3.
BEDIENING VAN DE INSTALLATIE.
Belangrijk:
Voorkoming van ongelukken
De installatie is zodanig uitgevoerd dat er bij normale bediening de kans op ongevallen
zeer gering is. De installatie is hoofdzakelijk bedoeld voor reinigingswerkzaamheden
m.b.v. hogedrukspuitpistolen. Er dient nadrukkelijk gewezen te worden op het gevaar
van, vooral op korte afstand, de "messcherpe" water straal van het hogedrukpistool.
Spuit nooit in de richting van mensen, dieren of electro componenten zoals schakelaars,
electromotoren, schakelkasten e.d.
3.1. Controle voor het in bedrijf nemen.
Alvorens de installatie in bedrijf te stellen dient men de volgende punten te controleren:
*
Stand van de machine.
De machine moet zo goed mogelijk horizontaal staan tijdens gebruik.
*
Oliepeil van de dieselmotor.
De olie moet minstens in het aangegeven gebied op de oliepeilstok staan, als dit niet
het geval is, moet men onmiddellijk bijvullen met de voorgeschreven olie.
(zie: par. 4.2. "Onderhoud van de dieselmotor").
*
Oliepeil in het carter van de hogedrukpomp.
De olie moet minstens tot het midden van het kijkglas staan, als dit niet het geval is,
moet men onmiddellijk bijvullen met de voorgeschreven olie.
(zie: par. 4.3., "Onderhoud van de hogedrukpomp").
*
Oliepeil in het carter van de tandwielreductiekast.
De olie moet minstens tot het midden van het kijkglas staan, als dit niet het geval is,
moet men onmiddellijk bijvullen met de voorgeschreven olie.
(zie: par. 4.2.1, "Onderhoud van de tandwiel reductiekast").
*
Koelvloeistofniveau in het koelsysteem van de dieselmotor. Indien nodig bijvullen
met koelvloeistof.
*
Brandstofniveau in de dieselolie voorraadtank. Het is een goede gewoonte de
dieselolietank na iedere werkdag bij te vullen, dit voorkomt condensatie in de tank.
VOORZICHTIG:
Bij tanken:
-
motor uitschakelen.
-
niet roken.
-
eventueel open vuur doven.
-
brandstof niet in contact laten komen met hete oppervlakken.
-
persoonlijke veiligheidsuitrustingen dragen.
Raakt de tank leeg tijdens gebruik, kan het noodzakelijk zijn dat het brandstofsysteem
van de dieselmotor ontlucht wordt.
*
Vervuiling van de filters in het lagedruk watertoevoergedeelte. Afhankelijk van de
waterkwaliteit is een periodieke filtercontrole c.q. reiniging vaak voldoende.
*
Correcte aansluiting van slangen, pistolen en nozzles.
*
Zorg ervoor dat voor het starten van de installatie de zijkleppen/deuren van de
aanhangwagen gesloten zijn.
Pagina 25