5. Raak het icoon Batterij aan om de metingen van het menu Batterij/DC te bekijken. Sluit de
stroomonderbrekers van de batterij (F5) niet totdat het spanningsverschil tussen de DC-bus en
de batterij minder dan 10 V bedraagt.
6. Zet de stroomonderbrekers van de externe batterij op 'ON', indien van toepassing.
7. Zet de stroomonderbrekers F5 (batterij) van alle UPS'en op 'ON'.
8. Zet de stroomonderbrekers Q2 (uitgang) van alle UPS'en op 'ON'.
9. Zet de stroomonderbrekers van de uitgang op het verdeelbord op 'ON', indien van toepassing (o
schakelaar van eenheidsuitgang en OS schakelaar van algemene uitgang).
10. Zet de stroomonderbrekers Q3 (onderhoudsbypass) van alle UPS'en op 'OFF'.
11. Zet de stroomonderbreker Q (externe onderhoudsbypass) op 'OFF', indien van toepassing
12. Controleer of op de schermen van de UPS'en 'Online modus' staat.
OPGELET: tijdens de parallelle werking, mag u geen communicatiekabels tussen de
UPS'en verwijderen.
Wanneer een communicatiekabel verwijderd wordt of beschadigd geraakt tijdens de parallelle werking
en de communicatie onderbroken wordt, wordt de slaaf-UPS die niet met de master-UPS kan
communiceren, losgekoppeld van de uitgangsbus en uitgeschakeld. De UPS'en zullen normaal blijven
werken. In dat geval moet u de betreffende UPS volledig uitschakelen om de communicatiekabel weer
aan te brengen. Daarna kunt u hem weer inschakelen.
OPGELET: probeer de communicatiekabel niet weer aan te brengen terwijl de UPS
werkt.
Het redundantiesysteem verwacht over minstens een UPS meer te kunnen beschikken
dan de waarde N. Anders verschijnt het alarm 'Redundantie verloren'. Hetzelfde alarm
doet zich ook voor in het volgende geval: % belasting x (N+1) / N > 100.
LE07543AA
KEOR T
47