Pagina 432
Beheerderswachtwoord Afhankelijk van de gebruikte printer is er bij aankoop mogelijk al een beheerderswachtwoord ingesteld. Het wachtwoord is 'canon' of het serienummer van de printer als dit is opgegeven. Modellen waarbij het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon': • Het beheerderswachtwoord is ingesteld op 'canon' voor de onderstaande modellen.
Pagina 433
Verificatie Voer het wachtwoord in wanneer het verificatiescherm wordt weergegeven. Beheerderswachtwoord U moet de gebruikersnaam en het wachtwoord invoeren, afhankelijk van de gebruikte printer. Zie de bovenstaande koppeling voor meer informatie over de gebruikersnaam. Belangrijk • Afhankelijk van de gebruikte printer kan er een bericht worden weergegeven waarin u wordt gewaarschuwd dat de identificatiegegevens niet worden geverifieerd.
Pagina 434
Locatie van het serienummer Het serienummer van de printer staat op de sticker op de printer. Het bestaat uit 9 alfanumerieke tekens (vier letters gevolgd door vijf cijfers). Voorbeeld: Opmerking • Het serienummer van de printer staat op de garantie. •...
Pagina 435
Lijst met functies voor elk model Raadpleeg de onderstaande tabel voor modellen waarbij u de kaartsleuf wel/niet via een netwerk kunt gebruiken. MG series MX series / MB series / E series / P series / iP series / iX series / iB series / PRO series MG series Modelnaam De kaartsleuf gebruiken via een netwerk MG7700...
Pagina 436
Afdrukken Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken via het bedieningspaneel Afdrukken vanaf een digitale camera Papierinstellingen...
Pagina 437
Afdrukken vanaf een computer Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows-printerstuurprogramma) Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Mac OS-printerstuurprogramma) Afdrukken met Canon-toepassingen Afdrukken via een webservice Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac...
Pagina 438
Afdrukken vanuit toepassingssoftware (Windows- printerstuurprogramma) Afdrukken met de basisinstellingen Basis Verschillende afdrukmethoden De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren Overzicht van het printerstuurprogramma Beschrijving van het printerstuurprogramma MP Drivers bijwerken...
Pagina 439
Afdrukken met de basisinstellingen In dit gedeelte wordt de eenvoudige procedure voor het instellen van het tabblad Snel instellen (Quick Setup) beschreven, zodat u op de juiste manier kunt afdrukken met deze printer. Controleer of de printer is ingeschakeld Plaats papier in de printer 3.
Pagina 440
Belangrijk • De beschikbare instellingen voor de afdrukkwaliteit zijn afhankelijk van het afdrukprofiel. 6. Controleer de papierbron Controleer of Papierbron (Paper Source) is ingesteld op Cassette. Belangrijk • Het hangt van het papierformaat af of de cassette 1 of cassette 2 wordt gebruikt. De cassette die moet worden gebruikt, wordt weergegeven onder Papierbron (Paper Source).
Pagina 441
Klik op OK. Wanneer u het document afdrukt, worden de gewenste instellingen voor het document gebruikt. Belangrijk • Als u het selectievakje Altijd afdrukken met huidige instellingen (Always Print with Current Settings) inschakelt, worden alle instellingen op de tabbladen Snel instellen (Quick Setup), Afdruk (Main), en Pagina-instelling (Page Setup) opgeslagen en kunt u de volgende keer afdrukken met dezelfde instellingen.
Pagina 442
Canon Red Label Superior Normaal papier (Plain Paper) Normaal papier <WOP111> Canon Océ Office Colour Paper Normaal papier (Plain Paper) Normaal papier <SAT213> Origineel Canon-papier (foto's afdrukken) Papierinformatie cassette Mediumtype (Media Type) in het Mediumnaam <Modelnummer>...
Pagina 443
Canon-papier (zakelijke documenten afdrukken) Mediumnaam Mediumtype (Media Type) in het Papierinformatie cassette die zijn <Modelnummer> printerstuurprogramma geregistreerd op de printer High Resolution Paper High Resolution Paper High-Res Paper <HR-101N> Canon-papier (originele producten) Mediumnaam Mediumtype (Media Type) in het Papierinformatie cassette die zijn <Modelnummer>...
Pagina 444
Papierinstellingen in het printerstuurprogramma en op de printer (papierformaat) Wanneer u deze printer gebruikt, krijgt u het beste afdrukresultaat als u een papierformaat selecteert dat overeenkomt met het soort afdruk. U kunt de volgende papierformaten gebruiken met deze printer. Papierinformatie cassette die zijn Papierformaat printer (Printer Paper Size) in het printerstuurprogramma geregistreerd op de printer Letter 22x28cm 8.5"x11"...
Pagina 445
Verschillende afdrukmethoden Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven De nietmarge instellen Afdrukken zonder marges starten Passend op papier afdrukken Afdrukken op schaal Pagina-indeling afdrukken Tegels/poster afdrukken Boekje afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Stempel/achtergrond afdrukken Een stempel registreren Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten...
Pagina 446
Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Het papierformaat en de afdrukstand worden in principe bepaald door de toepassing. Als de instellingen voor Paginaformaat (Page Size) en Afdrukstand (Orientation) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) hetzelfde zijn als de instellingen in de toepassing, hoeft u deze niet te wijzigen op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 447
printer niet kan afdrukken automatisch worden verkleind, kunt u tijdens het printen het selectievakje uitschakelen.
Pagina 448
Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven U geeft als volgt het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde op: U kunt ook het aantal exemplaren instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken Geef bij Aantal (Copies) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) het aantal af te drukken exemplaren op.
Pagina 449
• Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): • Vanaf de laatste pagina afdrukken (Print from Last Page): /Sorteren (Collate): 4. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het opgegeven aantal exemplaren wordt in de gekozen volgorde afgedrukt. Belangrijk •...
Pagina 450
De nietmarge instellen De procedure voor het instellen van de nietzijde en de breedte van de marge is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen Controleer de positie van de nietmarge met Nietmarge (Stapling Side) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 451
Opmerking • Het afdrukgebied wordt automatisch door de printer verkleind, afhankelijk van de positie van de nietmarge. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). Wanneer u een document afdrukt, worden de opgegeven nietzijde en breedte van de marge toegepast. Belangrijk •...
Pagina 452
Afdrukken zonder marges starten Met de functie voor afdrukken zonder marges kunt u gegevens randloos afdrukken door de gegevens te vergroten, zodat ze net buiten de randen van het papier vallen. Standaard blijven de randen rondom het document leeg. Wanneer u echter de functie voor afdrukken zonder marges gebruikt, wordt het document zonder marges afgedrukt.
Pagina 453
3. Controleer het papierformaat Controleer de lijst Paginaformaat (Page Size). Als u het papierformaat wilt wijzigen, selecteert u een ander formaat in de lijst. In de lijst worden alleen formaten weergegeven die kunnen worden gebruikt voor afdrukken zonder marge. 4. Pas de hoeveelheid uitbreiding van het papier aan Pas indien nodig met de schuifregelaar Hoeveelheid uitbreiding (Amount of Extension) de hoeveelheid uitbreiding aan.
Pagina 454
Het bereik van het af te drukken document vergroten Als u een grote hoeveelheid uitbreiding opgeeft, kunt u probleemloos afdrukken zonder marges. Het gedeelte van het document dat echter van het papier afloopt, wordt niet afgedrukt en daarom wordt een foto mogelijk niet volledig afgedrukt.
Pagina 455
Passend op papier afdrukken De procedure voor het afdrukken van een document dat automatisch is verkleind of vergroot in overeenstemming met het paginaformaat, is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel Passend op papier in Selecteer Passend op papier (Fit-to-Page) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup).
Pagina 456
De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het document wordt bij het afdrukken vergroot of verkleind, zodat dit op het paginaformaat past.
Pagina 457
Afdrukken op schaal De procedure voor het afdrukken van een document met pagina's die zijn vergroot of verkleind is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Stel afdrukken op schaal in Selecteer Op schaal (Scaled) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 458
• Geef een schaalfactor op Typ een waarde in het vak Schaling (Scaling). De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK. De afbeelding wordt met de opgegeven schaal afgedrukt. Belangrijk •...
Pagina 459
Opmerking • Als u Op schaal (Scaled) selecteert, wordt het afdrukgebied van het document gewijzigd.
Pagina 460
Pagina-indeling afdrukken U kunt met de functie voor het afdrukken van een pagina-indeling meer dan een paginabeeld op een enkel vel papier afdrukken. De procedure voor het afdrukken van een pagina-indeling is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 461
Pagina's (Pages) Als u het aantal pagina’s dat op één vel moet worden afgedrukt wilt wijzigen, selecteert u het gewenste aantal pagina's in de lijst. Paginavolgorde (Page Order) Selecteer een methode in de lijst om de volgorde van de pagina's te wijzigen. Paginarand (Page Border) Schakel dit selectievakje in als u een paginarand rond elke documentpagina wilt afdrukken.
Pagina 462
Tegels/poster afdrukken Met deze functie kunt u de afbeeldingsgegevens vergroten, over meerdere pagina's verdelen en deze pagina's op afzonderlijke vellen papier afdrukken. U kunt de pagina's ook aan elkaar plakken zodat ze één grote afdruk vormen, zoals die van een poster. De procedure voor het afdrukken van tegels/poster is als volgt: Instellingen opgeven voor tegels/poster afdrukken 1.
Pagina 463
4. Stel het aantal af te drukken beeldscheidingen en het aantal af te drukken pagina's in Klik zo nodig op Opgeven... (Specify...), geef de volgende instellingen op in het dialoogvenster Tegels/poster afdrukken (Tiling/Poster Printing) en klik op OK. Beeldscheidingen (Image Divisions) Selecteer het aantal scheidingen (verticaal x horizontaal).
Pagina 464
De pagina's waarop u hebt geklikt, worden verborgen en alleen de af te drukken pagina's worden weergegeven. Opmerking • U kunt de pagina's weer weergeven door er nogmaals op te klikken. • Klik met de rechtermuisknop op het instellingenvoorbeeld om Alle pagina's afdrukken (Print all pages) of Alle pagina's verwijderen (Delete all pages) te selecteren.
Pagina 465
Boekje afdrukken Met de functie voor boekjes kunt u afbeeldingsgegevens voor een boekje afdrukken. De gegevens worden afgedrukt op beide zijden van het papier. Bij dit afdruktype wordt ervoor gezorgd dat de pagina's in de juiste volgorde liggen (op paginanummer) wanneer het papier in het midden wordt gevouwen en geniet. De procedure voor het afdrukken van een boekje is als volgt: 1.
Pagina 466
Nietmarge (Margin for stapling) Selecteer aan welke zijde de nietmarge moet komen wanneer het boekje wordt voltooid. Lege pagina invoegen (Insert blank page) Als u één bladzijde leeg wilt laten, schakelt u het selectievakje in en selecteert u de pagina die u leeg wilt laten.
Pagina 467
Dubbelzijdig afdrukken De procedure voor het afdrukken van gegevens op beide zijden van een vel papier is als volgt: U kunt dubbelzijdig afdrukken ook instellen bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). Automatisch dubbelzijdig afdrukken U kunt ook dubbelzijdig afdrukken zonder dat u het papier zelf hoeft om te draaien.
Pagina 468
Wanneer u dubbelzijdig afdrukken uitvoert, wordt het afdrukgebied van het document iets kleiner dan normaal en is het mogelijk dat het document niet op één pagina past. Klik op Afdrukgebied instellen... (Print Area Setup...), selecteer een van de volgende verwerkingsmethoden en klik daarna op OK. Afdrukken op normaal formaat (Use normal-size printing) Afdrukken zonder de pagina te verkleinen.
Pagina 469
3. Selecteer de indeling Selecteer Normaal formaat (Normal-size), Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) in de lijst Pagina-indeling (Page Layout). 4. Geef op aan welke zijde de nietjes moeten komen De beste Nietmarge (Stapling Side) wordt automatisch geselecteerd in de instellingen voor Afdrukstand (Orientation) en Pagina-indeling (Page Layout).
Pagina 470
• Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) kan alleen worden toegepast als een van de volgende papierformaten is geselecteerd voor Paginaformaat (Page Size) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup). • Letter 22x28cm 8.5"x11" (Letter 8.5"x11" 22x28cm), A5, A4, B5, Hagaki 100x148mm • Nadat de voorzijde is afgedrukt, wordt gewacht met de achterzijde totdat de inkt droog is (het afdrukken wordt tijdelijk onderbroken).
Pagina 471
Stempel/achtergrond afdrukken De functie Stempel (Stamp) of Achtergrond (Background) is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. Met de functie Stempel (Stamp) kunt u een stempel bestaande uit tekst of een bitmap over of achter de documentgegevens afdrukken.
Pagina 472
Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma verandert de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) in de knop Stempel... (Stamp...) en is alleen de stempelfunctie beschikbaar. 3. Selecteer een stempel Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in en selecteer de gewenste stempel in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup).
Pagina 473
3. Selecteer de achtergrond Schakel het selectievakje Achtergrond (Background) in en selecteer de gewenste achtergrond in de lijst. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld links op het tabblad Pagina- instelling (Page Setup). 4. Stel de achtergrondinstellingen in Geef desgewenst de volgende instellingen op en klik op OK. De knop Achtergrond selecteren...
Pagina 474
Een stempel registreren Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een nieuwe stempel maken en registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande stempel wijzigen en opnieuw registreren. Stempels die u niet meer nodig hebt, kunt u op elk gewenst moment verwijderen.
Pagina 475
3. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 4. Configureer de stempel terwijl u het effect in het voorbeeldvenster bekijkt • Tabblad Stempel (Stamp) Selecteer de gewenste Tekst (Text), Bitmap of Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) voor Stempeltype (Stamp Type). ◦...
Pagina 476
Belangrijk • Afdrukstand (Orientation) kan niet worden gewijzigd als Bitmap is geselecteerd bij Stempeltype (Stamp Type) op het tabblad Stempel (Stamp). 5. Sla de stempel op Klik op de tab Instellingen opslaan (Save settings), typ een naam in het vak Naam (Title) en klik vervolgens op Opslaan (Save).
Pagina 477
Een stempel verwijderen 1. Klik op Stempel definiëren... (Define Stamp...) in het dialoogvenster Stempel/ Achtergrond (Stamp/Background) (Stempel (Stamp)) Het dialoogvenster Stempelinstellingen (Stamp Settings) wordt geopend. 2. Selecteer de stempel die u wilt verwijderen Selecteer de naam van de stempel die u wilt verwijderen in de lijst Stempels (Stamps) op het tabblad Instellingen opslaan (Save settings).
Pagina 478
Afbeeldingsgegevens registreren die u als achtergrond wilt gebruiken Deze functie is mogelijk niet beschikbaar als een bepaald printerstuurprogramma of besturingssysteem wordt gebruikt. U kunt een bitmapbestand (.bmp) selecteren en als een nieuwe achtergrond registreren. U kunt ook bepaalde instellingen van een bestaande achtergrond wijzigen en registreren. Achtergronden die u niet meer nodig hebt, kunt u verwijderen.
Pagina 479
Opmerking • Bij het XPS-printerstuurprogramma is de knop Stempel/Achtergrond... (Stamp/ Background...) vervangen door de knop Stempel... (Stamp...) en is de knop Achtergrond (Background) niet beschikbaar. 3. Klik op Achtergrond selecteren... (Select Background...) Het dialoogvenster Achtergrondinstellingen (Background Settings) wordt geopend. 4. Selecteer de afbeeldingsgegevens die u wilt opslaan op de achtergrond Klik op Bestand selecteren...
Pagina 480
7. Voltooi de configuratie Klik op OK, waarna u terugkeert naar het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background). De geregistreerde naam wordt weergegeven in de lijst Achtergrond (Background). Achtergrondinstellingen wijzigen en registreren 1. Selecteer de achtergrond waarvoor u de instellingen wilt wijzigen Klik op Achtergrond (Background) in het dialoogvenster Stempel/Achtergrond (Stamp/ Background).
Pagina 481
Instellingen voor het afdrukken van enveloppen De procedure voor het afdrukken op enveloppen is als volgt: Plaats enveloppen in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer het mediumtype Selecteer Envelop (Envelope) bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 482
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, klikt u op de knop Printerstatus weergeven (View Printer Status) op het tabblad Onderhoud (Maintenance) en start u de Canon IJ-statusmonitor. Klik vervolgens op Envelop afdrukken (Envelope Printing) vanuit Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) om de instelling in te schakelen.
Pagina 483
Afdrukken op briefkaarten In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een briefkaart afdrukt. Plaats briefkaarten in de printer 2. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 3. Selecteer veelgebruikte instellingen Geef het tabblad Snel instellen (Quick Setup) weer en selecteer Standaard (Standard) voor Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings).
Pagina 484
Als u de berichten opnieuw wilt weergeven, opent u het tabblad Onderhoud (Maintenance) en klikt u op Printerstatus weergeven (View Printer Status) om de Canon IJ-statusmonitor te starten. Kies Gidsbericht weergeven (Display Guide Message) in het menu Optie (Option) en klik op Hagaki afdrukken (Hagaki Printing) om de instelling in te schakelen.
Pagina 485
Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-afdrukvoorbeeld' door 'Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. U kunt de afdrukresultaten vóór het afdrukken bekijken en controleren. De procedure voor het bekijken van een afdrukvoorbeeld is als volgt: U kunt de weergave van het afdrukresultaat ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 486
Papierformaat instellen (aangepast formaat) U kunt de hoogte en breedte van het papier opgeven als u het formaat niet kunt selecteren bij Paginaformaat (Page Size). Een dergelijk papierformaat wordt een 'aangepast formaat' genoemd. De procedure voor het opgeven van een aangepast papierformaat is als volgt: U kunt een aangepast formaat ook instellen bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 487
Belangrijk • Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een functie heeft voor het opgeven van de hoogte en breedte, geeft u de waarden op met de toepassing. Als de toepassing deze functie niet heeft of als het document niet correct wordt afgedrukt, voert u bovenstaande procedure van het printerstuurprogramma uit om de waarden in te stellen.
Pagina 488
Deze functie is niet beschikbaar als het standaard IJ-printerstuurprogramma wordt gebruikt. In het Canon IJ XPS-voorbeeldvenster kunt u het afdrukdocument bewerken of de afdrukgeschiedenis van het document weergeven om het opnieuw af te drukken. De procedure voor het gebruiken van het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is als volgt:...
Pagina 489
Schakel het selectievakje Afdrukvoorbeeld (Preview before printing) in op het tabblad Afdruk (Main). 3. Voltooi de configuratie Klik op OK. Het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wordt vóór het afdrukken weergegeven. U kunt hierin de afdrukresultaten zien. 4. Afdrukdocumenten en afdrukpagina’s bewerken • Afdrukdocumenten combineren U kunt meerdere afdrukdocumenten combineren tot één document.
Pagina 490
Bekijk het voorbeeld voordat u een document afdrukt. • Afhankelijk van de afdrukinstellingen van het afdrukdocument zijn bepaalde functies mogelijk niet beschikbaar in het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. Opmerking • U kunt de naam in Documentnaam (Document Name) naar wens aanpassen.
Pagina 491
Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Selecteer daarna Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) op het tabblad Onderhoud (Maintenance). Het opgeslagen afdrukdocument wordt in het voorbeeldvenster weergegeven. Belangrijk • Als u het aantal registraties in de afdrukgeschiedenis wilt beperken, klikt u op Maximumaantal geschiedenisitems (History Entry Limit) in het menu Bestand (File).
Pagina 492
De afdrukkwaliteit wijzigen en afbeeldingsgegevens corrigeren De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Een kleurendocument monochroom afdrukken Tint aanpassen Kleurcorrectie opgeven Een optimale foto van afbeeldingsgegevens afdrukken De kleuren aanpassen met het printerstuurprogramma Afdrukken met ICC-profielen Het ICC-profiel interpreteren De kleurbalans aanpassen Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Pagina 493
De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) U kunt de afdrukkwaliteit instellen via Aangepast (Custom). De procedure voor het instellen van een afdrukkwaliteit is als volgt: 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2. Selecteer de afdrukkwaliteit Selecteer op het tabblad Afdruk (Main) de optie Aangepast (Custom) voor Afdrukkwaliteit (Print Quality) en klik op Instellen...
Pagina 494
Verwante onderwerpen Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Pagina 495
Een kleurendocument monochroom afdrukken De procedure voor het monochroom afdrukken van een kleurendocument is als volgt: U kunt afdrukken in grijstinten instellen ook bij Extra functies (Additional Features) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup). 1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma 2.
Pagina 496
Opmerking • Bij Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) kan naast zwarte inkt ook andere inkt worden gebruikt. Verwant onderwerp Tint aanpassen...
Pagina 497
Tint aanpassen Wanneer u zwart-wit foto's afdrukt kunt u koele effecten of koele kleuren en warme effecten of warme kleuren produceren. Koel (Cool) is geselecteerd Standaard is geselecteerd Warm is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de tint is als volgt: 1.
Pagina 498
5. Monochrome kleuren aanpassen U kunt de schuifregelaar voor Tint (Tone) (Tone) naar rechts schuiven om de warme kleuren (warme tonen) naar voren te brengen, en u kunt de schuifregelaar naar links schuiven om de koele kleuren (koele tonen) naar voren te brengen. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar.
Pagina 499
U kunt de methode voor kleurcorrectie aanpassen aan het type document dat u wilt afdrukken. Normaal gesproken worden de kleuren aangepast met behulp van Canon Digital Photo Color, zodat de gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. Deze methode is geschikt voor het afdrukken van sRGB-gegevens.
Pagina 500
Geef op welk invoerprofiel of welke render-intentie moet worden gebruikt. Geen (None) Er wordt geen kleurcorrectie uitgevoerd door het printerbesturingsbestand. Selecteer deze instelling als u een afzonderlijk gemaakt ICC-afdrukprofiel of een profiel voor speciaal Canon-papier in een toepassing gebruikt om gegevens af te drukken. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main).
Pagina 501
In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het afdrukken van sRGB-gegevens met behulp van de kleurcorrectiefunctie van het printerbesturingsbestand. • Afdrukken met Canon Digital Photo Color De printer drukt gegevens af in kleurtinten waaraan veel mensen de voorkeur geven; de originele kleuren van de afbeelding worden weergegeven en driedimensionale effecten en hoge, scherpe contrasten worden gegenereerd.
Pagina 502
U kunt de functie voor kleurcorrectie van het printerstuurprogramma zo instellen dat sRGB-gegevens worden afgedrukt met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven door gebruik te maken van Canon Digital Photo Color. Als u afdrukt vanuit een toepassing die ICC-profielen kan identificeren en waarvoor u deze kunt opgeven, gebruikt u een ICC-profiel voor afdrukken in de toepassing en selecteert u instellingen voor kleurbeheer.
Pagina 503
Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen De helderheid aanpassen De intensiteit aanpassen Het contrast aanpassen...
