Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

DS-35
DS-90
USER'S GUIDE

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Neopost DS-90

  • Pagina 1 DS-35 DS-90 USER’S GUIDE...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Lees dit eerst ....................1 Waarschuwing....................1 Over deze handleiding..................1 Veiligheid......................2 Landspecifieke voorwaarden................4 Einde van de levensduur..................5 Leer uw documentsysteem kennen ............6 Overzicht......................6 Bediening......................9 Bedieningspaneel...................10 De documentfeederladen installeren..............11 Inschakelen....................12 Startmenu.......................13 Jobinfo......................14 Zijgeleiders.....................16 Documentstand....................17 De documentfeederlade vullen...............18 Enveloppen plaatsen..................19 Het reservoir met verzegelingsvloeistof vullen..........20 Het systeem afsluiten..................21 Opties ......................22 MaxiFeeder....................22...
  • Pagina 3 Documentscheiding voor de documentfeeder voor grote volumes....26 Documenten invoeren (documentfeeder voor grote volumes).......27 VersaFeeder (VF-3)..................28 De VersaFeeder installeren................29 Bediening (VersaFeeder)................30 De zijgeleiders (VersaFeeder) instellen............30 Documentscheiding instellen (VersaFeeder)..........31 Capaciteit van magazijn (VersaFeeder)............32 Steun voor kromgetrokken retourenveloppen (optie voor VersaFeeder)..33 Stapelaarsteun....................34 Envelopmagazijn met hoge capaciteit (EF-4)..........35 Transportband met hoge capaciteit (CS-2)............37 De transportband met hoge capaciteit installeren..........38 De transportband met hoge capaciteit bedienen...........39...
  • Pagina 4 Proefvulling uitvoeren..................53 De enveloppositie aanpassen................55 Een job gebruiken..................56 Een job wijzigen.....................56 Een job kopiëren....................57 Een job verwijderen..................59 Jobinstellingen....................60 Envelopinstellingen..................61 Doc.instellingen....................62 Vouwinstellingen.....................64 Leesinstellingen (optie)..................66 DFC-instellingen (Double Feed Control)............70 Jobnaam......................71 Uitvoerselectie-instellingen................71 Post-/frankeerinstellingen (optie)..............76 MPPC-instellingen (Mail Piece Production Control) (optie)......77 Geavanceerde instellingen ................78 Wat zijn geavanceerde instellingen?..............78 Geavanceerde instellingen openen..............79 Display-instellingen wijzigen................79...
  • Pagina 5 Inleiding......................92 Omgekeerd lezen...................94 Documentstand....................95 Beschrijving van BCR-codes................96 Een configuratieblad lezen (alleen BCR)............98 Een BCR-test uitvoeren..................99 Beschrijving van OMR-codes...............101 Een OMR-test uitvoeren................105 2-track OMR....................107 Online services ..................108 Online services.....................108 Online services opstarten................109 Een verbinding met de server maken............110 De historie weergeven..................111 Berichten weergeven..................111 Een nieuwe job of nieuwe software installeren..........112 Configuratiemenu..................114...
  • Pagina 6 Specificaties voor documenten en bijlagen..........134 Specificaties voor enveloppen en documentsets.........135 Specificaties maxiFeeder................136 Specificaties versaFeeder................137 Specificaties envelopmagazijn met hoge capaciteit........138 Specificaties transportband met hoge capaciteit..........139 Terminologie .....................140 Terminologie....................140 EU-conformiteitsverklaring ..............147 EU-conformiteitsverklaring DS-90, M8800, FPi 6600, FD6604....147 EU-conformiteitsverklaring MF-1..............148 EU-conformiteitsverklaring VF-3..............149 EU-conformiteitsverklaring EF-4..............150 EU-conformiteitsverklaring CS-2..............151...
  • Pagina 8: Lees Dit Eerst

    Independent JPEG Group. Doelgroep Deze handleiding is bedoeld voor de operators van het documentsysteem. Handelsmerken maxiFeeder™, insert'n Frank™, powerFold™, intelliDeck™, flexFeed™ en versaFeeder™ zijn handelsmerken van Neopost. Het achtervoegsel ™ wordt hiernavolgend niet meer gebruikt in deze handleiding.
  • Pagina 9: Veiligheid

    Symbolen In deze handleiding worden de onderstaande symbolen gebruikt. WAARSCHUWING: Geeft een situatie aan die voor mensen ge- vaarlijk is. LET OP: Een handeling die u uitvoert kan een risico vormen voor de apparatuur of de post. OPMERKING: Een opmerking waarmee uitleg over verschillende voorbeelden of specifieke gegevens wordt gegeven.
  • Pagina 10: Veiligheidsmaatregelen

    Veiligheidsmaatregelen • Dit systeem mag alleen worden bediend door bekwaam, getraind personeel. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor ongelukken en letsel die het gevolg zijn van de bediening van het systeem door ongetraind personeel. • Beschermingskappen mogen alleen worden geopend door vakkundige personen die weten welke risico's dit met zich meebrengt.
  • Pagina 11: Landspecifieke Voorwaarden

    Landspecifieke voorwaarden Denemarken In Denemarken zijn sommige typen machines van Klasse 1 voorzien van een stekker die geen goede aardverbinding tot stand brengt als deze in een Deense contactdoos wordt geplaatst. Zorg ervoor dat het systeem een goed functionerende, geaarde verbinding heeft (stekker en contactdoos moeten passen).
  • Pagina 12: Einde Van De Levensduur

    Einde van de levensduur De doelstelling van het milieubeleid van de Europese Unie is met name om de kwaliteit van het milieu te handhaven, te beschermen en te verbeteren, de gezondheid van de mens te beschermen en zorgvuldig en verstandig om te gaan met natuurlijke hulpbronnen. Dit beleid is gebaseerd op het voorzorgsprincipe en op de uitgangspunten dat preventieve maatregelen nodig zijn en dat schade aan het milieu op de eerste plaats bij de bron moet worden hersteld.
  • Pagina 13: Leer Uw Documentsysteem Kennen

    Leer uw documentsysteem kennen Overzicht Inleiding Het systeem is een vouw- en vulsysteem waarmee post eenvoudig kan worden verwerkt. Het systeem: • voert documenten in • vouwt de documenten • steekt de documenten in enveloppen • verzegelt de enveloppen • stapelt de enveloppen Automatische controle zorgt ervoor dat in elke envelop het juiste aantal documenten wordt ingevoerd.
  • Pagina 14 In de afbeelding wordt een overzicht van het systeem weergegeven. Documentfeeders (flexFeed) (1) De flexFeed is het invoergedeelte van het systeem. Er zijn twee typen feeders: de automatische en de speciale feeder. De automatische feeder hoeft niet te worden ingesteld voor de scheiding.
  • Pagina 15 Verzamelplaatsgebied (2) Alle documenten van een documentset worden verzameld en in het verzamelplaatsgebied geschikt. intelliDeck (3) De intelliDeck werpt onjuiste documentsets automatisch uit. Op deze manier hoeft het systeem niet te worden onderbroken. Goede sets worden getransporteerd naar de powerFold-eenheid. powerFold (4) De vouweenheid vouwt de documenten.
  • Pagina 16: Bediening

    Bediening A - opvanglade (optioneel) M - powerFold B - zij-uitvoer/stapeleenheid N - vergrendeling powerFold C - zijgeleiders van stapelaar O - hendel voor handmatig transport van enveloppen D - voedingsingang, aan/uit-schakelaar P - hendel voor handmatig transport van de E - RS232-aansluiting/USB/modem postset F - ontgrendeling voor bovenste eenheid...
  • Pagina 17: Bedieningspaneel

    Bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit het aanraakscherm en de volgende knoppen: A: Aan/uit ( ): Hiermee wordt het systeem in- of uitgeschakeld. Als het systeem een uur lang niet wordt gebruikt, schakelt het systeem over naar de energiezuinige modus. Druk op de aan-/uitknop om terug te keren naar de gebruikersmodus. B: Stop ( ): De huidige postset wordt door het systeem voltooid en daarna stopt het systeem.
  • Pagina 18: De Documentfeederladen Installeren

    De documentfeederladen installeren U kunt als volgt de documentfeederladen in de juiste positie plaatsen: Houd de documentfeeder enigszins schuin zoals in de afbeelding wordt weergegeven. Plaats het voorste einde van de documentfeederlade onder de twee zwarte rollen. Beweeg de documentfeederlade naar boven (waarbij de zwarte rollen omhoog gaan) totdat de feeder op zijn plaats kan worden vastgehaakt.
  • Pagina 19: Inschakelen

