4
Ingebruikname
4.1
Aansluiting op stroomvoorziening
De transponderlezer werkt op een bedrijfsspanning van 12 V DC (gelijk-
stroom), die rechtstreeks kan worden afgenomen van het motorslot. Zie
ook alinea 4.3, pagina 7.
Connector 5 = – pool, connector 6 = + pool.
Let op:
Houd rekening met de juiste polariteit (+/-) van de
spanningsbron!
4.2
Fabrieksinstelling
De master- en gebruikerstransponders in de set zijn in de fabriek reeds ge-
programmeerd voor de draadloze transponderlezer.
De mastertransponders zijn bovendien in de fabriek voorzien van het op-
schrift ‚kanaal 1' en ‚kanaal 2'. De masterkaarten worden alleen gebruikt
voor het programmeren en wissen van gebruikerstransponders en kunnen
niet worden gebruikt om de deur met motorslot te openen.
Alle drie gebruikerstransponders worden in de fabriek geprogrammeerd op
‚kanaal 1' en worden daarmee uitsluitend gebruikt voor het openen van de
deur met motorslot.
Zodra de transponderlezer is aangesloten op de 12 V DC-bedrijfsspanning
kunnen de gebruikerstransponders onmiddellijk worden gebruikt voor het
produceren van een draadloos signaal.
In alinea 5.2, pagina 9 leest u hoe u met de draadloze transponderlezer
de deur met motorslot kunt openen.
4.3
Twee zendkanalen voor verschillende apparaten/deuren
De draadloze transponderlezer is in staat een openingsimpuls te sturen naar twee verschillende kanalen. Dit heeft
als voordeel dat u voor het bedienen van twee verschillende apparaten slechts één transponderlezer nodig hebt.
Kanaal 1 Voor de multitronic/autotronic-huisdeur
Kanaal 2 Voor een extra multitronic/autotronic-deur, of in combinatie met de FUHR-handzenders NZ80023/
NZ80088, voor een motorbediende garagedeurautomaat of voor de poort van een tuiningang.
Een gebruikerstransponder kan altijd voor slechts een van beide kanalen worden geprogrammeerd, nooit voor beide
kanalen tegelijk. Als u dus twee verschillende deuren wilt bedienen met een transponderlezer, dan moet u twee
verschillende gebruikerstransponders gebruiken.
www.fuhr.nl
autotronic
834
multitronic
881
7