Epson Stylus Photo R3000
❏ Berg de printer pas op wanneer u zeker weet dat de
printkop goed is afgedekt (printkop staat uiterst
rechts). Als de printkop lange tijd niet is afgedekt,
kan de afdrukkwaliteit achteruit gaan.
Tip:
Zet de printer aan en weer uit als de printkop niet is
afgedekt.
❏ Voordat u de printer opbergt, moet u de kap van de
printer, de uitvoerlade, de papiersteun en de steun
aan de achterkant sluiten. Als u de printer langere
tijd niet gebruikt, legt u een antistatische doek op de
printer tegen het stof. De spuitkanaaltjes van de
printkop zijn zeer klein en kunnen daarom
makkelijk verstopt raken als er stof op de printkop
komt. Mogelijk kunt u dan niet meer goed
afdrukken.
❏ Als u de printer lange tijd niet hebt gebruikt,
controleer de printkop dan eerst op verstopping
voordat u iets afdrukt. Reinig de printkop als die
verstopt is.
"Controleren of er verstopte spuitkanaaltjes
U
zijn" op pagina 98
Behandeling van cartridges
Houd voor een goede afdrukkwaliteit rekening met de
volgende punten bij het omgaan met cartridges.
❏ Na aanschaf wordt het inktsysteem gevuld. Er
wordt een deel van de inkt gebruikt om de
spuitkanaaltjes van de printkop helemaal te vullen
met inkt en klaar te maken voor het afdrukken.
Hierdoor kunnen met de cartridges die u meteen na
aanschaf installeert minder pagina's worden
afgedrukt dan met de cartridges daarna.
❏ Wij raden u aan om de cartridges koel en donker te
bewaren en te gebruiken vóór de vervaldatum die
op de verpakking staat. Verbruik cartridges binnen
zes maanden na het openen van de verpakking.
❏ Als u de cartridges verplaatst van een koude naar
een warme plaats, moet u de cartridges minstens
drie uur op kamertemperatuur laten komen
voordat u ze gebruikt.
❏ Raak de groene chip aan de zijkant van de cartridges
niet aan. Anders kunt u mogelijk niet meer normaal
afdrukken.
Gebruikershandleiding
Inleiding
❏ Installeer alle cartridges. De printer kan alleen
worden gebruikt wanneer alle kleuren aanwezig
zijn.
❏ Zet de printer niet uit en open de cartridgekap niet
tijdens het eerste laden (vullen) van het inktsysteem
of het reinigen van de printkop. Mogelijk wordt het
inktsysteem dan niet goed gevuld, waardoor de
printer niet kan afdrukken.
❏ Zorg ervoor dat er altijd cartridges in de printer zijn
geïnstalleerd. Anders kan de printkop
(spuitkanaaltjes) uitdrogen en kunt u mogelijk niet
meer afdrukken.
❏ Omdat de groene chip informatie over de cartridge
en de resterende hoeveelheid inkt bevat, kunt u de
cartridge uit de printer verwijderen en later toch
weer gebruiken. Houd er rekening mee dat bijna
opgebruikte cartridges die uit de printer zijn
verwijderd, mogelijk niet meer kunnen worden
gebruikt. Wanneer cartridges een tweede keer
worden geïnstalleerd, kan er opnieuw een beetje
inkt worden verbruikt om de betrouwbare werking
te kunnen garanderen.
❏ Cartridges die nog inkt bevatten, moeten in
dezelfde omstandigheden worden bewaard als de
printer, met de spuitkanaaltjes naar beneden of
opzij. Zo voorkomt u dat er stof op komt. De poort
voor de inktuitvoer heeft wel een klepje waardoor
een dop niet nodig is.
❏ Bij een verwijderde cartridge kan er inkt rond de
poort voor de inktuitvoer zitten. Let erop dat u
verder geen vlekken maakt.
❏ Om de kwaliteit van de printkop te handhaven
houdt deze printer op met afdrukken voordat
cartridges helemaal zijn opgebruikt.
❏ De cartridges kunnen gerecycleerd materiaal
bevatten. Dit heeft echter geen enkele invloed op de
goede werking van de printer.
❏ Haal de cartridges niet uit elkaar en verander er
niets aan. Anders kunt u mogelijk niet meer
normaal afdrukken.
❏ Bij het reinigen van de printkop en andere
onderhoudstaken worden alle kleuren inkt
verbruikt. Zo is de printkop altijd in goede conditie.
17