Inbedrijfstelling
6
6.1 Inspectie vóór inbedrijfstelling
Voer voordat u de omvormer start de volgende controles uit:
Controleer of alle montageplaatsen geschikt zijn voor een goede werking,
•
onderhoud en reparaties.
Alle apparaten zijn stevig geïnstalleerd.
•
Controleer of er voldoende ventilatieruimte is voor de omvormer(s).
•
Er zijn geen voorwerpen boven op de behuizing van de omvormer achtergebleven.
•
Controleer of de omvormer en alle accessoires goed zijn aangesloten.
•
Alle kabels zijn veilig geleid en beschermd tegen mechanische beschadiging.
•
Controleer of de gekozen AC-aardlekschakelaar voldoet aan de specificaties in deze
•
handleiding en de toepasselijke lokale voorschriften.
Controleer of alle ongebruikte aansluitklemmen onder aan de omvormer goed zijn
•
afgedicht.
Alle waarschuwingstekens en -labels zijn volledig en goed leesbaar aangebracht.
•
6.2 Inbedrijfstellingsprocedure
Nadat alle bovenstaande controles zijn uitgevoerd, voert u de onderstaande procedure
uit om de omvormer voor de eerste maal te starten.
Stap 1 Sluit de wisselstroomschakelaar aan tussen de omvormer en het elektriciteitsnet.
Stap 2 Draai de DC schakelaar van de omvormer naar de "ON" positie.
Stap 3 Verbind de DC schakelaar (indien van toepassing) tussen de omvormer en de PV string.
Stap 4 Stel de initiële beveiligingsparameters in via de iSolarCloud App. Voor details, zie
app
installeren", en
landinstelling bij de initialisatie en de netcondities ter plekke, kan het soms nog langer
duren.
Stap 5 Controleer de led-indicator om te bepalen of de omvormer normaal werkt. (Zie
Led-indicator").
- - - - E E i i n n d d e e
54
Aanmeldingsprocedure". Afhankelijk van de gekozen
"7.4.2
"7.2 De
"2.4