Luchtfilter
schoonmaken
2
3
A
Boudie vervangen
5
6
B
Boudie controleren
C
18
STOP
1
STOP
4
7
0,5 - 0,8 mm
STOP
9
8
-
Chokehendel (A/1) in de stand
-
Schroeven (A/2) losdraaien en luchtfilterdeksel (A/3)
afnemen.
-
Schuimstoffilter uit de deksel nemen.
ATTENTIE:
Om verwondingen aan de ogen te vermijden, vuildeeltjes
er niet uitblazen.
-
Sterk vervuilde luchtfilters in lauwwarm water met een
gewoon afwasmiddel uitwassen.
-
Bij grove vervuiling vaker schoonmaken (meermaals per
dag), daar alleen een zuivere luchtfilter garandeert een
optimale werking van de motor.
-
Vóór het aanbrengen van de luchtfilter: aanzuigopening op
eventueel erin gevallen vuildeeltjes controleren. Deze met
een kwast verwijderen.
-
Luchtfilter goed droogmaken en weer samenvoegen.
ATTENTIE:
Beschadigte luchtfilters onmiddelijk vervangen!
Afgescheurde stukken weefsel en grof vuil kunnen de
motor onherstelbaar beschadigen.
ATTENTIE:
Bougie of bougiedop mogen niet bij lopende motor aan-
geraakt worden (hoogspanning!).
Onderhoudswerkzaamheden uitsluitend bij uitgeschakelde
motor uitvoeren.
Bij hete motor gevaar van verbranding. Beschermhand-
schoenen dragen!
Bij beschadiging van de isolator, sterke verbranding van de
elektroden, of sterk vervuilde electroden, moet de bougie
vervangen worden.
-
Bougiedeksel (B/4) afnemen door in pijlrichting drukken
van de clip (B/5); deksel omhoogklappen en eraf nemen.
-
Bougiestekker (B/6) van de bougie af trekken. Bougie (B/7)
met daarvoor geschikte bougiesleutel (SW 19 mm, als
toebehoordelen verkrijgbaar) eruit draaien.
ATTENTIE: Bij vervanging uitsluitend de bougies BOSCH
WSR-6F, CHAMPION RCJ-6Y of NGK BPMR7A gebruiken.
Elektroden afstand
De elektrodenafstand moet 0,5 - 0,8 mm zijn.
-
De sleutel (C/8) tussen de afsluitkap en de cylinder steken,
precies als in de afbeelding getoond.
ATTENTIE !
De sleutel niet in het bougiegat steken, alleen maar contact
met de cylinder maken (anders kan de motor beschadigd
worden).
-
De eruitgeschroefde bougie met vast eropgezette bougie-
sleutel met behulp van een geÏsoleerde tang tegen de
sleutel drukken (van het bougiegat weg!).
-
Schakelaar (C/9) in pijlrichting bedienen.
-
De startkabel stevig doortrekken.
Bij een correct functioneren moet er een vonk zichtbaar zijn
tussen de elektroden.
(gesloten) draaien.