Inhoudsopgave
Advertenties
Menu 5.6 – Geforceerde regeling
► Bepaal de geforceerde regeling van de verschil-
lende componenten in de hydraulische unit en in
de afzonderlijke toebehoren, die evt. aangesloten
zijn.
●
EM1-AA5-K1
Activering van het relais voor een bijverwarming.
●
EM1-AA5-K2
Signaal (gesloten) op de omschakelklep (QN11).
●
EM1-AA5-K3
Signaal (open) op de omschakelklep (QN11).
●
EM1-AA5-K4
Activering van de circulatiepomp (GP10).
Technische wijzigingen voorbehouden | 83021500dNL | ait-deutschland GmbH
11 Extra verwarmings- en
koelcircuit
Deze functie wordt gebruikt als de verwarmings- en
warmtepompregelaar HPC meer dan één afgiftesys-
teem moet sturen.
Er kunnen max. acht verschillende klimaatsystemen
(verwarmings- en/of koelsystemen) aangesloten wor-
den, die met verschillende aanvoertemperaturen ge-
bruikt worden (bijv. als een gebouw radiatoren en
vloerverwarming heeft).
AANWIJZING
Bij vloerverwarming moet de hoogste aan-
voertemperatuur tussen 35-45 °C liggen.
► Neem contact op met de leverancier van de
vloer voor informatie over de maximaal toe-
gelaten temperatuur van de vloer.
Als een kamerthermostaat in een ruimte met vloerver-
warming is geplaatst, mag deze enkel een weergave-
functie hebben, maar geen regelfunctie voor de ka-
mertemperatuur.
Basisschema's
„Extra verwarmings- en koelcircuit", pagina 26
11.1 Montage
► Koppel de extra klimaatsystemen zo dat hun be-
drijfstemperatuur lager is dan afgiftesysteem 1.
Circulatiepomp
► Plaats een extra circulatiepomp (GP20) in het ex-
tra afgiftesysteem (zie basisschema).
Omschakelklep
A
B
1.
Monteer de omschakelklep (QN25) op de aanvoer
na de warmtepomp resp. de hydraulische unit
voor de eerste radiator van afgiftesysteem 1.
2.
Sluit de retour van het extra afgiftesysteem aan
op de omschakelklep en de retour van het afgif-
tesysteem 1.
3.
Sluit de aanvoer van de warmtepomp naar het af-
giftesysteem aan op de aansluiting A van de om-
schakelklep (opent bij signaal van verbreekcon-
tact).
AB
11
Advertenties
Inhoudsopgave