    Inschakelen U kunt als volgt het systeem opstarten: Als u de machine aansluit op een verkeerde voeding, kan dit de machine ernstig beschadigen. Controleer of de spanning die op het typeplaatje staat vermeld, overeenkomt met de lokale voedingsspanning voordat u de machine op de voeding aansluit. Steek de stekker van het netsnoer in een geaard stopcontact.
  • Pagina 20: Startmenu

    Startmenu Wanneer u het systeem opstart, wordt het startmenu weergegeven. Met de pijlen kunt u door de jobs bladeren. Als u meer informatie wilt over een job, selecteert u de job. Als u zonder jobdefinitie wilt starten, drukt u op [Nieuwe job] en selecteert u [Automatisch] (zie Postsets verwerken op pagina 42).
  • Pagina 21: Jobinfo

    Jobinfo Als u meer informatie wilt over een job, selecteert u deze in het startmenu. Het menu 'Huidige job' toont de volgende informatie over de geselecteerde job: • Jobnummer en Jobnaam • Totaal: totaal aantal enveloppen dat is verwerkt met deze job •...
  • Pagina 22 • Een afbeelding van het systeem met symbolen voor de geselecteerde functies. De volgende symbolen kunnen worden gebruikt: Toont welke feeders zijn geselecteerd om documenten uit te pakken (zwart is geselecteerd). Iedere geselecteerde feeder geeft aan hoeveel vellen kunnen worden ingevoerd vanaf de feeder.
  • Pagina 23: Zijgeleiders

    Zijgeleiders Om de zijgeleiders in te stellen kunt u het beste de documentfeederlade als volgt van de feeder afhalen: Druk hendel A naar beneden. Beweeg de documentfeederlade naar boven om deze los te maken en trek deze dan uit de feeder. Draai knop B een halve slag los.
  • Pagina 24: Documentstand

    Verwijder de stapel documenten. Plaats de documentfeederlade weer terug (zie Documentfeeders installeren op pagina 11). Documentstand Als de optionele verlengde powerFold is geïnstalleerd, zijn de volgende regels van kracht voor het invoeren van documenten met de adrespositie onderaan:...
  • Pagina 25: De Documentfeederlade Vullen

    De documentfeederlade vullen. U kunt als volgt de documentfeederlade vullen: Open de linkerzijgeleider A door deze naar beneden te draaien. De invoerrollen worden automatisch opgetild. Plaats een stapel documenten tussen de zijgeleiders. Draai de linkerzijgeleider weer omhoog. Voer de documenten in (afhankelijk van het type document en het type vouw) (zie Documentstand op pagina 17).
  • Pagina 26: Enveloppen Plaatsen

    Enveloppen plaatsen Voordat u de enveloppen plaatst, moet u eerst controleren of de envelopscheiding en de zijgeleiders correct zijn ingesteld. Ga als volgt te werk: Draai aan duimwiel D om de zijgeleiders C uit elkaar te bewegen. Plaats een kleine stapel enveloppen tussen de zijgeleiders. Verplaats de zijgeleiders richting de enveloppen.
  • Pagina 27: Het Reservoir Met Verzegelingsvloeistof Vullen

    Schuif envelopsteun A in of uit. De bovenzijde van de envelop moet tegen de stippellijn van de envelopsteun liggen. Draai envelopsteun A om het gewicht van de enveloppen gelijk over beide zijden te verdelen. Het reservoir met verzegelingsvloeistof vullen Open voorkap B. Vul reservoir A tot de niveauaanduiding 'Max' met verzegelingsvloeistof.
  • Pagina 28: Het Systeem Afsluiten

    Het systeem afsluiten Druk op de aan/uit-knop om het systeem af te sluiten. Als het systeem bezig is, wordt de huidige set voltooid en ingevoegd; daarna stopt het systeem en wordt het afgesloten.
  • Pagina 29: Opties

    Opties MaxiFeeder De maxiFeeder is een feeder die kan worden bijgevuld met een groot aantal documenten. Deze feeder is bedoeld voor gebruik met BRE´s (retourenveloppen), maar ook standaarddocumenten met een lengte van maximaal 356 mm kunnen ermee worden verwerkt. De MaxiFeeder installeren De maxiFeeder moet worden geïnstalleerd op de positie van feeder no.
  • Pagina 30: De Zijgeleiders Van De Maxifeeder Instellen

    De zijgeleiders van de MaxiFeeder instellen U kunt als volgt de zijgeleiders instellen: Neem een stapel documenten/BRE´s en plaats deze in de feederlade. BRE´s met de flap naar beneden en de bovenrand wijzend naar het systeem. Stel de zijgeleiders in door het duimwiel A zo te draaien dat de documenten/BRE´s net passen en zonder weerstand kunnen bewegen.
  • Pagina 31: Documentscheiding In De Maxifeeder Instellen

    Documentscheiding in de MaxiFeeder instellen Als de maxiFeeder wordt gebruikt bij een feeder voor automatische scheiding, wordt de scheiding automatisch ingesteld. De maxiFeeder kan ook worden gebruikt op een feederpositie met een handmatig ingestelde scheiding. U kunt dit als volgt instellen: Verwijder documentfeederladen 2 en 3.
  • Pagina 32: Documenten Invoeren (Maxifeeder)

    Documenten invoeren (MaxiFeeder) U kunt als volgt documenten invoeren: Als u de maxiFeeder vult, moet u ervoor zorgen dat de documenten/BRE´s parallel zijn gepositioneerd ten opzichte van de invoerplaat om juiste invoer te verzekeren. De invoerplaat schuift automatisch omhoog (als het systeem begint met de verwerking) totdat de documenten/BRE´s zich onder de rubberen papiertrekkers bevinden.
  • Pagina 33: De Zijgeleiders Van De Documentfeeder Voor Grote Volumes Instellen

    De zijgeleiders van de documentfeeder voor grote volumes instellen U kunt als volgt de zijgeleiders B instellen: Draai knop D een halve slag los. Plaats een kleine stapel documenten tussen de zijgeleiders. Draai wiel E. De ruimte tussen de zijgeleiders en de documenten moet zodanig zijn dat deze nog net kunnen worden verschoven.
  • Pagina 34: Documenten Invoeren (Documentfeeder Voor Grote Volumes)

    Documenten invoeren (documentfeeder voor grote volumes) U kunt als volgt de documentfeederlade vullen: Trek hendel A naar beneden. De feederrollers C bewegen omhoog naar vulhoogte. Plaats een stapel documenten tussen de zijgeleiders (max. 725 vellen, 80 g/m2). Voer de documenten in (afhankelijk van het type document en het type vouw) (zie Documentstand op pagina 17).
  • Pagina 35: Versafeeder (Vf-3)

    VersaFeeder (VF-3) De versaFeeder wordt gebruikt om boekjes in te voeren naar de documentstroom van de feeder naar het vulsysteem, onafhankelijk van hoe dik de kaft is. Vanwege de locatie van de versaFeeder(na de feedermodule) worden documenten die in de versaFeeder worden ingevoerd, niet gevouwen.
  • Pagina 36: De Versafeeder Installeren

    De VersaFeeder installeren Wanneer u de versaFeeder rechtstreeks op het vulsysteem aansluit, moet u de module als volgt aansluiten: Schakel het systeem altijd uit voordat u het aansluit op andere apparaten, of voordat u andere apparaten loskoppelt. Haal de verbindingskabel van het vulsysteem uit de feedermodule. Stop de verbindingskabel rechts van de feedermodule.
  • Pagina 37: Bediening (Versafeeder)

    Bediening (VersaFeeder) A - Wiel voor instellen van scheiding B - Zijgeleiders C - Duimwiel voor instellen zijgeleider van magazijn D - Ontgrendeling van de scheidingseenheid E - Ontgrendeling van de invoereenheid F - Aandrukgebied van invoereenheid De zijgeleiders (VersaFeeder) instellen De zijgeleiders kunnen als volgt handmatig worden bijgesteld: Plaats een stapel documenten in de feeder.
  • Pagina 38: Documentscheiding Instellen (Versafeeder)

    Documentscheiding instellen (VersaFeeder) De documentscheiding kan als volgt handmatig worden ingesteld: Controleer voordat u de instellingen aanpast of de ontgrendeling D voor de scheidingsunit gesloten is (omlaag). Draai het wiel voor het instellen van de scheiding A tegen de klok in totdat een document zonder belemmering naar voren en naar achteren kan worden bewogen.
  • Pagina 39: Capaciteit Van Magazijn (Versafeeder)

