5
F
-
Geleideschijf (F/5) licht invetten met universeelvet en
starterpal (F/13) en remveer (F/14) inbouwen zoals in de
afbeelding getoond.
H
Onderhoudsaanwijzingen
Gebruikers van motorzeisen mogen alleen de onderhouds- en reinigingswerkzaamheden uitvoeren die beschreven zijn in deze
gebruiksaanwijzing. Alle overige werkzaamheden mogen alleen worden uitgevoerd door een DOLMAR service werkplaats.
Iedere keer na 50 tankvullingen een grondige onderhouds- en een volledige nakijkbeurt van de motorzeis door een DOLMAR service
werkplaats laten
uitvoeren.
Dagelijks onderhoud
De volgende onderhoudswerkzaamheden moeten dagelijks na het gebruik uitgevoerd worden:
-
De motorzeis aan de buitenzijde reinigen en op be schadigingen controleren.
- Luchtfilter reinigen (zie onderstaand). Bij werken onder extreem stoffige omstandigheden vaker.
-
Snijgereedschap controleren op beschadigingen en loszitten.
-
Controleren of er tussen het stationair toerental (vrijloop) en met gekoppelde motor voldoende verschil is, zodat het snijgereedschap
stil staat als de motor stationair draait (eventueel het stationair toerental reduceren, zie blz. 17). Als het snijgereedschap bij
stationair toerental (vrijloop) blijft meedraaien, moet de motorzeis in een service werkplaats nagekeken worden.
-
Functie van de veiligheidssperknop, de start-/stopschakelaar, en van de gashefboom controleren (zie blz. 16).
Luchtfilter reinigen
-
Filterdeksel (I/15) verwijderen. Chokehefboom (I/16) dicht-
zetten om te voorkomen dat er vuil of stof in de vergasser
komt.
- Luchtfilter (I/17) verwijderen en met een kwast of zachte
borstel reinigen.
Opgelet: Om verwondingen aan de ogen te vermijden,
vuildeeltjes er niet uitblazen.
- Sterk vervuilde luchtfilters in lauwwarm water met een
gewoon afwasmiddel uitwassen.
-
Bij sterke vervuiling vaker reinigen (dagelijks meerdere
malen), want alleen een schoon luchtfilter garandeert de
maximale motorprestaties.
-
Vóór het aanbrengen van de luchtfilter: chokeklep op
eventueel erin gevallen vuildeeltjes controleren. Deze met
een kwast verwijderen.
- Luchtfilter goed drogen en weer inbouwen.
20
13
14
5
6
G
-
Geleideschijf (G/5) met starterpal en remveer zodanig in de
trommel inbouwen dat de palveer (G/6) tegen de starterpal
(G/13) aanligt.
-
Geleideschijf (G/5) zodanig verdraaien dat de geleidestift
in de sleuf van de geleideschijf grijpt.
-
Schroef (G/4) weer indraaien.
-
Kabel uit de trommel trekken, in de sleuf van de trommel
leggen en samen met de trommel tegen de klok in 1 slag
draaien, trommel loslaten en kabel door de veerspanning
op laten wikkelen.
-
Handeling herhalen totdat de startergreep rechtop staat in
het ventilatorhuis.
-
Ventilatorhuis weer monteren.
16
I
Opgelet: Beschadigte luchtfilters onmiddelijk vervangen!
Afgescheurde stukken weefsel en grof vuil kunnen de motor
onherstelbaar beschadigen.
4
13
17
15