Pagina 504
ICC-invoerprofiel en een ICC-afdrukprofiel opgeven voor de afbeeldingsgegevens. Ook als u afdrukt met een ICC-afdrukprofiel dat u zelf hebt gemaakt of een profiel voor speciaal Canon- papier, moet u de opties voor kleurbeheer selecteren in de toepassing.
Pagina 505
Klik zo nodig op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) en pas de kleurbalans (Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow)) en de instellingen voor Helderheid (Brightness), Intensiteit (Intensity) en Contrast aan. Klik vervolgens op OK. 5. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u afdrukt, wordt de kleurruimte van de beeldgegevens door de printer gebruikt.
Pagina 506
5. De render-intentie selecteren Selecteer de methode voor kleuraanpassing in Render-intentie (Rendering Intent). • Verzadiging (Saturation) Met deze methode worden afbeeldingen nog levendiger gereproduceerd dan met de methode Perceptueel (Perceptual). • Perceptueel (Perceptual) Met deze methode worden afbeeldingen gereproduceerd met kleurtinten die bij de meeste mensen de voorkeur hebben.
Pagina 507
Het ICC-profiel interpreteren Als u het printerprofiel moet opgeven, selecteert u het ICC-profiel voor het papier waarop u gaat afdrukken. Het ICC-profiel dat voor deze printer is geïnstalleerd, ziet er als volgt uit. • (1) is de modelnaam van de printer. •...
Pagina 508
De kleurbalans aanpassen U kunt de kleurtinten tijdens het afdrukken aanpassen. Aangezien deze functie de kleurbalans van de afdruk aanpast door de inktverhoudingen van elke kleur te wijzigen, wordt de gehele kleurbalans van het document gewijzigd. Gebruik de toepassing als u uitgebreide wijzigingen wilt aanbrengen in de kleurbalans.
Pagina 509
Het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) wordt geopend. 3. Pas de kleurbalans aan Er zijn afzonderlijke schuifregelaars voor Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow). Elke kleur wordt krachtiger wanneer u de bijbehorende schuifregelaar naar rechts schuift en zwakker wanneer u de schuifregelaar naar links schuift.
Pagina 510
Kleurbalans aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de kleurbalans aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de kleurbalans aan de hand van het patroon.
Pagina 511
4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow). Belangrijk • Wanneer het selectievakje Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, is Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) niet beschikbaar voor selectie.
Pagina 512
Kleurvariatie tussen instanties (Color Variation Between Instances) Stel de hoeveelheid kleurvariatie tussen aangrenzende patronen in. Opmerking • Groot (Large) is ongeveer tweemaal zo groot als Middel (Medium) en Klein (Small) is ongeveer half zo groot als Middel (Medium). 5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten.
Pagina 513
Opmerking • U kunt de kleurbalans ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen onder Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen onder Extra functies (Additional Features). 7.
Pagina 514
De helderheid aanpassen U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen. Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende kleuren wordt wel veranderd. Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast. Licht (Light) is geselecteerd Normaal (Normal) is geselecteerd Donker (Dark) is geselecteerd De procedure voor het aanpassen van de helderheid is als volgt: U kunt de helderheid ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken...
Pagina 515
Selecteer Licht (Light), Normaal (Normal) of Donker (Dark) bij Helderheid (Brightness) en klik op OK. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). De opgegeven helderheid wordt bij het afdrukken gebruikt.
Pagina 516
De intensiteit aanpassen U kunt de kleuren van de beeldgegevens helderder of donkerder maken tijdens het afdrukken. Het volgende voorbeeld laat zien wat er gebeurt wanneer de intensiteit wordt verhoogd: de kleuren van de afbeeldingsgegevens worden donkerder afgedrukt. Geen aanpassing Hogere intensiteit De procedure voor het aanpassen van de intensiteit is als volgt: U kunt de intensiteit ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo...
Pagina 517
50. De huidige instellingen worden weergegeven in het instellingenvoorbeeld aan de linkerkant van het printerstuurprogramma. Klik op OK nadat u alle kleuren hebt aangepast. 4. Voltooi de configuratie Klik op OK op het tabblad Afdruk (Main). Wanneer u het document afdrukt, wordt de aangepaste intensiteit gebruikt. Verwante onderwerpen De Afdrukkwaliteit instellen (Aangepast) Kleurcorrectie opgeven...
Pagina 518
Het contrast aanpassen U kunt het beeldcontrast tijdens het afdrukken aanpassen. Wanneer u de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen groter en duidelijker wilt maken, verhoogt u het contrast. Wanneer u echter de verschillen tussen de lichte en donkere gebieden van afbeeldingen kleiner en minder duidelijk wilt maken, verlaagt u het contrast.
Pagina 519
Wanneer u de schuifregelaar Contrast naar rechts schuift, wordt het contrast groter en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, wordt het contrast kleiner. U kunt ook rechtstreeks een waarde invoeren voor de schuifregelaar. Voer een waarde in tussen -50 en 50.
Pagina 520
Intensiteit/contrast aanpassen met voorbeeldpatronen (printerstuurprogramma) U kunt de intensiteit en het contrast aanpassen op basis van het resultaat van een patroonafdruk. Wanneer u de kleurbalans, de intensiteit of het contrast van een document wijzigt, drukt de functie voor patroonafdruk de resultaten van de aanpassing af in een lijst, samen met de aanpassingswaarden. Hieronder wordt de procedure beschreven voor het aanpassen van de intensiteit en het contrast aan de hand van het patroon.
Pagina 521
4. Stel patroonafdruk in Wanneer het dialoogvenster Patroonafdruk (Pattern Print) wordt geopend, stelt u de volgende items in en klikt u daarna op OK. Aan te passen parameters (Parameters to Adjust) Selecteer Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast). Papierformaat printer (Printer Paper Size) Selecteer het papierformaat dat u wilt gebruiken voor de patroonafdruk. Opmerking •...
Pagina 522
5. Controleer de afdrukresultaten van de patroonafdruk Selecteer OK op het tabblad Kleuraanpassing (Color Adjustment) om het dialoogvenster Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment) te sluiten. Selecteer OK op het tabblad Afdruk (Main) en voer daarna de afdruk uit. Op de printer wordt een patroon afgedrukt waarin de intensiteit en het contrast die u hebt ingesteld de middelste waarde is.
Pagina 523
Opmerking • U kunt de intensiteit en het contrast ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto afdrukken (Photo Printing) te kiezen bij Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity Manual Adjustment) te kiezen bij Extra functies (Additional Features). 7.
Pagina 524
Overzicht van het printerstuurprogramma Canon IJ-printerstuurprogramma Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen Canon IJ-statusmonitor De inktstatus controleren vanaf uw computer Canon IJ-afdrukvoorbeeld Een ongewenste afdruktaak verwijderen Instructies voor gebruik (printerstuurprogramma)
Pagina 525
Canon IJ-printerstuurprogramma Het Canon IJ-printerstuurprogramma (hierna het printerstuurprogramma genoemd) is software die op uw computer wordt geïnstalleerd voor het afdrukken van gegevens met deze printer. Het printerstuurprogramma converteert de afdrukgegevens die in de toepassing zijn gemaakt, naar gegevens die de printer begrijpt en stuurt de geconverteerde gegevens naar de printer.
Pagina 526
Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen U kunt het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma weergeven vanuit de gebruikte toepassing of via het printerpictogram. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma via de toepassing openen Volg onderstaande procedure om het afdrukprofiel in te stellen bij het afdrukken. 1.
Pagina 527
Eigenschappen (Properties) (Windows Vista, Windows XP), worden tabbladen met Windows- functies zoals Poorten (Ports) (of Geavanceerd (Advanced)) weergegeven. Deze tabbladen verschijnen niet wanneer u het printerstuurprogramma opent via Voorkeursinstellingen voor afdrukken (Printing preferences) of een toepassing. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij Windows voor meer informatie over de tabbladen met Windows-functies.
Pagina 528
Canon IJ-statusmonitor De Canon IJ-statusmonitor is een toepassing die de status van de printer en de voortgang van het afdrukken weergeeft. U kunt aan de hand van de afbeeldingen, pictogrammen en berichten zien wat de status van de printer is.
Pagina 529
De Canon IJ-statusmonitor wordt geopend en een afbeelding van de inktstatus wordt weergegeven. Opmerking • De informatie die in de Canon IJ-statusmonitor wordt weergegeven, kan afwijken naargelang het land of de regio waarin u de printer gebruikt. 3. Klik zo nodig op Inktdetails (Ink Details) U kunt de informatie over inkt bekijken.
Pagina 530
Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instellingen voor het mediumtype wijzigen.
Pagina 531
Een ongewenste afdruktaak verwijderen Vervang bij het lezen van deze informatie 'Canon IJ-statusmonitor' door 'Canon IJ XPS-statusmonitor' als u het XPS-printerstuurprogramma gebruikt. Als de printer niet start met afdrukken, is het mogelijk dat geannuleerde of niet-uitgevoerde afdruktaken in de wachtrij blijven staan.
Pagina 532
• Start Canon IJ Network Tool niet tijdens het afdrukken. • Druk niet af terwijl Canon IJ Network Tool actief is. • De kaartsleuf van de printer kan ontoegankelijk worden. Zet in dat geval de printer opnieuw aan of schakel hem uit en sluit de USB-kabel opnieuw aan.
Pagina 533
◦ Als Microsoft Word dezelfde afdrukfuncties heeft als het printerstuurprogramma, stelt u deze in Word in. ◦ Als Passend op papier (Fit-to-Page), Op schaal (Scaled) of Pagina-indeling (Page Layout) is ingesteld voor Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma, wordt het document mogelijk niet correct afgedrukt in bepaalde versies van Word.
Pagina 534
Beschrijving van het printerstuurprogramma Beschrijving van het tabblad Snel instellen Beschrijving van het tabblad Afdruk Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Beschrijving van het tabblad Onderhoud Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Beschrijving van Canon IJ-statusmonitor...
Pagina 535
Beschrijving van het tabblad Snel instellen Op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) worden veelgebruikte afdrukinstellingen geregistreerd. Wanneer u een geregistreerde instelling selecteert, worden de vooraf ingestelde waarden automatisch toegepast op de printer. Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) De namen en pictogrammen van veelgebruikte afdrukprofielen worden geregistreerd. Wanneer u een afdrukprofiel selecteert op basis van het doel van het document, worden instellingen toegepast die overeenkomen met het doel.
Pagina 536
Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Schakel dit selectievakje uit als u geen afdrukvoorbeeld wilt zien. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Extra functies (Additional Features)
Pagina 537
Voor sommige functies kunt u gedetailleerde instellingen selecteren op de tabbladen Afdruk (Main) en Pagina-instelling (Page Setup). Belangrijk • Afhankelijk van de afdrukprofielen zijn sommige functies mogelijk lichtgrijs en kunt u ze niet wijzigen. 2 op 1 afdrukken (2-on-1 Printing) Hiermee drukt u twee pagina's van het document naast elkaar af op één vel papier.
Pagina 538
Mediumtype (Media Type) Hier selecteert u een type afdrukpapier. Selecteer een mediumtype dat overeenstemt met het papier dat in de printer is geplaatst. Zo zorgt u ervoor dat correct wordt afgedrukt voor het opgegeven papier. Papierformaat printer (Printer Paper Size) Hier selecteert u het formaat van het papier dat in de printer is geplaatst.
Pagina 539
Cassette Het papierformaat bepaalt welke cassette moet worden gebruikt. De cassette die moet worden gebruikt, wordt weergegeven onder Papierbron (Paper Source). Aantal (Copies) Hier geeft u het aantal exemplaren op dat u wilt afdrukken. U kunt een waarde opgeven tussen 1 en 999.
Pagina 540
Dialoogvenster Veelgebruikte instellingen opslaan (Save Commonly Used Settings) Selecteer de pictogrammen van de afdrukprofielen die u wilt registreren in Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) en wijzig de items die u wilt opslaan in de afdrukprofielen. Pictogram (Icon) Hier selecteert u het pictogram voor het afdrukprofiel dat u wilt opslaan. Het geselecteerde pictogram wordt, samen met de naam, weergegeven in de lijst Veelgebruikte instellingen (Commonly Used Settings) op het tabblad Snel instellen (Quick Setup).
Pagina 541
Verwante onderwerpen Afdrukken met de basisinstellingen Een Paginaformaat en Afdrukstand opgeven Instellingen voor aantal en afdrukvolgorde opgeven Afdrukken zonder marges starten Dubbelzijdig afdrukken Instellingen voor het afdrukken van enveloppen Afdrukken op briefkaarten Afdrukresultaten weergeven vóór het afdrukken Papierformaat instellen (aangepast formaat) Een kleurendocument monochroom afdrukken Kleurcorrectie opgeven De kleurbalans aanpassen...
Pagina 542
Beschrijving van het tabblad Afdruk Op het tabblad Afdruk (Main) kunt u basisafdrukinstellingen opgeven in overeenstemming met het mediumtype. Voor een normale afdruktaak volstaat het instellingen op dit tabblad op te geven. Voorbeeld van instellingen De afbeelding van het vel papier laat zien hoe het origineel eruitziet op een vel papier. Zo kunt u de algemene indeling controleren.
Pagina 543
Laat zien hoe het afdrukresultaat eruitziet voordat u de gegevens daadwerkelijk afdrukt. Schakel dit selectievakje in als u een afdrukvoorbeeld wilt zien voordat u gaat afdrukken. Belangrijk • Als u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld wilt gebruiken, moet Microsoft .NET Framework 4 Client Profile op uw computer zijn geïnstalleerd. Standaard (Defaults) Hiermee herstelt u de standaardwaarden van alle instellingen die u hebt gewijzigd.
Pagina 544
Kwaliteit U kunt de schuifregelaar gebruiken om de afdrukkwaliteit aan te passen. Belangrijk • Bepaalde niveaus voor afdrukkwaliteit kunnen niet worden geselecteerd bij bepaalde instellingen voor Mediumtype (Media Type). Opmerking • De kwaliteitsmodi Hoog (High), Standaard (Standard) en Klad (Draft) zijn gekoppeld aan de schuifregelaar.
Pagina 545
Belangrijk • Wanneer Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, worden Cyaan (Cyan), Magenta en Geel (Yellow) lichtgrijs weergegeven en zijn ze niet beschikbaar voor selectie. Tint (Tone) Hiermee stelt u de kleuraanpassing in voor monochroom afdrukken. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts verplaatst, worden kleuren warmer (Warm) en wanneer u de schuifregelaar naar links verplaatst, worden kleuren koeler (Koel).
Pagina 546
Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) Deze optie drukt een patroon af waarmee u de balans tussen cyaan/magenta/geel kunt controleren. Belangrijk • Wanneer Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) op het tabblad Afdruk (Main) is ingeschakeld, worden Cyaan/Magenta/Geel (Cyan/Magenta/Yellow) lichtgrijs weergegeven en zijn deze niet beschikbaar voor selectie. Intensiteit/Contrast (Intensity/Contrast) Deze optie drukt een patroon af waarmee u de balans tussen intensiteit/contrast kunt controleren.
Pagina 547
• Als Afdrukken in grijstinten (Grayscale Printing) is geselecteerd op het tabblad Afdruk (Main), is Kleurcorrectie (Color Correction) lichtgrijs en niet beschikbaar voor selectie. Driververgelijking (Driver Matching) Met Canon Digital Photo Color kunt u sRGB-gegevens afdrukken met kleurtinten waaraan de meeste mensen de voorkeur geven. ICM (ICC-profielvergelijking (ICC Profile Matching)) Past de kleuren aan volgens een ICC-profiel tijdens het afdrukken.
Pagina 548
Absoluut colorimetrisch (Absolute Colorimetric) Bij deze methode worden de definities voor witte plekken in de ICC-profielen voor invoer en uitvoer gebruikt om de gegevens te converteren. Hoewel de kleur en kleurbalans van de witte plekken veranderen, krijgt u mogelijk niet het gewenste uitvoerresultaat vanwege de profielcombinatie.
Pagina 549
Beschrijving van het tabblad Pagina-instelling Op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) kunt u bepalen hoe een document op het papier moet worden geplaatst. Op dit tabblad kunt u ook het aantal afdrukken en de afdrukvolgorde opgeven. Als de toepassing waarmee het document is gemaakt een vergelijkbare functie heeft, geeft u deze instellingen op met de toepassing.
Pagina 550
selectievakje 90 graden naar links roteren als afdrukstand [Liggend] is (Rotate 90 degrees left when orientation is [Landscape]) in. 180 graden roteren (Rotate 180 degrees) Het document wordt afgedrukt waarbij het 180 graden wordt gedraaid ten opzichte van de invoerrichting van het papier.
Pagina 551
Op schaal (Scaled) Documenten kunnen worden vergroot of verkleind tijdens het afdrukken. Geef het formaat op bij Papierformaat printer (Printer Paper Size) of geef een schaalfactor op in het vak Schaling (Scaling). Schaling (Scaling) Hier geeft u een vergrotings- of verkleiningsfactor op voor het document dat u wilt afdrukken. Pagina-indeling (Page Layout) U kunt meerdere documentpagina's afdrukken op één vel papier.
Pagina 552
Nietmarge (Stapling Side) Hier selecteert u de positie van de nietmarge. De printer selecteert automatisch de beste positie voor de nietmarge op basis van de instellingen voor Afdrukstand (Orientation) en Pagina-indeling (Page Layout). Schakel Nietmarge (Stapling Side) in en selecteer een optie in de lijst om deze te wijzigen. Marge instellen...
Pagina 553
Afhankelijk van het type printerstuurprogramma dat u gebruikt en de omgeving zijn Stempel (Stamp) en Achtergrond (Background) mogelijk niet beschikbaar. Dialoogvenster Aangepast papierformaat (Custom Paper Size) In dit dialoogvenster kunt u het formaat (breedte en hoogte) van het aangepaste papier opgeven. Eenheden (Units) Selecteer de eenheid voor het opgeven van een door de gebruiker gedefinieerd papierformaat.
Pagina 554
toe. Als u pagina's aan elkaar plakt om een poster te maken, kunt u een grotere poster maken door het aantal scheidingen te vergroten. "Knippen/Plakken" afdrukken in marges (Print "Cut/Paste" in margins) Hier geeft u aan of u de woorden 'Knippen' en 'Plakken' wilt afdrukken in de marges. Deze woorden fungeren als hulpmiddel wanneer u de pagina's aan elkaar plakt om een poster te maken.
Pagina 555
Dialoogvenster Afdrukgebied instellen (Print Area Setup) Wanneer u dubbelzijdig afdrukt, wordt het afdrukgebied van het document iets kleiner dan normaal. Als een document met kleine marges wordt afgedrukt, past het document daardoor mogelijk niet op één pagina. In dit dialoogvenster kunt u instellen of een pagina bij het afdrukken moet worden verkleind, zodat het document op één pagina past.
Pagina 556
Als de informatie in het kleurprofiel dat is ingesteld in de software wordt uitgevoerd naar het printerstuurprogramma, kan het afdrukresultaat onverwachte kleuren bevatten. Als dit gebeurt, kunt u het probleem mogelijk oplossen door dit selectievakje in te schakelen. Belangrijk • Zelfs als dit selectievakje is ingeschakeld, wordt slechts een deel van de informatie in het kleurprofiel uitgeschakeld en kan het kleurprofiel nog steeds worden gebruikt om af te drukken.
Pagina 557
Verlies van afdrukgegevens voorkomen (Prevention of Print Data Loss) U kunt de omvang van de afdrukgegevens die met de toepassing zijn gemaakt, verkleinen en daarna de gegevens afdrukken. Afhankelijk van de gebruikte toepassing kunnen de afbeeldingsgegevens worden afgesneden of niet correct worden afgedrukt.
Pagina 558
Semitransparante stempel afdrukken (Print semitransparent stamp) Hier stelt u in hoe de stempel wordt afgedrukt op het document. Schakel het selectievakje Stempel (Stamp) in om dit in te schakelen. Schakel dit selectievakje in als u een semitransparante stempel wilt afdrukken over de afgedrukte documentpagina.
Pagina 559
Stempeltekst (Stamp Text) Hier geeft u de tekst van de stempel op. U kunt maximaal 64 tekens invoeren. Voor Datum/tijd/gebruikersnaam (Date/Time/User Name) worden de aanmaaktijd en -datum en de gebruikersnaam van het afgedrukte object weergegeven in Stempeltekst (Stamp Text). Belangrijk •...
Pagina 560
Voorbeeldvenster Hier wordt de status getoond van de stempel die op elk tabblad is geconfigureerd. Positie (Position) Hier geeft u de positie van de stempel op de pagina op. Als u Aangepast (Custom) selecteert in de lijst, kunt u rechtstreeks waarden invoeren voor de coördinaten X-positie (X-Position) en Y-positie (Y-Position).
Pagina 561
Voorbeeldvenster Hier wordt de status getoond van de bitmap die is ingesteld op het tabblad Achtergrond (Background). Bestand (File) Hier geeft u de naam op van het bitmapbestand dat u als achtergrond wilt gebruiken. Bestand selecteren... (Select File...) Hiermee opent u het dialoogvenster waarmee u een bestand kunt openen. Klik op deze knop om het bitmapbestand (.bmp) te selecteren dat u als achtergrond wilt gebruiken.
Pagina 562
Beschrijving van het tabblad Onderhoud Op het tabblad Onderhoud (Maintenance) kunt u onderhoudswerkzaamheden uitvoeren aan de printer of de instellingen van de printer wijzigen. Reiniging (Cleaning) Hiermee voert u een reiniging van de printkop uit. Bij het reinigen van de printkop worden de spuitopeningen vrijgemaakt. Voer deze reiniging uit wanneer de afdruk vaag is of een bepaalde kleur niet wordt afgedrukt, ook al zijn alle inktniveaus hoog genoeg.
Pagina 563
Uitlijning printkop (Print Head Alignment) Bij het uitlijnen van de printkoppen worden de installatieposities van de printkop gecorrigeerd waardoor kleuren en lijnen beter worden afgedrukt. Lijn de printkop direct uit nadat u de printkop hebt geplaatst. Wanneer u klikt op Uitlijning printkop (Print Head Alignment), wordt het Dialoogvenster Uitlijning printkop starten (Start Print Head Alignment) weergegeven.
Pagina 564
Als dit gebeurt, klikt u op OK om de meest recente instellingen op de computer weer te geven. Afdrukgeschiedenis weergeven (View Print History) Deze functie start het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld en geeft de afdrukgeschiedenis weer. Opmerking • U kunt deze functie alleen gebruiken met het XPS-printerstuurprogramma.
Pagina 565
Info (About) Hiermee opent u het Dialoogvenster Info (About). U kunt de versie van het printerstuurprogramma en een copyrightmelding bekijken. Daarnaast kunt u de gebruikte taal wijzigen. Initiële controle-items (Initial Check Items) Controleer voordat u Reiniging (Cleaning) of Diepte-reiniging (Deep Cleaning) uitvoert of de printer is ingeschakeld en open de klep van de printer.