    Capaciteit van magazijn (VersaFeeder) Om onregelmatige invoer te voorkomen, zijn er drie niveaus voor de maximumhoogte voor de magazijncapaciteit. De symbolen voor deze drie niveaus staan op de rechterzijgeleider van het magazijn. Het aangeduide niveau is een richtlijn. Maximumcapaciteit van het magazijn voor enkele vellen: minimumkwa- liteit van vellen: 80 gr/m2 (maximumhoogte: 50 mm).
  • Pagina 40: Steun Voor Kromgetrokken Retourenveloppen (Optie Voor Versafeeder)

    Steun voor kromgetrokken retourenveloppen (optie voor VersaFeeder) Afhankelijk van de kwaliteit van het papier, de omstandigheden tijdens opslag, enzovoort, kunnen enveloppen kromtrekken. Hierdoor kunnen kleinere retourenveloppen scheef komen te liggen wanneer deze worden verwerkt door de versaFeeder. Er is een speciale steun beschikbaar waarmee kromgetrokken enveloppen goed kunnen worden verwerkt.
  • Pagina 41: Stapelaarsteun

    Stapelaarsteun Afhankelijk van het ingevoerde type en het aantal documenten, is het mogelijk dat de gevulde enveloppen in een waaiervorm in de stapeleenheid worden opgestapeld. Om dit te voorkomen, kan er een optionele stapelaarsteun worden gebruikt voor het correct stapelen van de gevulde enveloppen.
  • Pagina 42: Envelopmagazijn Met Hoge Capaciteit (Ef-4)

    Envelopmagazijn met hoge capaciteit (EF-4) Voor het invoeren van grote hoeveelheden enveloppen kan een envelopmagazijn met hoge capaciteit worden geïnstalleerd. U kunt als volgt het envelopmagazijn met hoge capaciteit starten: Schakel het magazijn in. Voor de juiste invoer moet envelopsteun A parallel worden ingesteld. Ga als volgt te werk: Verplaats het envelopmagazijn met hoge capaciteit naar achteren, van het vulsysteem Houd een envelop tegen de plaat van het magazijn B zoals is weergegeven.
  • Pagina 43 Draai aan duimwiel E om de hoogte van enveloppen aan te passen. De envelop zou precies moeten passen in het gebied dat met pijlen wordt aangegeven. Draai duimwiel F om de zijgeleiders aan te passen, zodat de enveloppen:- Precies tussen de zijgeleiders passen- Vrij kunnen bewegen 10.
  • Pagina 44: Transportband Met Hoge Capaciteit (Cs-2)

    12. Plaats circa 50 enveloppen in het envelopmagazijn van het vulsysteem. 13. Druk op knop [Start]. De enveloppen in het envelopmagazijn worden getransporteerd naar de feeder van het vulsysteem. De enveloppen worden getransporteerd naar de feeder van het vulsysteem totdat de enveloppen een bepaalde hoogte bereiken. Op dat moment detecteert een sensor de enveloppen en het envelopmagazijn met hoge capaciteit stopt met transporteren.
  • Pagina 45: De Transportband Met Hoge Capaciteit Installeren

    De transportband met hoge capaciteit installeren U kunt als volgt de transportband met hoge capaciteit installeren: Plaats de transportband in de juiste positie. Sluit de adapter C aan op het aansluitsnoer. Sluit het netsnoer aan op de adapter. Sluit het netsnoer aan op het stopcontact.
  • Pagina 46: De Transportband Met Hoge Capaciteit Bedienen

    De transportband met hoge capaciteit bedienen De schakelaar van de transportband heeft drie standen: • Stand D: de band beweegt met tussenpozen. • Stand E: de band is uitgeschakeld. • Stand F: de band is constant in beweging. Opvanglade Voor het stapelen van enveloppen die de zijuitgang uitkomen, kan een opvanglade worden aangesloten.
  • Pagina 47: Insert'n Frank / Insert'n Mail

    insert'n Frank / insert'n Mail Als dit systeem is aangesloten op een post-/frankeersysteem, kunt u met insert'n Frank / insert'n Mail het volgende doen: • Automatisch posten/frankeren in- en uitschakelen; • Een post-/frankeerjob selecteren op afstand; • De afdruk-/frankeerwaarde instellen (optie); •...
  • Pagina 49: Postsets Verwerken

    Postsets verwerken Inleiding Met het systeem kunt u postsets op de volgende manieren verwerken: • Automatische job: Het systeem pakt één vel uit elke gevulde feeder en verwerkt deze tot postsets. De automatische functie wordt in dit hoofdstuk beschreven . •...
  • Pagina 50: Standaardpostset Verwerken

    Standaardpostset verwerken Een standaardpostset bestaat uit documenten uit een of meer documentfeeders. Deze set wordt ingevoegd in een envelop. Voordat u begint, moet u eerst Inleiding op postsets verwerken lezen. Druk in het startmenu op de knop [Nieuwe job]. Kies [Automatisch] om een automatische job te starten. Plaats de documenten en enveloppen in de feeders.
  • Pagina 51: Een Postset Met Bre´s Of Bijlagen Verwerken

    Een postset met BRE´s of bijlagen verwerken Een postset met BRE´s bestaat uit documenten uit een of meer documentfeeders plus een bijlage/BRE uit de BRE-feeder. Deze set wordt ingevoegd in een envelop. Voordat u begint, moet u eerst Inleiding op postsets verwerken lezen.
  • Pagina 52: Documentscheiding

    Documentscheiding De term ‘Documentscheiding’ heeft betrekking op de instelling die nodig is om het bovenste document van de stapel te scheiden van het onderliggende document. Hiermee wordt voorkomen dat meerdere documenten tegelijk van de stapel worden getrokken. De documentscheiding voor de automatische feeders wordt automatisch ingesteld; meestal zijn er geen handmatige instellingen nodig.
  • Pagina 53: Instellen Van De Documentstoppers

    Instellen van de documentstoppers De documentstoppers geven de positie aan waar de documenten die van de feeder komen, naar het vouwgebied draaien. De positie van de documentstoppers wordt automatisch bepaald door het systeem tijdens het programmeren van de job. Oorspronkelijk worden de documentstoppers ingesteld op positie B. In deze positie kan een grote reeks documenten worden verwerkt (max.
  • Pagina 54: Dagpost Verwerken

    Dagpost verwerken De functie Dagpost is alleen beschikbaar wanneer lezen niet actief is. Wanneer dagpost is ingesteld, worden de koppelingen naar de dagpostfeeder automatisch gedeselecteerd. Wanneer de functie Dagpost is geselecteerd, is DFC niet beschikbaar. Om documenten of documentsets te verwerken die niet automatisch kunnen worden verwerkt (bijvoorbeeld geniete documenten), is de bovenste feeder voorzien van een schakelaar voor dagpost.
  • Pagina 55: Proefvullen

    Plaats het volgende document of de volgende documentset in de feeder. Het systeem blijft in bedrijf om het ingevoegde document of de ingevoegde documentset te verwerken. Als u klaar bent met Dagpost, drukt u op de [stop]knop om de job te stoppen. Verplaats de hendel Dagpost B naar de positie 'AUTO' om de Dagpost uit te schakelen en de automatische documentscheiding in te schakelen.
  • Pagina 56: De Vulvingers Van De Enveloppen Instellen

    De vulvingers van de enveloppen instellen De vulvingers A moeten zich circa 5 mm in de envelop bevinden om de documentset goed in de envelop te krijgen. De buitenste vingers D moeten ongeveer 5 à 10 mm van de randen van de enveloppen zijn geplaatst.
  • Pagina 57: De Invoegpositie Bevestigen

    De invoegpositie bevestigen De envelop moet correct zijn gepositioneerd om de documentset goed in de envelop te krijgen. Een documentset is correct ingevoerd als de vouwlijn van de flap van de envelop zich onder de blauwe indicator B bevindt. U kunt als volgt de invoegpositie bevestigen: Deze instelling moet alleen worden gecontroleerd in geval van problemen of wanneer het enveloptype wordt gewijzigd.
  • Pagina 58: Jobs Gebruiken

