3.3.2
UNIt1
UNIt2
rESOLU
UNt.rOLL
Opmerkingen
Gelieve de van toepassing zijnde waarde in de tabel met geo-waarden hoofdstuk
7.1.1. terug te vinden
Bevestig de gekozen geo-waarde met de
Let op: De geo-waarde mag na deze "justering door middel van geo-waarde" niet
meer aangepast worden omdat de zodanig ingestelde justeerwaarde daarbij hun
geldigheid verliezen.
Geval b) U bent met de GEO-waarden NIET vertrouwd. De justering moet in dit geval
met justeergewicht gebeuren (zie punt 8).
-toets indrukken.
7de displayaanduiding "LIN-CAL":
8ste displayaanduiding "CAL":
-toets indrukken. De weegschaal bepaalt het nulpunt, op het display verschijnt -
preload-. Vervolgens knippert het op te leggen justeergewicht op het display.
Eventueel gewichtswaarde met
Justeergewicht opleggen en met
De weegschaal justeert met het opgelegde justeergewicht. Nadat de justering
beëindigd werd, verschijnt even –done- op het display en verschijnt het volgende
menupunt.
Terug naar de weegmodus:
-toets indrukken, op het display verschijnt "END":
-toets indrukken om de wijzigingen op te slaan. Op het display verschijnt "Save".
Met de
-toets bevestigen. Vervolgens keert de weegschaal terug naar de
weegmodus.
DISPLAY – weegeenheid en weergavenauwkeurigheid
Weegeenheid 1 kiezen: g, kg, oz, lb, t
Weegeenheid 2 kiezen: g, kg, oz, lb, t
Afleesbaarheid (resolutie) kiezen, modelafhankelijk
Als UNT.rOLL ingeschakeld is, kan met
beschikbare eenheden weergegeven worden.
•
Bij geijkte weegschalen worden de weegeenheden "oz" en "lb" met het symbool
"*" weergegeven.
•
Bij geijkte weegschalen worden resoluties, die van de weegschaaldefinitie
afwijken, zonder weegeenheid en met het symbool "*" weergegeven.
•
Bij weegschalen met twee zones/twee intervallen zijn met |<–> 1/2| gekenmerkte
resoluties in 2 weegzones/weegintervallen ingedeeld, bijvoorbeeld 2 x 3000 d.
-toets.
-toets indrukken
-toets indrukken
wijzigen.
bevestigen.
de gewichtswaarde in alle
21