standaard ingesteld op 50 %. Voor het ontladingslimiet instelling bekijk paragraaf 7.1.3: "Ontladingslimiet". Als de belasting sterk
fluctueert, is het het beste om niet te veel op deze lezing te vertrouwen, omdat het een tijdelijke uitlezing is en alleen als richtlijn
dient te worden gebruikt. Wij raden voor nauwkeurige monitoring van de accu aan dat u de oplaadstatus uitleest.
Als de "resterende tijd" drie streepjes aangeeft, "—", betekent het dat de SmartShunt niet is gesynchroniseerd. Dit gebeurt vooral
wanneer de SmartShunt net is geïnstalleerd of nadat de SmartShunt uit heeft gestaan en weer ingeschakeld wordt. Voor meer
informatie bekijk paragraaf 5.3: "Het synchroniseren van de SmartShunt".
Ingang
Dit is de status van de aux-ingang. Afhankelijk van hoe de aux-poort is ingesteld, ziet u een van de volgende opties:
• Startaccu voltage: Dit toont de spanning van een tweede accu.
• Accutemperatuur: Dit toont de accutemperatuur van de hoofdaccu wanneer de optionele temperatuursensor wordt gebruikt.
• Middelpuntspanning afwijking: Dit toont het verschil tussen de hoofdspanning van het bovenste gedeelte van de accubank
en de spanning van het onderste gedeelte. Voor meer informatie over deze functie bekijk hoofdstuk 9: "Monitoring van de
middelpuntspanning".
5.3. Het synchroniseren van de SmartShunt
Voor een betrouwbare aflezing moet de laadstatus zoals weergeven door de SmartShunt zichzelf regelmatig synchroniseren met
de daadwerkelijke laadstatus van de accu. Dit om te voorkomen dat de waarde "oplaadstatus" in de loop van de tijd afwijkt. Een
synchronisatie zal de oplaadstatus van de accu terugzetten naar 100 %.
5.3.1. Automatische synchronisatie
Synchronisatie is een automatisch proces en zal plaatsvinden wanneer de accu volledig is opgeladen. De SmartShunt zal enkele
parameters bekijken om na te gaan of de accu volledig is opgeladen. Het zal overwegen of de accu volledig is opgeladen
wanneer de spanning een bepaalde waarde heeft bereikt en de stroom gedurende een bepaalde tijd onder een bepaalde waarde
is gedaald.
Deze parameters zijn:
• Geladen voltage - het float voltage van de acculader.
• Staartstroom - een percentage van de accucapaciteit.
• Geladen detectie tijd - de tijd in minuten.
Zodra aan deze 3 parameters is voldaan, stelt de SmartShunt de oplaadstatuswaarde in op 100 % en wordt de oplaadstatus
gesynchroniseerd.
Voorbeeld:
In het geval van een 12 V-accu zal de SmartShunt de oplaadstatus van de accu resetten op 100 % wanneer aan al deze
parameters is voldaan:
• De spanning overschrijdt 13,2 V,
• de laadstroom minder is dan 4,0 % van de totale accucapaciteit (bv. 8 A voor een 200 Ah-accu) en
• Er zijn 3 minuten verstreken terwijl er zowel aan de spanning als aan de stroomomstandigheden wordt voldaan.
Als de SmartShunt geen regelmatige synchronisatie uitvoert, begint de oplaadstatuswaarde na verloop van tijd te verschuiven. Dit
komt door de kleine onnauwkeurigheden van de SmartShunt en door de schatting van de Peukert-exponent. Zodra een accu
volledig is opgeladen en de acculader bij het druppellaadstadium is aangekomen, is de accu volledig opgeladen en wordt de
SmartShunt automatisch gesynchroniseerd en stelt het de oplaadstatuswaarde in op 100 %.
5.3.2. Handmatige synchronisatie
De SmartShunt kan desgewenst handmatig worden gesynchroniseerd. Dit kan worden gedaan door op de synchronisatieknop in
de VictronConnect accu-instellingen te klikken.
Een handmatige synchronisatie kan nodig zijn wanneer de SmartShunt niet meer automatisch synchroniseert. Dit is bijvoorbeeld
nodig bij de eerste installatie of nadat de voeding naar de SmartShunt is onderbroken.
Een handmatige synchronisatie kan ook nodig zijn als de accu niet volledig is opgeladen of als de SmartShunt niet heeft
gedetecteerd dat de accu volledig is opgeladen omdat de spanning bij opgeladen, stroom of tijd verkeerd zijn ingesteld.
Controleer in dit geval de instellingen en zorg ervoor dat de accu regelmatig volledig wordt opgeladen.
Pagina 13
Handleiding - SmartShunt
Bediening