• Werk met het product niet in ruimten of onder ongunstige omgevingsomstandigheden waarin/waarbij
brandbare gassen, dampen of stoffen aanwezig zijn of kunnen zijn. Er bestaat explosiegevaar!
• Om veiligheids- en keuringsredenen is het eigenmachtig ombouwen en/of veranderen van het systeem
niet toegestaan.
• In industriële omgevingen dienen de Arbovoorschriften ter voorkoming van ongevallen met betrekking
tot elektrische installaties en bedrijfsmiddelen in acht te worden genomen.
• In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en werkplaatsen moet door geschoold personeel voldoende
toezicht worden gehouden op het werken met technische apparaten.
• Laat het verpakkingsmateriaal niet achteloos liggen. Dit kan gevaarlijk speelgoed zijn voor kinderen.
• Een andere toepassing dan hierboven beschreven, kan leiden tot beschadiging van het product.
Daarnaast bestaat het risico van bijv. kortsluiting, brand of elektrische schokken.
• Het systeem dient slechts voor de alarmering; het stelt de gebruiker niet vrij van zijn zorgvuldigheidsplicht.
• Let a.u.b. op de aanvullende veiligheidsvoorschriften in de afzonderlijke hoofdstukken van deze gebru-
iksaanwijzing.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften:
• Aan het relais mag alleen 230 V/400 V of alleen lage veiligheidsspanning worden geschakeld. Een
gemengd bedrijf wordt uitdrukkelijk verboden. Er bestaat het levensgevaar door een elektrische schok!
• De relais moeten tegen overbelasting worden beveiligd door een externe beveiligingsinrichting. De be-
nodigde veiligheidsinrichting vindt u in het hoofdstuk "Technische gegevens" op het einde van deze
gebruiksaanwijzing.
• De kabellengte aan de optionele RS485-interface mag in som niet boven de 3 m liggen en niet langs
spanningsvoerende 230 V-leidingen worden gelegd.
• Schakelingangen:
- de maximale spanning van 32 V mag niet worden overschreden
- de 32 V voerende leidingen mogen niet langs 230 V voerende leidingen worden gelegd
• Alle klemmen mogen allen met adereindhulzen worden gebruikt.
7