verschuift men de brug volgens de lengte – as van de schaafas en dit volgens de breedte van het te
bewerken stuk. Voor bepaalde werkzaamheden of voor het openen van de schaaftafels kan het nodig
zijn om de bescherming weg te klappen onder de tafel. Hiervoor moet u de hendel (5) losdraaien en
de volledige bescherming (1) naar achter wegklappen. Steeds terugplaatsen bij het vlakschaven!
Fig.27
Fig.29
Vandikteschaaf
7.
Haal de boor uit de boorkop en controleer of de schaafmessen in de juiste stand staan en goed
opgespannen zijn.
8.
Ontgrendel de tafels door de hendel (Fig.25.3) een halve toer te verdraaien en achteruit te trekken,
waarna de tafels weggedraaid worden. Deze handeling laat u toe de tafel te openen.
9.
Draai de beschermingskap om zodat de schaafas en de doorvoerwalsen afgedekt zijn.
Instellen van de schaafdikte (fig. 30)
1
Stel de schaafdikte in d.m.v. het handwiel (1) en blokkeer de tafel met de hendel (2) die zich
achter het handwiel bevindt.
Opmerking: dit hendeltje kan na veelvuldig gebruik in een zodanige stand staan dat klemmen
onmogelijk is. Draai dan de dopmoer los, trek het hendeltje achteruit, draai het 1/6 toer naar links
en span de dopmoer opnieuw aan.
2
De hoogte van de tafel moet zodanig ingesteld worden, dat er maximaal 1 mm speling is tussen
de bovenkant van het werkstuk en de verbindingsstang tussen de 2 kogellagerhuizen.
3
De vandikteschaaf is voorzien van een terugslagbeveiliging.
4
De doorvoerwalsen kunnen ingeschakeld worden door de hefboom (4) naar links te duwen. Het
aandrijfwiel wordt dan door een veer tegen de schaafas gedrukt.
5
Bij overbelasting moeten de doorvoerwalsen en de schaafmotor zo vlug mogelijk uitgeschakeld
worden. Verminder de spaandikte vooraleer de motor opnieuw te starten.
6
De uitlezing van de dikte gebeurt door middel van de maatlat (3).
Versie 1 HX310
1
1
Fig.28
27