Pagina 566
Initiële controle-items (Initial Check Items) Controleer voordat u Controle spuitopening (Nozzle Check) uitvoert of de printer is ingeschakeld en open de klep van de printer. Controleer voor elke inkt de volgende items. • Controleer de resterende hoeveelheid inkt in de tank. •...
Pagina 567
Belangrijk • U kunt de stille modus instellen via het bedieningspaneel van de printer, het printerstuurprogramma of ScanGear (scannerstuurprogramma). Wat u ook gebruikt om de stille modus in te stellen, deze modus wordt toegepast als u bewerkingen uitvoert vanaf het bedieningspaneel van de printer of als u afdrukt of scant vanaf de computer. •...
Pagina 568
Droogtijd inkt (Ink Drying Wait Time) U kunt ervoor zorgen dat de printer enige tijd wacht voordat de volgende pagina wordt afgedrukt. Wanneer u de schuifregelaar naar rechts schuift, is de wachttijd langer en wanneer u de schuifregelaar naar links schuift, is de wachttijd korter. Als het papier inktvlekken bevat, omdat de volgende pagina wordt uitgeworpen voordat de inkt op de afgedrukte pagina heeft kunnen drogen, verhoogt u de droogtijd voor de inkt.
Pagina 569
Beschrijving van Canon IJ-afdrukvoorbeeld Canon IJ-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. U kunt ook de instelling voor het mediumtype en de papierbron wijzigen.
Pagina 570
• Als de instelling Pagina-indeling (Page Layout) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) is ingesteld op Pagina-indeling (Page Layout), Tegels/poster (Tiling/Poster) of Boekje (Booklet), is het aantal pagina's het aantal vellen dat wordt gebruikt om af te drukken en niet het aantal pagina's in het originele document dat is gemaakt met de toepassing.
Pagina 571
Canon IJ-afdrukvoorbeeld gesloten. Knop Afdrukken annuleren (Cancel Printing) Hiermee beëindigt u het Canon IJ-afdrukvoorbeeld en annuleert u het afdrukken van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldscherm. U kunt op deze knop klikken terwijl documenten in de wachtrij worden geplaatst.
Pagina 572
Beschrijving van Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld is een toepassing die de afdrukresultaten op het scherm laat zien voordat er daadwerkelijk wordt afgedrukt. Hierbij worden de instellingen gebruikt die in het printerstuurprogramma zijn opgegeven. Op deze manier kunt u de indeling, de afdrukvolgorde en het aantal pagina's van een document controleren. Via dit voorbeeld kunt u ook het afgedrukte document of de afgedrukte pagina's bewerken, de afdrukinstellingen wijzigen en andere functies uitvoeren.
Pagina 573
Hiermee voegt u het document dat is opgeslagen in de afdrukgeschiedenis toe aan de documentenlijst. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd. Deze opdracht heeft dezelfde functie als Afsluiten (Exit) in het gebied met afdrukinstellingen.
Pagina 574
Eén omlaag (Move Down One) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omlaag. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Naar laatste (Move to Last) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het eind van de documentenlijst.
Pagina 575
Naar eerste (Move to First) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina naar het begin van het document. Als de geselecteerde pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Eén vooruit (Move Forward One) Hiermee verplaatst u de geselecteerde pagina één positie naar voren.
Pagina 576
Eerste pagina (First Page) Hiermee geeft u de eerste pagina van het document weer. Als de weergegeven pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. Vorige pagina (Previous Page) Hiermee wordt de pagina voor de momenteel weergegeven pagina weergegeven. Als de weergegeven pagina de eerste pagina is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
Pagina 577
Selecteer Pagina-informatie (Page Information), Indeling (Layout) of Handmatige kleuraanpassing (Manual Color Adjustment). Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren. (Afdrukken) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
Pagina 578
(Eén omlaag) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument één positie omlaag. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd. (Naar laatste) Hiermee verplaatst u het geselecteerde afdrukdocument naar het eind van de documentenlijst. Als het geselecteerde document het laatste document is, is deze opdracht lichtgrijs en kan deze niet worden geselecteerd.
Pagina 579
Papierformaat printer (Printer Paper Size) Hier wordt het papierformaat weergegeven van het document dat u wilt afdrukken. Mediumtype (Media Type) Hier kunt u het mediumtype selecteren voor het document dat u wilt afdrukken. Papierbron (Paper Source) Hier kunt u de papierbron selecteren voor het document dat u wilt afdrukken. Pagina-indeling (Page Layout) Hier wordt de pagina-indeling weergegeven van het document dat u wilt afdrukken.
Pagina 580
Als het aantal afdrukken niet kan worden gewijzigd voor het afdrukdocument, is dit item lichtgrijs en niet beschikbaar. Afsluiten (Exit) Hiermee beëindigt u het Canon IJ XPS-afdrukvoorbeeld. De resterende documenten in de documentenlijst worden uit de lijst verwijderd. Afdrukken (Print) Hiermee drukt u de geselecteerde documenten in de lijst met documenten af.
Pagina 581
Overzicht van Canon IJ-statusmonitor Met de Canon IJ-statusmonitor kunt u de status van de printer en de inkt controleren aan de hand van afbeeldingen en berichten. U kunt informatie over het afgedrukte document en de voortgang van de afdruktaak controleren tijdens het afdrukken.
Pagina 582
Menu Optie (Option) Als u Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) selecteert wanneer een bericht met betrekking tot de printer wordt weergegeven, wordt de Canon IJ-statusmonitor gestart. Als Statusmonitor inschakelen (Enable Status Monitor) is geselecteerd, zijn de volgende opdrachten beschikbaar.
Pagina 583
Sluiten (Close) Hiermee sluit u het dialoogvenster Inktdetails (Ink Details) en keert u terug naar de Canon IJ-statusmonitor. Menu Help Wanneer u deze menuoptie selecteert, wordt het Help-venster voor de Canon IJ-statusmonitor weergegeven en kunt u de versie en copyrightinformatie controleren.
Pagina 584
MP Drivers bijwerken De nieuwste versie van MP Drivers ophalen Onnodige MP Drivers verwijderen Voordat u MP Drivers installeert MP Drivers installeren...
Pagina 585
De nieuwste versie van MP Drivers ophalen MP Drivers omvat een printerstuurprogramma en ScanGear (scannerstuurprogramma). Door MP Drivers bij te werken naar de nieuwste versie van MP Drivers, kunt u onopgeloste problemen mogelijk verhelpen. U kunt vanaf onze website de nieuwste MP Drivers voor uw model downloaden. Belangrijk •...
Pagina 586
Onnodige MP Drivers verwijderen Als u MP Drivers niet meer nodig hebt, kunt u dit verwijderen. Sluit alle actieve toepassingen voordat u MP Drivers gaat verwijderen. De procedure voor het verwijderen van MP Drivers is als volgt: 1. Start het verwijderprogramma •...
Pagina 587
Voordat u MP Drivers installeert In dit onderwerp worden de items beschreven die u moet controleren voordat u MP Drivers installeert. U moet dit gedeelte ook raadplegen als MP Drivers niet kan worden geïnstalleerd. De printerstatus controleren • Zet de printer uit. De instellingen van de computer controleren •...
Pagina 588
MP Drivers installeren U kunt vanaf onze website de nieuwste versie van MP Drivers en het XPS-printerstuurprogramma voor uw model downloaden. De procedure voor het installeren van de gedownloade MP Drivers is als volgt: 1. Zet de printer uit 2. Start het installatieprogramma Dubbelklik op het pictogram van het bestand dat u hebt gedownload.
Pagina 589
Afdrukken met Canon-toepassingen Handleiding voor My Image Garden Handleiding voor Easy-PhotoPrint+...
Pagina 590
Nieuwste versie My Image Garden V3.2.x Wij raden u aan de laatste versie van de toepassing te gebruiken. Ga naar de website van Canon en download de laatste toepassing. De versie controleren Eerdere versies Selecteer uw versie van My Image Garden.
Pagina 591
Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
Pagina 592
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 593
Afdrukken met Google Cloud Print Het apparaat is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
Pagina 594
Een LAN-verbinding met het apparaat en een internetverbinding zijn vereist om het apparaat uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
Pagina 595
Een Google-account maken Als u wilt afdrukken met Google Cloud Print, hebt u een Google-account nodig en moet u het apparaat eerst registreren bij Google Cloud Print. Opmerking • Als u al een Google-account hebt, moet u het apparaat registreren bij Google Cloud Print. Het apparaat registreren bij Google Cloud Print Ga naar Google Cloud Print met de webbrowser op de computer of het mobiele apparaat en registreer de gevraagde gegevens.
Pagina 596
6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Als Canon MG7700 series en de knop Printers toevoegen (Add printers) worden weergegeven, selecteert u Printers toevoegen (Add printers). 8. Wanneer het bevestigingsbericht voor de registratie van het apparaat wordt weergegeven, selecteert u OK.
Pagina 597
2. Veeg over het HOME-scherm en tik op Instellen (Setup). Het bedieningspaneel gebruiken 3. Tik op Webservice instellen (Web service setup). 4. Tik op Webserviceverbinding instellen (Web service connection setup) -> Google Cloud Print instellen (Google Cloud Print setup) -> Registreren bij Google Cloud Print (Register with Google Cloud Print).
Pagina 598
Als het verificatieproces correct is voltooid, worden de registratie-items weergegeven. Nadat het verificatieproces correct is voltooid, kunt u gegevens afdrukken met Google Cloud Print.
Pagina 599
Afdrukken vanaf een computer of smartphone met Google Cloud Print Als u afdrukgegevens verzendt met Google Cloud Print, ontvangt het apparaat de afdrukgegevens en worden ze automatisch afgedrukt. Wanneer u afdrukt vanaf een smartphone, tablet, computer of ander apparaat met behulp van Google Cloud Print, moet u van tevoren papier in het apparaat plaatsen.
Pagina 600
5. Selecteer Afdrukken... (Print...) via (Chrome-menu). 6. Selecteer Wijzigen... (Change...) bij Bestemming (Destination). 7. Selecteer Canon MG7700 series in Google Cloud Print. 8. Selecteer Afdrukken (Print). Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt het...
Pagina 601
Als u rechtstreeks wilt afdrukken vanuit Google Cloud Print Als het apparaat de afdrukgegevens niet kan ontvangen of als u direct wilt beginnen met afdrukken, kunt u controleren of er een afdruktaak in Google Cloud Print aanwezig is en het afdrukken handmatig starten.
Pagina 602
5. Selecteer Afdrukken... (Print...) via (Chrome-menu). 6. Selecteer Wijzigen... (Change...) bij Bestemming (Destination). 7. Selecteer Canon MG7700 series bij Lokale bestemmingen (Local Destinations). 8. Selecteer Afdrukken (Print). Wanneer de voorbereiding voor het afdrukken met Google Cloud Print is voltooid, ontvangt het...
Pagina 603
6. Selecteer Beheren (Manage) voor Google Cloud Print. 7. Selecteer Beheren (Manage) naast Canon MG7700 series in de lijst met apparaten. 8. Selecteer Verwijderen (Delete). 9. Wanneer het bevestigingsbericht voor de verwijderen van het apparaat wordt weergegeven, selecteert u OK.
Pagina 604
4. Tik op Webserviceverbinding instellen (Web service connection setup) -> Google Cloud Print instellen (Google Cloud Print setup) -> Verwijder uit Google Cloud Print (Delete from Google Cloud Print). 5. Wanneer het bevestigingsbericht voor het verwijderen van het apparaat wordt weergegeven, tikt u op Ja (Yes).
Pagina 605
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een Mac U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 606
Opmerking • Als de functie Automatisch inschakelen van het apparaat is ingeschakeld, wordt het apparaat automatisch ingeschakeld wanneer afdrukgegevens worden ontvangen. Plaats papier. 3. Druk af met de toepassingssoftware. Het dialoogvenster Afdrukken wordt weergegeven. 4. Selecteer de naam van uw model die als AirPrint-printer is toegevoegd in de lijst Printer in het dialoogvenster Afdrukken.
Pagina 607
Afdrukken vanaf een smartphone/tablet Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken via een webservice...
Pagina 608
Direct afdrukken vanaf een smartphone/tablet Afdrukken met Android Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS-apparaat Het apparaat met de directe verbinding gebruiken Afdrukken door een smartphone boven het apparaat te houden...
Pagina 609
Afdrukken met Android De Canon-afdrukplug-in gebruiken Canon Print Service is een afdrukplug-in voor Android 4.4.2 of later die gratis beschikbaar is op Google Play. Als u de plug-in installeert en activeert, kunt u uw Android-smartphone of -tablet gebruiken om op een Canon-printer af te drukken via een draadloos LAN.
Pagina 610
Afdrukken met een AirPrint-compatibele printer vanaf een iOS- apparaat U kunt AirPrint gebruiken om af te drukken vanaf uw iPhone, iPad, iPod touch of Mac. AirPrint maakt het mogelijk foto's, e-mails, webpagina's en documenten af te drukken vanaf een iPhone, iPad, iPod touch of Mac zonder dat u stuurprogramma's moet installeren of apps of software moet downloaden.
Pagina 611
Plaats papier. 3. Tik op het bedieningspictogram om menuopties van toepassingen op uw iOS-apparaat weer te geven. De onderstaande afbeelding toont een voorbeeld van afdrukken vanuit de webbrowser op de iPad. Het uiterlijk van het scherm hangt af van het apparaat of de toepassing. 4.
Pagina 612
Belangrijk • Omdat niet alle toepassingen AirPrint ondersteunen, wordt Printeropties (Printer Options) mogelijk niet weergegeven. Als u in een toepassing de printeropties niet kunt gebruiken, dan kunt u vanuit die toepassing niet afdrukken. Opmerking • De Printeropties (Printer Options) kunnen verschillen, afhankelijk van de toepassing die u gebruikt.
Pagina 613
• Uw toepassing kan mogelijk andere papierformaten ondersteunen. De afdrukstatus controleren Tijdens het afdrukken wordt het pictogram Afdrukcentrum (Print Center) weergegeven in de lijst met recent gebruikte toepassingen. Wanneer u dit pictogram aanraakt, wordt de voortgang van de afdruk weergegeven. Druk tweemaal op de Home-knop op het iOS-apparaat om de Multitasking-modus in te schakelen.
Pagina 614
Het apparaat met de directe verbinding gebruiken Bij een directe verbinding kunt u afdrukken of scannen door het apparaat via een draadloze verbinding te verbinden met een smartphone of tablet in een omgeving waarin geen draadloze router beschikbaar is. Daarnaast kunt u de printer zonder draadloze router met een apparaat verbinden, zelfs als een draadloze router beschikbaar is.
Pagina 615
Voorbeeld wanneer de draadloos LAN-verbinding is ingeschakeld: Het scherm LAN wijzigen (Change LAN) wordt weergegeven. Opmerking • U kunt het scherm LAN wijzigen (Change LAN) ook weergeven met de onderstaande procedure. 1. Veeg over het HOME-scherm en tik op Instellen (Setup). Het bedieningspaneel gebruiken 2.
Pagina 616
Schakel Wi-Fi in via het menu Instellingen van uw apparaat. Raadpleeg de handleiding van het apparaat voor meer informatie over het inschakelen van draadloze communicatie. 2. Selecteer 'DIRECT-XXXX-MG7700 series' ('X' staat voor alfanumerieke tekens.) in de lijst die wordt weergegeven op het apparaat. 3. Voer het wachtwoord in.
Pagina 617
Opmerking • U kunt het scherm LAN wijzigen (Change LAN) ook weergeven met de onderstaande procedure. 1. Veeg over het HOME-scherm en tik op Instellen (Setup). Het bedieningspaneel gebruiken 2. Tik op Apparaatinstellingen (Device settings). 3. Tik op LAN-instellingen (LAN settings). 4.
Pagina 618
• De identificatie (SSID) en het wachtwoord voor de directe verbinding bijwerken Tik op A om het bevestigingsscherm weer te geven. Als u de identificatie (SSID) en het wachtwoord wilt bijwerken, tikt u op Ja (Yes). Als u de beveiligingsinstelling en het bijgewerkte wachtwoord wilt controleren, tikt u op Details en tikt u op Ja (Yes) in het scherm dat vervolgens wordt weergegeven.
Pagina 619
• U kunt de toepassing gratis downloaden. De kosten voor de internetverbinding zijn echter voor uw rekening. Afdrukken met NFC Controleer voordat u gaat afdrukken of Canon PRINT Inkjet/SELPHY op de smartphone is geïnstalleerd. Plaats papier. 2. Start Canon PRINT Inkjet/SELPHY.
Pagina 620
De smartphone wordt automatisch verbonden met het apparaat en het apparaat begint met afdrukken. Belangrijk • Als het afdrukken niet wordt gestart, wijzigt u de positie waar u de smartphone houdt. Problemen oplossen Kan niet rechtstreeks afdrukken/scannen vanaf een NFC-compatibel apparaat...
Pagina 621
Afdrukken via een webservice PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Afdrukken met Google Cloud Print...
Pagina 622
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 623
Afdrukken met Google Cloud Print Het apparaat is compatibel met Google Cloud Print™ (Google Cloud Print is een service die wordt aangeboden door Google Inc.). Met Google Cloud Print kunt u vanaf elke locatie afdrukken met toepassingen of services die Google Cloud Print ondersteunen.
Pagina 624
Een LAN-verbinding met het apparaat en een internetverbinding zijn vereist om het apparaat uit Google Cloud Print te verwijderen. Aan de internetverbinding zijn de gebruikelijke kosten verbonden.
Pagina 625
Afdrukken via het bedieningspaneel Fotogegevens afdrukken Sjablonen zoals gelinieerd papier of grafiekpapier afdrukken Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een geheugenkaart Disclabels afdrukken...
Pagina 626
Fotogegevens afdrukken Foto's op een geheugenkaart afdrukken Het menu Geavanc. foto Een foto bijsnijden en afdrukken Items instellen voor foto's afdrukken met het bedieningspaneel Handige weergavefuncties gebruiken Foto's afdrukken terwijl u naar de diashow kijkt...
Pagina 627
Foto's op een geheugenkaart afdrukken U kunt foto's die op een geheugenkaart zijn opgeslagen gemakkelijk afdrukken. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u foto´s afdrukt in Foto afdrukken (Photo print). Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Foto afdrukken (Photo print).
Pagina 628
Tik in de buurt van het midden van de weergegeven foto om menu's weer te geven. A. Totaal aantal afdrukken Het totale aantal afdrukken wordt weergegeven. Als u tikt, wordt het scherm Contr. totaal aantal kopieën (Check total no. of copies) weergegeven en kunt u het aantal afdrukken voor elke foto opgeven.
Pagina 629
Voor meer informatie: Handige weergavefuncties gebruiken D. Instellingen (Settings) Tik hierop om het scherm Instellingen (Settings) weer te geven. U kunt de instellingen voor het paginaformaat, het mediumtype, de afdrukkwaliteit en dergelijke wijzigen. Meer informatie over de instellingsitems: Items instellen voor foto's afdrukken met het bedieningspaneel E.
Pagina 630
Voor meer informatie: Handige weergavefuncties gebruiken G. Meerdere foto's weergeven Tik hierop om meerdere foto's tegelijk weer te geven. Voor meer informatie over de weergavemethode: Handige weergavefuncties gebruiken 6. Raak de knop Kleur (Color) aan. Het apparaat begint af te drukken. Opmerking •...
Pagina 631
2. Geef het aantal afdrukken voor elke foto op. Opmerking • Tijdens het afdrukken kunt u de instelling voor Pg.form. (Page size) of Type op het bevestigingsscherm voor afdrukinstellingen niet wijzigen. De instelling is gelijk aan de instelling voor de foto die in de afdruktaak staat. 3.
Pagina 632
Het menu Geavanc. foto De volgende menu's kunnen worden geselecteerd in het menu Geavanc. afdrukken (Advanced print) om foto's af te drukken die op de geheugenkaart zijn opgeslagen. Bijsnijden en afdruk. (Trimming print) U kunt foto's op het aanraakscherm bijsnijden en vervolgens afdrukken. Een foto bijsnijden en afdrukken Diashow (Slide show) U kunt alle foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart bekijken in een diashow.
Pagina 633
Een foto bijsnijden en afdrukken U kunt foto's op het aanraakscherm bijsnijden en vervolgens afdrukken. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanceerd afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken Plaats de geheugenkaart in de kaartsleuf. Opmerking •...
Pagina 634
A. Tik hierop om de verhouding van het bijsnijdkader aan te passen. B. Sleep om het bijsnijdkader te plaatsen. C. Sleep om het formaat van het bijsnijdkader in te stellen. D. Tik hierop om de selectie van het bijsnijdgebied te voltooien. Als het bij te snijden gedeelte is opgegeven, wordt het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen weergegeven.
Pagina 635
Items instellen voor foto's afdrukken met het bedieningspaneel U kunt het paginaformaat, het mediumtype, fotocorrectie en dergelijke instellen voor het afdrukken van foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart. Het scherm Afdrukinstellingen De manier waarop u het scherm voor de afdrukinstellingen weergeeft, varieert naar gelang het afdrukmenu.
Pagina 636
Opmerking • Sommige instellingen kunnen niet worden geselecteerd, afhankelijk van het afdrukmenu. In dit gedeelte worden de instellingen van Foto afdrukken (Photo print) beschreven. De instelling die niet kan worden geselecteerd, wordt grijs of niet weergegeven. • Sommige instellingen kunnen niet worden opgegeven in combinatie met andere instellingen of de afdrukmenu´s.
Pagina 637
Hiermee wordt de afdruk van de datum (opnamedatum) op de foto in- of uitgeschakeld. Opmerking • De opnamedatum wordt afgedrukt volgens de instellingen voor Indeling datumweergave (Date display format) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) onder Instellen (Setup). Gebruikersinstellingen apparaat...
Pagina 638
Handige weergavefuncties gebruiken U kunt meerdere foto's tegelijk weergeven, de datum (datum waarop gegevens voor het laatst zijn gewijzigd) opgeven om foto's te selecteren en wisselen tussen fotogroepen. Meerdere foto's weergeven om een foto te selecteren Een datum opgeven om een foto te selecteren Inzoomen op de foto Schakelen tussen fotogroepen Meerdere foto's weergeven om een foto te selecteren...
Pagina 639
Opmerking • De datum wordt weergegeven volgens de instellingen voor Indeling datumweergave (Date display format) bij Gebruikersinstellingen apparaat (Device user settings) onder Apparaatinstellingen (Device settings) onder Instellen (Setup). Gebruikersinstellingen apparaat Inzoomen op de foto Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u tikt op op het fotoselectiescherm.
Pagina 640
Foto's afdrukken terwijl u naar de diashow kijkt U kunt alle foto's die zijn opgeslagen op de geheugenkaart bekijken in een diashow. Tijdens de diashow worden de foto's automatisch een voor een weergegeven. Terwijl u naar de diashow kijkt, kunt u uw favoriete foto afdrukken. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Pagina 641
Tijdens het afdrukken van een foto Nadat u de diashow hebt gepauzeerd door te tikken op het aanraakscherm, kunt u de weergegeven foto afdrukken. Wanneer u het afdrukken wilt starten, plaatst u papier en raakt u de knop Kleur (Color) aan. Opmerking •...
