Bougie
De conditie van de bougie
wordt beïnvloed door:
• Een onjuist afgestelde
carburateur.
• Een onjuist
brandstofmengsel (te veel
olie).
• Een vuil luchtfilter.
Deze factoren veroorzaken
aanslag op de elektroden van
de bougie, hetgeen tot
motorstoringen en start-
problemen kan leiden.
• Indien het vermogen van
de machine laag is, deze
slecht start of
onregelmatig loopt bij
stationair draaien:
controleer altijd eerst de
bougie voor u verdere
maatregelen neemt. Als de
bougie vuil is, maak deze
dan schoon en controleer of
de afstand tussen de
elektroden 0,5 mm
bedraagt.
De bougie moet regelmatig
worden vervangen.
N.B. Gebruik altijd het aanbevolen type bougie (zie het
hoofdstuk "Technische gegevens" ). Een onjuist type kan de
zuiger of de cilinder beschadigen.
Uitlaat
De uitlaat is ontworpen om het
geluidsniveau te reduceren en
om de uitlaatgassen van de
gebruiker weg te leiden. De
uitlaatgassen zijn heet en
kunnen vonken bevatten die
brand kunnen veroorzaken als
de uitlaatgassen op droog en
brandbaar materiaal worden
gericht.
Gebruik nooit een
doorslijpmachine met een
geluiddemper in slechte
staat.
ONDERHOUD
0,5 mm
Koelsysteem
Om een zo laag mogelijke bedrijfstemperatuur te bereiken is het
mogelijk dat de doorslijpmachine uitgerust is met een
koelsysteem.
Het koelsysteem bestaat uit:
1.
Een luchtinlaat door het
startmechanisme.
2.
Een luchtgeleidingsplaat.
3.
Ventilatorschoepen op het
vliegwiel.
4.
Koelribben op de cilinder.
5.
Cilinderkap (leidt de
koellucht naar de
cilinder).
Reinig het koelsysteem één
maal per week met een
borstel, in zware
omstandigheden vaker. Een
vuil of verstopt koelsysteem
leidt tot oververhitting van de
doorslijpmachine met
beschadigingen aan cilinder
en zuigers tot gevolg.
5
4
3
2
1
19
Nederlands –