    Jobs gebruiken Wat is een job? Als u veel postsets van hetzelfde type moet verwerken (zoals rekeningen), kunt u deze opstellingen opslaan in een ´job´. De volgende keer kunt u simpelweg de job selecteren en meteen starten, zonder eerst instellingen te hoeven invoeren. De volgende instellingen worden opgeslagen in een job: •...
  • Pagina 59 Druk op [Handmatig] om een nieuwe job te maken. Voor [Automatisch], zie Standaardpostset verwerken op pagina 43. Voer de pincode 2546 in. Druk op de knop [Job-wizard] om een nieuwe job te maken met de wizard Job maken of druk op de knop [Geavanceerd] (alleen voor ervaren gebruikers) om de instellingen van de nieuwe job te definiëren.
  • Pagina 60: Proefvulling Uitvoeren

    Druk op [OK] om het geselecteerde beschikbare jobnummer te bevestigen. Een nieuw jobnummer wordt gestart met standaardinstellingen. Het menu Jobinstellingen wordt geopend. De betekenis van alle knoppen en instellingen wordt uitgelegd in Jobinstellingen op pagina 60. Druk op [Opslaan] om de job op te slaan met de ingevoerde instellingen onder het opgegeven jobnummer en de opgegeven jobnaam.
  • Pagina 61 Selecteer de job die u wilt gebruiken. Klik op de knop [1x]. Druk op de knop als u de positie van de envelop wilt aanpassen voordat u de proefvulling uitvoert (zie De enveloppositie aanpassen op pagina 55). Druk op de knop als u een test wilt uitvoeren om de uitvoerselectie-instellingen te testen (zie Uitvoerselectie-instellingen...
  • Pagina 62: De Enveloppositie Aanpassen

    De enveloppositie aanpassen Voordat u een proefvulling uitvoert, kunt u de enveloppositie aanpassen. U kunt als volgt de enveloppositie aanpassen: Druk op de knop om te beginnen met het aanpassen van de enveloppositie. Gebruik de pijlen onder de liniaal om de enveloppositie aan te passen. Druk op om de nieuwe uitlijning te controleren.
  • Pagina 63: Een Job Gebruiken

    Een job gebruiken U kunt als volgt een bestaande job gebruiken: Selecteer in het startmenu de job die u wilt gebruiken. Als u een proefvulling wilt uitvoeren: Druk op de knop [1x] om een proefvulling uit te voeren. Als u de teller voor deze job wilt wijzigen: Druk op de knop [Tellers] om wijzigingen aan te brengen in het aantal postsets dat door de job wordt geproduceerd.
  • Pagina 64: Een Job Kopiëren

    Voer de pincode 2546 in. Het menu Jobinstellingen wordt geopend. Zie Jobinstellingen op pagina 60 voor de betekenis van alle knoppen en instellingen. Druk op [Opslaan] om de job op te slaan met de ingevoerde instellingen onder het opgegeven jobnummer en de opgegeven jobnaam. Om een job een naam te geven, zie Instellingen voor naam job op pagina 71.
  • Pagina 65 Druk op de knop [Jobmenu]. Het jobmenu wordt geopend. Druk op de knop [Job kopiëren]. Het menu Job kopiëren verschijnt. Druk op de pijltjes als u een ander jobnummer wilt kiezen waarvandaan of waarheen moet worden gekopieerd. U kunt jobinstellingen alleen kopiëren naar nieuwe jobs. Druk op de knop om de details te zien van de job waarvan wordt gekopieerd.
  • Pagina 66: Een Job Verwijderen

    Een job verwijderen U kunt als volgt een bestaande job verwijderen: Druk in het hoofdmenu op de knop [Menu Supervisor]. Voer de pincode 2546 in. Druk op de knop [Jobmenu]. Het jobmenu wordt geopend.
  • Pagina 67: Jobinstellingen

    Druk op de knop [Job verwijderen]. Het menu Job verwijderen verschijnt. Als u op [OK] drukt, wordt de job zonder waarschuwing verwijderd. Selecteer een jobnummer en druk op [OK]. Jobinstellingen In het menu Jobinstellingen zijn de volgende instellingen beschikbaar: • Envelopinstellingen (zie Envelopinstellingen op pagina 61);...
  • Pagina 68: Envelopinstellingen

    Envelopinstellingen In het menu 'Envelopinstellingen' kunt u de envelopeigenschappen opgeven en de verzegeling in- of uitschakelen. Boven in het scherm worden drie selectieknoppen weergegeven, waarvan u er één kunt selecteren. De knop voor de geselecteerde instellingen wordt gemarkeerd. • Druk op de knop om een envelop met een gesloten flap te selecteren.
  • Pagina 69: Doc.instellingen

    Doc.instellingen Via het menu 'Doc.-instellingen' kunt u de documentformaten en het aantal documenten dat van de verschillende feeders wordt gepakt, instellen. • Druk op de knop om het aantal vellen voor de verschillende feeders in te stellen. • Druk op de knop om een feeder te selecteren.
  • Pagina 70 • Druk op de knop om de documenthoogte in te voeren. De hoogte of het ISO-formaat van het document wordt weergegeven naast de betreffende feeder. • Druk op de knop om een feeder te selecteren. De geselecteerde feeder wordt gemarkeerd. •...
  • Pagina 71: Vouwinstellingen

    Wanneer u een feeder selecteert voor lezen, kunt u de onderliggende feeder niet koppelen aan deze leesfeeder. De leesfeeder kan worden gekoppeld aan een bovenliggende feeder wanneer deze niet is geselecteerd voor selectieve invoer. • Druk op de knop om de instelling van de functie Dagpost in te voeren. Met deze functie wordt de verwerking ingeschakeld van documenten of documentsets die niet automatisch kunnen worden verwerkt (zie Dagpost verwerken...
  • Pagina 72 Selecteer het type vouw. De volgende opties zijn beschikbaar voor het bovenste adres: • Geen vouw (geen instellingen vereist) • V-vouw • C-vouw • Dubbele V-vouw • Z-vouw Voor het onderste adres zijn slechts drie vouwtypen mogelijk. Behalve wanneer er geen vouw is vereist, wordt op het aanraakscherm een eenvoudig diagram van het document getoond met de vouwposities.
  • Pagina 73: Leesinstellingen (Optie)

    Leesinstellingen (optie) Voor een volledige beschrijving van de leesfunctionaliteit, zie Lezen - Inleiding op pagina 92. In het menu 'Leesinstellingen' is het mogelijk om de OMR (Optical Mark Recognition) of BCR (Barcode Reading) in of uit te schakelen en de basisinstellingen in te stellen. Het eerste menu 'Leesinstellingen' bevat de volgende instellingen: Codetype: de standaardinstelling is 'Geen'.
  • Pagina 74 Als u BCR hebt geselecteerd, kunt u de definitie van uw streepjescode bijwerken met een configuratievel of een voorbeeld-BCR-vel laden om de BCR-code in te stellen. Het systeem verwerkt het BCR-vel en geeft de leescode weer. Via de informatieknop wordt de interpretatie van de code weergegeven.
  • Pagina 75 • Stoppen bij verkeerd gelezen: geef aan of het systeem wel of niet moet stoppen als een code niet goed gelezen is. Als u Ja selecteert, stopt het systeem na een verkeerde lezing. De onjuiste set wordt omgeleid. Nadat het systeem opnieuw is ingesteld, wordt het laatste gedeelte van de set ook omgeleid en gaat het systeem verder met de verwerking.
  • Pagina 76 Door op de knop [Volgende] te drukken, verschijnt het volgende menu 'Leesinstellingen'. Gebruik de knop [symbool] om te selecteren of een envelop de stapelaar verlaat als een uitvoercode wordt gelezen (teken) of als geen uitvoercode wordt gelezen (geen teken). Voor de zij-uitvoer geldt het omgekeerde.
  • Pagina 77: Dfc-Instellingen (Double Feed Control)

    DFC-instellingen (Double Feed Control) In het menu 'DFC-instellingen' kunt u DFC (Double Feed Control) voor de verschillende feeders in- of uitschakelen. • Druk op de knop om een feeder te selecteren. • Druk op de knop om de DFC in of uit te schakelen. Als deze is ingeschakeld, wordt het pictogram weergegeven.
  • Pagina 78: Jobnaam

