10
|
Configuratie
Uitgebreide handleiding voor de installateur
124
Besturing AWT:
De unit werkt op basis van de aanvoerwatertemperatuur, ongeacht de werkelijke
kamertemperatuur en/of de vraag naar verwarming of koeling van de kamer.
Bst xt kmrthrms:
De unit werkt op basis van de externe thermostaat of soortgelijk (bijv.
warmtepompconvector).
Best. kmrthrmst:
De unit werkt op basis van de omgevingstemperatuur van de gebruikersinterface.
Ruimteverwarming/-koeling: Loc. gebruik.interface
#
Code
[A.2.1.B]
N.v.t.
Alleen van toepassing als er 2 gebruikersinterfaces zijn (1 in de kamer, 1 bij de
binnenunit).
a De gebruikersinterface geplaatst bij de unit
b De gebruikersinterface geplaatst in de kamer
Op unit:
De andere gebruikersinterface:
▪
wordt automatisch ingesteld op In de kamer,
▪
werkt als kamerthermostaat als Best. kmrthrmst geselecteerd is.
In de kamer:
Deze gebruikersinterface werkt als kamerthermostaat als Best.
geselecteerd is.
De andere gebruikersinterface is ingesteld op Op unit.
Ruimteverwarming/-koeling: Aantal zones AWT
#
Code
[A.2.1.8]
[7-02]
Het systeem kan aanvoerwater leveren aan maximum 2 watertemperatuurzones.
Het aantal waterzones moet tijdens het configureren ingesteld worden.
1 AWT-zone:
Beschrijving
Loc. gebruik.interface
▪
0 (Op unit)
▪
1 (In de kamer)
a
Beschrijving
Aantal zones AWT
▪
0 (1 AWT-zone)
▪
1 (2 AWT-zones)
b
kmrthrmst
ERLA03DAV3 + EHFH03S18DJ3V
Daikin Altherma 3 R F
4P596806-1B – 2021.12