De standaard jobinstellingen van het Instellingenmenu geven de instellingen weer waarmee
de afhandeling van jobs kan worden verbeterd:
• Flapsluiterverschuiving: als u de verzegeling van specifieke enveloppen wilt
verbeteren, kunt u het moment van verzegelen vertragen of versnellen. U voert het
aantal pulsen in. Een minuswaarde betekent dat de verzegeling wordt versneld en
een pluswaarde betekent dat de verzegeling wordt vertraagd. U kunt een getal tussen
-20 en 20 invoeren.
• Systeemuitvoer: modus 1 modus 2
Modus 1 richt zich op de veelzijdigheid van papierparameters (papierdikte,
documentlengte), dat wil zeggen, op een correcte verwerking zelfs onder extreme
papieromstandigheden. Modus 2 is de standaardmodus en richt zich op hoge
snelheden. Gebruik modus 1 bij een papierdikte van 65 gr/m2 of minder, een
documentlengte van 305 mm of meer en in situaties waarin modus 2 niet goed
functioneert. In alle andere gevallen gebruikt u modus 2.
• Documentverschuiving (A op de afbeelding): de mate waarin documenten elkaar
niet overlappen in het verticale transport. In het verticale transport van documenten
die door verschillende feeders zijn ingevoerd, overlappen de documenten elkaar
gedeeltelijk. Dit zorgt ervoor dat de documenten goed worden uitgelijnd in het
verzamelgebied. De standaardwaarde is 35 mm (1,4 inch). De offset van het document
mag vari ren tussen 20 mm (0,8 inch) en 75 mm (3,0 inch).
6
79