Kan niet communiceren met het apparaat/Kan niet afdrukken vanaf h...
Controle 11: Zorg dat het kanaal dat is ingesteld voor het toegangspunt geldig is
voor communicatie met de computer, en bevestigd met Controle 10.
Wijzig, wanneer dit niet het geval is, het kanaal voor het toegangspunt.
Controle 12: Zorg dat de firewall van de beveiligingssoftware is uitgeschakeld.
Als de firewallfunctie van uw beveiligingssoftware is ingeschakeld, wordt wellicht een bericht
weergegeven dat Canon-software probeert toegang te krijgen tot het netwerk. Als de
waarschuwing wordt weergegeven, stelt u de beveiligingssoftware zo in dat toegang altijd
wordt toegestaan.
Als u programma's gebruikt die de netwerkomgeving wijzigen controleert u de instellingen.
Sommige programma's zullen standaard een firewall inschakelen.
Controle 13: Wanneer u een router gebruikt, sluit u de printer en de computer
aan op de LAN-kant (zelfde netwerksegment).
Voor plaatsing:
Zorg dat er geen barrières of obstakels tussen het toegangspunt en het apparaat zitten
wanneer u een draadloos LAN gebruikt
Het apparaat wordt niet gedetecteerd in het netwerk
Controle 1: zorg dat het apparaat is ingeschakeld.
Controle 2: Zorg dat de USB-kabel correct is aangesloten.
Raadpleeg de handleiding van het apparaat om de USB-kabel op de juiste manier aan te
sluiten.
Controle 3: Zorg dat de installatie van het apparaat is voltooid.
Als dit niet het geval is raadpleegt u de handleiding van het apparaat om de installatie te
voltooien.
Controle 4: Zorg dat de LAN-kabel correct is aangesloten als u gebruikt maakt
van bekabeld LAN.
Controle 5: Klik op Bijwerken (Update) om opnieuw naar de printer te zoeken
als u de Canon IJ Network Tool gebruikt.
Dialoogvenster Canon IJ Network Tool
Controle 6: Als u zoekt naar een printer via een netwerk, moet u controleren of
het apparaat is gekoppeld aan het poortstuurprogramma.
Als Geen stuurprogramma (No Driver) wordt weergegeven onder Naam (Name) in Canon IJ
Network Tool, is er geen koppeling. Selecteer Poort associëren (Associate Port) in het menu
Instellingen (Settings) en koppel de poort aan de printer.
Menu's van de Canon IJ Network Tool
Controle 7: Wanneer u draadloos LAN gebruikt, zorgt u dat de
netwerkinstellingen van de printer overeenkomen met die van het
toegangspunt.
Raadpleeg de handleiding die bij uw toegangspunt is geleverd of neem contact op met de
fabrikant om de instellingen van het toegangspunt te controleren en vervolgens de
instellingen van het apparaat aan te passen.
Een WEP-/WPA-/WPA2-sleutel instellen
Controle 8: Zorg dat er geen belemmeringen zijn wanneer u draadloos LAN
gebruikt.
Draadloze communicatie tussen verschillende kamers of verschillende verdiepingen is over
het algemeen gebrekkig. Pas de locaties van de apparaten aan.
Controle 9: Wanneer u een draadloos LAN gebruikt, zorgt u dat het apparaat
Pagina 1008 van 1038 pagina's