VERVANGING DICHTINGSRING CILINDER
5.0
Vervanging dichtingsring cilinder
Als de afdichtingen van de cilinder vervangen moeten worden n.a.v. een lekkage of als preventief onderhoud, volg dan de
procedure zoals hieronder beschreven.
5.1
Demontage
5.1.1
Verzeker u ervan dat de aanvoer van perslucht (aandrijfmedium) afgesloten is. Voor enkelwerkende aandrijvingen,moet de
aandrijving in de positie staan waarin de veer volledig ontspannen is.
5.1.2
Maak de persluchtleiding los van de eindkap (item 4)
5.1.3
Draai de trekstangen los (item 24)
5.1.4
Haal de eindkap (item 4) van de cilinder en verwijder de O-ring (item 14*) van de eindkap.
5.1.5
Verwijder de cilinder buis (item 7) en de O-ring (item 14*) die zich tussen de cilinder buis en de veerbehuizing (item 30) bevindt op
enkelwerkende aandrijvingen of bij dubbelwerkende aandrijvingen tussen de cilinder buis en de behuizing (item 21).
5.1.6
Bij enkelwerkende aandrijvingen dient men zich ervan te verzekeren dat de aandrijving zo staat dat de veer volledig ontspannen is,
zoals beschreven in stap 5.1.1
NB: Zelfs als de veer volledig ontspannen is, staat er altijd nog wat voorspanning op die door de zuiger wordt vostgehouden.
5.1.7A
Alleen voor dubbelwerkende aandrijvingen: Draai de bout die de zuiger vasthoudt (item 10) los en haal de bout en de ring (item 8) weg.
5.1.7B
Alleen voor enkelwerkende aandrijvingen: Draai de bout die zuiger vasthoudt (item 10) los. Zorg ervoor dat de zuiger volledig los is en
over de as glijdt wanneer de bout wordt losgeschroefd zodat er geen spanning meer op de veer staat voordat de bout is losgedraaid.
Zorg er ook voor dat de draadbus(item 18 C) goed vast blijft zitten in de as (item 18B). Draai de bout (item 10) los en haal de bout (item
10) en de ring (item 8) weg.
5.1.8
Verwijder de zuiger (item 5)
5.1.9
Verwijder de O-ringen aan de buitenzijde (item 6) en binnenzijde (item 9) van de zuiger.
5.2
Samenbouwen
5.2.1
Maak voorzichtig de groeven voor O-ringen en andere afdichtingvlakken
schoon.
5.2.2
Vet alle nieuwe O-ringen in met nieuw vet en plaats ze op de juiste plaats.
5.2.3
Het samenbouwen gaat 1-op-1 in de omgekeerde volgorde van het
demonteren.
5.2.4
Sluit de perslucht (aandrijfmedium) leiding(en) weer aan.
5.2.5
Stuur de aandrijving een paar keer open en dicht. De aandrijving zou soepel
en schokvrij moeten lopen. Als dat niet het geval is ga naar punt 6 Fout zoeken.
* Bij dubbelwerkende aandrijvingen wordt item 14 op 2 plaatsen gebruikt: aan
uiteindes van de cilinder buis afdichtend tegen de eindkap en tegen de behuizing. Bij
enkelwerkende aandrijvingen wordt item 14 op 3 plaatsen gebruikt:tussen de eindkap en de
cilinder buis, tussen de cilinder buis en de veerbehuizing en tussen de veerbehizing en de
behuizing.
CP SERIE
allebei de
7
AANBEVOLEN AANZETMOMENT
BOUTMAAT
NM
M8
20
M10
40
M12
55
M14
110
M16
220
430
M20
UITZONDERINGEN OP AANBEVOLEN AANZETMOMENT
Aandrijving trekstangen (en cilinder eindkap CP065)
130
M16 (CP055)
180
M16 (CP065)
Aandrijvingbehuizing naar afsluiter - of adaptieflens
45
M10 (CP045)
85
M12 (CP055)
300
M20 (CP065)
PUB013-003-05
Datum van uitgave 03/08
FT. LBS
15
30
40
81
162
317
96
133
33
63
221