Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Prestaties Van De Groomer Testen - Toro Greensmaster 3050-D Installatie-Instructies

Inhoudsopgave

Advertenties

B. Draai de armen omhoog of omlaag naar de stand
A of B
(Figuur
Figuur 24
C. Draai de bouten vast om de afstelling te borgen.
5. Meet aan één kant van de groomeras de afstand tussen
het laagste uiteinde van een groomermes en het
werkoppervlak.
6. Draai aan de instelknop voor de hoogte om het mes
hoger of lager op de gewenste groomerhoogte te zetten
(Figuur
25).
Opmerking: Elke inkeping op de instelknop staat
ongeveer gelijk aan 0,08 mm groomerdiepte.
Figuur 25
7. Herhaal deze procedure aan de andere kant van de
groomer.
8. Controleer vervolgens nogmaals de instelling aan de
eerste kant en stel af indien nodig.
9. Als u de groomerfunctie niet gebruikt, dient u de
messenkooi van de groomer vanuit stand A naar stand
B of vanuit stand B naar stand C te brengen.
Opmerking: Bij een hogere groomerhoogte moet
de messenkooi van de groomer mogelijk in de
transportstand C worden geplaatst, waardoor de functie
24).
voor omhoog/omlaag brengen niet meer toegepast
kan worden.
Prestaties van de groomer
testen
Belangrijk: Onjuist of te agressief gebruik van de
messenkooi van de groomer (d.w.z. te diep of te vaak
groomen), kan de grasmat onnodig belasten en greens
ernstig beschadigen. Gebruik de groomer voorzichtig.
Het is belangrijk de werking van de groomer te controleren
vóór u deze regelmatig op de greens gaat gebruiken. We
raden u ten zeerste aan om een formele testprocedure toe
te passen. De volgende procedure is een manier om vast te
stellen wat de juiste hoogte/diepte-instelling is.
1. Stel de maaikooi in op de maaihoogte die normaal
zonder de messenkooi van de groomer zou worden
gebruikt.
Opmerking: Gebruik een Wiehle rol en een schraper
voor de voorrol.
2. Stel de messenkooi van de groomer een halve
maaihoogte-instelling hoger in dan het rolniveau.
Opmerking: Bijvoorbeeld: om een maaihoogte van
3,2 mm in te stellen, stelt u de groomer 1,6 mm boven
de rol in.
3. Rijd over de testgreen heen en breng vervolgens de
groomer omlaag tot deze gelijk is aan het rolniveau en
rijd nogmaals over de testgreen heen.
4. Vergelijk het resultaat.
Opmerking: Met de eerste instelling (de helft van
de maaihoogte-instelling boven het rolniveau) zou er
aanzienlijk minder gras en vilt verwijderd moeten zijn
dan met de tweede instelling.
5. Controleer 2 of 3 dagen nadat u de groomer voor de
eerste keer hebt gebruikt hoe de algemene conditie
van de testgreen is en of hij is beschadigd. Als het
gegroomde gebied geel/bruin wordt terwijl het niet
gegroomde gebied groen is, hebt u de groomer te
agressief gebruikt.
Opmerking: De kleur van het gras verandert als
u de messenkooi van de groomer gebruikt. Dit is
te zien na de eerste keer groomen en dit effect blijft
aanhouden. Een ervaren greenkeeper kan aan de
kleur van de grasmat (en door nauwkeurige inspectie)
beoordelen of het huidige groomingregime geschikt is
voor de betreffende green. Omdat de messenkooi van
de groomer meer gras overeind zet en vilt verwijdert, is
de maaikwaliteit niet hetzelfde als zonder de groomer.
Dit effect is de eerste keren dat er een groomer wordt
gebruikt op een green het beste zichtbaar.
Opmerking: Als u hetzelfde gebied meerdere malen
behandelt (bijvoorbeeld tweemaal of driemaal maait),
zal de groomer bij elke werkgang dieper doordringen.
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave