10
|
Configuratie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
166
Programma koeling
Alleen van toepassing voor omkeerbare modellen.
Definieer een koelprogramma van de kamertemperatuur in [1.3] Programma
koeling.
Zie
"10.4.3 Programmascherm:
Vorstbescherming
Vorstbescherming [1.4] zorgt ervoor dat het nooit te koud wordt in de kamer.
Deze
instelling
Bediening=Kamerthermostaat, maar deze zorgt er ook voor dat een regeling
via de aanvoerwatertemperatuur en de een regeling via een externe
kamerthermostaat
mogelijk
Vorstbescherming
parameter [2-06]=1 in te stellen.
Vorstbescherming kamer, wanneer ingeschakeld, kan niet worden gegarandeerd
als er geen kamerthermostaat is, die de warmtepomp kan inschakelen. Dit is het
geval wanneer:
▪
[2.9]
Bediening=Externe
Ruimteverwarming/-koeling=Uit, of als
▪
[2.9] Bediening=Vertrekwater.
In de hierboven vermelde gevallen, zal Vorstbescherming
ruimteverwarmingswater opwarmen tot een lager instelpunt wanneer de
buitentemperatuur lager wordt dan 4°C.
Manier om de unit van de primaire
zone te regelen [2.9]
Regeling via de
aanvoerwatertemperatuur
([C‑07]=0)
Regeling via een externe
kamerthermostaat
([C‑07]=1)
Regeling via een kamerthermostaat
([C‑07]=2)
INFORMATIE
Indien er zich een U4-storing voordoet, is vorstbescherming kamer NIET
gegarandeerd.
4
voorbeeld" [
153].
kan
worden
zijn.
Voor
worden ingeschakeld door de ter plaatse in te stellen
kamerthermostaat
Vorstbescherming kamer is NIET
gegarandeerd.
Sta de externe kamerthermostaat toe te
zorgen voor Vorstbescherming kamer:
▪
Stel
koeling=Aan in.
Sta de gebruikersinterface die wordt
gebruikt als kamerthermostaat toe te
zorgen voor Vorstbescherming kamer:
▪
Stel de vorstbescherming in [1.4.1]
Activatie=Ja.
▪
Stel
vorstbeschermingsfunctie
Instelpunt ruimtetemperatuur in.
gebruikt
wanneer
deze
laatste
twee
en
Beschrijving
[C.2]
Ruimteverwarming/-
de
temperatuur
in
ERGA04~08EA + EHVH/X04+08S18+23EA/EJ
Daikin Altherma 3 R F
4P629086-1A – 2021.11
[2.9]
kan
[C.2]
het
van
de
[1.4.2]