Installatiehandleiding
Dampafzuiger DIPQ10/DIPQ13
Eilandafzuigkap
Modi: Luchtafvoer/luchtcirculatie
De installatie mag uitsluitend door vakkundig personeel uitgevoerd worden.
Alle werkzaamheden moeten in de juiste volgorde en volledig uitgevoerd en gecontroleerd worden.
Geldigheidsbereik
Deze installatiehandleiding geldt voor:
63001 (DIPQ130, montagebreedte 130 cm)
63002 (DIPQ10, montagebreedte 100 cm)
H4.2608 (motorbehuizing afzuiging standaard)
H4.2609 (motorbehuizing afzuiging kort)
H4.2604 (motorbehuizing circulatie standaard, eiland- en wandafzuigkap)
H4.2605 (motorbehuizing circulatie kort, eiland- en wandafzuigkap)
Algemene aanwijzingen
Bij gelijktijdig gebruik van verwarmingen (bijv. hout-, gas-, olie- of kolengestookte verwarmingstoestellen) is ongevaarlijk
gebruik uitsluitend mogelijk wanneer op de installatieplek van het apparaat de ruimte-onderdruk van 4 Pa (0,04 mbar) niet
wordt overschreden. Vergiftigingsgevaar! Voldoende toevoer van verse lucht moet gewaarborgd zijn, bijv. door niet afsluit-
bare openingen in deuren of ruiten en in combinatie met wandventilatieroosters of door andere technische voorzieningen.
Indien het apparaat boven gaskookvelden wordt ingebouwd, moet iedere kookzone met een ontstekingsbeveiliging zijn
uitgerust en moeten de minimumafstanden (zie 'Afmetingen') in acht gehouden worden.
Een correcte reparatie kan uitsluitend gewaarborgd worden wanneer het complete apparaat te allen tijde zonder beschadi-
gingen uitgebouwd kan worden.
Typeplaatje
Verwijder de vetfilters. Het typeplaatje bevindt zich aan de binnenzijde van het apparaat.
Meegeleverd installatiemateriaal
Alle bevestigingselementen zijn bij de levering inbegrepen.
Afzuigfunctie
De afgezogen lucht mag niet worden afgevoerd via een schoorsteen die voor verbrandingsgassen van met gas of andere
brandstoffen gestookte apparaten gebruikt wordt.
Neem de lokaal geldende brandveiligheidsvoorschriften in acht.
Elektrische aansluitingen
Elektrische aansluitingen moeten door vakkundig personeel uitgevoerd worden volgens de normen en richtlijnen voor laag-
spanningsinstallaties en volgens de bepalingen van de plaatselijke elektriciteitsbedrijven.
Een stekkerklaar toestel mag uitsluitend aangesloten worden op een randaardestopcontact dat volgens de voorschriften is
geïnstalleerd. De huishoudelijke installatie dient te worden voorzien van een netscheidingsinrichting met 3 mm contactope-
ning. Schakelaars, stekkerinrichtingen, LS-automaten en smeltzekeringen die na installatie van het toestel vrij toegankelijk
zijn en de leiding op alle polen scheiden, zijn als scheider toelaatbaar. Een onberispelijke aardverbinding en gescheiden
aangelegde neutrale en randaardedraden zorgen voor een veilige en storingsvrije werking. Na de inbouw mogen spanning
voerende onderdelen en bedrijfsgeïsoleerde kabels niet aangeraakt kunnen worden. Controleer oude installaties.
Informatie over benodigde netspanning, stroomtype en zekering vindt u op het typeplaatje.
1
J63001.117-0
17.11.12