nl
Plaatsen en aansluiten
Plaatsing
De vereiste inbouwmaten vindt u in het
montagevoorschrift. Het apparaat
met behulp van de verstelbare voetjes
waterpas zetten. Let erop dat het
apparaat stevig staat.
Geïntegreerde
■
en onderbouwapparaten die
naderhand als vrijstaand apparaat
worden opgesteld, moeten beveiligd
worden tegen kantelen, bijv. door
vastschroeven aan de wand of door
inbouw onder een doorlopend
werkblad dat aan de kasten ernaast
is vastgeschroefd.
Het apparaat kan zonder problemen
■
tussen wanden van hout
of kunststof in een rij
keukenmeubelen worden
ingebouwd.
Aansluiten op de waterafvoer
1. De noodzakelijke handelingen vindt
u in het montagevoorschrift.
Eventueel een sifon
met aansluitnippel monteren.
2. Afvoerslang met behulp
van de meegeleverde onderdelen
op de aansluitnippel van de sifon
aansluiten.
Let erop dat de waterafvoerslang niet
geknikt, ingedrukt of ineen
gestrengeld is en dat
een stop in de afvoer het
wegstromen van het water niet
belemmert!
44
Drinkwateraansluiting
1. De drinkwateraansluiting volgens de
montagehandleiding aansluiten met
behulp van de bijgevoegde
onderdelen.
Zorg ervoor dat de
drinkwateraansluiting niet wordt
geknikt of geplet, of in de knoop
raakt.
2. Bij vervanging van het apparaat
moet altijd een nieuwe
watertoevoerslang in gebruik worden
genomen.
Waterdruk:
Minimaal 0,05 MPa (0,5 bar), maximaal
1 MPa (10 bar). Bij hogere waterdruk:
een drukreduceerventiel ervoor
installeren.
Hoeveelheid binnenstromend water:
Minimaal 10 liter per minuut
Temperatuur van het water:
De opdruk op de watertoevoerslang in
acht nemen!
Bij modellen met de opdruk 25° mag de
watertemperatuur max. 25 °C bedragen
(koud water).
Voor alle andere modellen:
Bij voorkeur koud water, bij warm water
max. temperatuur 60 °C.