16 Ontkoppelrails of duurstroomverbruikers over 2 adressen:
Aan de klemmen 1 tot 16 kunnen 16 ontkoppelrails, verlichtingen enz. aangesloten worden. De retourleiding (massa) wordt aan de
vier klembussen 0 aangesloten, die intern met elkaar zijn verbonden. Voor de klemmen 1 tot 8 en 9 tot 16 is een vrij te kiezen adres
nodig. Met de Toets 1 van het aanstuurapparaat van het bijbehorende adres wordt de verbruiker aan uitgang 1, met de Toets 2 de
verbruiker aan uitgang 2 enz. geschakeld. De verbruikers aan uitgang 9 wordt wederom met de toets 1 aan het aanstuurapparraat
met het desbetreffende adres enz. geschakeld. Ontkoppelrails, verlichtingen enz. zijn zolang ingeschakeld tot op het stuurapparaat
de bijbehornde toets ingedrukt wordt, of zoals bij de Lok Control 2000, door het nogmaals indrukken van de toets de inschakeling
wordt beeindigd. Een horizontale balk symboliseert een uitgeschakelde uitgang, een schuine balk een geactiveerde uitgang.
Bezetmeldingsweergave van bedieningspanelen:
De informatie van de Selectrix-bezetmelders kunnen op een bedieningspaneel worden weergegeven. Hiertoe zijn aan de bij elkaar
horende uitgangen van de functiedecoder lampjes of LED's aan te sluiten. Is een spoortraject vrij, dan voert de even uitgang
spanning en laat een groen lampje oplichten. De bezetmelding verschijnt aan de oneven uitgang en wordt door een rood lampje
zichtbaar gemaakt.
Als er alleen een bezetmelding en geen vrijmelding nodig is dan kan de functiedecoder ook zoals in het vorige aansluitschema met
2 adressen aangesloten en geprogrammeerd worden. Voor deze vorm van bezetmeldingsweergave is het geoorloofd om de
funtiedecoder op hetzelfde adres als de bijbehorende bezetmelder te programmeren.
8 Lichtseinen of bezetmeldingsweergave:
Lichtseinen met twee lampjes worden aan de uitgangen van de functiedecoderr aangesloten. Uit de oneven aansluitingen komt de
stopinformatie bijbehorend bij de horizontale balk op de Lok Control 2000. Doorrijden komt uit de even uitgangen bijbehorend aan
de schuine balk op de.
Bij lichtseinen met meerdere lampjes kunnen evt. meerdere aansluitingen voor het aansturen van het sein gebruikt worden.
Aasturing en aansluiting is afhankelijk van de te gebruiken PC-stuurprogramma's. Raadpeeg de gebruiksaanwijzing van deze
programma's.
Bij bezetmeldingen verschijnt de bezetmelding aan de oneven ansluitingen en de vrijmeldingen aan de even uitgangen van de
functiedecoder.
Busstekers tijdens programmering van de bezetmelder losnemen. Bij de programmering mag de bezetmelder niet
aan de bus aangesloten zijn.