    Jobnaam Sla de job met een duidelijke naam op zodat u de job gemakkelijk kunt herkennen. Deze naam wordt weergegeven bij het selecteren van een job. Voer een jobnaam in met het alfanumerieke toetsenblok. • Gebruik de knop om een teken links van de cursorpositie te wissen (backspace). •...
  • Pagina 79 • Selecteer de knop als u batches wilt maken. Afwisselende batches van ingevoerde enveloppen worden gestapeld of worden uitgeworpen via de zijuitgang, afhankelijk van de vooraf ingestelde teller. De batchteller kan worden ingesteld van 1 tot 500 in stappen van één ingevoerde envelop per uitvoer.
  • Pagina 80 • Selecteer de knop als u de uitvoer wilt selecteren op basis van leescode. Het scherm geeft de geselecteerde uitvoer weer als geen uitvoercode wordt gelezen (spatie) of als een uitvoercode wordt gelezen. De selectie wordt ingesteld in de leesinstellingen; zie 3.9.5 ”Leesinstellingen (optie)” op pagina 41. Gebruik de knop om de functie voor het teken voor uitvoer in te stellen op JA of NEE.
  • Pagina 81 • Selecteer de knop als u de uitvoer wilt selecteren op basis van het gewicht van de gevulde envelop. Gebruik de knop om te selecteren welke enveloppen worden uitgeworpen via de stapelaar en welke via de zijuitgang. Het referentiegewicht wordt berekend aan de hand van het gewicht van de envelop en het gewicht van de ingevoerde documentset.
  • Pagina 82 • Selecteer de knop als u de uitvoer wilt selecteren op basis van het gewicht van de gevulde envelop en leescodes. Gebruik de knop om te selecteren welke enveloppen worden uitgeworpen via de stapelaar en welke via de zijuitgang. Het referentiegewicht wordt berekend aan de hand van het gewicht van de envelop en het gewicht van de ingevoerde documentset.
  • Pagina 83: Post-/Frankeerinstellingen (Optie)

    Post-/frankeerinstellingen (optie) Als dit systeem is aangesloten op een post-/frankeersysteem, kunt u met deze optie de frankeermodus selecteren. Gebruik de knop om te kiezen tussen: • Doorgeven: frankeren uit • Frankeren: het post-/frankeersysteem bedrukt/frankeert de enveloppen overeenkomstig de instellingen voor de lokale post-/frankeersystemen. Als u op de knop [Ok] drukt, kunt u een frankeerjob uit de frankeermachine kiezen.
  • Pagina 84: Mppc-Instellingen (Mail Piece Production Control) (Optie)

    MPPC-instellingen (Mail Piece Production Control) (optie) Voor MPPC-instellingen raadpleegt u de appendix van de bedieningshandleiding Productiecontrole van poststukken.
  • Pagina 85: Geavanceerde Instellingen

    Geavanceerde instellingen Wat zijn geavanceerde instellingen? Geavanceerde instellingen zijn alle instellingen uit het menu Display-instellingen en het menu Supervisor. Het menu Display-instellingen bevat de volgende instellingen: • Helderheid scherm instellen (zie Display-instellingen wijzigen op pagina 79); • Volume interface instellen (zie Display-instellingen wijzigen op pagina 79);...
  • Pagina 86: Geavanceerde Instellingen Openen

    • Systeeminfo (zie Systeeminfo en Softwareversies weergeven); • Opties (zie Een optie activeren op pagina 83); • Test (zie Menu Test op pagina 84); • Online services (zie Online services opstarten op pagina 109); • Jobmenu (zie Wat is een job?);...
  • Pagina 87 Gebruik de pijlen naast het volumesymbool om het volume van de interface te verhogen of te verlagen. Druk op de knop om de richting van het displayscherm te wijzigen. Deze functie is handig als de bediener aan het werk is aan de achterzijde van het systeem.
  • Pagina 88: Systeeminfo En Softwareversies Weergeven

    Systeeminfo en Softwareversies weergeven In het menu Supervisor kunt u de Systeeminfo en Softwareversies weergeven. Ga als volgt te werk: In het menu Supervisor drukt u op de knop [Systeeminfo]. Het menu Systeeminfo wordt geopend. Hier wordt de volgende informatie weergegeven: - Flex-certificaat - deze optie wordt gebruikt voor OMR;...
  • Pagina 89: Wat Zijn Gelicentieerde Opties

    Wat zijn gelicentieerde opties? In het menu Opties wordt de volgende informatie weergegeven: • Chip-id • Systeem-id • Geïnst. opties. Deze softwareopties worden ingeschakeld met licentiecodes. Deze licentiecodes activeren samen met het identificatienummer van de machine de betreffende opties. De ingeschakelde en beschikbare softwareopties worden op dit scherm weergegeven. Neem contact op met uw dealer over deze licentiecodes.
  • Pagina 90: Een Optie Activeren

    Een optie activeren U kunt als volgt een gelicentieerde optie toevoegen: Druk in het scherm Opties op de knop [Toevoegen]. Gebruik het toetsenblok om de licentiesleutelcode in te voeren die u van de leverancier hebt ontvangen om de betreffende optie op deze machine te activeren. Navigeer, indien nodig, met de pijltoetsen door de ingevoerde tekens.
  • Pagina 91: Menu Test

    Menu Test Het menu Test kan worden gebruikt om het systeem te controleren, alle fotocellen opnieuw in te stellen en leestesten uit te voeren. Het menu bevat de volgende functies: • Diagnose - gebruik deze functie om te controleren of alle motoren, koppelingen en sensoren correct zijn aangesloten.
  • Pagina 92: Jobinstellingen (Supervisor)

    Verwijder alle documenten en enveloppen en sluit alle kappen voordat u de diagnose start. Druk in het menu Hardwaretest op de knop [Diagnose starten]. Wanneer de test is voltooid, wordt het statusrapport weergegeven. Dit rapport bevat een lijst met alle problemen die tijdens de diagnose zijn gevonden. Als er geen problemen zijn gevonden, drukt u op de knop [OK].
  • Pagina 93: Offset Flapsluiter

    Het menu “Jobinstellingen” (supervisor) kan worden geopend vanuit het menu “Supervisor”. Vanuit dit menu kunnen systeemparameters worden ingesteld. Het menu "Jobinstellingen" toont de volgende functies: • Flapsluiter - gebruik deze optie om het proces voor de verzegeling van enveloppen te verbeteren door de offset flapsluiter voor een of meer gedefinieerde jobs te wijzigen (zie Offset flapsluiter wijzigen op pagina 86);...
  • Pagina 94: Enveloppen Ledigen

    Gebruik de pijlen naast "Offset flapsluiter" om de offset flapsluiter voor de geselecteerde job te wijzigen. De offset kan liggen tussen -20 en 20. Als de offset bijvoorbeeld is ingesteld op +10, zal het verzegelproces 10 pulsen later dan oorspronkelijk worden geactiveerd. Druk op de knop [Opslaan] om de wijzigingen in de geselecteerde job op te slaan.
  • Pagina 95: Systeemuitvoer

    Systeemuitvoer U kunt als volgt de uitvoermodus voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job" om te kiezen voor welke job (Job 1-25 of Automatisch) u wijzigingen wilt aanbrengen. Gebruik de naast Uitvoer om de uitvoermodus voor de geselecteerde job te wijzigen.
  • Pagina 96: Document-Offset Wijzigen

    Gebruik de naast BRE met venster om te selecteren of de retourenvelop wel of geen venster heeft. Deze optie is alleen beschikbaar voor uitvoermodus 2. Druk op de knop [Opslaan] om de wijzigingen in de geselecteerde job op te slaan. Document-offset wijzigen U kunt als volgt de document-offset voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job"...
  • Pagina 97: Bre-Offset Wijzigen

    BRE-offset wijzigen U kunt als volgt de BRE-offset voor een geselecteerde job wijzigen: Gebruik de pijlen naast "Selecteer job" om te kiezen voor welke job (Job 1-25 of Automatisch) u wijzigingen wilt aanbrengen. Gebruik de knop naast BRE met venster om de BRE-offset in of uit te schakelen. Als een document langer is dan de ingestelde adresvouw maar korter dan de hoogte van de envelop, wordt dit document soms onnodig gevouwen.
  • Pagina 98 Druk op de knop [Opslaan] om de wijzigingen in de geselecteerde job op te slaan.
  • Pagina 99: Lezen

    Lezen Inleiding Met de leesoptie kan het systeem speciale codes lezen die op de documenten zijn afgedrukt. De code bevat informatie over het verwerken van de documenten. Het systeem kan de volgende typen code gebruiken: • 1-track OMR: Optical Mark Recognition •...
  • Pagina 100: Algemene Vereisten Voor Afgedrukte Codes

    De vellen met de afgedrukte code worden in een feeder geplaatst. Afhankelijk van de geprogrammeerde code kunnen de andere feeders worden gebruikt als selectieve feeders om bijlagen toe te voegen. In het geval van een Z-vouw moet het adres worden afgedrukt op de laatste pagina van de set.
  • Pagina 101: Omgekeerd Lezen

    Omgekeerd lezen Omgekeerd lezen wil zeggen dat het invoegteken (OMR) op de eerste pagina van de set komt. Het systeem weet wat het einde van een set is als de eerste pagina van de volgende set wordt gedetecteerd. Gebruik bij BCR de Customer ID om een set te voltooien. Als de Customer ID verandert, wordt de set ingevoegd.
  • Pagina 102: Documentstand

    Documentstand Schakel de leesfunctie in en stel de positie van de leestekens in zoals wordt beschreven Beschrijving van BCR-codes Beschrijving van OMR-codes. Documentstand:...
  • Pagina 103: Beschrijving Van Bcr-Codes

    Beschrijving van BCR-codes Positie van de code op het document. Minimale lijndikte van een balkje: 0,25 mm De dikteverhouding van dikke balkjes ten opzichte van dunne balkjes: 2.2 Het witte gebied in de afbeelding geeft de grenzen aan waar de code kan worden afgedrukt. BCR-licentietypen Er zijn twee BCR-licentietypen: •...
  • Pagina 104: Basislicentie Voor Bcr

    Basislicentie voor BCR Voor de basislicentie voor BCR zijn de volgende functies beschikbaar: • Page N of M: zolang N lager is dan M, is de documentset niet voltooid. Zodra N gelijk is aan M, is de set voltooid en wordt deze in een envelop geplaatst. •...
  • Pagina 105: Een Configuratieblad Lezen (Alleen Bcr)

    Een configuratieblad lezen (alleen BCR) Als u de codedefinitie voor BCR wilt instellen, kunt u een BCR-configuratieblad gebruiken. U kunt als volgt een configuratieblad lezen: Druk in het menu Supervisor op de knop [Configuratieblad lezen].Het menu Configuratieblad voor streepjescodes verschijnt. Plaats het configuratieblad voor streepjescodes in de bovenste feeder.
  • Pagina 106: Een Bcr-Test Uitvoeren

    Bevestig in het scherm BCR-instellingen dat alle instellingen correct zijn gelezen. Merk op dat dit scherm uit twee onderdelen bestaat. Gebruik de pijlen onder aan het scherm om tussen de twee onderdelen van dit scherm te navigeren. Druk op de knop [Vorige] om het menu BCR-instellingen te verlaten. Druk op de knop [Opslaan] om de BCR-instellingen op te slaan die van het configuratieblad zijn gelezen.
  • Pagina 107 Druk op de knop [Test] om de BCR-test te starten. Nadat de test is voltooid, verschijnt het scherm Resultaat. In het scherm Resultaat evalueert u de testresultaten. Gebruik de knop om de BCR-info te bekijken, of gebruik de knop om door alle BCR-codes te bladeren die tijdens de test zijn gedetecteerd.
  • Pagina 108: Beschrijving Van Omr-Codes

    Beschrijving van OMR-codes Positie van de code op het document: Minimale lijndikte van een teken: 0,2 mm Het eerste teken van boven is standaard ingesteld op: 100 mm. Deze parameter is ingesteld in de jobinstellingen. De code moet op elke pagina hetzelfde aantal tekens hebben. Het witte gebied in de afbeelding geeft de grenzen aan waar de code kan worden afgedrukt.
  • Pagina 109: Basislicentie Voor Omr

    Basislicentie voor OMR Voor de basislicentie voor OMR zijn de volgende functies beschikbaar: • Startteken: geeft het begin van de code aan. • Invoegen/verzamelen: bepaalt wanneer een documentset voltooid is en in een envelop moet worden geplaatst. • Pariteitscontrole: door het toevoegen van een pariteitsteken kan de leescode worden gecontroleerd.
  • Pagina 110: Geavanceerde Licentie Voor Omr

    Geavanceerde licentie voor OMR Voor de geavanceerde licentie voor OMR zijn de volgende functies beschikbaar: • De basisfuncties (Start, Invoegen, Pariteit, Veiligheid) • Omleidingsteken (omleiden en doorgaan) - de set wordt omgeleid en het systeem gaat door. • Stopteken (omleiden en stoppen) - de set wordt omgeleid en het systeem stopt en geeft een fout weer (VS:113 - Lezen gestopt - stopteken gelezen).
  • Pagina 111: Algemene Opmerkingen Over Omr

    Algemene opmerkingen over OMR Algemene opmerkingen: • Wat OMR betreft, moeten de tekens altijd worden gebruikt in de volgorde die wordt weergegeven in de afbeelding. • Als een functie wordt onderdrukt, gaat de volgende functie één regel omhoog. • De tekendefinitie is een service-instelling.
  • Pagina 112: Een Voorbeeld Van Een Omr-Code

    Een voorbeeld van een OMR-code In de afbeelding wordt de legenda voor het volgende voorbeeld weergegeven. In dit voorbeeld wordt een set met acht vellen, één selectieve invoer en drie volgordecontroletekens weergegeven. • De eerste positie wordt gebruikt voor het startteken dat op elk vel moet worden afgedrukt.
  • Pagina 113 Druk op de knop [Test] om de OMR-test te starten. Nadat de test is voltooid, verschijnt het scherm Resultaat. In het scherm Resultaat evalueert u de testresultaten. Gebruik de knop om de OMR-info te bekijken. Druk op de knop [Vorige] om terug te gaan naar het menu OMR-test. Druk op de knop [Vorige] om terug te gaan naar het menu Test.
  • Pagina 114: 2-Track Omr

    2-track OMR 2-track OMR maakt gebruik van twee OMR-tracks om OMR-gegevens te lezen. Het belangrijkste doel van 2-track OMR is betrouwbaarheid. De tekens op de tweede track zijn omgekeerd. Dit betekent dat wanneer een teken wordt gelezen bij de eerste track, er geen teken (spatie) wordt verwacht bij de tweede track.
  • Pagina 115: Online Services

    Online services Online services Het vouw- en vulsysteem kan worden voorzien van Online services. Met deze optie kunt u het systeem verbinden met een centrale server. Tijdens de verbinding worden gegevens gedownload naar en geüpload van het systeem. Het systeem start de verbinding altijd zelf. Het is niet mogelijk om van buitenaf een verbinding met het systeem te maken.
  • Pagina 116: Online Services Opstarten

    Online services opstarten U kunt als volgt Online services opstarten: Kies [Online services] vanuit het menu Supervisor. In het menu 'Online services' worden de volgende functies weergegeven: - Verbinding: opent het menu 'Verbinding' waar u een verbinding met een centrale server kunt maken en de verbindingsgeschiedenis kunt zien (zie Verbinden met de server...
  • Pagina 117: Een Verbinding Met De Server Maken

    Een verbinding met de server maken Het systeem maakt op vaste tijden een verbinding. U kunt het systeem ook handmatig met de server verbinden. U kunt als volgt een verbinding met de server maken: Druk op [Verbinding] in het menu Online services. Het menu Verbinding wordt weergegeven op het aanraakscherm.
  • Pagina 118: De Historie Weergeven

    De historie weergeven In het menu 'Historie' worden de vorige verbindingen van het systeem met de server weergegeven. U kunt als volgt de historie weergeven: Druk op de pijltjestoetsen om een vorige verbinding te selecteren. Druk op de knop om de details van de geselecteerde vorige verbinding te bekijken. Berichten weergeven Nadat u op Berichten in het menu 'Online services' hebt gedrukt, worden de berichten die van de server zijn ontvangen op het aanraakscherm weergegeven.
  • Pagina 119: Een Nieuwe Job Of Nieuwe Software Installeren

    Een nieuwe job of nieuwe software installeren Nadat u op Berichten in het menu 'Online services' hebt gedrukt, worden de berichten die van de server zijn ontvangen weergegeven op het aanraakscherm. Als nieuwe software of een nieuwe job kan worden geïnstalleerd, wordt de knop Doorgaan weergegeven.
  • Pagina 120 Druk op [Installeren] om de nieuwe job of de nieuwe software te installeren druk op [Annuleren] om deze niet te installeren.Als u op [Installeren] hebt gedrukt, wordt een bevestigingsmenu weergegeven: In het geval van een nieuwe job: Druk op de pijlen om een beschikbaar jobnummer te selecteren (zie Een nieuwe job maken).
  • Pagina 121: Configuratiemenu

