1
6 Verwijder het optische station (indien geïnstalleerd) uit het compartiment voor optische stations. Zie
"Optische stations" op pagina 118.
7 Druk op de aan/uit-knop om het moederbord te aarden.
8 Verwijder alle ExpressCards uit de sleuf voor sleuf voor ExpressCards. Zie "ExpressCards of dummy-
kaarten verwijderen" op pagina 69.
9 Verwijder eventuele geïnstalleerde mediageheugenkaarten uit het 5-in-1-mediageheugenkaart-
leesapparaat. Zie "Dummy-mediageheugenkaarten" op pagina 70.
10 Klap het beeldscherm dicht en draai de computer op zijn kop op een plat oppervlak.
Vaste schijf
LET OP:
Als u de vaste schijf verwijdert terwijl de schijf warm is, moet u de metalen behuizing van de vaste
schijf niet aanraken.
LET OP:
Voordat u met een van de procedures in dit gedeelte begint, moet u de veiligheidsinstructies in de
Productinformatiegids raadplegen.
KENNISGEVING:
Voordat u de vaste schijf verwijdert, dient u de computer uit te zetten (zie pagina 113) om
gegevensverlies te voorkomen. Verwijder de vaste schijf niet terwijl de computer aan staat, in de standby-modus
staat of in de slaapstand staat.
KENNISGEVING:
Vaste schijven zijn extreem kwetsbaar. Zelfs het kleinste stootje kan al voor schade aan de
schijf zorgen.
1
batterij
2
ontgrendeling batterijhouder
Onderdelen toevoegen en vervangen
2
115