4
Montage
Het luchttoevoer- en rookgasafvoermateriaal, vanaf het cv-toestel tot en
met de dak- of geveldoorvoer, moet geschikt zijn voor HR-toestellen en
moet tevens CE-gekeurd zijn.
▶ Houd bij toepassing van kunststof rookgasafvoermateriaal rekening
met de temperatuursclassificatie (T120) van het cv-toestel.
Condensopvang
Bij langere rookgasafvoersystemen uitgevoerd in aluminium wordt gead-
viseerd om direct boven het cv-toestel een condensopvang te monteren.
▶ Sluit de condensopvang aan op de rioolleiding.
4.12.3 Berekening rookgasafvoersysteem
De minimale diameter van de luchttoevoer- en rookgasafvoerleidingen
kan worden bepaald door de totale weerstand van alle componenten in
het luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem te bepalen volgens onder-
staande methode.
De in tabel 7 vermelde drukvallen zijn van toepassing op kunststof, alu-
minium en roestvaststaal rookgasafvoermateriaal.
▶ Bepaal de te overbruggen lengte van de luchttoevoeren rookgasaf-
voerleiding tussen het cv-toestel en de dak- of muurdoorvoerset.
▶ Tel alle weerstanden van de componenten in de rookgasafvoerzijde
en luchttoevoerzijde bij elkaar op.
Voor een optimale werking van het cv-toestel dient de totale weerstand
minder te zijn dan p
max. ( tabel 7).
w
ProLine
Afbeel-
Component
ding
Ø [mm]
Maximaal toegestane drukval p
max
Parallel systeem: luchttoevoerleiding (LTV)
k
45°-bocht
80
l
90°-bocht
80
j
1 m-buis
80
Parallel systeem: rookgasafvoerleiding (RGA)
k
45°-bocht
80
l
90°-bocht
80
j
1 m-buis
80
Concentrisch systeem: luchttoevoer-/ rookgasafvoerleiding
n
45°-bocht
60/100 6,1
o
90°-bocht
60/100 7,0
m
1 m-buis
60/100 5,1
Doorvoerset
Concentrisch sy-
80/125 8,1
s
steem: dakdoor-
60/100 22,0
voer
Parallel systeem:
80/125 11,4
dakdoorvoer met
broekstuk
r 80/125 5,5
Concentrisch sy-
steem: muurdoor-
60/100 15,0
voer zonder
broekstuk
Parallel systeem:
80/125 11,8
muurdoorvoer met
broekstuk
Tabel 7 Drukval per component
1) Op basis van Burgerhout materialen. Vermenigvuldig bij gebruik van universeel
rookgasafvoermateriaal volgens Gastec Qa, de drukval per component met een
factor 1,3.
14
HRC 24/
HRC 24/
HRC 30/
CW3
CW4
CW5
Δp
Δp
Δp
1)
1)
1)
[Pa]
[Pa]
[Pa]
81
103
150
0,5
0,8
1,5
1,9
2,7
5,2
0,5
0,7
1,3
0,8
1,1
2,0
2,7
3,9
6,9
0,7
1,0
1,8
8,7
14,0
10,0
16,0
7,2
11,7
11,5
18,7
31,2
50,6
16,3
26,3
7,8
12,6
21,3
34,6
15,5
26,7
Neem voor uitgebreide technische informatie en speci-
fieke montagevoorschriften contact op met de fabrikant
van het rookgasafvoermateriaal.
Mate-
riaal Fabrikant Type
HRC 24/CW3
rvs
Panflex
INOX VS 60
INOX DL 50
PP
Ubbink
Rolux T120 flex 50 50/58
Burgerhout BM miniflex DN 60 53/63
Flex 80
HRC 24/CW4
rvs
Panflex
INOX VS 60
INOX DL 50
PP
Ubbink
Rolux T120 flex 50 50/58
Burgerhout BM miniflex DN 60 53/63
Flex 80
HRC 30/CW5
rvs
Panflex
INOX VS 60
INOX DL 50
PP
Ubbink
Rolux T120 flex 50 50/58
Burgerhout BM miniflex DN 60 53/63
Flex 80
Tabel 8 Drukvallen flexibele afvoeren
1) Maximaal toegestane drukval p
max
4.12.4 Parallelle aansluiting
Het cv-toestel is fabrieksmatig uitgevoerd met een parallelle rookgasaf-
voeradapter. Om onnodig kruisen van leidingen te voorkomen, kan deze
eventueel andersom worden gemonteerd ( afb. 15).
▶ Monteer de rookgasafvoeradapter in de gewenste positie
( afb. 15).
▶ Sluit de rookgasafvoerleiding aan op de rookgasafvoeradapter.
▶ Bij een gesloten opstelling: sluit de luchttoevoerleiding aan op de
rookgasafvoeradapter.
▶ Bij een open opstelling: monteer op de luchttoevoeraansluiting een
haakse bocht. Vallende voorwerpen en vuil kunnen hierdoor minder
makkelijk in het cv-toestel terecht komen.
▶ Monteer het luchttoevoer- en rookgasafvoersysteem volgens de mon-
tage-instructie van de Nefit dakdoorvoerset.
1.
Afb. 15 Omdraaien parallelle rookgasafvoeradapter
Nefit ProLine HRC 24/CW3, HRC 24/CW4, HRC 30/CW5 • 6 720 646 227 (2013/04)
Druk-
Aan-
1)
Ø
val
sluitmof
[mm]
[Pa/m]
[Pa]
60/64
4,1
10,0
50/54
7,0
15,0
11,5
20,0
9,0
18,0
81/101 1,4
2,0
60/64
5,7
15,0
50/54
9,8
25,0
20,0
30,0
13,0
26,0
81/101 1,9
2,8
60/64
8,9
23,4
50/54
15,0
39,0
N.v.t.
N.v.t.
20,5
41,0
81/101 3,1
4,5
2.
3.
4.
6 720 614 523-014.1DDC