Onderhoud
6.4 Pomp uitschakelen
De vacuümkamer be-
luchten
Het vacuüm in de ka-
mer handhaven
7 Onderhoud
7.1 Voorzorgsmaatregelen
16
De pomp kan in elk drukbereik worden uitgeschakeld.
De draaischuifpompen van Pfeiffer Vacuum zijn voorzien van een ingebouwd veilig-
heidsventiel aan de zuigzijde. Als het verschil tussen de uitlaat- en zuigzijde ≥ 250 hPa
is, dan sluit het ventiel automatisch na het uitschakelen en belucht de pomp.
De pomp met de netschakelaar uitschakelen of veilig van het voedingsnet scheiden.
Gevaar voor terugstroming van de bedrijfsvloeistof in de zuigleiding!
Verontreiniging van het aangesloten vacuümsysteem!
De vacuümkamer onafhankelijk van de kamergrootte binnen 30 seconden beluchten.
Bij een langere beluchting moet de aanvullende afsluiter worden gebruikt en de zu-
igleiding na het uitschakelen van de pomp worden afgesloten.
Gevaar voor terugstroming van de bedrijfsvloeistof in de zuigleiding!
Verontreiniging van het aangesloten vacuümsysteem!
Een aanvullende afsluiter in de zuigleiding inbouwen aangezien het veiligheidsven-
tiel van de pomp niet geschikt is voor het langdurig afsluiten.
De zuigleiding na het uitschakelen van de pomp onmiddellijk afsluiten.
Letselgevaar door bewegende delen!
Na een stroomuitval of na stilstand door oververhitting kan de motor automatisch opni-
euw starten.
De motor moet tijdens het uitvoeren van werkzaamheden aan de pomp tegen inscha-
kelen zijn beveiligd.
De pomp moet indien nodig uit de installatie worden uitgebouwd voor inspectiedo-
eleinden.
De pomponderdelen kunnen door de verpompte media zijn verontreinigd!
Gevaar voor vergiftiging door contact met stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid.
Ontsmet de pomp voor het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden.
In het geval van een verontreiniging dienovereenkomstige veiligheidsmaatregelen
treffen om gevaar voor de gezondheid door gevaarlijke stoffen te voorkomen.
De vacuümpomp uitschakelen, op atmosferische druk beluchten en laten afkoelen.
LET OP
LET OP
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING