16
| Installatie
Pas op
• Als de unit op een koude plaats wordt geïnstalleerd, dienen alle verbindingen te worden geïsoleerd en
afgeplakt.
• Kanaalaansluitingen/kanaaleinden dienen tijdens opslag en installatie te worden afgedekt
• Sluit geen droogtrommel aan op het ventilatiesysteem
4.7.1.3 Geluiddempers
Om te voorkomen dat het geluid van de unit via het kanaal wordt overgedragen, moeten geluiddempers worden geïn-
stalleerd op zowel de toevoerlucht als de afvoerlucht.
Om te voorkomen dat geluid via het kanalensysteem van kamer naar kamer gaat en om geluid van het kanalensysteem
zelf terug te brengen, wordt de installatie van geluiddempers voor iedere opening aangeraden.
4.7.2
Elektrische aansluitingen
Alle elektrische aansluitingen worden gemaakt in de elektrische schakelkast die op de lange zijde van de unit zit. Door
de handschroef (Figuur 9, pos. 1) los te draaien, kan de elektrische schakelkast worden gekanteld voor eenvoudige
toegang. U kunt het luik verwijderen door vier schroeven los te draaien (Figuur 9).
De unit mag niet eerder in gebruik worden genomen dan dat alle elektrische voorzorgsmaatregelen zijn gelezen en be-
grepen. Zie het bijgesloten bedradingschema voor interne en externe bedrading.
Alle externe aansluitingen naar mogelijke accessoires worden op klemmen in de elektrische schakelkast gemaakt (tabel
3).
Fig. 9
Gevaar
• Controleer of de netvoeding naar de unit is ontkoppeld, voordat onderhouds- of elektrische
werkzaamheden worden verricht!
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een bevoegde installateur en volgens de lokale wet- en
regelgeving worden verricht.
Waarschuwing
De elektrische aansluiting van de unit op de netvoeding moet vooraf worden gegaan door een juiste
werkschakelaar met een minimale opening van 3 mm.
12591713 | A006