    Configuratiemenu Druk op Configuratie in het menu 'Online services' om het menu 'Configuratie' weer te geven. Gebruik dit menu om de OLS-instellingen aan te passen. Het menu bestaat uit twee submenu's en bevat de volgende functies: • Telefoonnummer van server: neem contact op met de leverancier voor het telefoonnummer van de OLS-server.
  • Pagina 122: Telefoonnummer Wijzigen

    Telefoonnummer wijzigen U kunt als volgt het telefoonnummer wijzigen: Druk op de knop naast het telefoonnummer. Voer het juiste nummer in met het numerieke toetsenblok. Druk op [OK] om het nieuwe nummer te bevestigen. Druk op [OK] om de gewijzigde instellingen te bevestigen en het configuratiemenu te verlaten.
  • Pagina 123: Het Land Selecteren

    Het land selecteren U kunt als volgt het land selecteren waaruit u belt: Gebruik pijl omhoog en pijl omlaag om het land te selecteren waaruit u belt. Druk op [OK] om de gewijzigde instellingen te bevestigen en het configuratiemenu te verlaten.
  • Pagina 124: Kiestoondetectie Instellen

    Kiestoondetectie instellen U kunt als volgt de kiestoondetectie in- of uitschakelen: Druk op de knop naast de detectie van de kiestoon om detectie kiestoon in of uit te schakelen. Druk op [OK] om de gewijzigde instellingen te bevestigen en het configuratiemenu te verlaten.
  • Pagina 125: Onderhoud Door Operator

    Onderhoud door operator Onderhoudsschema Koppel de machine los van de netvoeding voordat u onderhoud uitvoert. De gebruiker mag niet proberen andere onderhoudswerkzaamheden uit te voeren dan de werkzaamheden die in deze bedieningshandleiding worden beschreven. Andere onderhoudswerkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
  • Pagina 126: Borstels Reinigen En Vervangen

    Borstels reinigen en vervangen Maak de borstels van de envelopverzegeling schoon als deze vuil of verzadigd zijn of vervang de borstels als volgt: Bevochtig de nieuwe borstels met water. Verwijder de borstels een voor een door deze naar beneden uit de borstelhouder te trekken.
  • Pagina 127: Fotocellen Opnieuw Instellen

    Fotocellen opnieuw instellen U kunt als volgt alle fotocellen kalibreren: Druk in het menu Test op de knop [Fotocellen opnieuw instellen]. Het menu Fotocellen kalibreren verschijnt. Verwijder alle documenten en enveloppen en sluit alle kappen voordat u de kalibratie start. Druk in het menu Fotocellen kalibreren op de knop [Kal.] Wanneer het kalibreren is voltooid, keert het systeem terug naar het menu Fotocellen kalibreren.
  • Pagina 128: Storingen Zoeken

    Storingen zoeken Foutberichten Als zich een fout voordoet, wordt een scherm met de volgende informatie weergegeven: • Een indicatie van het gebied waarin de fout zich heeft voorgedaan. • Een foutbeschrijving. • Een voorgestelde oplossing achter de wijzende hand. Druk op de knop voor meer informatie over de opgetreden fout en over de mogelijke actie waarmee kan worden voorkomen dat de fout opnieuw optreedt.
  • Pagina 129: Opstoppingen Verhelpen

    Opstoppingen verhelpen Opstoppingen kunnen zich voordoen in de volgende gebieden: flexFeed-gebied Verzamelplaatsgebied powerFold-gebied Onderste enveloptrack Bevochtigings- en vulgebied Verzegel- en uitvoergebied Envelopmagazijn...
  • Pagina 130 Voor het verhelpen van opstoppingen, kunnen vijf gedeelten van het systeem worden geopend: A - loc, om het uitvoer-, verzegelings- en vulgebied te bereiken B - zijkap, om de onderste enveloptrack te bereiken C - kap powerFold, om het vouwgebied te bereiken D - kap verticaal transport, om het verticale-transport- en feedergebied E - verzamelplaatsarm om het verzamelplaatsgebied te bereiken...
  • Pagina 131: Envelopmagazijn

    Envelopmagazijn Wanneer een envelop vastloopt in dit gebied, verwijdert u de envelop als volgt: Trek de kleine hendel B naar beneden. De pennen C gaan omlaag. Duw hendel A naar rechts en houd die vast. De pennen C gaan omhoog. Verwijder de vastgelopen envelop.
  • Pagina 132: Onderste Enveloptrack

    Onderste enveloptrack Wanneer er een opstopping in de onderste enveloptrack voorkomt, verwijdert u de envelop als volgt: Zo nodig kunnen de enveloppen en documenten handmatig worden getransporteerd naar de vultafel of de onderste enveloptrack met hendel C. Als u een ingevoegd document handmatig wilt transporteren, haalt u hendel B over.
  • Pagina 133: Flexfeed

    Verwijder de documenten uit de powerFold. Gebruik zo nodig de bijgeleverde pin om de rollers te draaien. Vergeet niet de pin te verwijderen als u klaar bent. Sluit de kap van de powerFold. Druk op de knop [Reset] om de fout te resetten en de job opnieuw te starten. flexFeed Wanneer een opstopping in de flexFeed ontstaat, verwijdert u de documenten als volgt uit de flexFeed:...
  • Pagina 134: Verzamelplaatsgebied

    Verwijder de documenten. Sluit de kap B van het verticale transport. Druk op de knop [Reset] om de fout te resetten en de job opnieuw te starten. Verzamelplaatsgebied Wanneer een opstopping in het verzamelplaatsgebied voorkomt, verwijdert u de documenten als volgt uit het verzamelplaatsgebied: Til verzamelplaatsarm A op.
  • Pagina 135: Problemen Oplossen Voor Operator

    Open de feeder. De documenten kunnen worden verwijderd uit het transportgebied en uit de achterzijde van de scheidingsrollers. Sluit de invoereenheid: - Plaats uw handen op het aandrukgebied F. - Duw de invoereenheid omlaag totdat deze vastzit. Druk op [Reset] op het vulsysteem om de fout te resetten en de job opnieuw te starten. Sluit de ontgrendeling D van de scheidingseenheid.
  • Pagina 136: Tabel Voor Probleemoplossing

    Tabel voor probleemoplossing Symptoom Mogelijke oorzaak Oplossing Referentie De machine start niet Machine niet aange- Sluit de machine op nadat deze is inge- sloten op netvoeding. de netvoeding aan. schakeld Zekering kapot. Vervang zekering on- der aan/uit-schake- laar. Een kap is geopend. Sluit de kappen.
  • Pagina 137 Enveloppen worden Magazijn bijna leeg. Vul magazijn op- Enveloppen plaatsen onregelmatig inge- nieuw. op pagina 19 voerd. Scheiding te krap in- Stel envelopscheiding Enveloppen plaatsen gesteld. op pagina 19 Zijgeleiders te smal Controleer zijgelei- Enveloppen plaatsen ingesteld. ders en pas zo nodig op pagina 19 de instelling aan.
  • Pagina 138 Systeem stopt tijdens Vingers niet juist inge- Controleer positie van De vulvingers van de het invoegen (opstop- steld. vingers en pas deze enveloppen instellen ping bij invoegpunt). zo nodig aan. op pagina 49 Geplaatst document Controleer vouwinstel- Vouwinstellingen te lang voor gebruikte lingen.
  • Pagina 139 Envelop wordt niet al- Ingevoegd document Controleer vouwinstel- Vouwinstellingen tijd uit verzegelgebied te groot. lingen en pas deze zo pagina 64 geworpen. nodig aan. Document niet diep Controleer instellin- De invoegpositie be- genoeg geplaatst. gen van envelopstop- vestigen op pagina positie en vingers.
  • Pagina 140: Specificaties

    Specificaties Technische specificaties Model DS-90, M8800, FPi 6600, FD6604 Type Vouw- en vulsysteem voor middelgrote kantoren. Theoretische maximale snelheid 4300 vullingen per uur, afhankelijk van toe- passing. Energieverbruik 100V AC / 50 Hz / 4,0 ampère 115V AC / 50/60 Hz / 4,0 ampère 230V AC / 50 Hz / 2 ampère...
  • Pagina 141: Capaciteit Envelopmagazijn En Documentfeeder

