Programmeren
Parameter
1-70 PM Start Mode
1-73 Flying Start
3-02 Minimum Reference
3-03 Maximum Reference
3-10 Preset Reference
3-41 Ramp 1 Ramp Up Time
3-42 Ramp 1 Ramp Down Time
4-12 Motor Speed Low Limit [Hz]
4-14 Motor Speed High Limit [Hz]
4-19 Max. uitgangsfreq.
6-29 Terminal 54 mode
6-20 Terminal 54 Low Voltage
6-21 Terminal 54 High Voltage
6-22 Terminal 54 Low Current
6-23 Terminal 54 High Current
6-24 Terminal 54 Low Ref./Feedb.
Value
6-25 Terminal 54 High Ref./Feedb.
Value
6-26 Terminal 54 Filter Time Constant
MG18A610
Snelgids
Bereik
[0] Rotor Detection (Rotorde-
tectie)
[1] Parking (Parkeren)
[0] Disabled (Uitgesch.)
[1] Enabled (Ingesch.)
-4999–4999
-4999–4999
-100–100%
0,05-3600,0 s
0,05-3600,0 s
0-400 Hz
0-400 Hz
0–400
[0] Current (Stroom)
[1] Voltage (Spanning)
0-10 V
0-10 V
0-20 mA
0-20 mA
-4999–4999
-4999–4999
0-10 s
Danfoss A/S © 08/2014 Alle rechten voorbehouden.
Standaard
Gebruik
[0] Rotor
–
Detection
(Rotordetectie)
0
Selecteer [1] Enabled (Ingesch.) als de frequen-
tieomvormer in staat moet zijn een draaiende
motor op te vangen, bijv. in ventilatortoepas-
singen. Wanneer PM is geselecteerd, is de
functie Flying Start (Vlieg. start) ingeschakeld.
0
De minimumreferentie is de laagste waarde
die wordt bepaald door de som van alle
referenties
50
De maximumreferentie is de hoogste waarde
die wordt bepaald door de som van alle
referenties.
0
Voer het setpoint in.
Afhankelijk van
Aanlooptijd vanaf 0 tot de nominale waarde
grootte
in 1-23 Motor Frequency wanneer een
asynchrone motor is geselecteerd; aanlooptijd
vanaf 0 tot 1-25 Motor Nominal Speed wanneer
een PM-motor is geselecteerd.
Afhankelijk van
Uitlooptijd van de nominale waarde in
grootte
1-23 Motor Frequency tot 0 wanneer een
asynchrone motor is geselecteerd; uitlooptijd
van 1-25 Motor Nominal Speed tot 0 wanneer
een PM-motor is geselecteerd.
0,0 Hz
Stel de minimumbegrenzing voor een laag
toerental in.
100 Hz
Stel de minimumbegrenzing voor een hoog
toerental in.
100 Hz
Stel de waarde voor de maximale uitgangsfre-
quentie in.
1
Selecteer of klem 54 wordt gebruikt als
stroom- of als spanningsingang.
0,07 V
Voer de spanning in die overeenkomt met de
lage referentiewaarde.
10 V
Voer de spanning in die overeenkomt met de
hoge referentiewaarde.
4 mA
Voer de stroom in die overeenkomt met de
lage referentiewaarde.
20 mA
Voer de stroom in die overeenkomt met de
hoge referentiewaarde.
0
Voer de terugkoppelingswaarde in die
overeenkomt met de ingestelde spanning of
stroom in 6-20 Terminal 54 Low Voltage/
6-22 Terminal 54 Low Current.
50
Voer de terugkoppelingswaarde in die
overeenkomt met de ingestelde spanning of
stroom in 6-21 Terminal 54 High Voltage/
6-23 Terminal 54 High Current.
0,01
Stel de filtertijdconstante in.
4
4
35