K-x_OPM.book Page 116 Thursday, September 24, 2009 2:25 PM
116
• De belichting wordt zo lang vastgehouden als op de knop =/L wordt
gedrukt of de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden.
De belichting wordt in het geheugen vastgehouden gedurende een periode
van 0,5× tot 2× de lichtmeettijd (p.113), zelfs nadat u uw vinger van
de knop =/L haalt.
• Er klinkt een geluidssignaal wanneer de knop =/L wordt ingedrukt.
Het geluidssignaal kan worden uitgeschakeld. (p.257)
• Belichtingsgeheugen is niet beschikbaar als de sluitertijd is ingesteld op
h.
• Als u één van de volgende handelingen verricht, wordt het
Belichtingsgeheugen weer gewist.
- U drukt nogmaals op de knop =/L
- U drukt op een van de knoppen Q, 3 of M
- U draait aan de functiekiezer
- U verwisselt het objectief
- Een objectief met een diafragmastand s (Auto) wordt in een andere
4
stand gezet
• Als de maximale diafragmawaarde van een zoomobjectief afhankelijk is van
de brandpuntsafstand, is de combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde
zelfs bij een werkend belichtingsgeheugen afhankelijk van de zoompositie.
De belichtingswaarde verandert echter niet en de opname wordt gemaakt
met het ingestelde helderheidsniveau als het belichtingsgeheugen wordt
geactiveerd.
• De belichting kan worden vergrendeld wanneer de scherpstelling is
vergrendeld. Stel deze functie in bij [5. AE-L met AF lock] in het menu
[A Pers.instelling 1]. (p.127)
Automatisch belichting wijzigen tijdens het maken
van opnamen (Belichtingsbracketing)
U kunt drie continuopnamen maken met een verschillende belichting
wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. De eerste opname wordt
belicht zonder correctie, de tweede wordt onderbelicht (negatieve
correctie) en de derde wordt overbelicht (positieve correctie).
Normale belichting
Onderbelichting
Overbelichting