    Capaciteit envelopmagazijn en documentfeeder Envelopmagazijn 325 enveloppen (80 g/m²) Documentfeeder-lade 325 bladen (80 g/m²) Theoretische maximale snelheid 725 bladen (80 g/m²) Afmetingen configuratie 2 stations 3/4 stations 5/6 stations Hoogte 820 mm 820 mm 920 mm Breedte* 460 mm 460 mm 460 mm Lengte 1500 mm...
  • Pagina 142: Specificaties Voor Enveloppen En Documentsets

    Envelopformaten Standaardretourenveloppen Kwaliteit enveloppen Minimaal 80 gr/m² (20 lb bond) Maximaal 120 g/m² (30 lb bond) Specificaties voor enveloppen en documentsets Minimum- 60 g/m2 160 mm 90 mm 32 mm 10 mm 84 mm afmetin- 6.3” 3.5” 1.25” 0.4” 3.3” Maximum- 248 mm 162 mm...
  • Pagina 143: Specificaties Maxifeeder

    • Bij de specificaties van de papierverwerkende apparatuur is de breedte vaak groter dan die van de gebruikte enveloppen en documenten. De staat van het gebruikte materiaal beperkt de opgegeven omgevingscondities. • Het gebruikte materiaal kan het beste worden bewaard bij een temperatuur van 20°C en een relatieve luchtvochtigheid van 50%.
  • Pagina 144: Specificaties Versafeeder

    Specificaties versaFeeder Model VF-3 Type Apparaat voor boekjesinvoer voor gebruik bij middelgrote kantoren Theoretische maximale snelheid Technische specificaties op pagina 133 Energieverbruik 100V AC / 50 Hz / 2,0 A 115V AC / 50/60 Hz / 2,0 A 230V AC / 50 Hz / 1 A Goedkeuringen EMC-certificaat conform EMC-richtlijn.
  • Pagina 145: Specificaties Envelopmagazijn Met Hoge Capaciteit

    Documentformaat Minimale breedte: 120 mm Maximale breedte: 243 mm Minimale lengte: 90 mm Maximale lengte: 162 mm Capaciteit magazijnlade Boekjes met harde kaft: maximumhoogte 250 mm Boekjes met zachte kaft: maximumhoogte 150 mm Enkelvoudige vellen (80 gr/m²): maximum- hoogte 50 mm Specificaties envelopmagazijn met hoge capaciteit Model EF-4...
  • Pagina 146: Specificaties Transportband Met Hoge Capaciteit

    Specificaties transportband met hoge capaciteit Model CS-2 Type Transportband met hoge capaciteit Energieverbruik 24V-1A max. Goedkeuringen EMC-certificaat conform EMC-richtlijn. FCC-certificaat conform 47CFR, deel 15. CB-certificaat conform IEC 60950-1. UL-keuring voor IT-apparatuur (Information Technology Equipment), conform UL-IEC 60950-1, dossier: E153801. Conform NEN-EN-IEC 60950-1 en daarvan afgeleide normen.
  • Pagina 147: Terminologie

    Terminologie Terminologie Term Beschrijving Adresdrager De adresdrager is het document dat het adres bevat van de persoon waarvoor de postset is bedoeld. Het adres moet zichtbaar blijven terwijl bijlagen worden toegevoegd en de documentset wordt gevouwen. Het vouwtype en de geselecteerde envelop moeten ervoor zorgen dat het adres achter het venster in de envelop zichtbaar is.
  • Pagina 148 DFC-sensoren bevinden zich op feeders (detectie van dubbele vellen). Momenteel voeren DFC's in vulsystemen van Neopost relatieve metingen uit, wat betekent dat zij een cyclus nodig hebben om de 'dikte' van een vel te leren.
  • Pagina 149 Dubbele V-vouw De dubbele V-vouw is een type vouw waarbij het document eerst hal- verwege wordt gevouwen en de resulterende gevouwen set opnieuw halverwege wordt gevouwen. Deze vouw wordt in de onderstaande af- beelding geïllustreerd. De positie van beide vouwen kan worden ingesteld. Synoniem: Dubbele parallelvouw.
  • Pagina 150 Vulsysteem Het systeem van alle modules die samenwerken om de vulfunctie uit te voeren (documentset verzamelen, vouwen en invoegen) en één be- dieningspunt hebben. insert'n Frank / Interface voor de Neopost-frankeermachine. insert'n Mail (post machine) intelliDeck Om opstoppingen te voorkomen leidt intelliDeck dubbele of foutieve documenten om voordat ze worden gevouwen als het systeem nog steeds draait.
  • Pagina 151 Een job is een daadwerkelijk geproduceerde verzameling van postsets op basis van een bepaalde jobdefinitie op een bepaald tijdstip voor een specifiek doel. Deze bestaat uit: • De jobdefinitie die voor de productie wordt gebruikt • Informatie over de batchgrootte Jobteller De teller die het aantal postsets registreert dat wordt geproduceerd als onderdeel van een bepaalde job.
  • Pagina 152 Stopteller Teller waarmee het aantal enveloppen dat moet worden gevuld, wordt ingesteld. Na het vullen van dit aantal enveloppen stopt het systeem (zelfs bij lediging). Supervisor Persoon die verantwoordelijk is voor de technische staat van de machi- ne. Gewoonlijk heeft een supervisor toegang tot programmeerfuncties, die beperkt zijn voor standaardgebruikers.
  • Pagina 153 Z-vouw Een Z-vouw betekent dat het document tweemaal zo wordt gevouwen dat elke gevouwen flap zich aan een andere zijde van het gevouwen document bevindt, wat resulteert in een Z-vorm. Deze vouw wordt in de onderstaande afbeelding geïllustreerd. De positie van beide vouwen kan worden ingesteld. Synoniem: Zigzag- vouw...
  • Pagina 154: Eu-Conformiteitsverklaring

    EU-conformiteitsverklaring EU-conformiteitsverklaring DS-90, M8800, FPi 6600, FD6604 (Volgens bijlage III B van de Laagspanningsrichtlijn) Fabrikant: Neopost Technologies BV Adres: De Tijen 3, 9201 BX Drachten, Nederland, verklaart bij deze dat de: DS-90, M8800, FPi 6600, FD6604 waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan: •...
  • Pagina 155: Eu-Conformiteitsverklaring Mf-1

    In dat geval moet de gebruiker de storing op eigen kosten verhelpen EU-conformiteitsverklaring MF-1 (Volgens bijlage III B van de Laagspanningsrichtlijn) Fabrikant: Neopost Technologies BV Adres: De Tijen 3, 9201 BX Drachten, Nederland, verklaart bij deze dat de: MF-1, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan: •...
  • Pagina 156: Eu-Conformiteitsverklaring Vf-3

    In dat geval moet de gebruiker de storing op eigen kosten verhelpen EU-conformiteitsverklaring VF-3 (Volgens bijlage III B van de Laagspanningsrichtlijn) Fabrikant: Neopost Technologies BV Adres: De Tijen 3, 9201 BX Drachten, Nederland, verklaart bij deze dat de: VF-3, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan: •...
  • Pagina 157: Eu-Conformiteitsverklaring Ef-4

    In dat geval moet de gebruiker de storing op eigen kosten verhelpen EU-conformiteitsverklaring EF-4 (Volgens bijlage III B van de Laagspanningsrichtlijn) Fabrikant: Neopost Technologies BV Adres: De Tijen 3, 9201 BX Drachten, Nederland, verklaart bij deze dat de: EF-4, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan: •...
  • Pagina 158: Eu-Conformiteitsverklaring Cs-2

    In dat geval moet de gebruiker de storing op eigen kosten verhelpen EU-conformiteitsverklaring CS-2 (Volgens bijlage III B van de Laagspanningsrichtlijn) Fabrikant: Neopost Technologies BV Adres: De Tijen 3, 9201 BX Drachten, Nederland, verklaart bij deze dat de: CS-2, waarop deze verklaring betrekking heeft, voldoet aan: •...
  • Pagina 159 Opmerking: deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de grenswaarden voor een digitaal apparaat van Klasse A, conform Deel 15 van de FCC-regels. Deze grenswaarden dienen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storing wanneer de apparatuur in een bedrijfsomgeving wordt gebruikt. Door deze apparatuur wordt radiofrequentie-energie gegenereerd, gebruikt en mogelijk uitgestraald.
  • Pagina 160 Internet: www.neopost.com...

Inhoudsopgave