Gebruiksaanwijzingen
De volgende aanbevelingen voor een veilige werkwijze worden als voorbeeld gegeven, bovenop alle
informatie die eigen is aan deze machine en die nodig is voor een veilig gebruik ervan.
–
In functie van het soort werk dat moet worden uitgevoerd moet de veiligheidsapparatuur voor
het werken met de topkap, met de topas, het frezen tussen 2 vast ingestelde aanslagen en het
pennen slaan gebruikt
–
worden.
–
De gebruiker moet echter eveneens de gebruiksvoorschriften volgen zodat ongevallen vermeden
worden.
1.
Vorming van de bedieners van de machine.
Het is absoluut noodzakelijk dat de bedieners van de machine een behoorlijke opleiding krijgen i.v.m.
het
bedienen, het afregelen en de werking van de machine.
In het bijzonder:
a)
de risico's die verbonden zijn aan het gebruik van de machine;
b)
de werkingsprincipes, het juiste gebruik en de instelling van de machine;
c)
de juiste keuze van het gereedschap voor elke bewerking;
d)
het veilig verhandelen van de te bewerken onderdelen:
e)
de positie van de handen t.o.v. de frees en het veilig stockeren van de stukken voor en na het
bewerken.
1
Stabiliteit.
Om de machine op een veilig manier te kunnen gebruiken is het absoluut noodzakelijk dat deze
stabiel, stevig op de grond of een andere ondergrond staat.
2
Afstelling en installatie van de machine.
a)
Voor elke afstelling moet de machine van het net worden afgeschakeld.
b)
Bij het installeren van het afregelen van de gereedschappen moeten de raadgevingen van de
onderdelenfabrikant gevolgd worden.
c)
Om een veilig en doeltreffend gebruik te verzekeren moet het gereedschap worden aangepast
aan hetmateriaal dat moet worden bewerkt. Het gereedschap moet correct worden geslepen en
geïnstalleerd, met zorgvuldig uitgebalanceerde gereedschapshouders.
3
Het hanteren van het gereedschap.
Bij het hanteren van het gereedschap moeten voorzorgsmaatregelen worden genomen om
ongevallen zoalsernstige snijwonden te vermijden.
4
Aanbrengen van gereedschap op de machine.
Door middel van de bijgeleverde inlegringen voor de freestafel en de topasringen zelf, kunnen de
werktuigen zeer precies ingesteld worden t.o.v. de tafel en volgens de uit te voeren bewerking. Er
bestaan in de handel
eveneens zéér handige meet- en instelapparaten die dit werk nog eenvoudiger maken.
5
Afstelling van de geleiders.
a)
Voor het werken met de topkap moet men de geleiders gebruiken.
b)
Om zo weinig mogelijk opening te hebben tussen het gereedschap en de geleiders moet men zo
vaak
mogelijk een opvulplaat gebruiken.
c)
Zo vaak mogelijk een aanvoerapparaat gebruiken.
d)
Bij manueel voortduwen van het stuk moet, samen met de beveiliging, een houtduwer worden
gebruikt.
e)
Lange stukken moeten worden ondersteund met schragen of stutten.
6
Draairichting en keuze van de snelheden.
Het is zeer belangrijk dat het gebruikte gereedschap in de juiste richting draait. De bediener van
de machine moet ervoor zorgen dat het stuk bij het gereedschap wordt gebracht met de juiste
4
Versie 1 HX310