Pagina 642
Sjablonen zoals gelinieerd papier of grafiekpapier afdrukken U kunt een sjabloonformulier, zoals gelinieerd papier, grafiekpapier of een controlelijst, afdrukken op normaal papier van A4-, B5- of Letter-formaat. Afdrukbare sjabloonformulieren Sjabloonformulieren afdrukken Afdrukbare sjabloonformulieren De volgende sjablonen zijn beschikbaar: • Gelinieerd papier U kunt drie indelingen voor de regelafstand selecteren.
Pagina 643
• Muziekpapier U kunt muziekpapier met 10 of 12 notenbalken afdrukken. Instelling op het aanraakscherm: ◦ Muziekpapier 1(10 notenb.) (Staff paper 1 (10 staves)) ◦ Muziekpapier 2(12 notenb.) (Staff paper 2 (12 staves)) • Handschriftpapier U kunt handschriftpapier afdrukken. Instelling op het aanraakscherm: Handschriftpapier (3 lijnen) (Handwriting paper (3 lines)) •...
Pagina 644
5. Tik op de sjabloon die u wilt afdrukken. Afdrukbare sjabloonformulieren 6. Geef de gewenste instellingen op. 1. Aantal (Copies) Geef het aantal exemplaren op. 2. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat op basis van het geplaatste papier. Opmerking • Sommige instellingen voor het paginaformaat kunnen niet worden opgegeven, afhankelijk van het formulier.
Pagina 645
Documenten (PDF-bestanden) afdrukken die zijn opgeslagen op een geheugenkaart U kunt PDF-bestanden die zijn gemaakt met Canon IJ Scan Utility of My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat) vanaf een geheugenkaart afdrukken. Opmerking • U kunt PDF-bestanden vanaf een geheugenkaart afdrukken als deze aan de volgende voorwaarden voldoen.
Pagina 646
PDF-bestanden waarop een van de volgende voorwaarden van toepassing is, kunnen niet worden afgedrukt. • PDF-bestanden die zijn opgeslagen met een andere toepassing dan Canon IJ Scan Utility en My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat) •...
Pagina 647
• Andere tekens dan de naam van het apparaat, IJ Scan Utility of My Image Garden worden weergegeven bij Gemaakt met (Created with). • De PDF-bestanden die zijn gemaakt met andere software dan Canon IJ Scan Utility en My Image Garden (software die compatibel is met het apparaat), kunnen niet worden afgedrukt, ook al zijn deze opgeslagen met Canon IJ Scan Utility of My Image Garden.
Pagina 648
Opmerking • U kunt maximaal 250 pagina's tegelijk afdrukken. Als u probeert meer dan 250 pagina's van een PDF- bestand af te drukken, wordt het bericht Opgegeven PDF-bestand bevat te veel pagina's. Pagina's boven het aantal afdrukbare pagina's worden niet afgedrukt. Doorgaan? (The specified PDF file contains too many pages.
Pagina 649
Disclabels afdrukken De gelabelde kant van een disc kopiëren Een foto op een geheugenkaart afdrukken op een disclabel...
Pagina 650
De gelabelde kant van een disc kopiëren U kunt het label van een bestaande bd, dvd of cd kopiëren en de kopie afdrukken op een afdrukbare disc. Belangrijk • U kunt niet afdrukken op afdrukbare discs van 8 cm / 3,15 inch. •...
Pagina 651
• Voor meer informatie over bedrukbare schijven neemt u contact op met de fabrikant van de schijven. 5. Tik op een type afdrukbare disc. Opmerking • Als uw afdrukbare disc de aanbevolen disc is, geeft u Aanbevolen disc (Recommended disc) op voor de geschikte afdrukdichtheid.
Pagina 652
8. Stel de afdrukbare disc volgens de instructies op het scherm in. Opmerking • U kunt de procedure voor het instellen van de afdrukbare disc weergeven door te tikken op Plaatsen (How to set). Het volgende scherm wordt weergegeven wanneer u op Volgende (Next) tikt.
Pagina 653
• Om de afdrukkwaliteit op het beste niveau te houden, wordt het aanbevolen om na elke tien discs te stoppen met afdrukken wanneer er meer dan tien discs achter elkaar worden bedrukt. U stopt het afdrukken door de disclade los te koppelen van het apparaat en de geleider van de disclade te sluiten.
Pagina 654
Een foto op een geheugenkaart afdrukken op een disclabel U kunt een foto die is opgeslagen op een geheugenkaart afdrukken op een disclabel of op een afdrukbare disc. Belangrijk • U kunt niet afdrukken op afdrukbare discs van 8 cm / 3,15 inch. •...
Pagina 655
A. Tik hierop om de buitenste cirkel op te geven. B. Tik hierop om de binnenste cirkel op te geven. C. Tik hierop om het opgeven van het afdrukgebied af te ronden. Opmerking • Meet de buiten- en binnendiameter van het te bedrukken oppervlak van de bedrukbare disc. Zorg ervoor dat u een waarde instelt die kleiner is dan de gemeten buitendiameter en een waarde die groter is dan de gemeten binnendiameter.
Pagina 656
Als het bij te snijden gedeelte is opgegeven, wordt het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen weergegeven. 9. Controleer de afdrukinstellingen en raak de knop Kleur (Color) aan. 10. Stel de afdrukbare disc volgens de instructies op het scherm in. Opmerking • U kunt de procedure voor het instellen van de afdrukbare disc weergeven door te tikken op Plaatsen (How to set).
Pagina 657
Afdrukken vanaf een digitale camera Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) PictBridge-afdrukinstellingen (draadloos LAN)
Pagina 658
Foto's rechtstreeks afdrukken vanaf een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) U kunt een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN), zoals een digitale camera, een camcorder of een mobiele telefoon, met het apparaat verbinden via een LAN, zodat u opgeslagen foto's rechtstreeks kunt afdrukken zonder daarbij een computer te gebruiken. Apparaten die u kunt aansluiten: PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) Indeling afdrukbare beeldgegevens:...
Pagina 659
Opmerking • Raadpleeg de handleiding van het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN) voor informatie over het detecteren van de printer. 4. Geef afdrukinstellingen zoals papiersoort en indeling op. U kunt instellingen opgeven via het menu op het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN). Selecteer het papierformaat en de papiersoort die u in het apparaat hebt geplaatst.
Pagina 660
Opmerking • In de volgende beschrijving worden de namen van instellingen gebruikt van PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van het merk Canon. De namen van de instellingen kunnen afwijken, afhankelijk van het merk of model van uw apparaat. • Mogelijk zijn niet alle hieronder beschreven instellingen beschikbaar op bepaalde apparaten. In dat geval worden de instellingen van het apparaat gebruikt.
Pagina 661
-A4/Letter: 4-up -Fotostickers: 2-up, 4-up, 9-up, 16-up. *2 Als u met een PictBridge-compatibel apparaat (draadloos LAN) van het merk Canon items selecteert met de markering 'i', kunt u opnamegegevens (Exif Data) afdrukken in een lijstindeling (20-up) of op de marges van de geselecteerde gegevens (1-up). (Deze functie is mogelijk niet beschikbaar met sommige PictBridge-compatibele apparaten (draadloos LAN) van Canon.)
Pagina 662
5. Controleer het bericht dat wordt weergegeven en tik op OK. 6. Tik op Inst. foto afdrukken (Photo print setting). Het scherm PictBridge-afdrukinstellingen (PictBridge print settings) wordt weergegeven. Meer informatie over de instellingsitems: PictBridge-afdrukinstellingen Opmerking • Als u Disclabelafdruk instellen (Disc label print setting) selecteert, wordt het scherm Discafdrukgebied instellen (Set disc print area) weergegeven, waarop u de instelling voor het afdrukken van disclabels kunt wijzigen.
Pagina 663
Papierinstellingen Door het aangepaste papierformaat en het in de cassette geplaatste mediumtype te registreren, kunt u voorkomen dat het apparaat onjuiste afdrukken produceert. Hiertoe wordt voor het afdrukken begint, een bericht weergegeven als het papierformaat of het mediumtype van het geplaatste papier afwijkt van de afdrukinstellingen.
Pagina 664
Opmerking • Afhankelijk van de geregistreerde papiergegevens van de cassette wordt er mogelijk een scherm weergegeven waarin u wordt gevraagd te bevestigen dat u de geregistreerde gegevens wilt toepassen op de papierinstellingen voor kopiëren. Wanneer u op Ja (Yes) tikt, worden de gegevens toegepast op de papierinstellingen voor kopiëren.
Pagina 665
Controleer het bericht en tik op OK. Wanneer het scherm voor het selecteren van de bewerking wordt weergegeven, selecteert u een van onderstaande opties. Opmerking • Afhankelijk van de instelling worden onderstaande opties misschien niet weergegeven. Afdrukken met geplaatst papier. (Print with the loaded paper.) Selecteer deze optie als u wilt afdrukken op papier dat in de cassette geplaatst is, zonder de papierinstellingen te hoeven wijzigen.
Pagina 666
De weergave-instelling wijzigen wanneer u kopieert of afdrukt met het bedieningspaneel van het apparaat: Cassette-instellingen ◦ Wanneer u afdrukt met het printerstuurprogramma: Het bericht dat onjuist afdrukken voorkomt is standaard uitgeschakeld. De weergave-instelling wijzigen wanneer u afdrukt met het printerstuurprogramma: ■...
Pagina 667
Kopiëren Kopieën maken Basisbeginselen Kopieën verkleinen/vergroten Dubbelzijdig kopiëren Het menu Speciale kopie Kopiëren vanaf een smartphone/tablet...
Pagina 668
Kopieën maken In dit gedeelte wordt de procedure voor het kopiëren met Kopiëren (Copy) beschreven. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats papier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Kopiëren (Copy). Het bedieningspaneel gebruiken Het stand-byscherm voor kopiëren wordt weergegeven. Plaats een origineel op de glasplaat.
Pagina 669
Meer informatie over de instellingsitems: Items voor kopiëren instellen D. Tik om een voorbeeld van de afdruk weer te geven in het voorbeeldscherm. Voor meer informatie: Voorbeeldweergave weergeven E. Tik hierop om het paginaformaat op te geven. 6. Raak de knop Kleur (Color) aan als u in kleur wilt kopiëren of de knop Zwart (Black) als u in zwart-wit wilt kopiëren.
Pagina 670
Een kopieertaak toevoegen (reservekopie) U kunt de kopieertaak toevoegen tijdens het afdrukken (Reservekopie). Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u de kopieertaak toevoegt. Leg het origineel op de glasplaat en raak de dezelfde knop (de knop Kleur (Color) of de knop Zwart (Black)) aan als de knop die u eerder aanraakte.
Pagina 671
Voorbeeldweergave weergeven wordt weergegeven op het standby-scherm voor kopiëren, kunt u op tikken om een voorbeeld van de afdruk weer te geven op het voorbeeldscherm. Belangrijk • In de volgende gevallen wordt niet weergegeven wanneer het stand-byscherm voor kopiëren wordt weergegeven. •...
Pagina 672
E. Tik hierop om terug te keren naar het stand-byscherm voor kopiëren. F. De momenteel opgegeven vergroting wordt weergegeven. Tik om Passend (Fit to page) te selecteren.
Pagina 673
Items voor kopiëren instellen U kunt de kopieerinstellingen, zoals vergroting en intensiteit, wijzigen. Het scherm Afdrukinstellingen Opmerking • Zie Foto's kopiëren voor meer informatie over het scherm met afdrukinstellingen of de instellingen voor Foto kopiëren (Photo copy). De manier waarop u het scherm voor de afdrukinstellingen weergeeft, varieert naar gelang het kopieermenu.
Pagina 674
Opmerking • Sommige instellingen kunnen niet worden geselecteerd, afhankelijk van het kopieermenu. In dit gedeelte worden de instellingen voor Kopiëren (Copy) beschreven. Als een instelling niet kan worden geselecteerd, wordt deze grijs weergegeven. Foto's kopiëren voor meer informatie over de instellingsitems voor Foto kopiëren (Photo copy). •...
Pagina 675
B. Sleep om de intensiteit op te geven. C. Tik om de instelling van de intensiteit te controleren. 3. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier. 4. Type (Mediumtype) Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier. 5. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit) Pas de afdrukkwaliteit aan op basis van het origineel.
Pagina 676
Kopieën verkleinen/vergroten U kunt de vergroting optioneel opgeven of een kopie met een vooraf ingestelde verhouding of een kopie passend op het papierformaat selecteren. Het onderstaande scherm wordt weergegeven wanneer u tikt op Instellingen (Settings) in het standby- scherm voor kopiëren en tikt op Vergrot. (Magnif.) om de methode voor vergroten/verkleinen te selecteren. A.
Pagina 677
Opmerking • Als u Passend (Fit to page) selecteert, wordt het paginaformaat mogelijk niet bij alle originelen goed herkend. In dat geval selecteert u een andere instelling dan Passend (Fit to page). • Vaste schaal U kunt een van de vaste schalen selecteren om een kopie te verkleinen of te vergroten. Selecteer de juiste verhouding voor de grootte van het origineel en het paginaformaat.
Pagina 678
Dubbelzijdig kopiëren Wanneer u Dub.zijdig (2-sided) voor Dub.zijdigInst.afdr. (2-sidedPrintSetting) selecteert bij Kopiëren (Copy), kunt u twee originele pagina's kopiëren naar de twee zijden van één vel papier. Selecteer Dub.zijdig (2-sided) en tik op OK. Als u op Geavanceerd (Advanced) tikt terwijl Dub.zijdig (2-sided) is geselecteerd, kunt u de afdrukstand en de nietmarge van het origineel opgeven.
Pagina 679
• De instelling voor een dubbelzijdige kopie kan worden gebruikt in combinatie met 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) of 4 op 1-kopie (4-on-1 copy). Twee pagina’s kopiëren op één pagina Vier pagina’s kopiëren op één pagina • Als u kopieert in zwart-wit kan de afdrukintensiteit van de dubbelzijdige kopie afwijken van die van een enkelzijdige kopie.
Pagina 680
Het menu Speciale kopie De volgende menu's kunnen worden geselecteerd in het menu Geavanc. afdrukken (Advanced print) om originelen te kopiëren. Kopie zonder marges (Borderless copy) U kunt afbeeldingen zo kopiëren dat deze de hele pagina vullen zonder marges. Kopiëren zonder marges Kop.
Pagina 681
Twee pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) selecteert voor Indeling (Layout) in Kopiëren (Copy) kunt u twee originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Tik op Instellingen (Settings) op het standby-scherm voor kopiëren om het scherm met afdrukinstellingen weer te geven en selecteer 2 op 1-kopie (2-on-1 copy) voor Indeling (Layout).
Pagina 682
u de afdrukkwaliteit in op Standaard (Standard) en probeert u opnieuw te kopiëren. Als het probleem zich blijft voordoen, stelt u de afdrukkwaliteit in op Klad (Draft) en probeert u opnieuw te kopiëren. • U kunt deze functie gebruiken in combinatie met dubbelzijdig kopiëren. Als u deze functie in combinatie gebruikt, kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren.
Pagina 683
Het apparaat begint het tweede vel van het origineel te scannen en te kopiëren. Opmerking • U kunt de kopieertaak toevoegen tijdens het afdrukken. Een kopieertaak toevoegen (reservekopie) • Als u deze functie in combinatie met dubbelzijdig kopiëren gebruikt, wordt het bovenstaande scherm weergegeven nadat het scannen van het tweede vel van het origineel is voltooid.
Pagina 684
Vier pagina’s kopiëren op één pagina Wanneer u 4 op 1-kopie (4-on-1 copy) selecteert bij Indeling (Layout) in Kopiëren (Copy), kunt u vier originele pagina's op één vel papier kopiëren door de afbeeldingen te verkleinen. Er zijn vier verschillende indelingen beschikbaar. Selecteer 4 op 1-kopie (4-on-1 copy) en tik op OK.
Pagina 685
Nadat u de volgorde hebt geselecteerd, kunt u selecteren of u het voorbeeldscherm wilt gebruiken. Als u tikt op AAN (ON), wordt het voorbeeldscherm weergegeven, waarin u de afdrukstand kunt controleren. Opmerking • Als tijdens het scannen het bericht Apparaatgeheugen is vol. Proces kan niet worden voortgezet. (Device memory is full.
Pagina 686
A. Tik hierop om het scannen van het origineel te starten. Verwijder na het scannen het origineel van de glasplaat, plaats het volgende vel op de glasplaat en tik op Scannen (Scan). B. Tik hierop om het reeds gescande origineel te kopiëren. Na het scannen van de vierde pagina van het origineel, begint het apparaat met kopiëren.
Pagina 687
Dikke originelen, zoals boeken, kopiëren Wanneer u een dik origineel zoals een boek kopieert, kunt u kopiëren zonder zwarte marges rondom het beeld en schaduwen van rugmarges. Met deze functie vermindert u onnodig inktverbruik. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats papier.
Pagina 688
van de schaduw, waardoor het document mogelijk enigszins wordt bijgesneden of een schaduw in de vouw wordt weergegeven.
Pagina 689
Kopiëren zonder marges U kunt afbeeldingen zo op fotopapier kopiëren dat deze de hele pagina vullen zonder marges. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanceerd afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken 4.
Pagina 690
Foto's kopiëren U kunt afgedrukte foto's scannen en allemaal tegelijk afdrukken. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Plaats fotopapier. 3. Veeg over het HOME-scherm en tik op Geavanceerd afdrukken (Advanced print). Het bedieningspaneel gebruiken 4. Tik op Foto kopiëren (Photo copy). 5.
Pagina 691
1. Aantal (Copies) Hiermee wordt het aantal kopieën opgegeven. 2. Pg.form. (Page size) Selecteer het paginaformaat van het geplaatste papier. 3. Type (Mediumtype) Selecteer het mediumtype van het geplaatste papier. 4. Afdr.kwl. (Print qlty) (Afdrukkwaliteit) Selecteer de afdrukkwaliteit op basis van het origineel. 5.
Pagina 692
Kopiëren vanaf een smartphone/tablet Als u Canon PRINT Inkjet/SELPHY installeert op uw smartphone/tablet, kunt u kopieerinstellingen of bewerkingen uitvoeren vanaf uw smartphone/tablet. U kunt Canon PRINT Inkjet/SELPHY downloaden via de App Store en Google Play. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Pagina 694
Scannen Scannen vanaf een computer (Windows) Scannen vanaf een computer (Mac OS) Scannen via het bedieningspaneel Scannen met een smartphone/tablet...
Pagina 695
Scannen vanaf een computer (Windows) IJ Scan Utility gebruiken Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Andere scanmethoden Het menu en instellingenvenster van IJ Network Scanner Selector EX Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
Pagina 696
IJ Scan Utility gebruiken Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility starten Eenvoudig scannen met Automatische scan Basisbeginselen Documenten scannen Foto's scannen Scannen met voorkeursinstellingen Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Meerdere originelen tegelijk scannen Opslaan na controle van de scanresultaten Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden...
Pagina 697
Wat is IJ Scan Utility (scannersoftware)? IJ Scan Utility is een toepassing waarmee u op eenvoudige wijze documenten, foto's en dergelijke kunt scannen. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram in het hoofdscherm van IJ Scan Utility te klikken.
Pagina 698
Belangrijk • Sommige functies zijn alleen beschikbaar wanneer My Image Garden is geïnstalleerd. Opmerking • Raadpleeg 'Dialoogvenster Instellingen' voor informatie over het instellen van de toepassingen waarmee geïntegreerd moet worden.
Pagina 699
Als IJ Scan Utility niet op het startscherm wordt weergegeven, selecteert u de charm Zoeken (Search) en zoekt u vervolgens naar 'IJ Scan Utility'. Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle Programma's (All Programs) > Canon Utilities > IJ Scan Utility > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten.
Pagina 700
Eenvoudig scannen met Automatische scan U kunt eenvoudig scannen door automatisch het itemtype te detecteren. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
Pagina 701
Documenten scannen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor documenten. 1. Plaats het item op de glasplaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar...
Pagina 702
Foto's scannen U kunt via dit scherm foto's die op de plaat zijn geplaatst scannen met instellingen die geschikt zijn voor foto's. 1. Plaats de foto op de plaat. Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) IJ Scan Utility starten. 3. Klik op Instellingen (Settings...) en stel in het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) het papierformaat, de resolutie en dergelijke naar wens in.
Pagina 703
Scannen met voorkeursinstellingen U kunt via dit scherm items die op de plaat zijn geplaatst scannen met uw voorkeursinstellingen die u eerder hebt opgeslagen. Dit is een gemakkelijke manier om veelgebruikte instellingen op te slaan of scaninstellingen in detail op te geven.
Pagina 704
Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen) U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen. Items scannen die maximaal ongeveer twee keer zo groot zijn dan de glasplaat worden ondersteund.
Pagina 705
5. Zorg dat Links beginnen met scannen (Scan from Left) is geselecteerd in Richting selecteren (Scan Direction). 6. Plaats het item dat aan de linkerkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 7.
Pagina 706
Het eerste item wordt gescand en verschijnt in 1. Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 8. Plaats het item dat aan de rechterkant van het scherm moet worden weergegeven met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat. 9.
Pagina 707
Opmerking • Klik op Annuleren (Cancel) om het scannen te annuleren. 10. Pas de gescande afbeeldingen desgewenst aan. Gebruik de taakbalk om te draaien of in/uit te zoomen, of sleep de afbeeldingen om hun posities aan te passen. Opmerking • Selecteer het selectievakje Bijsnijdkaders aanpassen (Adjust cropping frames) om het gebied dat moet worden opgeslagen op te geven.
Pagina 708
De gecombineerde afbeelding wordt opgeslagen. Opmerking • Raadpleeg 'Venster Afbeelding samenvoegen' voor meer informatie over het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch). • U kunt geavanceerde instellingen opgeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) dat wordt weergegeven door te klikken op Instellingen (Settings...).
Pagina 709
Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. In het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) kunt u een bijsnijdkader opgeven voor de afbeelding die in het voorbeeldgebied wordt weergegeven.
Pagina 710
Meerdere originelen tegelijk scannen U kunt twee of meer foto's (kleine items) die op de glasplaat zijn geplaatst tegelijk scannen en elke afbeelding apart opslaan. Belangrijk • De volgende typen items worden mogelijk niet goed gescand. In dat geval past u de bijsnijdkaders (scangebieden) aan in de volledige afbeeldingsweergave van ScanGear (scannerstuurprogramma) en voert u de scan opnieuw uit.
Pagina 711
4. Klik op Aangepast scannen (Custom Scan). 5. Kies bij Bron selecteren (Select Source) het type items dat u wilt scannen. 6. Selecteer Automatisch scannen (Auto scan) bij Papierformaat (Paper Size) en klik vervolgens op OK.
Pagina 712
Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) 7. Klik op Aangepast (Custom). Er worden meerdere items tegelijk gescand. Opmerking •...
Pagina 713
Opslaan na controle van de scanresultaten U kunt de scanresultaten controleren en de afbeeldingen vervolgens op een computer opslaan. Belangrijk • U kunt de scanresultaten niet vóór het opslaan controleren wanneer u hebt gescand via Auto of het bedieningspaneel. Opmerking •...
Pagina 714
Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 5.
Pagina 715
U kunt de volgorde van afbeeldingen of de opties voor het opslaan van bestanden wijzigen in het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings). Opmerking • Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 8.1: map Documenten (Documents) • Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) •...
Pagina 716
Gescande afbeeldingen via e-mail verzenden U kunt gescande afbeeldingen via e-mail verzenden. Opmerking • De vensters voor het scannen van foto's worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt. IJ Scan Utility starten. 2. Klik op Instellingen (Settings...). dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven.
Pagina 717
Opmerking • U kunt e-mailclients voor bijlagen toevoegen in het keuzemenu. • Als Geen (handmatig toevoegen) (None (Attach Manually)) is geselecteerd, moet u gescande en opgeslagen afbeeldingen handmatig toevoegen aan een e-mail. 5. Klik op OK. Het hoofdvenster IJ Scan Utility verschijnt. Opmerking •...
Pagina 718
Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Foto (Photo). Het scannen begint. Na afloop van het scannen wordt de gespecificeerde e-mailclient gestart en worden de afbeeldingen aan een nieuw bericht toegevoegd.
Pagina 719
Tekst extraheren van gescande afbeeldingen (OCR) U kunt tekst in gescande tijdschriften en kranten scannen en weergeven in een teksteditor. Opmerking • U kunt tekst extraheren tijdens het scannen via Document, Aangepast (Custom) of ScanGear. • De vensters voor het scannen van documenten worden in de volgende beschrijvingen als voorbeeld gebruikt.
Pagina 720
Opmerking • Als een compatibele toepassing is geïnstalleerd, wordt de tekst in de afbeelding geëxtraheerd en weergegeven in de teksteditor. De tekst die wordt weergegeven, hangt af van de Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
Pagina 721
Opmerking • Raadpleeg de volgende pagina's voor meer informatie over de instellingsitems in het dialoogvenster Instellingen. Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) 6. Klik op Document. Het scannen begint. Als het scannen is voltooid worden de gescande afbeeldingen opgeslagen volgens de instellingen en verschijnt de geëxtraheerde tekst in de opgegeven toepassing.
Pagina 722
Schermen van IJ Scan Utility Hoofdscherm van IJ Scan Utility Dialoogvenster Instellingen Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (automatisch)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (automatisch))
Pagina 723
'IJ Scan Utility'. Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Alle Programma's (All Programs) > Canon Utilities > IJ Scan Utility > IJ Scan Utility om IJ Scan Utility te starten. U kunt in één handeling scannen en opslaan door op het bijbehorende pictogram te klikken.
Pagina 724
Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)). Samenvoegen (Stitch) Toont het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) waarin u de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat kunt scannen en deze tot één afbeelding kunt samenvoegen. Instellingen voor scannen/opslaan en de reactie na scannen kunnen worden opgegeven in het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)).
Pagina 725
Dialoogvenster Instellingen Het dialoogvenster Instellingen bestaat uit drie tabbladen: (Scannen vanaf een computer), (Scannen vanaf het bedieningspaneel) en (Algemene instellingen). Als u op een tabblad klikt verandert de weergave in het rode kader en kunt u geavanceerde instellingen voor de functies op elk tabblad opgeven.
Pagina 726
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden, wordt het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) niet weergegeven. Tabblad (Algemene instellingen) U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen instellen.
Pagina 727
Dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) Klik op Automatisch scannen (Auto Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Automatisch scannen) (Settings (Auto Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om te scannen via automatische dectectie van het type item.
Pagina 728
• Lange, smalle items, zoals panoramafoto's • Reflecterende disclabels worden mogelijk niet zoals verwacht gescand. • Plaats de te scannen items goed op de plaat. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand. Raadpleeg 'Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer)' voor informatie over het plaatsen van items.
Pagina 729
Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Automatisch (Auto) is geselecteerd. De volgende gegevensindelingen worden bij het opslaan automatisch toegepast volgens het type item. • Foto's, ansichtkaarten, BD's/dvd's/cd's en visitekaartjes: JPEG •...
Pagina 730
Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
Pagina 731
Dialoogvenster Instellingen (Document scannen) Klik op Document scannen (Document Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Document scannen) (Settings (Document Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als documenten te scannen.
Pagina 732
Papierformaat (Paper Size) Selecteer de grootte van het item dat u wilt scannen. Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven. Selecteer een Eenheid (Unit), voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik vervolgens op OK. Opmerking •...
Pagina 733
Doorschijnendheid reduceren (Reduce show-through) Maakt tekst in een document scherper of vermindert het doorschijnen van tekst in kranten, enzovoort. Moiré reduceren (Reduce moire) Reduceert moirépatronen. Afgedrukte materialen worden weergegeven als een verzameling kleine puntjes. Moiré is een verschijnsel waarbij ongelijkmatige gradatie of een streeppatroon zichtbaar is als foto's of afbeeldingen met fijne punten worden gescand.
Pagina 734
Belangrijk • Alleen tekstdocumenten die zijn geschreven in de taal die is geselecteerd voor Documenttaal (Document Language) in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) worden ondersteund. • De afdrukstand van de volgende typen instellingen of documenten wordt mogelijk niet gedetecteerd, aangezien de tekst niet correct kan worden gedetecteerd.
Pagina 735
Belangrijk • U kunt JPEG/Exif niet selecteren als Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White). • Wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd in Instellingen voor de toepassing (Application Settings) kunt u PDF of PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) niet selecteren.
Pagina 736
Als dit selectievakje niet is ingeschakeld, worden bestanden rechtstreeks opgeslagen in de map die is opgegeven bij Opslaan in (Save in). Scanresultaten controleren (Check scan results) Hiermee wordt na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weergegeven. Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven.
Pagina 737
Dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) Klik op Foto scannen (Photo Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Foto scannen) (Settings (Photo Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items als foto's te scannen.
Pagina 738
Wanneer u Aangepast (Custom) selecteert, wordt een dialoogvenster geopend waarin u het papierformaat kunt opgeven. Selecteer een Eenheid (Unit), voer de Breedte (Width) en Hoogte (Height) in en klik vervolgens op OK. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om de opgegeven instellingen te herstellen naar de standaardinstellingen.
Pagina 739
• Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) • Windows 7: map Mijn documenten (My Documents) • Windows Vista: map Documenten (Documents) • Windows XP: map Mijn documenten (My Documents) Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven.
Pagina 740
U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in). U kunt de map in het keuzemenu opgeven. Toevoegen aan e-mail (Attach to e-mail) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen bij e-mails wilt verzenden.
Pagina 741
Dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) Klik op Aangepast scannen (Custom Scan) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Aangepast scannen) (Settings (Custom Scan)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om volgens uw voorkeuren te scannen.
Pagina 742
Belangrijk • Door Automatisch (Auto) ondersteunde typen items zijn foto's, ansichtkaarten, visitekaartjes, tijdschriften, kranten, documenten en BD's/dvd's/cd's. • Geef het type item of de grootte op om de volgende typen items te scannen. U kunt niet correct scannen met Auto. •...
Pagina 743
Resolutie (Resolution) Selecteer de resolutie van het item dat u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Resolutie Opmerking • Alleen Automatisch (Auto) is beschikbaar wanneer Bron selecteren (Select Source) is ingesteld op Automatisch (Auto). • Alleen 300 dpi of 400 dpi kan worden ingesteld wanneer OCR starten (Start OCR) is geselecteerd bij Instellingen voor de toepassing (Application Settings).
Pagina 744
Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Contouren scherper maken (Sharpen outline) Versterkt de contouren van onderwerpen om de afbeelding scherper te maken.
Pagina 745
• Documenten met zowel verticale als horizontale lijnen (tabellen) Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u Scheve tekstdocumenten corrigeren (Correct slanted text document) inschakelt. De afdrukstand van tekstdocumenten detecteren en afbeeldingen roteren (Detect the orientation of text document and rotate image) Roteert de afbeelding automatisch naar de juiste afdrukstand door de afdrukstand van tekst in het gescande document te detecteren.
Pagina 746
Belangrijk • Wanneer het dialoogvenster Instellingen wordt weergegeven in My Image Garden wordt deze optie niet weergegeven. Gegevensindeling (Data Format) Selecteer de gegevensindeling waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. U kunt JPEG/Exif, TIFF, PNG, PDF, PDF (meerdere pagina's) (PDF (Multiple Pages)) of Automatisch (Auto) selecteren.
Pagina 747
Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
Pagina 748
OCR starten (Start OCR) Selecteer deze optie als u tekst in de gescande afbeelding wilt omzetten in tekstgegevens. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking •...
Pagina 749
Dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) Klik op Scannen en samenvoegen (Scan and Stitch) op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Scannen en samenvoegen) (Settings (Scan and Stitch)) kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven om items te scannen die groter zijn dan de plaat.
Pagina 750
Opmerking • Als u moiré wilt verminderen, stelt u Bron selecteren (Select Source) in op Tijdschrift (Magazine) of schakelt u het selectievakje Moiré reduceren (Reduce moire) bij Instellingen voor het verwerken van afbeeldingen (Image Processing Settings) in. Kleurenmodus (Color Mode) Hier kunt u de kleurenmodus selecteren waarmee het item moet worden gescand.
Pagina 751
Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd. Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen...
Pagina 752
Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
Pagina 753
Geen toepassing starten (Do not start any application) De scan wordt opgeslagen in de map die is opgegeven in Opslaan in (Save in). Opmerking • Als u een toepassing of map wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) of Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de toepassing of map op.
Pagina 754
Dialoogvenster Instellingen (ScanGear) Klik op ScanGear op het tabblad (Scannen vanaf een computer) om het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (ScanGear) (Settings (ScanGear)) kunt u instellen hoe afbeeldingen moeten worden opgeslagen wanneer items worden gescand door ScanGear (scannerstuurprogramma) te starten en hoe er na het opslaan moet worden gereageerd.
Pagina 755
Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op. Standaard worden de volgende mappen gebruikt als opslaglocatie. • Windows 8.1: map Documenten (Documents) • Windows 8: map Mijn documenten (My Documents) •...
Pagina 756
Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Belangrijk •...
Pagina 757
Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een map sturen (Send to a folder) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ook wilt opslaan in een andere map dan is opgegeven in Opslaan in (Save in).
Pagina 758
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (automatisch)) Klik op Opslaan naar pc (automatisch) (Save to PC (Auto)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (automatisch)) (Settings (Save to PC (Auto))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (automatisch)) (Settings (Save to PC (Auto))) kunt u instellen hoe moet worden gereageerd bij het opslaan van afbeeldingen op een computer na het scannen vanaf het bedieningspaneel door automatisch het type item te detecteren.
Pagina 759
Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. (2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001".
Pagina 760
Een PDF-bestand maken dat zoeken op trefwoord ondersteunt (Create a PDF file that supports keyword search) Schakel dit selectievakje in als u tekens in afbeeldingen wilt converteren naar tekstgegevens en PDF- bestanden wilt maken die zoeken op trefwoorden ondersteunen. Opmerking •...
Pagina 761
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Klik op Opslaan naar pc (foto) (Save to PC (Photo)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) (Settings (Save to PC (Photo))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) (Settings (Save to PC (Photo))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als foto's opslaat op een computer nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 762
Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op.
Pagina 763
Standaard (Defaults) U kunt de instellingen in het getoonde scherm herstellen naar de standaardinstellingen.
Pagina 764
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Klik op Opslaan naar pc (document) (Save to PC (Document)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) (Settings (Save to PC (Document))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) (Settings (Save to PC (Document))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als documenten opslaat op een computer nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 765
Belangrijk • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand.
Pagina 766
• Documenten met achtergrondpatronen (2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001".
Pagina 767
(3) Gebied Instellingen voor de toepassing Met een toepassing openen (Open with an application) Selecteer dit wanneer u de gescande afbeeldingen wilt verbeteren of corrigeren. U kunt de toepassing in het keuzemenu opgeven. Naar een toepassing sturen (Send to an application) Selecteer deze optie wanneer u de gescande afbeeldingen ongewijzigd wilt gebruiken in een toepassing waarmee u door afbeeldingen kunt bladeren of ze kunt organiseren.
Pagina 768
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (automatisch)) Klik op Toevoegen aan e-mail (automatisch) (Attach to E-mail (Auto)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (automatisch)) (Settings (Attach to E-mail (Auto))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (automatisch)) (Settings (Attach to E-mail (Auto))) kunt u instellen hoe moet worden gereageerd wanneer afbeeldingen bij een e-mail worden gevoegd nadat ze zijn gescand vanaf het bedieningspaneel door automatisch het type item te detecteren.
Pagina 769
(2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001". Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd.
Pagina 770
Opmerking • Er worden PDF-bestanden gemaakt die u kunt doorzoeken in de taal die u hebt geselecteerd bij Documenttaal (Document Language) op het tabblad (Algemene instellingen) van het dialoogvenster Instellingen. Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) Schakel dit selectievakje in om een map met de huidige datum te maken in de map die is opgegeven voor Opslaan in (Save in) en gescande afbeeldingen op te slaan in die map.
Pagina 771
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) Klik op Toevoegen aan e-mail (foto) (Attach to E-mail (Photo)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) (Settings (Attach to E-mail (Photo))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) (Settings (Attach to E-mail (Photo))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als foto's aan een e-mail toevoegt nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 772
Opslaan in (Save in) Hiermee wordt de map weergegeven waarin de gescande documenten moeten worden opgeslagen. Als u een map wilt toevoegen, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Doelmap selecteren (Select Destination Folder) dat wordt weergegeven en geeft u de doelmap op.
Pagina 773
Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Klik op Toevoegen aan e-mail (document) (Attach to E-mail (Document)) op het tabblad (Scannen vanaf het bedieningspaneel) om het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) (Settings (Attach to E-mail (Document))) weer te geven. In het dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) (Settings (Attach to E-mail (Document))) kunt u aangeven hoe er moet worden gereageerd als u afbeeldingen als documenten aan een e-mail toevoegt nadat u deze hebt gescand vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 774
Opmerking • Het scannen neemt meer tijd in beslag als u deze functie inschakelt. Schaduw van rugmarge reduceren (Reduce gutter shadow) Reduceert schaduwen van rugmarges die tussen pagina's zichtbaar zijn wanneer geopende boekjes worden gescand. Opmerking • Wanneer u deze functie inschakelt, kan het scannen langer duren dan normaal bij een netwerkverbinding.
Pagina 775
(2) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001". Opmerking • Wanneer u het selectievakje Opslaan in een submap met de huidige datum (Save to a subfolder with current date) inschakelt, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd.
Pagina 776
Opmerking • Als u een e-mailclient wilt toevoegen aan het keuzemenu, selecteert u Toevoegen... (Add...) in het keuzemenu, klikt u op Toevoegen (Add) in het dialoogvenster Toepassing selecteren (Select Application) dat wordt weergegeven en geeft u de e-mailclient op. Instructies (Instructions) Deze handleiding openen.
Pagina 777
Dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) Klik op het tabblad (Algemene instellingen) om het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)) weer te geven. U kunt het te gebruiken product, de beperking van de bestandsgrootte voor e-mailbijlagen, de taal om tekst in afbeeldingen te detecteren en de map waarin de afbeeldingen tijdelijk worden opgeslagen instellen in het dialoogvenster Instellingen (Algemene instellingen) (Settings (General Settings)).
Pagina 778
(geschikt voor Windows 1024 x 768) (Large (Suitable for 1024 x 768 Windows)) of Geen wijziging (No Change) selecteren. Documenttaal (Document Language) U kunt de taal selecteren die wordt gebruikt om tekst in afbeeldingen te detecteren en om te zoeken wanneer een PDF-bestand wordt gemaakt dat zoeken op trefwoorden ondersteunt.
Pagina 779
Dialoogvenster Instellingen opslaan Selecteer het selectievakje Scanresultaten controleren (Check scan results) in Instellingen opslaan (Save Settings) van het dialoogvenster Instellingen om na het scannen het dialoogvenster Instellingen opslaan (Save Settings) weer te geven. U kunt de gegevensindeling en de bestemming opgeven terwijl u de miniaturen van scanresultaten weergeeft.
Pagina 780
(2) Gebied Scanresultaten Hier worden de miniaturen van de gescande afbeeldingen weergegeven. U kunt de opslagvolgorde van afbeeldingen wijzigen door ze te verslepen. De bestandsnamen voor het opslaan verschijnen onder de miniaturen. (3) Gebied Instellingen opslaan Bestandsnaam (File Name) Voer een bestandsnaam in voor de afbeelding die u wilt opslaan. Wanneer u een bestand opslaat, worden de datum en vier cijfers aan de ingestelde bestandsnaam toegevoegd in de indeling "_20XX0101_0001".
Pagina 781
Opmerking • Met een netwerkverbinding kan het scannen langer duren dan normaal als u TIFF of PNG instelt bij Gegevensindeling (Data Format). JPEG-beeldkwaliteit (JPEG Image Quality) U kunt de beeldkwaliteit van JPEG-bestanden opgeven. Belangrijk • Dit wordt alleen weergegeven als JPEG/Exif is geselecteerd bij Gegevensindeling (Data Format).
Pagina 782
Venster Afbeelding samenvoegen Klik op Samenvoegen (Stitch) in het hoofdscherm van IJ Scan Utility om het venster Afbeelding samenvoegen (Image Stitch) weer te geven. U kunt de linker- en rechterhelft van een item dat groter is dan de plaat scannen en deze tot één afbeelding samenvoegen.
Pagina 783
Rechts beginnen met scannen (Scan from Right) Geeft de eerste gescande afbeelding aan de rechterkant weer. Afbeelding 1 scannen (Scan Image 1) Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1) Scant het eerste item. Afbeelding 2 scannen (Scan Image 2) Start het scannen van afbeelding 2 (Start Scanning Image 2) Scant het tweede item.
Pagina 784
Wanneer geen gebied is geselecteerd wordt de afbeelding met het formaat dat is geselecteerd in Uitvoerformaat selecteren (Select Output Size) opgeslagen. Als er een gebied is opgegeven, wordt alleen de afbeelding in het bijsnijdkader gescand en opgeslagen. Bijsnijdkaders aanpassen in het venster Afbeelding samenvoegen Opslaan (Save) Opslaan (Save) De twee gescande afbeeldingen worden als één afbeelding opgeslagen.
Pagina 785
Wanneer geen afbeeldingen zijn gescand: Nadat het eerste item is gescand door te klikken op Start het scannen van afbeelding 1 (Start Scanning Image 1): De afbeelding wordt gescand in de richting die is opgegeven in Richting selecteren (Scan Direction), en 2 verschijnt ernaast.
Pagina 786
Verwant onderwerp Originelen scannen die groter zijn dan de glasplaat (Afbeelding samenvoegen)
Pagina 787
Scannen met toepassingssoftware (ScanGear) Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear...
Pagina 788
Wat is ScanGear (scannerstuurprogramma)? ScanGear (scannerstuurprogramma) is software die nodig is voor het scannen van documenten. U kunt hiermee het uitvoerformaat opgeven en afbeeldingen corrigeren wanneer u documenten scant. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of toepassingen die compatibel zijn met de standaardinterface TWAIN.
Pagina 790
Scannen met geavanceerde instellingen met ScanGear (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Scannen in de Basismodus Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)
Pagina 791
ScanGear (scannerstuurprogramma) starten Met ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aanbrengen. ScanGear kan worden gestart vanuit IJ Scan Utility of andere toepassingen. Opmerking • Installeer de netwerkomgeving als u meer dan één scanner of een netwerkscanner hebt, en de verbinding van een USB-verbinding in een netwerkverbinding hebt veranderd.
Pagina 792
Scannen in de Basismodus Via het tabblad Basismodus (Basic Mode) kunt u gemakkelijk scannen aan de hand van de weergegeven stappen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk op de glasplaat. Bij het scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) worden de documenten gescand zonder eerst een voorbeeld weer te geven.
Pagina 793
Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie. Opmerking • Wanneer u tijdschriften scant die veel kleurenfoto's bevatten, selecteert u Tijdschrift (kleur) (Magazine (Color)). 3. Klik op Voorbeeld (Preview). Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het voorbeeldgebied.
Pagina 794
Opmerking • De kleuren worden aangepast aan het documenttype dat bij Bron selecteren (Select Source) is geselecteerd. 4. Selecteer Doel (Destination). Opmerking • Ga verder met stap 7 als er onder Bron selecteren (Select Source) een ADF-type is geselecteerd. 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd.
Pagina 795
Scannen in de Geavanceerde modus Op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid, kleurtint en dergelijke voor de scan instellen. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma)' voor informatie over het scannen van meerdere documenten tegelijk. Raadpleeg 'Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde...
Pagina 796
3. Stel Instellingen voor invoer (Input Settings) in, afhankelijk van het document of het doel. 4. Klik op Voorbeeld (Preview). Er worden voorbeelden van de afbeeldingen in het voorbeeldgebied weergegeven. 5. Stel de Instellingen voor uitvoer (Output Settings) 6. Stel het bijsnijdkader (scangebied) in en breng desgewenst afbeeldingscorrecties en kleuraanpassingen aan.
Pagina 797
Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus U kunt op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) de helderheid, kleurtint, enzovoort, van afbeeldingen opgeven, en meerdere documenten tegelijk vanuit de ADF (automatische documentinvoer) scannen. Wanneer u een model gebruikt dat dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunt, kunt u beide kanten van documenten automatisch vanuit de ADF scannen.
Pagina 798
Knoppen voor kleuraanpassing 6. Klik op Scannen (Scan). Het scannen begint. Opmerking • Klik op (Informatie) om een dialoogvenster te openen waarin u de huidige scan-instellingen (documenttype en dergelijke) kunt controleren. • Bij Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) op het tabblad Scannen (Scan) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u...
Pagina 799
Meerdere documenten tegelijk scannen met ScanGear (scannerstuurprogramma) U kunt twee of meer foto's (kleine documenten) op de glasplaat tegelijk scannen via het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode). In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u meerdere documenten kunt scannen vanaf het tabblad Basismodus (Basic Mode).
Pagina 800
3. Klik op Voorbeeld (Preview). In het voorbeeldgebied worden miniaturen van de voorbeeldafbeeldingen weergegeven. Bijsnijdkaders worden automatisch aangegeven op basis van het documentformaat. 4. Selecteer Doel (Destination). 5. Stel Uitvoerformaat (Output Size) in, afhankelijk van het doel. 6. Pas desgewenst de bijsnijdkaders aan en stel Afbeeldingscorrecties (Image corrections) Opmerking •...
Pagina 801
Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave 7. Selecteer de afbeeldingen die u wilt scannen. Schakel de selectievakjes in voor de afbeeldingen die u wilt scannen. 8. Klik op Scannen (Scan). Meerdere documenten scannen in de volledige afbeeldingsweergave Volg deze stappen als miniaturen niet correct worden weergegeven in de voorbeeldweergave of als u meerdere documenten als één afbeelding wilt scannen.
Pagina 802
Verhouding omkeren (Invert aspect ratio) is beschikbaar wanneer een andere optie dan Aanpasbaar (Flexible) is geselecteerd bij Uitvoerformaat (Output Size). Klik op deze knop om het bijsnijdkader te draaien. Klik nogmaals op de knop om de oorspronkelijke richting weer te herstellen. 4.
Pagina 803
Afbeeldingen corrigeren en kleuren aanpassen met ScanGear (scannerstuurprogramma) Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Verzadiging en kleurbalans aanpassen Helderheid en contrast aanpassen Histogram aanpassen Tintcurve aanpassen Drempel instellen...
Pagina 804
Afbeeldingen corrigeren (Beeld verscherpen, Stof en krassen reduceren, Correctie van vervaging, enzovoort) Met de functies van Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u bij het scannen van afbeeldingen de contouren van het onderwerp verscherpen, stof en krassen verminderen en vervaagde kleuren corrigeren.
Pagina 805
Doorschijneffecten reduceren in tekstdocumenten of de basiskleur lichter maken voor bijvoorbeeld gerecycled papier en kranten bij het scannen van documenten Stel Doorschijnendheid beperken (Reduce Show-through) in op AAN (ON). UIT (OFF) AAN (ON) Afbeeldingen verscherpen die niet helemaal scherp zijn Stel Beeld verscherpen (Unsharp Mask) in op AAN (ON).
Pagina 806
afbeeldingen met fijne punten worden gescand. Moiré-reductie (Descreen) is de functie waarmee u dit effect kunt verkleinen. Stof en krassen reduceren Stel Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) in op Laag (Low), Middel (Medium) of Hoog (High), afhankelijk van de hoeveelheid stof en krassen. Geen (None) Middel (Medium) Foto's corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn...
Pagina 808
Kleuren aanpassen met een kleurenpatroon Met de functie Kleurenpatroon op het tabblad Basismodus (Basic Mode) van ScanGear (scannerstuurprogramma) kunt u voorbeelden van kleurwijzigingen bekijken en natuurlijke kleuren reproduceren. Kleuraanpassing Hiermee kunt u kleuren corrigeren die in de loop der tijd of als gevolg van overkleuring zijn vervaagd. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren.
Pagina 809
Het beste kunt u een gedeelte op de foto zoeken dat wit zou moeten zijn, en de kleuren zo aanpassen dat dit gedeelte wit wordt. Er verschijnt een scanvoorbeeld van het document in het midden. De kleuren van het voorbeeld veranderen met uw aanpassingen mee.
Pagina 810
Verzadiging en kleurbalans aanpassen U kunt kleuren die in de loop van de tijd zijn vervaagd of verkleurd verbeteren met behulp van (Verzadiging/kleurbalans) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Verzadiging De verzadiging (levendigheid) van de afbeelding aanpassen.
Pagina 811
Kleurbalans Afbeeldingen met overkleuring aanpassen. Overkleuring' is het verschijnsel waarbij een bepaalde kleur de gehele foto beïnvloedt als gevolg van de weersomstandigheden of sterke omgevingskleuren. Sleep (schuifknop) onder Kleurbalans (Color Balance) naar links of naar rechts om de bijbehorende kleur te benadrukken. Cyaan en rood Magenta en groen Geel en blauw...
Pagina 812
Helderheid en contrast aanpassen U kunt afbeeldingen die te donker of te licht zijn of die te vlak zijn door een gebrek aan contrast, verbeteren met behulp van (Helderheid/contrast) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
Pagina 813
Opmerking • Alleen Grijswaarden (Grayscale) wordt weergegeven bij Kanaal (Channel) als de Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Grijswaarden (Grayscale). Helderheid Pas de helderheid van de afbeelding aan. Sleep (schuifknop) onder Helderheid (Brightness) naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om deze lichter te maken.
Pagina 814
Opmerking • Door het contrast te verhogen, geeft u zachte afbeeldingen een meer driedimensionale uitstraling. Als u het contrast echter te veel verhoogt, kan dit ten koste gaan van lichte gebieden en schaduwgebieden.
Pagina 815
Histogram aanpassen U kunt de kleurtoon van een afbeelding via (Histogram) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) aanpassen met behulp van een grafiek (histogram) waarin de verdeling van de helderheid wordt aangegeven. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
Pagina 816
(1) Helder gebied (2) Donker gebied (3) Hele afbeelding In het lichte gebied zijn meer In het schaduwgebied zijn meer De gegevens zijn gelijk verdeeld tussen gegevens verdeeld. gegevens verdeeld. het lichte gebied en het schaduwgebied. Histogrammen aanpassen (met de schuifknop) Selecteer een Kanaal (Channel) en versleep (schuifknop voor zwartpunt) of (schuifknop voor...
Pagina 817
Afbeeldingen waarin de gegevens gelijk zijn verdeeld Sleep de schuifknop zwartpunt naar het lichte gebied en de schuifknop witpunt naar het schaduwgebied. De schuifknop voor middenpunt verslepen Versleep de schuifknop voor middenpunt om het niveau op te geven dat moet worden ingesteld als het midden van het tintbereik.
Pagina 818
• Het punt waarop u klikt met (pipet voor zwartpunt) wordt het donkerste punt. U kunt ook een waarde invoeren (0 tot 245). • Het punt waarop u klikt met (pipet voor middenpunt) wordt het midden van het toonbereik. U kunt ook een waarde invoeren (5 tot 250).
Pagina 819
Tintcurve aanpassen U kunt de helderheid van een afbeelding aanpassen door via (Tintcurve-instellingen) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma) het type grafiek (tintcurve) te selecteren dat de balans van de tooninvoer en -uitvoer aangeeft. Opmerking • Klik op Standaard (Defaults) om alle aanpassingen in het huidige venster ongedaan te maken. Kanaal Iedere punt van een afbeelding is een mengsel van rood, groen en blauw in verschillende verhoudingen (gradaties).
Pagina 820
Tintcurve aanpassen Selecteer in Tintcurve selecteren (Select Tone Curve) een tintcurve in Geen correctie (No correction), Overbelichting (Overexposure), Onderbelichting (Underexposure), Veel contrast (High contrast), Negatief/positief beeld omdraaien (Reverse the negative/positive image) en Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve). Geen correctie (No correction) (geen aanpassing) Overbelichting (Overexposure) (bolle curve) De middentoongegevens van de invoerzijde worden naar het lichte gebied van de uitvoerzijde uitgerekt.
Pagina 821
Aangepaste curve bewerken (Edit custom curve) U kunt bepaalde punten op de tintcurve slepen, zodat u de helderheid van de bijbehorende gebieden naar wens kunt aanpassen.
Pagina 822
Drempel instellen U kunt de tekst in een document scherper maken en voorkomen dat tekst op de achterzijde van het papier doorschijnt door de drempel aan te passen via (Drempel) op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode) in ScanGear (scannerstuurprogramma). Opmerking •...
Pagina 823
Schermen van ScanGear (scannerstuurprogramma) Tabblad Basismodus Tabblad Geavanceerde modus Instellingen voor invoer (Input Settings) Instellingen voor uitvoer (Output Settings) Instellingen voor afbeeldingen (Image Settings) Knoppen voor kleuraanpassing Dialoogvenster Voorkeuren Tabblad Scanner Tabblad Voorbeeld Tabblad Scannen Tabblad Kleurinstellingen...
Pagina 824
Tabblad Basismodus In deze modus kunt u eenvoudig scannen door de instructies op het scherm te volgen. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Basismodus (Basic Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
Pagina 825
Document (grijstinten) ADF dubbelzijdig (Document (Grayscale) ADF Duplex) (alleen voor modellen die dubbelzijdig scannen vanuit de ADF ondersteunen) Beide zijden van documenten in zwart-wit scannen vanuit de ADF. Belangrijk • Het doorlopend scannen vanuit de ADF wordt niet door alle toepassingen ondersteund. Raadpleeg de handleiding van de toepassing voor meer informatie.
Pagina 826
Uitvoerformaat (Output Size) Selecteer een uitvoerformaat. De beschikbare opties voor het uitvoerformaat zijn afhankelijk van wat u onder Doel (Destination) hebt geselecteerd. Aanpasbaar (Flexible) Hiermee kunt u de bijsnijdkaders (scangebieden) naar wens aanpassen. In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand.
Pagina 827
(Output Size List). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan.
Pagina 828
Belangrijk • Het scannen duurt mogelijk langer dan gebruikelijk wanneer dit selectievakje is ingeschakeld. • De kleurtint kan afwijken van de bronafbeelding nadat de correcties zijn toegepast. Schakel in dat geval het selectievakje uit en voer de scan uit. • De correctie heeft mogelijk niet correct toegepast als het scangebied te klein is. Vervaging corrigeren (Correct fading) Vervaagde foto's of foto's met een overkleuring corrigeren en scannen.
Pagina 829
In de volledige afbeeldingsweergave: (Miniatuur) / (Hele afbeelding) Hiermee wordt geschakeld tussen weergaven in het voorbeeldgebied. (3) Voorbeeldgebied (Linksom roteren) De voorbeeldafbeelding wordt 90 graden tegen de klok in gedraaid. • Het resultaat is zichtbaar in de gescande afbeelding. • Wanneer u de afbeelding opnieuw als voorbeeld weergeeft, wordt de oorspronkelijke staat hersteld.
Pagina 830
(Informatie) Hier worden de versie van ScanGear en de huidige scaninstellingen (zoals documenttype) weergegeven. (Handleiding openen) Opent deze pagina. (3) Voorbeeldgebied Hier wordt een testafbeelding weergegeven nadat u op Voorbeeld (Preview) hebt geklikt. U kunt ook de resultaten controleren van de instellingen (afbeeldingscorrecties, kleuraanpassingen en dergelijke) die zijn geconfigureerd in '(1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen'.
Pagina 831
Opmerking • U kunt het bijsnijdkader opgeven in de weergegeven afbeelding. U kunt in de miniaturenweergave maar één bijsnijdkader per afbeelding maken. In de volledige afbeeldingsweergave kunt u meerdere bijsnijdkaders maken. Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Verwant onderwerp Scannen in de Basismodus...
Pagina 832
Tabblad Geavanceerde modus In deze modus kunt u geavanceerde scaninstellingen opgeven, zoals de kleurenmodus, uitvoerresolutie, helderheid van de afbeelding en kleurtint. In dit gedeelte worden instellingen en functies beschreven die beschikbaar zijn op het tabblad Geavanceerde modus (Advanced Mode). (1) Knoppen voor de instellingen en bewerkingen (2) Werkbalk (3) Voorbeeldgebied Opmerking...
Pagina 833
Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List). Wanneer u op Opslaan (Save) klikt, wordt het item weergegeven in de lijst Voorkeursinstellingen (Favorite Settings) en kan het worden geselecteerd, samen met de vooraf gedefinieerde items. Als u een item wilt verwijderen, selecteert u het item in de Lijst met voorkeursinstellingen (Favorite Settings List) en klikt u op Verwijderen (Delete).
Pagina 834
In de volledige afbeeldingsweergave: Hiermee scant u de afbeelding in het gebied dat is opgegeven met een bijsnijdkader opnieuw met een sterkere vergroting. Opmerking • Met In-/uitzoomen (Zoom) wordt het document opnieuw gescand en wordt er in het voorbeeld een afbeelding met een hoge resolutie weergegeven. •...
Pagina 835
Sluiten (Close) Hiermee sluit u ScanGear (scannerstuurprogramma). (2) Werkbalk U kunt voorbeeldafbeeldingen aanpassen of roteren. De knoppen die worden weergegeven op de werkbalk, verschillen per weergave. In de miniaturenweergave: In de volledige afbeeldingsweergave: (Miniatuur) / (Hele afbeelding) Hiermee wordt geschakeld tussen weergaven in het voorbeeldgebied. (3) Voorbeeldgebied (Wissen) Hiermee kunt u de voorbeeldafbeelding uit het voorbeeldgebied verwijderen.
Pagina 836
(Automatisch bijsnijden) Het bijsnijdkader weergeven en automatisch aanpassen aan de grootte van het document dat wordt weergegeven in het voorbeeldgebied. Het scangebied wordt verkleind telkens wanneer u op deze knop klikt als er in het bijsnijdkader bijsnijdgebieden zijn. (Alle kaders selecteren) Beschikbaar wanneer twee of meer kaders worden weergegeven.
Pagina 837
Opmerking • Als er van meerdere afbeeldingen een voorbeeld wordt weergegeven, worden verschillende selectiestatussen met verschillende randen aangeduid. • Kader met focus (dikke blauwe rand): de weergegeven instellingen worden toegepast. • Geselecteerd kader (dunne blauwe rand): de instellingen worden gelijktijdig toegepast op het kader met focus en het geselecteerde kader.
Pagina 838
Verwant onderwerp Scannen in de Geavanceerde modus Meerdere documenten tegelijk scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) in de Geavanceerde modus...
Pagina 839
Instellingen voor invoer Bij Instellingen voor invoer (Input Settings) kunt u de volgende opties instellen: Bron selecteren (Select Source) Het type document dat wordt gescand wordt weergegeven. Als u wilt scannen vanaf de glasplaat, selecteert u Plaat (Platen). Als u wilt scannen vanuit de ADF (Auto Document Feeder), selecteert u Document (ADF enkelzijdig) (Document (ADF Simplex)) of Document (ADF dubbelzijdig) (Document (ADF Duplex)).
Pagina 840
Opmerking • Als u niet zeker weet welk formaat u moet selecteren bij Papierformaat (Paper Size), stelt u het Papierformaat (Paper Size) in op Volledige plaat (Full Platen), meet u het formaat van het document en geeft u de waarden op bij (Breedte) en (Hoogte).
Pagina 841
In de volledige afbeeldingsweergave wordt Papierformaat (Paper Size) weergegeven voordat u een voorbeeld hebt bekeken, en wordt het formaat van het bijsnijdkader (scangebied) weergegeven nadat u een voorbeeld hebt bekeken. U kunt het formaat van het bijsnijdkader aanpassen door waarden op te geven bij (Breedte) en (Hoogte).
Pagina 842
Instellingen voor uitvoer Bij Instellingen voor uitvoer (Output Settings) kunt u de volgende opties instellen: Uitvoerresolutie (Output Resolution) Selecteer de resolutie waarmee u wilt scannen. Hoe hoger de resolutie (waarde), hoe gedetailleerder de afbeelding. Selecteer een van de weergegeven opties voor de resolutie door op de knop te klikken, of typ een waarde (in stappen van 1 dpi).
Pagina 843
In de miniaturenweergave: Sleep de muis over een miniatuur om een bijsnijdkader weer te geven. Wanneer een bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het gedeelte in het bijsnijdkader gescand. Als er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt elk kader afzonderlijk gescand. In de volledige afbeeldingsweergave: Wanneer er geen bijsnijdkader wordt weergegeven, wordt het hele voorbeeldgebied gescand.
Pagina 844
Verwijderen: Selecteer het uitvoerformaat dat u wilt verwijderen in Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) en klik vervolgens op Verwijderen (Delete). Klik op Opslaan (Save) om de uitvoerformaten in de Lijst van uitvoerformaten (Output Size List) op te slaan. Belangrijk •...
Pagina 845
Instellingen voor afbeeldingen Belangrijk • Gebruik deze functies niet voor afbeeldingen zonder moiré, stof/krassen of vervaagde kleuren. De kleurtint kan dan nadelig beïnvloed worden. • Resultaten van afbeeldingscorrecties worden mogelijk niet weergegeven in de voorbeeldafbeelding. Opmerking • Welke instellingen u kunt selecteren, is afhankelijk van de instellingen voor Kleurenmodus (Color Mode).
Pagina 846
Belangrijk • U kunt Beeldaanpassing (Image Adjustment) instellen nadat u het voorbeeld hebt bekeken. • U kunt deze instelling selecteren wanneer u Aanbevolen (Recommended) selecteert op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) van het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences). Opmerking • Als de afbeelding niet correct wordt aangepast met Automatisch (Auto), moet u het documenttype opgeven.
Pagina 847
Stof en krassen reduceren (Reduce Dust and Scratches) Een gescande foto kan witte puntjes bevatten. Dit wordt veroorzaakt door stof of krassen. Gebruik deze functie om dergelijke ruis te reduceren. Geen (None) Stof en krassen worden niet gereduceerd. Laag (Low) Selecteer deze optie om kleine stofdeeltjes en krasjes te verminderen.
Pagina 848
Laag (Low) Selecteer deze instelling wanneer de foto iets korrelig is. Middel (Medium) Deze instelling wordt aanbevolen. Hoog (High) Selecteer deze instelling als de foto zeer korrelig is. Dit kan van invloed zijn op de gradatie en de scherpte van de afbeelding. Belangrijk •...
Pagina 849
• Druk bij het scannen net zo hard op de rug als bij de voorbeeldscan. Als het boek niet gelijkmatig is gebonden, wordt de schaduw niet goed gecorrigeerd. • Hoe u het document moet plaatsen, is afhankelijk van het model en het document dat u wilt scannen.
Pagina 850
Knoppen voor kleuraanpassing Met de knoppen voor kleuraanpassing kunt u fijne correcties aanbrengen in de helderheid en kleurtonen van de afbeelding, waaronder aanpassingen in de algehele helderheid of het contrast van de afbeelding en wijzigingen in de waarden voor lichte en schaduwgebieden (histogram) of de balans (tintcurve). Belangrijk •...
Pagina 851
(Histogram) In een histogram kunt u de gegevensconcentratie zien op elk helderheidsniveau van een afbeelding. U kunt de helderste niveaus (hoge lichten) en de donkerste niveaus (schaduwen) in een afbeelding opgeven, de niveaus verlagen en het midden van het toonbereik van een afbeelding uitbreiden. Histogram aanpassen (Tintcurve-instellingen) De helderheid van een afbeelding aanpassen door het type grafiek (tintcurve) te selecteren die de...
Pagina 852
dialoogvenster Tintcurve-instellingen toevoegen/verwijderen (Add/Delete Tone Curve Settings) geopend. Wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Zwart-wit (Black and White), wordt het dialoogvenster Drempelinstellingen toevoegen/verwijderen (Add/Delete Threshold Settings) geopend. Voer Naam instelling (Setting Name) in en klik op Toevoegen (Add). De naam wordt weergegeven in Lijst met tintcurve-instellingen (Tone Curve Settings List) of Lijst met drempelinstellingen (Threshold Settings List).
Pagina 853
Dialoogvenster Voorkeuren In het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) kunt u geavanceerde instellingen voor de functies van ScanGear (scannerstuurprogramma) opgeven via de tabbladen Scanner, Voorbeeld (Preview), Scannen (Scan) en Kleurinstellingen (Color Settings). Klik op Voorkeuren... (Preferences...) in het scherm van ScanGear om het dialoogvenster Voorkeuren (Preferences) te openen.
Pagina 854
Tabblad Scanner Op het tabblad Scanner kunt u de volgende instellingen opgeven. Belangrijk • De beschikbare functies en instellingen hangen af van uw scanner of printer. Instellingen voor automatisch in-/uitschakelen (Auto Power Settings) U kunt instellen dat het apparaat automatisch wordt in- of uitgeschakeld. Klik op Instellingen...
Pagina 855
Belangrijk Afhankelijk van uw model wordt het apparaat niet automatisch uitgeschakeld wanneer dit is verbonden met een netwerk, ook al is Automatisch uitschakelen (Auto Power Off) ingesteld. Raadpleeg 'Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen)' om te controleren of uw model de functie Automatisch uitschakelen ondersteunt. Stille instellingen (Quiet Settings) Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat het apparaat minder geluid maakt.
Pagina 856
Geluidsinstellingen (Sound Settings) U kunt het apparaat zodanig instellen dat er een geluidsbestand wordt afgespeeld tijdens het scannen of wanneer het scannen is voltooid. Schakel het selectievakje Muziek afspelen tijdens scannen (Play music during scanning) of Geluidssignaal na voltooiing scan (Play sound when scanning is completed) in, klik op Bladeren...
Pagina 857
Lijst met ondersteunde functies per model (Automatisch uitschakelen) MG series MX series E series P series MB series MG series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding MG7700 ✓ ✓ series MG7500 ✓ × series MG7100 × ✓ series MG6900 ✓...
Pagina 858
MG2400 Geen netwerkondersteuning ✓ series MX series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding MX530 × × series MX490 × ✓ series MX470 × × series E series Functie Automatisch uitschakelen Modelnaam Met USB- Met netwerkverbinding verbinding E560 series ×...
Pagina 859
Tabblad Voorbeeld Op het tabblad Voorbeeld (Preview) kunt u de volgende instellingen opgeven. Voorbeeld bij starten van ScanGear (Preview at Start of ScanGear) Selecteer wat u wilt doen met Voorbeeld wanneer ScanGear (scannerstuurprogramma) wordt gestart. Voorbeeld automatisch uitvoeren (Automatically execute preview) ScanGear begint automatisch met een voorbeeldweergave bij het opstarten.
Pagina 860
Uitsnijdformaat voor filmminiatuur (Cropping Size for Thumbnail View) Hiermee kunt u het uitsnijdformaat selecteren voor miniaturen van gescande documenten. Groter (Larger) Hiermee wordt 105% (in breedte en hoogte) weergegeven van het gedeelte dat voor het standaardformaat wordt weergegeven. Standaard (Standard) Het standaardformaat.
Pagina 861
Tabblad Scannen Op het tabblad Scannen (Scan) kunt u de volgende instellingen opgeven. Status van het dialoogvenster ScanGear na het scannen (Status of ScanGear dialog after scanning) Selecteer wat u wilt doen met ScanGear (scannerstuurprogramma) nadat afbeeldingen zijn gescand. ScanGear automatisch sluiten (Close ScanGear automatically) Selecteer deze optie wanneer u na het scannen wilt teruggaan naar de oorspronkelijke toepassing.
Pagina 862
Tabblad Kleurinstellingen Op het tabblad Kleurinstellingen (Color Settings) kunt u de volgende instellingen opgeven. Kleuraanpassing Selecteer een van de volgende opties. Aanbevolen (Recommended) Gebruik deze optie om een levendige reproductie van de tint van een document weer te geven op het scherm.
Pagina 863
Opmerking • Deze instelling is mogelijk niet beschikbaar wanneer u scant vanuit de ADF (automatische documentinvoer), afhankelijk van uw scanner of printer. • U kunt een instelling selecteren wanneer Kleurenmodus (Color Mode) is ingesteld op Kleur (Color) of Grijswaarden (Grayscale). •...
Pagina 864
Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat of ADF (automatische documentinvoer) van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen.
Pagina 865
Belangrijk • Raadpleeg 'Originelen plaatsen' voor uw model vanuit de startpagina van de Online handleiding voor meer informatie over de gedeelten waarbinnen items niet kunnen worden gescand. Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen tegen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kunnen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als PDF-bestanden.
