6.4
Brandstofniveau controleren
Controleer het brandstofpeil in de extrerne brandstoftank.
Vul indien nodig brandstof bij.
Voorkom dat de externe brandstoftank leeg wordt gedraaid. Bij een leeg gedraaide
brandstoftank moet na het bijvullen van de tank eerst het brandstofsysteem weer ontlucht
worden.
Als een draaiende motor zonder brandstof komt te staan kan dit motorschade tot gevolg
hebben.
In bedrijf stellen
50