Inhoudsopgave
Advertenties
Modbus interface
6
Instelling
De volgende instellingen zijn nodig om de Modbus interface te gebruiken.
• SW1
Stelt de Modbus-slave-adressen van de Modbus-interface in.
Een enkele Modbus-interface maakt gebruik van drie Modbus-slave-adressen.
(Een adres voor de huidige interface en twee adressen voor potentiële interfaces.)
Wanneer twee of meer Modbus-interfaces worden gebruikt voor een enkele lijn RS-485-bus, stelt u de
adressen in zoals aangegeven in de onderstaande tabel.
Wijs adresnummers toe in oplopende volgorde, van de kleinste tot de grootste.
Modbus-interface
LET OP
• Voor de Modbus interface met het adres SW1=1 voert u de afsluitingsweerstand instelling uit.
• Indien de SW1 instelling is gewijzigd, drukt u op de SW7 terugstelschakelaar. De nieuwe adresinstelling wordt gelezen.
• Indien de instelling van bit3 en bit4 van SW3 is gewijzigd, moet u op de SW7 terugstelschakelaar drukken.
De nieuw ingestelde waarde wordt gelezen.
• SW2
Test schakelaar
• SW3
Test schakelaar
• SW4
Test schakelaar
• SW5
RS-485 afsluitingsweerstand keuzeschakelaar
Stel alleen "120 ohm" in als het Modbus interface adres SW=1 is en stel in op "open" voor overige
Modbus interfaces.
• SW6
Uh Line afsluitingsweerstand keuzeschakelaar
Zie „Instelling afsluitweerstand" (P.6).
• SW7
Terugstelschakelaar
Indien u een SW1 adresinstelling gebruikt, drukt u op deze terugstelschakelaar na het instellen om de
waarde ervan te lezen.
• SW8
Test schakelaar (Niet gebruikt tijdens bediening. doorgaans allen UIT)
13-NL
Adres
Nr. 1
1
Nr. 2
4
Nr. 3
7
Nr. 4
10
Nr. 5
13
Niet gebruikt tijdens bediening. Stel deze schakelaars in op nul (0) of "alles UIT".
Bit1: Central controller ID instellingsmodusschakelaar
Bit2: Schakelt het LED5 display om voor tests.
Bit3, 4: RS-485 baudsnelheidsinstelling (9600/19200/38400) bps.
Niet gebruikt tijdens bediening.
Installatiehandleiding
Advertenties
Inhoudsopgave
