4 Mechanische Montage
4.2.1 Omgevingsvereisten
Monteer de omvormer niet in de buurt van brandbare materialen of ontvlambare
•
gassen.
De locatie mag niet bereikbaar zijn voor kinderen.
•
De
omgevingstemperatuur
•
onderstaande eisen voldoen.
Installeer de omvormer niet in een buitenomgeving waar het apparaat door zout kan
•
worden aangetast (zoals binnen een gebied van 500 meter van de kust). De
neerslag van zoutnevel in de directe omgeving is sterk afhankelijk van factoren zoals
zeewatereigenschappen, zeewind, neerslag, relatieve luchtvochtigheid, terrein en
bebossing.
Voorkom directe blootstelling aan zonlicht, regen of sneeuw.
•
De omvormer moet goed geventileerd worden. Zorg voor een goede luchtcirculatie.
•
Installeer de omvormer niet in een woonruimte. De omvormer in werking kan enig
•
geluid produceren, hetgeen het dagelijks leven kan beïnvloeden.
Deze
stroomomzettingsapparatuur
•
woonomgeving en kan radiostoring veroorzaken waardoor de gebruiker extra
maatregelen tegen elektromagnetische interferentie moet nemen.
4.2.2 Vereisten voor draagconstructie
De betonnen muur moet de kracht van viermaal het gewicht van de omvormer kunnen
weerstaan en voldoende omvang hebben voor de afmetingen van de omvormer.
De draagconstructie moet aan de volgende vereisten voldoen:
4.2.3 Vereisten voor de hoek
Monteer de omvormer verticaal, of achterover gekanteld in de maximaal toegestane
hoek. Monteer de omvormer niet horizontaal, noch voorover gekanteld, overmatig
achterover gekanteld, zijwaarts gekanteld of ondersteboven.
14
en
relatieve
luchtvochtigheid
is
niet
bedoeld
User Manual
moeten
aan
voor
gebruik
in
een
de