6
Verbindingstechniek
7
Sluitstop
8
Regelaar
Netspanning, opgenomen elektrisch vermogen, om-
gevingstemperatuur, beschermingswijze, inlaatdruk
en inbouwpositie: zie typeplaatje.
www.kromschroeder.com
Osnabrück, Germany
VAS ...
.XXXX
WAARSCHUWING
De magneetaandrijving wordt tijdens bedrijf heet –
afhankelijk van omgevingstemperatuur (max.
60°C/140°F) en eigen opwarming (ca. 40°C/104°F).
≤ +100 °C
≤ +212 °F
Inbouwen
OPGELET
Om ervoor te zorgen dat het apparaat bij het mon-
teren en in werking niet beschadigd raakt, moet er
op het volgende gelet worden:
–
Attentie! Het gas moet onder alle omstandig-
heden droog zijn en mag niet condenseren.
–
Afdichtingsmateriaal en vuil, bv. spanen, mogen
niet in het klephuis terechtkomen.
–
Voor elke installatie moet een filter worden in-
gebouwd.
–
Het is niet toegestaan, de gasmagneetklep VAS
achter de volumestroomregelaar VAH/VRH en
voor de fijninstelventiel VMV in te bouwen. Daar-
mee zou de functie van de VAS als tweede
veiligheidsklep niet meer aanwezig zijn.
–
Het apparaat niet in de buitenlucht opslaan of
inbouwen.
–
Als er achtereenvolgens meer dan drie valVario-
armaturen worden ingebouwd, moeten de ar-
maturen ondersteund worden.
–
Het apparaat niet in een bankschroef klemmen.
Alleen op de achtkant van de flens met een pas-
sende sleutel vasthouden. Gevaar voor lekkage
aan de buitenkant.
–
Magneetkleppen met eindschakelaar en opti-
sche positie indicatie VAx..SR/SL: aandrijving
niet draaibaar.
–
Bij de dubbele magneetklep kan de positie van
het aansluitkastje alleen veranderd worden, door
de aandrijving te demonteren en 90° of 180°
gedraaid weer aan te brengen.
–
Reinigingswerkzaamheden, v.w.b. de mag-
neetspoel, mogen niet onder hoge druk en/of
met chemische reinigingsmiddelen worden uit-
gevoerd. Dit kan leiden tot binnendringen van
vocht in de magneetspoel en gevaarlijke uitval
veroorzaken.
–
In- en uitlaatdruk in acht nemen, zie pagina 16
(Technische gegevens).
▷ Bij gebruik van een gasterugslagbeveiliging GRS
raden wij wegens het blijvende drukverlies op de
GRS aan om de gasterugslagbeveiliging voor
de regelaar en na de gasmagneetkleppen in
te bouwen.
▷ Bij het monteren van twee kleppen voor het
inbouwen in de buisleiding de positie van de
aansluitkastjes vastleggen, strips op de aan-
sluitkastjes doorsteken en de kabeldoorvoerset
inbouwen, zie pagina 14 (Kabeldoorvoerset
voor dubbele magneetkleppen).
▷ Bij de aanbouw achteraf van een tweede gas-
magneetklep in plaats van de O-ringen de
dubbele blokafdichting gebruiken. De dubbele
blokafdichting behoort tot de standaardlevering
van de afdichtingsset, zie pagina 15 (Afdich-
tingsset voor uitvoering 1 – 3).
▷ Inbouwpositie:
VAD, VAG, VAH: zwarte magneetspoel verticaal
staand tot horizontaal liggend, niet onderste-
boven.
VAG/VAH/VRH horizontaal: min. inlaatdruk
p
= 80 mbar (32 "WC).
u min.
VAV: zwarte magneetspoel verticaal staand, niet
ondersteboven.
VAD, VAG,
VAH, VRH
▷ Het huis mag de muur niet raken. Minimale af-
stand 20 mm (0,78").
▷ Het volume van de leiding tussen regelaar en
brander door korte leiding (≤ 0,5 m, ≤ 19,7")
klein houden.
▷ De inlaatdruk p
doorstromingslichaam met behulp van de meet-
nippels worden gemeten.
NL-3
VAD, VAG,
VAV, VAH,
VRH
kan aan beide kanten op het
u
p
u
p