Installatiehandleiding
Afzuigkap
Eilandafzuigkap
DIAS 10
De installatie mag uitsluitend door vakmensen worden uitgevoerd.
Alle handelingen dienen achtereenvolgens volledig te worden uitgevoerd en gecontroleerd.
Geldigheidsbereik
Deze installatiehandleiding geldt voor:
63009 (DIAS 10, constructiemaat 100 cm)
Algemene aanwijzingen
Bij gelijktijdig gebruik van vuurhaarden (bijv. hout-, gas-, olie- of kolengestookte verwarmingstoestellen) is
een veilig gebruik uitsluitend mogelijk als op de plek van het toestel de onderdruk in de ruimte van 4 Pa
(0,04 mbar) niet wordt overschreden.
Gevaar voor vergiftiging! Er moet een toereikende toevoer van verse lucht gewaarborgd zijn, bijv. door ope-
ningen in deuren en ramen die niet gesloten kunnen worden in combinatie met luchttoevoer- en luchtaf-
voermuurkast in de muur of door andere technische maatregelen.
Wordt het toestel boven gaskookvelden ingebouwd, dan moet elke kookzone voorzien zijn van een aan-
steekbeveiliging en moeten de minimumafstanden (zie «Afmetingen») in acht worden genomen.
Een correcte reparatie kan uitsluitend worden gewaarborgd als een storingsvrije de-installatie van het complete
toestel te allen tijde mogelijk is.
Typeplaatje
▸
Verwijder de vetfilters. Het typeplaatje bevindt zich aan de binnenzijde van het apparaat.
Meegeleverd installatietoebehoren
Alle bevestigingselementen worden meegeleverd.
Luchtcirculatiemodus
Tijdens gebruik mag het uitblaasrooster niet bedekt zijn.
Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluitingen dienen door vakmensen volgens de richtlijnen en normen m.b.t. laagspanningsin-
stallaties en volgens de bepalingen van de lokale elektriciteitscentrales te worden uitgevoerd.
Een aansluitklaar apparaat mag alleen op een volgens de voorschriften geïnstalleerd, geaard stopcontact wor-
den aangesloten. De huishoudelijke installatie dient te worden voorzien van een netscheidingsinrichting met
3 mm contactopening. Schakelaars, stopcontacten, installatieautomaten en smeltzekeringen die na de installa-
tie van het apparaat vrij toegankelijk zijn en alle fasedraden schakelen, gelden als toegestane scheidingsinrich-
tingen. Een correcte aarding evenals geïsoleerd geïnstalleerde nuldraden en aarddraden garanderen een veilig
en storingsvrij gebruik. Na de inbouw mogen spanningvoerende delen en bedrijfsgeïsoleerde draden niet aan-
raakbaar zijn. Oude installaties controleren.
Hoogte waarop het toestel mag worden gebruikt: max. 2000 m boven de zeespiegel. M.
▸
Gegevens over vereiste voedingsspanning, stroomsoort en beveiliging vindt u op het typeplaatje.
1
1016965-R01
1-3-2016