Aan de slag met uw systeem
Alarmsysteem inschakelen
Gedeeltelijk (alarmsysteem geactiveerd in maximaal twee zones)
1
of
2
1
Druk op
of
2
Voer een gebruikerscode in (tenzij de functie
ON zonder code in menu 26 actief is) of houd
de badge vóór de lezer.
Twee piepsignalen
Volledig (alarmsysteem geactiveerd in drie zones)
1
of
2
1
Druk op
.
2
Voer een gebruikerscode in (tenzij de functie
ON zonder code in menu 26 actief is) of houd
de badge vóór de lezer.
Bij inschakeling is het alarmsysteem operationeel na twee minuten. Tijdens deze wachttijd worden geen
bewegingen gedetecteerd.
Alarm uitschakelen
1
of
2
1
Druk op
.
2
Voer een gebruikerscode in of houd
de badge vóór de lezer.
Bij verlies of diefstal van een afstandsbediening of badge neemt u contact op met uw installateur.
18
of
1
2
of
.
op de centrale.
1
1
of
2
1
of
2
1
of
2
Twee piepsignalen
controlelampje knippert tweemaal groen om
te melden dat het commando goed wordt
ontvangen.
Tijdens de uitloopvertraging van twee minuten
kunt u naar binnen of naar buiten gaan zonder
het alarm te laten afgaan.
op
2
of
Een reeks trage
piepsignalen
Een reeks snelle
piepsignalen
zie pagina 30 en 31.
1
op
of
2
Als een alarm is opgetreden, wordt dit gemeld op het LCD-keypad
(knipperend controlelampje, scherm, menu Gebeurtenissenoverzicht).
Voor meer informatie zie pagina 30 en 31.
Druk op
op de centrale en het
Druk
of
Drie piepsignalen
op de centrale en
het controlelampje knippert
driemaal groen om te melden dat het
commando goed wordt ontvangen.
weerklinkt als er nog deuren openstaan.
weerklinkt als een fout wordt vastgesteld:
Druk
of
Piepsignaal
en het controlelampje knippert
eenmaal groen om te melden dat het
commando goed wordt ontvangen.
of
of
of
op de centrale