Pagina 866
Documenten plaatsen (ADF (automatische documentinvoer)) Belangrijk • Laat geen dikke items op de plaat liggen tijdens het scannen vanuit de ADF. Dit kan leiden tot papierstoringen. • Als u twee of meer documenten wilt scannen, moet u documenten van hetzelfde formaat plaatsen en uitlijnen.
Pagina 867
Bijsnijdkaders aanpassen (ScanGear) Met bijsnijden selecteert u het gebied in een afbeelding dat u wilt behouden en verwijdert u de rest tijdens het scannen. Op het tabblad Basismodus (Basic Mode) en Geavanceerde modus (Advanced Mode) kunt u bijsnijdkaders (scangebieden) opgeven voor de afbeelding(en) die in het voorbeeldgebied van het scherm wordt/worden weergegeven.
Pagina 868
(2) Dun bijsnijdkader In de miniaturenweergave: Uitvoerformaat, afbeeldingscorrecties en andere instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden toegepast. In de volledige afbeeldingsweergave: Dit geeft een niet geselecteerd bijsnijdkader weer. De instellingen op het tabblad Basismodus (Basic Mode) of Geavanceerde modus (Advanced Mode) worden niet toegepast.
Pagina 869
In de volledige afbeeldingsweergave: Klik en sleep de muisaanwijzer buiten de grenzen van het bestaande bijsnijdkader om een nieuw bijsnijdkader in het voorbeeldgebied te maken. Het nieuwe bijsnijdkader wordt het actieve bijsnijdkader en het eerste bijsnijdkader wordt het niet-geselecteerde bijsnijdkader. U kunt meerdere bijsnijdkaders maken en op elk daarvan verschillende scaninstellingen toepassen.
Pagina 870
In de volledige afbeeldingsweergave: U verwijdert een bijsnijdkader door het kader te selecteren en te klikken op (Bijsnijdkader verwijderen) op de werkbalk. U kunt ook op de toets Delete drukken. Als er meerdere bijsnijdkaders zijn, worden alle geselecteerde bijsnijdkaders (actief bijsnijdkader geselecteerd bijsnijdkader) gelijktijdig verwijderd.
Pagina 871
Algemene opmerkingen (scannerstuurprogramma) ScanGear (scannerstuurprogramma) kent de volgende beperkingen. Denk hieraan wanneer u het programma gebruikt. Beperkingen van het scannerstuurprogramma • Als u het NTFS-bestandssysteem gebruikt, wordt de TWAIN-gegevensbron wellicht niet opgeroepen. Dit komt doordat de TWAIN-module niet naar de winnt-map kan worden geschreven vanwege beveiligingsredenen.
Pagina 872
• Wanneer u afbeeldingen ter grootte van de glasplaat scant naar Microsoft Office 2003 (Word, Excel, PowerPoint, enzovoort), klikt u op Aangepast (Custom Insert) in het scherm Afbeelding van scanner of camera invoegen< (Insert Picture from Scanner or Camera). Anders worden de afbeeldingen mogelijk niet goed gescand.
Pagina 873
Andere scanmethoden Scannen met WIA-stuurprogramma Scannen via het Configuratiescherm (alleen Windows XP)
Pagina 874
• Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is) • Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3.
Pagina 875
Profiel (Profile) Selecteer Foto (standaard) (Photo (Default)) of Documenten (Documents) afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Als u een nieuw Profiel (Profile) wilt opslaan, selecteert u Profiel toevoegen... (Add profile...). U kunt de details opgeven in het dialoogvenster Nieuw profiel toevoegen (Add New Profile).
Pagina 876
• Als u meer dan één scanner of printer hebt, wordt mogelijk een scanner selectiescherm weergegeven. Dubbelklik op de scanner die u wilt gebruiken. • Voor een USB-verbinding: Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is) • Voor een netwerkverbinding: XXX series MAC-adres (XXX series_MAC address) (waarbij 'XXX' de modelnaam is) 3.
Pagina 877
Opmerking • Wanneer u de scanner of printer met een netwerkverbinding gebruikt, kunt u de volgende resoluties opgeven. 150 dpi / 300 dpi / 600 dpi Type afbeelding (Picture type) Selecteer het gewenste type scan voor uw item. Herstellen (Reset) Klik hierop om terug te gaan naar de oorspronkelijke instellingen.
Pagina 878
1. Klik op Start en selecteer Configuratiescherm (Control Panel). 2. Klik op Printers en andere hardware (Printers and Other Hardware) > Scanners en camera's (Scanners and Cameras) en dubbelklik op Canon XXX series (waarbij 'XXX' de modelnaam is). Het dialoogvenster Wizard Scanner en camera (Scanner and Camera Wizard) verschijnt.
Pagina 879
Helderheid (Brightness) Pas de helderheid aan met de schuifknop. Sleep de schuifknop naar links om de afbeelding donkerder te maken en naar rechts om de afbeelding lichter te maken. U kunt ook een waarde invoeren (-127 tot 127). Contrast Pas het contrast aan met de schuifknop. Als u de schuifknop naar links verplaatst wordt het contrast van de afbeelding lager, waardoor de afbeelding zachter wordt.
Pagina 880
Zoeken (Search) en zoekt u vervolgens naar "IJ Network Scanner Selector EX". • Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Ga naar het Start-menu, klik op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX > IJ Network Scanner Selector EX.
Pagina 881
Instellingen... (Settings...) Het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven. U kunt het model selecteren dat u wilt gebruiken. Info (About) Geeft informatie over de versie weer. In het weergegeven dialoogvenster kunt u de taal wijzigen die u wilt gebruiken in het programma. De wijziging wordt van kracht na het opnieuw starten van de computer.
Pagina 882
Belangrijk • Wanneer u een model gebruikt waarmee u niet via een netwerk kunt scannen vanaf het bedieningspaneel, wordt Instellingen scannen-vanaf-bedieningspaneel (Scan-from-Operation- Panel Settings) mogelijk weergegeven in het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc; de instelling is echter niet beschikbaar. Opmerking • Als uw scanner of printer niet wordt weergegeven, controleert u het volgende en klikt u op OK om het venster te sluiten.
Pagina 883
1. Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Configuratiescherm (Control Panel) > Programma's (Programs) > Programma's en onderdelen (Programs and Features). 2. Selecteer Canon IJ Network Scanner Selector EX en klik vervolgens op Verwijderen/wijzigen (Uninstall/Change). Opmerking • Als het scherm Gebruikersaccountbeheer (User Account Control) verschijnt, klikt u op Doorgaan (Continue).
Pagina 884
Opmerking • Klik op OK bij de vraag of u de computer opnieuw wilt opstarten. De computer wordt opnieuw opgestart.
Pagina 885
Scantips Resolutie Gegevensindelingen Kleurafstemming...
Pagina 886
Resolutie De gegevens in de door u gescande afbeelding zijn een verzameling puntjes die informatie over helderheid en kleur bevatten. De dichtheid van deze puntjes wordt 'resolutie' genoemd. De resolutie bepaalt hoeveel details de afbeelding bevat. De resolutie wordt uitgedrukt in het aantal puntjes per inch (dpi). Dpi is het aantal puntjes per inch (2,5 cm).
Pagina 887
Belangrijk • Als u de resolutie verdubbelt, wordt het gegevensformaat van de gescande afbeelding viermaal zo groot. Als het bestand te groot is, vermindert de uitvoersnelheid aanzienlijk en kan er bijvoorbeeld een gebrek aan geheugen ontstaan. Stel minimaal de resolutie in die hoort bij het gebruik van de gescande afbeelding.
Pagina 888
Gegevensindelingen Bij het opslaan van gescande afbeeldingen kunt u een gegevensindeling kiezen. Geef de meest geschikte gegevensindeling op, in overeenstemming met het gebruik van de afbeelding in een bepaalde toepassing. De beschikbare gegevensindelingen zijn afhankelijk van de toepassing en het besturingssysteem (Windows of Mac OS).
Pagina 889
Kleurafstemming 'Kleurafstemming' is het aanbrengen van aanpassingen zodat de kleurtonen van het originele item, het monitorscherm en de kleurenafdruk met elkaar overeenkomen. Op uw scanner of printer worden de kleurtinten aangepast zoals hieronder wordt aangegeven. Voorbeeld: sRGB is geselecteerd als uitvoerprofiel (doel): De kleurruimte van de afbeelding wordt geconverteerd van de kleurruimte van de scanner naar sRGB door ScanGear.
Pagina 890
Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Informatie over hoe u items moet plaatsen op de plaat van uw scanner of printer. Plaats de items op de juiste manier op de plaat, afhankelijk van het type item dat u wilt scannen. Anders worden de items mogelijk niet goed gescand.
Pagina 891
Belangrijk • Grote items (zoals foto's op A4-formaat) die alleen tegen de randen/pijl (positiemarkering) van de plaat kunnen worden geplaatst, worden mogelijk opgeslagen als PDF-bestanden. Als u bestanden in een andere indeling dan PDF wilt opslaan, geeft u bij het scannen de gegevensindeling op. Meerdere items plaatsen: Houd een ruimte van 1 cm (0,4 inch) of meer vrij tussen de randen (schuin gestreept gebied) van de glasplaat en de...
Pagina 892
Scaninstellingen voor het netwerk U kunt uw scanner of printer aansluiten op een netwerk om deze te delen met meerdere computers of om afbeeldingen naar een bepaalde computer te scannen. Belangrijk • U kunt niet met meerdere gebruikers tegelijk scannen. Opmerking •...
Pagina 893
• Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Ga naar het Start-menu, klik op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX > IJ Network Scanner Selector EX. Het pictogram wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad en het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven.
Pagina 894
Selector EX". • Windows 7/Windows Vista/Windows XP: Ga naar het Start-menu, klik op Alle programma´s (All Programs) > Canon Utilities > IJ Network Scanner Selector EX > IJ Network Scanner Selector EX. Het pictogram wordt weergegeven in het systeemvak op het bureaublad en het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc wordt weergegeven.
Pagina 895
Opmerking • Wanneer er meerdere scanners via een netwerk zijn aangesloten, kunt u maximaal drie scanners selecteren. 5. Klik in het scherm Instellingen scannen-vanaf-pc op OK. Opmerking • Als uw scanner of printer niet wordt weergegeven, controleert u het volgende en klikt u op OK om het venster te sluiten.
Pagina 896
Scannen vanaf een computer (Mac OS) IJ Scan Utility gebruiken Scannerstuurprogramma gebruiken Scantips Originelen plaatsen (scannen vanaf een computer) Scaninstellingen voor het netwerk...
Pagina 897
Scannen via het bedieningspaneel Gescande gegevens naar de computer sturen met het bedieningspaneel Basisbeginselen Gescande gegevens aan e-mail toevoegen met het bedieningspaneel Items instellen voor scannen met het bedieningspaneel Het bedieningspaneel instellen met IJ Scan Utility (Windows) Het bedieningspaneel instellen met IJ Scan Utility (Mac OS)
Pagina 898
Scaninstellingen voor het netwerk • De bestemming en de bestandsnaam zijn opgegeven in Canon IJ Scan Utility. U kunt de bestemming en de bestandsnaam opgeven in Canon IJ Scan Utility. Meer informatie over de instellingen van Canon IJ Scan Utility: ◦...
Pagina 899
Ga naar stap 3. Opmerking • Als het scherm wordt weergegeven waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, tikt u op PC en tikt u daarna op Lokaal (USB) (Local (USB)). Het stand-byscherm voor scannen wordt weergegeven. Als u de gegevens via de netwerkaansluiting doorstuurt naar een computer: Het scherm waarin u kunt selecteren waar de gegevens worden opgeslagen, wordt weergegeven.
Pagina 900
Opmerking • Als u tikt op Lokaal (USB) (Local (USB)) op het scherm Pc selecteren (Select PC), worden de gegevens doorgestuurd naar de via USB aangesloten computer. • Wanneer u de gescande gegevens naar de computer doorstuurt via WSD (een van de netwerkprotocollen die worden ondersteund in Windows 8.1, Windows 8, Windows 7 en Windows Vista), selecteert u Inschak.
Pagina 901
Als u niet wilt doorgaan met scannen, tikt u op Beëindigen (End). De gescande gegevens worden naar de computer doorgestuurd. De gescande gegevens worden doorgestuurd naar de computer op basis van de instellingen die zijn opgegeven in Canon IJ Scan Utility. Verwijder de originelen van de glasplaat nadat het scannen is voltooid.
Pagina 902
Zwart (Black) voor het eerst aanraakt. Selecteer in dit geval Canon IJ Scan Utility als het programma dat u wilt gebruiken, schakel Voor deze actie altijd dit programma gebruiken (Always use this program for this action) in en klik op OK. Voortaan wordt Canon IJ Scan Utility automatisch gestart.
Pagina 903
Scaninstellingen voor het netwerk • De e-mailsoftware en de bestandsnaam zijn opgegeven in Canon IJ Scan Utility. U kunt de bestemming en de bestandsnaam opgeven in Canon IJ Scan Utility. Meer informatie over de instellingen van Canon IJ Scan Utility: ◦...
Pagina 904
Opmerking • Als het stand-byscherm voor scannen voor het doorsturen van de gegevens naar de computer die via USB is aangesloten, wordt weergegeven op het aanraakscherm, tikt u op om het scherm weer te geven waarin u kunt opgeven waar u de gegevens wilt opslaan. 3.
Pagina 905
Automatische scan (Auto scan) Het apparaat detecteert automatisch het type origineel en de afbeelding wordt verstuurd met geoptimaliseerd formaat, resolutie en gegevensindeling. Belangrijk • Plaats originelen op de juiste manier, in overeenstemming met het type. Als u dit niet doet, is het mogelijk dat bepaalde originelen niet goed worden gescand.
Pagina 906
Zwart (Black) voor het eerst aanraakt. Selecteer in dit geval Canon IJ Scan Utility als het programma dat u wilt gebruiken, schakel Voor deze actie altijd dit programma gebruiken (Always use this program for this action) in en klik op OK. Voortaan wordt Canon IJ Scan Utility automatisch gestart.
Pagina 907
Wijzig de instelling volgens de aanwijzingen op het scherm. • Wanneer u de gescande gegevens naar de computer doorstuurt of aan een e-mailbericht toevoegt, kunt u de bestemming en de bestandsnaam opgeven met Canon IJ Scan Utility. • Voor Windows: Dialoogvenster Instellingen •...
Pagina 908
1. Scanfrmt (Scan size) Selecteer het formaat van het origineel. 2. Indeling (Format) Selecteer de gegevensindeling van de gescande gegevens. 3. Scanres. (Scan res) (Scanresolutie) Selecteer de resolutie voor scannen. 4. Doorz. vermind. (Reduce show-thru) (Doorschijnendheid beperken) Tekens op de achterkant kunnen doorschijnen als u een dun document zoals een krant scant. Selecteer AAN (ON) als tekens lijken door te schijnen in het gescande document.
Pagina 909
Het bedieningspaneel instellen met IJ Scan Utility (Windows) Met IJ Scan Utility kunt u opgeven hoe moet worden gereageerd als er wordt gescand vanaf het bedieningspaneel. Opmerking • In de volgende beschrijvingen worden de schermen voor scannen met Automatisch scannen vanaf het bedieningspaneel als voorbeeld gebruikt.
Pagina 910
Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (automatisch)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (document)) Dialoogvenster Instellingen (Opslaan naar pc (foto)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (automatisch)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (document)) Dialoogvenster Instellingen (Toevoegen aan e-mail (foto)) 4. Stel Scanopties (Scan Options) in. 5.
Pagina 911
6. Selecteer de toepassing die u na het scannen wilt starten in Instellingen voor de toepassing (Application Settings). 7. Klik op OK.
Pagina 912
De reacties worden volgens de opgegeven instellingen uitgevoerd wanneer u start met scannen vanaf het bedieningspaneel.
Pagina 913
Dit apparaat ondersteunt de volgende scanfuncties. PIXMA/MAXIFY Cloud Link PIXMA/MAXIFY Cloud Link is een webservice die wordt aangeboden door Canon. Sla gescande afbeeldingen op met services voor gegevensopslag via integratie met diverse cloudservices zonder dat u een computer moet gebruiken.
Pagina 914
PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruiken Als u PIXMA/MAXIFY Cloud Link gebruikt, kunt u uw printer verbinden met een cloudservice, zoals CANON iMAGE GATEWAY, Evernote of Twitter, en de volgende functies gebruiken zonder dat u een computer nodig heeft: • Afbeeldingen afdrukken vanaf een fotodeelservice •...
Pagina 915
• U kunt de toepassing gratis downloaden. De kosten voor de internetverbinding zijn echter voor uw rekening. Scannen met NFC Controleer voordat u gaat scannen of Canon PRINT Inkjet/SELPHY op de smartphone is geïnstalleerd. Plaats een origineel op de glasplaat. 2. Start Canon PRINT Inkjet/SELPHY.
Pagina 916
Problemen oplossen Kan niet rechtstreeks afdrukken/scannen vanaf een NFC-compatibel apparaat...
Pagina 917
Problemen oplossen Veelgestelde vragen • Kan het apparaat niet vinden in het netwerk • Kan het apparaat niet vinden in het draadloze LAN • De afdruktaak wordt niet gestart • Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/Zichtbare witte strepen • Er treedt een fout op •...
Pagina 918
• De afdruktaak wordt niet gestart • Afdrukken is traag • Het kopiëren/afdrukken stopt • Afdrukresultaten zijn niet naar behoren • Er wordt geen inkt toegevoerd • Papierstoringen • Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' • Kan niet afdrukken op het disclabel •...
Pagina 919
Problemen met netwerkcommunicatie Kan het apparaat niet vinden in het netwerk Problemen met de netwerkverbinding Overige netwerkproblemen...
Pagina 920
Kan het apparaat niet vinden in het netwerk Kan het apparaat niet vinden in het scherm Lijst met printers in netwerk Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren Kan het apparaat niet vinden in het draadloze LAN Kan het apparaat niet vinden in het bedrade LAN Opmerking •...
Pagina 921
Kan het apparaat niet vinden in het scherm Printerinstellingen controleren Als het apparaat tijdens het instellen van de netwerkcommunicatie niet kan worden gevonden in het scherm Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings), controleert u de netwerkinstellingen en probeert u het opnieuw. Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 1 Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 1 Belangrijk...
Pagina 922
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 1 Zijn het apparaat en het netwerkapparaat (router en dergelijke) ingeschakeld? Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld Controleer of het netwerkapparaat (router en dergelijke) is ingeschakeld. Als het apparaat of het netwerkapparaat is uitgeschakeld: Schakel het apparaat of het netwerkapparaat in.
Pagina 923
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 2 Is het apparaat zo ingesteld dat draadloze communicatie is toegestaan? Controleer of het pictogram wordt weergegeven op het aanraakscherm. Als het pictogram niet wordt weergegeven: Het apparaat is zo ingesteld dat draadloze communicatie niet is toegestaan. Schakel draadloze communicatie in op het apparaat.
Pagina 924
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 3 Is het apparaat verbonden met de draadloze router? Gebruik het pictogram op het aanraakscherm om te controleren of het apparaat is verbonden met de draadloze router. Als het pictogram wordt weergegeven: Zorg dat de gebruikte draadloze router is geconfigureerd voor gebruik van de bandbreedte 2,4 GHz.
Pagina 925
Als het apparaat wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het instellen van de netwerkcommunicatie. Als het apparaat niet kan worden gedetecteerd, heeft het apparaat geen verbinding met de draadloze router. Verbind het apparaat met de draadloze router. Nadat u het apparaat met de draadloze router hebt verbonden, klikt u op Terug naar boven (Back to Top) in het venster Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings) om de configuratie van de netwerkcommunicatie opnieuw uit te voeren vanaf het begin.
Pagina 926
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 4 Wordt op de computer dezelfde SSID van de verbonden draadloze router weergegeven als op het apparaat? Controleer de SSID van de draadloze router voor het apparaat op het aanraakscherm. Selecteer Instellen (Setup) op het HOME-scherm en selecteer Apparaatinstellingen (Device settings) >...
Pagina 927
Als het apparaat wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het instellen van de netwerkcommunicatie. • Als geen bericht wordt weergegeven: Annuleer de instelling en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon- software is toegestaan. ◦ Voor Windows: Het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win >...
Pagina 928
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 6...
Pagina 929
Kan het apparaat tijdens de instelling van het draadloze LAN niet vinden: controle 6 Controleer de instellingen van de draadloze router. Controleer de instellingen voor de netwerkverbinding van de draadloze router, zoals IP-adresfiltering, MAC-adresfiltering en DHCP-functie. Zorg ervoor dat hetzelfde radiokanaal is toegewezen aan de draadloze router en aan het apparaat. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor informatie over het controleren van de instellingen van de draadloze router.
Pagina 930
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 1 Is de LAN-kabel aangesloten en zijn het apparaat en de router ingeschakeld? Zorg dat de LAN-kabel is aangesloten. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controleer of de printer is ingeschakeld Zorg dat de router is ingeschakeld.
Pagina 931
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 2 Zijn de computer en de router geconfigureerd en kan de computer verbinding maken met het netwerk? Controleer of u webpagina's kunt zien op de computer. Als u geen webpagina's kunt zien: Klik op Annuleren (Cancel) (Windows) / Annuleer (Cancel) (Mac OS) in het venster Printerinstellingen controleren (Check Printer Settings) om het instellen van de netwerkcommunicatie te annuleren.
Pagina 932
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 3 Is het apparaat zo ingesteld dat bedrade communicatie is toegestaan? Controleer of het pictogram wordt weergegeven op het aanraakscherm. Als het pictogram niet wordt weergegeven: Het apparaat is zo ingesteld dat bedrade communicatie niet is toegestaan. Schakel bedrade communicatie in op het apparaat.
Pagina 933
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 4 Is het apparaat verbonden met de router? Gebruik het bedieningspaneel om te controleren of het apparaat is verbonden met de router. Selecteer Instellen (Setup) op het HOME-scherm en selecteer Apparaatinstellingen (Device settings) >...
Pagina 934
Als het apparaat wordt gevonden, volgt u de aanwijzingen op het scherm om door te gaan met het instellen van de netwerkcommunicatie. • Als geen bericht wordt weergegeven: Annuleer de instelling en stel de beveiligingssoftware zo in dat toegang tot het netwerk door Canon- software is toegestaan. ◦ Voor Windows: Het bestand Setup.exe of Setup64.exe in de map win >...
Pagina 935
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 6...
Pagina 936
Kan het apparaat tijdens de instelling van het bedrade LAN niet vinden: controle 6 Controleer de instellingen van de router. Controleer de instellingen voor de netwerkverbinding van de router, zoals IP-adresfiltering, MAC- adresfiltering en DHCP-functie. Raadpleeg de instructiehandleiding bij de router of neem contact op met de fabrikant voor meer informatie over het controleren van de instellingen van de router.
Pagina 937
Kan het apparaat niet vinden in het scherm Lijst met printers in netwerk Het apparaat kan niet worden gedetecteerd met de huidige configuratiemethode. Schakel het selectievakje In te stellen printer kan niet worden gevonden in de lijst (Setting printer could not be found on the list) in en klik op Volgende (Next). Het scherm voor het weergeven van een andere configuratiemethode wordt weergegeven.
Pagina 938
U komt niet verder dan het scherm Printeraansluiting/Kabel aansluiten Als u niet verder komt dan het scherm Printeraansluiting (Printer Connection) of het scherm Kabel aansluiten (Connect Cable), controleert u het volgende. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op het apparaat en de Controle 1 computer.
Pagina 939
5. Start de computer opnieuw op. 6. Zorg ervoor dat er geen andere toepassingen worden uitgevoerd. 7. Voer de installatie opnieuw uit volgens de instructies op de Canon-website. Opmerking • Voor Windows kunt u de installatie-cd-rom gebruiken om de installatie opnieuw uit te voeren.
Pagina 940
Controle 4 Zo niet, voer dan de installatie uit. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website. Als u IJ Network Tool gebruikt, zoekt u het apparaat nogmaals.
Pagina 941
Als Geen stuurprogramma (No Driver) wordt weergegeven onder Naam (Name) in IJ Network Tool, is het apparaat niet aan een poort gekoppeld. Selecteer Poort associëren (Associate Port) in het menu Instellingen (Settings) om de een poort aan het apparaat te koppelen. Als het printerstuurprogramma niet is gekoppeld aan een poort Controleer of de netwerkinstellingen van het apparaat en de draadloze router Controle 7...
Pagina 942
Zorg dat de firewall van de software is uitgeschakeld. Controle 13 Als de firewall van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt mogelijk het bericht weergegeven dat Canon- software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als deze waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
Pagina 943
Kan het apparaat niet vinden in het bedrade LAN Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controle 1 Wordt het pictogram weergegeven op het aanraakscherm? Controle 2 Als het pictogram niet wordt weergegeven, tikt u op het pictogram rechtsboven en selecteert u Bedraad LAN activeren (Activate wired LAN) in het scherm LAN wijzigen (Change LAN).
Pagina 944
Problemen met de netwerkverbinding Het apparaat kan plotseling niet worden gebruikt Onbekende netwerksleutel Het ingestelde beheerderswachtwoord voor het apparaat is onbekend Het apparaat kan niet worden gebruikt nadat een draadloze router is vervangen of de instellingen ervan zijn gewijzigd Afdrukken is traag Inktniveau wordt niet weergegeven in printerstatusmonitor (Windows)
Pagina 945
Het apparaat kan plotseling niet worden gebruikt Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd (Windows) Kan niet communiceren met het apparaat via het draadloze LAN Kan niet communiceren met het apparaat via een directe verbinding Kan niet communiceren met het apparaat via bedraad LAN Kan niet afdrukken of scannen vanaf een netwerkcomputer Kan niet communiceren met het apparaat nadat de netwerkinstellingen zijn gewijzigd (Windows)
Pagina 946
Controle 10 Als de firewall van de beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt mogelijk het bericht weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als deze waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd wordt toegestaan.
Pagina 947
• Geef ze weer op het aanraakscherm. Gebruikersinstellingen apparaat • Druk de netwerkinstellingen af. Netwerkinstellingen afdrukken 5. Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. Kan niet communiceren met het apparaat via een directe verbinding Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. Controle 1...
Pagina 948
Voer de installatie opnieuw uit als het probleem niet is verholpen. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website. Kan niet afdrukken of scannen vanaf een netwerkcomputer Zorg dat de netwerkinstellingen van de computer correct zijn.
Pagina 949
Als MP Drivers niet is geïnstalleerd, installeert u dit. Controle 2 • Voor Windows: Installeer MP Drivers met de Installatie-cd-rom of vanaf de Canon-website. • Voor Mac OS: Installeer MP Drivers vanaf de Canon-website. Zorg er bij gebruik van draadloos LAN voor dat de draadloze router niet Controle 3 beperkt welke computers er toegang toe hebben.
Pagina 950
Onbekende netwerksleutel Ingestelde WEP- of WPA/WPA2-sleutel voor toegangspunt is onbekend, kan geen verbinding maken Een coderingssleutel instellen Ingestelde WEP- of WPA/WPA2-sleutel voor toegangspunt is onbekend, kan geen verbinding maken Raadpleeg de instructiehandleiding bij de draadloze router of neem contact op met de fabrikant voor informatie over het instellen van de draadloze router.
Pagina 951
Gewoonlijk selecteert u Automatisch (Auto) voor de verificatiemethode. Selecteer anders Open systeem (Open System) of Gedeelde sleutel (Shared Key), afhankelijk van de instellingen van de draadloze router. Wanneer het venster WEP-details (WEP Details) wordt weergegeven nadat u op Instellen (Set) hebt geklikt in het venster Draadloze routers (Wireless Routers), volgt u de instructies op het scherm en stelt u de lengte en indeling van de sleutel, het sleutelnummer en de verificatiemethode voor het invoeren van een WEP-sleutel in.
Pagina 952
Selecteer Alles herstellen (Reset all) om de standaardwaarde van het beheerderswachtwoord te herstellen. Instelling herstellen Voer de installatie opnieuw uit nadat u de apparaatinstellingen hebt geïnitialiseerd. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website.
Pagina 953
Wanneer u een draadloze router vervangt, voert u de netwerkinstallatie van het apparaat opnieuw uit. • Voor Windows: Gebruik de installatie-cd-rom of volg de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Volg de instructies op de Canon-website.
Pagina 954
Kan niet communiceren met het apparaat nadat het coderingstype op de draadloze router is gewijzigd terwijl codering is ingeschakeld Als u het coderingstype van het apparaat verandert en het vervolgens niet kan communiceren met de computer, controleert u of het coderingstype van de computer en de draadloze router overeenkomt met het type dat is ingesteld op het apparaat.
Pagina 955
Afdrukken is traag Het apparaat is mogelijk bezig met het afdrukken of scannen van een grote Controle 1 taak van een andere computer. Controleer de signaalstatus bij gebruik van draadloos LAN en verplaats het Controle 2 apparaat en de draadloze router zo nodig. •...
Pagina 956
Inktniveau wordt niet weergegeven in printerstatusmonitor (Windows) Gebruik het printerstuurprogramma met bidirectionele communicatie. Selecteer Bi-directionele ondersteuning inschakelen (Enable bidirectional support) op het tabblad Poorten (Ports) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma. Het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma openen...
Pagina 957
Overige netwerkproblemen Er verschijnt een bericht op de computer tijdens de installatie Er worden voortdurend pakketten verzonden (Windows) Netwerkgegevens controleren De fabrieksinstellingen herstellen...
Pagina 958
Er verschijnt een bericht op de computer tijdens de installatie Wachtwoord invoeren (Enter Password) Het venster Wachtwoord invoeren verschijnt tijdens de installatie Het scherm Coderingsinstellingen wordt weergegeven als een toegangspunt wordt geselecteerd in het scherm Zoeken (Search) U verbindt het apparaat met een niet gecodeerd draadloos netwerk' wordt weergegeven Wachtwoord invoeren (Enter Password) Het venster Wachtwoord invoeren verschijnt tijdens de installatie Het volgende venster wordt weergegeven als het apparaat is ingesteld voor gebruik met een netwerk en...
Pagina 959
Het scherm Coderingsinstellingen wordt weergegeven als een toegangspunt wordt geselecteerd in het scherm Zoeken (Search) Dit scherm wordt automatisch weergegeven als de geselecteerde draadloze router is gecodeerd. Gebruik dezelfde coderingsinstellingen als zijn ingesteld voor de draadloze router. • Voor Windows: Instellingen wijzigen op het tabblad Draadloos LAN voor meer informatie over de coderingsinstellingen.
Pagina 960
Als u IJ Network Scanner Selector EX wilt uitschakelen, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram in het systeemvak op het bureaublad en selecteert u Canon IJ Network Scanner Selector EX uitschakelen (Disable Canon IJ Network Scanner Selector EX).
Pagina 961
• Voor Windows: Scherm Canon IJ Network Tool • Voor Mac OS: Menu's van Canon IJ Network Tool Het IP-adres of MAC-adres van de computer controleren Volg de onderstaande instructies als u het IP-adres of MAC-adres van de computer wilt controleren.
Pagina 962
2. Zorg dat de netwerkinterface die door de computer wordt gebruikt, is geselecteerd en klik op Geavanceerd (Advanced). Als u draadloos LAN op uw computer gebruikt, zorg dan dat Wi-Fi als netwerkinterface is geselecteerd. Wanneer u bedraad LAN gebruikt, zorgt u ervoor dat Ethernet is geselecteerd. 3.
Pagina 963
5. Klik op Ping. "XXX.XXX.XXX.XXX" is het IP-adres van het doelapparaat. Een bericht zoals het volgende wordt weergegeven. 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=0 ttl=64 tijd=3,394 ms 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=1 ttl=64 tijd=1,786 ms 64 bytes van XXX.XXX.XXX.XXX: icmp_seq=2 ttl=64 tijd=1,739 ms --- XXX.XXX.XXX.XXX ping-statistieken --- 3 pakketten verstuurd, 3 pakketten ontvangen, 0% van de pakketten verloren Als het pakketverlies 100% is, vindt er geen communicatie plaats.
Pagina 964
Als u het apparaat opnieuw via een netwerk wilt gebruiken nadat u de fabrieksinstellingen hebt hersteld, voert u de installatie opnieuw uit met behulp van de installatie-cd-rom of volgens de instructies op de Canon-website. • Voor Mac OS: Tijdens de initialisatie worden alle netwerkinstellingen op het apparaat gewist, waardoor afdrukken of scannen vanaf een computer via een netwerk niet meer mogelijk is.
Pagina 965
Problemen met afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet Kan niet afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet Kan niet rechtstreeks afdrukken/scannen vanaf een NFC-compatibel apparaat...
Pagina 966
Kan niet afdrukken/scannen vanaf een smartphone/tablet Als u niet kunt afdrukken/scannen vanaf uw smartphone/tablet, kan de smartphone/tablet mogelijk niet communiceren met het apparaat. Controleer de oorzaak van het probleem aan de hand van de verbindingsmethode. Kan niet communiceren met het apparaat via een draadloos LAN Kan niet communiceren met het apparaat via een directe verbinding Opmerking •...
Pagina 967
Zorg dat de netwerkinstellingen van de smartphone/tablet (zoals naam van draadloze router, SSID en netwerksleutel) overeenkomen met die van de draadloze router. Controleer de instellingen van de smartphone/tablet in de bijgeleverde instructiehandleiding. Als de netwerkinstellingen van de smartphone/tablet niet overeenkomen met die van de draadloze router, wijzigt u de netwerkinstellingen ervan zodat ze overeenkomen met die van de draadloze router.
Pagina 968
Zorg dat het apparaat niet te ver weg staat. Controle 6 Plaats de smartphone/tablet dicht genoeg bij het apparaat zodat communicatie mogelijk is. Controleer op obstakels. Controle 7 Draadloze communicatie tussen verschillende kamers of verschillende verdiepingen is over het algemeen gebrekkig.
Pagina 969
Kan niet rechtstreeks afdrukken/scannen vanaf een NFC- compatibel apparaat Controleer het volgende als u niet kunt afdrukken of scannen, ook al is Canon PRINT Inkjet/SELPHY geïnstalleerd op uw NFC-compatibele apparaat. Is NFC-instelling (NFC setting) ingesteld op Inschakelen (Enable)? Controle 1 Wanneer u de NFC-functie gebruikt, selecteert u Inschakelen (Enable) voor NFC-instelling (NFC setting).
Pagina 970
Afdrukproblemen De afdruktaak wordt niet gestart Papierstoringen Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Er wordt geen inkt toegevoerd Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Kan niet afdrukken op het disclabel Problemen met automatisch dubbelzijdig afdrukken Het kopiëren/afdrukken stopt Kan niet afdrukken met AirPrint...
Pagina 971
De afdruktaak wordt niet gestart Controleer of de stekker van het apparaat goed is aangesloten en raak de Controle 1 knop AAN (ON) aan om het apparaat in te schakelen. Het AAN/UIT (POWER)-lampje knippert terwijl het apparaat wordt geïnitialiseerd. Wacht totdat het AAN/UIT (POWER)-lampje stopt met knipperen en blijft branden.
Pagina 972
Controle 7 printerstuurprogramma correct? Als u speciaal papier van een andere fabrikant dan Canon gebruikt, moet u het juiste mediumtype of paginaformaat selecteren in het printerstuurprogramma. Controleer de instellingen aan de hand van de onderstaande instructies en probeer opnieuw af te drukken.
Pagina 973
Het apparaat drukt niet goed af als u een printerbesturingsbestand voor een andere printer gebruikt. • Voor Windows: Controleer of 'Canon XXX series Printer' (waarbij 'XXX' de naam van uw apparaat is) is geselecteerd in het dialoogvenster Afdrukken. Opmerking • Selecteer Als standaardprinter instellen (Set as Default Printer) als u het apparaat als standaardprinter wilt instellen.
Pagina 974
Klik in Windows 7, Windows Vista of Windows XP op Start en selecteer Alle programma's (All programs), Canon Utilities, Canon My Printer, Canon My Printer en tot slot Printerdiagnose en - herstel (Diagnose and Repair Printer). Volg de instructies op het scherm om de juiste printerpoort in te stellen en selecteer de naam van uw apparaat.
Pagina 975
Papierstoringen Als papier is vastgelopen, wordt automatisch een probleemoplossingsbericht weergegeven. Neem de maatregelen die in het bericht worden beschreven. • Als een ondersteuningscode en een bericht worden weergegeven op het computerscherm: ◦ Voor Windows: ◦ Voor Mac OS: * Welk venster u krijgt, is afhankelijk van het besturingssysteem dat u gebruikt. •...
Pagina 976
Lijst met ondersteuningscodes voor fouten (papierstoringen) om het vastgelopen papier te verwijderen. Opmerking • U kunt ook zoeken naar informatie over het oplossen van fouten aan de hand van de getoonde ondersteuningscode. Zoeken...
Pagina 977
Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Als de afdrukresultaten niet naar behoren zijn omdat ze witte strepen, verkeerd afgedrukte lijnen of ongelijkmatige kleuren vertonen, controleert u eerst de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Komen de instellingen voor paginaformaat en mediumtype overeen met het Controle 1 formaat en type van het geplaatste papier? Als deze instellingen niet overeenkomen, kan niet het juiste resultaat worden verkregen.
Pagina 978
Deze instelling kan niet worden aangebracht op het PictBridge-compatibele apparaat (draadloos LAN). Als het probleem niet is opgelost, controleert u andere oorzaken. Controle 3 Zie ook de volgende gedeelten: Het afdrukken wordt niet voltooid Een deel van de pagina wordt niet afgedrukt (Windows) Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/Zichtbare witte strepen Lijnen worden verkeerd afgedrukt Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows)
Pagina 979
Het afdrukken wordt niet voltooid Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. (Windows) Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
Pagina 980
Een deel van de pagina wordt niet afgedrukt (Windows) Gebruikt u automatisch dubbelzijdig afdrukken? Controle Als u automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruikt, is het afdrukgebied boven aan de pagina 2 mm / 0,08 inch korter dan normaal. Daardoor wordt de onderzijde van de pagina mogelijk niet afgedrukt. U voorkomt dit door gereduceerd afdrukken te selecteren in het printerstuurprogramma.
Pagina 981
Papier is leeg/Afdrukken zijn onduidelijk/Onjuiste kleuren/ Zichtbare witte strepen Papier is leeg Afdrukken zijn onduidelijk Onjuiste kleuren...
Pagina 982
Zichtbare witte strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Controleer de status van de inkttanks. Vervang de inkttank als de inkt op is. Controle 2 Inkt vervangen Is er oranje tape of beschermende folie achtergebleven op de inkttank? Controle 3 Controleer of alle beschermende folie is verwijderd zodat het Y-vormige luchtgat vrij is, zoals hieronder wordt weergegeven (A).
Pagina 983
• Als het probleem niet is opgelost nadat u tweemaal een dieptereiniging van de printkop hebt uitgevoerd: Als het probleem nog niet is verholpen na een diepte-reiniging van de printkop, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Pagina 984
Lijnen worden verkeerd afgedrukt Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Lijn de printkop uit. Controle 2 Als de afgedrukte lijnen niet evenwijdig zijn of als u niet tevreden bent over de afdrukresultaten, dient u de positie van de printkop aan te passen.
Pagina 985
Lijnen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Gebruikt u de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge? Controle 1 Als de functie Pagina-indeling afdrukken of Bindmarge wordt gebruikt, worden dunne lijnen mogelijk niet afgedrukt. Probeer de lijnen in het document dikker te maken. Zijn de afdrukgegevens extreem groot? Controle 2 Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het...
Pagina 986
Afbeeldingen zijn onvolledig of ontbreken (Windows) Selecteer de instelling die ervoor zorgt dat afdrukgegevens niet worden Controle 1 gecomprimeerd. Het afdrukresultaat kan verbeteren als u in de toepassing die u gebruikt de instelling selecteert die zorgt dat afdrukgegevens niet worden gecomprimeerd. Klik op Afdrukopties (Print Options) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het printerstuurprogramma.
Pagina 987
Gebruik fotopapier om foto's af te drukken. Controle 3 Als u gegevens afdrukt met een hoge kleurverzadiging, zoals foto's of afbeeldingen met donkere kleuren, raden we het gebruik van Glossy Foto Papier Extra II of ander speciaal papier van Canon aan. Mediumtypen die u kunt gebruiken...
Pagina 988
Papier vertoont vlekken/Papieroppervlak vertoont krassen Papier vertoont vlekken De randen van het papier vertonen vlekken Het papier vertoont vlekken Papieroppervlak vertoont krassen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Controleer het papiertype. Controle 2 •...
Pagina 989
• Ander papier Als de hoeken van het papier meer dan 3 mm/0,1 inch (A) omhoog krullen, kan de afdruk vlekken vertonen of kan het papier onjuist worden ingevoerd. Volg de onderstaande aanwijzingen om het gekrulde papier recht te maken. 1.
Pagina 990
Schuring van papier voorkomen (Prevent paper abrasion) in en klik op Toepassen (Apply). Zie Canon IJ Printer Utility openen als u Canon IJ Printer Utility wilt openen. Als de intensiteit te hoog is ingesteld, verlaagt u de intensiteit en probeert u Controle 5 opnieuw af te drukken.
Pagina 991
5. Controleer het bericht en klik op OK. • Voor Mac OS: 1. Zorg dat het apparaat is ingeschakeld. 2. Open Canon IJ Printer Utility. Canon IJ Printer Utility openen 3. Selecteer Aangepaste instellingen (Custom Settings) in het pop-upmenu. 4. Stel de wachttijd in met behulp van de schuifregelaar Droogtijd inkt: (Ink Drying Wait Time:) en klik op Toepassen (Apply).
Pagina 992
Vegen op de achterzijde van het papier Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Is de papierinvoerrol vuil? Controle 2 Reinig de papierinvoerrol. De papierinvoerrol reinigen Opmerking • Het reinigen van de papierinvoerrol veroorzaakt slijtage van de rol. Reinig de rol daarom alleen als dat nodig is.
Pagina 993
Verticale lijn naast afbeelding Is het formaat van het geplaatst papier correct? Controle Als het geplaatste papier groter is dan het opgegeven formaat, kan er een verticale lijn verschijnen in de marge. Stel het papierformaat in overeenkomstig het geplaatste papier. Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Opmerking •...
Pagina 994
Kleuren zijn ongelijkmatig of vertonen strepen Kleuren zijn ongelijkmatig Kleuren vertonen strepen Controleer de instellingen voor papier en afdrukkwaliteit. Controle 1 Afdrukresultaten zijn niet naar behoren Druk het controleraster voor de spuitopeningen af en voer eventueel Controle 2 noodzakelijk onderhoud uit, zoals het reinigen van de printkop. Druk het controleraster voor spuitopeningen af om te bepalen of de inkt op de juiste wijze uit de spuitopeningen van de printkop wordt gespoten.
Pagina 995
• Als het probleem niet is opgelost nadat u tweemaal een dieptereiniging van de printkop hebt uitgevoerd: Als het probleem nog niet is verholpen na een diepte-reiniging van de printkop, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Pagina 996
• Als het probleem niet is opgelost nadat u tweemaal een dieptereiniging van de printkop hebt uitgevoerd: Als het probleem nog niet is verholpen na een diepte-reiniging van de printkop, is de printkop mogelijk beschadigd. Neem contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Pagina 997
Papier wordt niet correct ingevoerd/Fout vanwege 'geen papier' Zorg dat er papier is geplaatst. Controle 1 Papier plaatsen Let op het volgende wanneer u papier plaatst. Controle 2 • Als u twee of meer vellen papier plaatst, moet u de vellen precies op elkaar leggen voordat u het papier plaatst.
Pagina 998
Zijn de transporteenheidklep en de achterklep correct bevestigd? Controle 9 Achteraanzicht voor de locatie van de achterklep. Als de bovenstaande maatregelen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde Canon-servicecentrum om een reparatie aan te vragen.
Pagina 999
Voor meer informatie over het plaatsen van disclade raadpleegt u Een afdrukbare disc plaatsen. Er kan een niet-herkende disc zijn geplaatst. Controle 2 Canon raadt u aan discs te gebruiken die speciaal zijn behandeld om te worden bedrukt met een inkjetprinter.
Pagina 1000
Disclade geblokkeerd Trek de disclade voorzichtig naar buiten. Als de disclade niet uit het apparaat kan worden getrokken, schakelt u het apparaat uit en vervolgens weer in. De disclade wordt nu automatisch uitgeworpen. Nadat de disclade naar buiten is getrokken, plaatst u de disclade (op de bovenzijde staat een 'J') opnieuw en probeert u nogmaals af te drukken.
Pagina 1001
Problemen met automatisch dubbelzijdig afdrukken Is automatisch dubbelzijdig afdrukken geselecteerd? Controle 1 • Voor Windows: Zorg dat de selectievakjes Dubbelzijdig afdrukken (Duplex Printing) en Automatisch (Automatic) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) van het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma zijn ingeschakeld. Dubbelzijdig afdrukken •...
Pagina 1002
Controleer of het geplaatste papier geschikt is voor automatisch dubbelzijdig afdrukken op het tabblad Kwaliteit en media (Quality & Media) van het dialoogvenster Afdrukken. Opmerking • Voor Windows: Volg de onderstaande procedure om te schakelen naar handmatig dubbelzijdig afdrukken. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma, schakel het selectievakje Automatisch (Automatic) op het tabblad Pagina-instelling (Page Setup) uit en druk opnieuw af.
Pagina 1003
Het kopiëren/afdrukken stopt Is de geleider van de disclade open terwijl wordt afgedrukt op papier? Controle 1 Sluit de geleider van de disclade en tik op OK op het aanraakscherm. Is er papier geplaatst? Controle 2 Zorg dat er papier is geplaatst. Plaats zo nodig papier.