▪ Als lucht, vocht of stof in het watercircuit terechtkomt, kunnen
storingen ontstaan. Om dit te voorkomen:
▪ gebruik alleen schone buizen
▪ houd de uiteinden van de leidingen omlaag tijdens het
verwijderen van bramen.
▪ dek de uiteinden van de leiding af wanneer u de leiding door
een muur steekt, zodat stof noch vuil in de leiding kan
indringen.
▪ gebruik
een
goed
draadafdichtmiddel
waterdicht te maken.
▪ Om veiligheidsredenen is het NIET toegestaan glycol in het
watercircuit toe te voegen.
▪ Om geen watergebrek te hebben, is het belangrijk dat de
opslagcapaciteit van de tank voor warm tapwater groot genoeg is
om aan de dagelijkse behoefte aan warm tapwater te voldoen.
Als er gedurende langere periodes geen warm water wordt
verbruikt, moet de apparatuur voor gebruik gespoeld worden met
koud water.
De desinfecteringsfunctie waarmee de apparatuur is uitgerust,
wordt uitgelegd in de gebruiksaanwijzing van de binnenunit.
▪ Wij adviseren de leidingen tussen de tank voor warm tapwater en
het afnamepunt van het warme water (douche, bad, enz.) zo kort
mogelijk te maken en doodlopende stukken te vermijden.
▪ De installatie moet voldoen aan de geldende wetgeving en vereist
mogelijk bijkomende hygiënische installatiemaatregelen.
▪ Conform
de
geldende
thermostatische mengkranen worden geïnstalleerd.
▪ Onmiddellijk na de installatie moet de tank voor warm tapwater
gespoeld worden met koud water. Deze procedure moet de eerste
5 opeenvolgende dagen na de installatie minstens eenmaal per
dag herhaald worden.
▪ Conform de geldende wetgeving kan het mogelijk zijn dat een
hercirculatiepomp
geplaatst
warmwaterafnamepunt en de hercirculatieverbinding van de tank
voor warm tapwater.
c
a
b
d
a Hercirculatieverbinding
b Warmwateraansluiting
c Douche
d Hercirculatiepomp
6.3.2
Formule om de voordruk van het
expansievat te berekenen
De voordruk (Pg) van het expansievat hangt af van het
hoogteverschil (H) van de installatie:
Pg=0,3+(H/10) (bar)
6.3.3
Het watervolume controleren
De binnenunit heeft een expansievat van 10 liter met een vooraf
ingestelde voordruk van 1 bar.
Om zeker te zijn dat de unit naar behoren werkt:
▪ controleer het minimum en het maximum watervolume.
▪ U moet mogelijk de voordruk van het expansievat aanpassen.
Minimum watervolume
Controleer of het totale watervolume in de installatie minimum
10 liter bedraagt, waarbij het watervolume in de binnenunit NIET
inbegrepen is.
ERLQ004~008CAV3 + EHVH/X04+08S18CA + EHVH/X08S26CA
Daikin Altherma - Lage Temperatuur Split
4P313775-1C – 2012.11
om
verbindingen
wetgeving
moeten
er
mogelijk
moet
worden
tussen
INFORMATIE
Voor kritieke processen of in kamers met een grote
warmtebelasting kan extra watervolume vereist zijn.
OPMERKING
Wanneer de circulatie in elke ruimteverwarmingslus
geregeld wordt door op afstand bediende kleppen, is het
belangrijk dat dit minimum watervolume behouden blijft,
zelfs wanneer alle kleppen dicht zijn.
a
b
c
d
e
f
a Buitenunit
b Binnenunit
c Warmtewisselaar
d Back-upverwarming
e Pomp
f Afsluiter
g Verdeelstuk (ter plaatse te voorzien)
h Omloopklep (ter plaatse te voorzien)
FHL1...3 Vloerverwarmingslus (ter plaatse te voorzien)
T1...3 Individuele kamerthermostaat (optioneel)
het
M1...3 Individuele gemotoriseerde klep voor het regelen
van lus FHL1...3 (ter plaatse te voorzien)
Maximum watervolume
Gebruik de volgende grafiek om het maximum watervolume voor de
berekende voordruk te bepalen.
a
2.5
2
1.5
1
0.5
0.3
0 10
50
100
150
a Voordruk (bar)
b Maximum watervolume (l)
Voorbeeld: het maximum watervolume en de voordruk in het
expansievat
Hoogteversc
hil
installatie
(a)
≤7 m
De voordruk moet niet
bijgeregeld worden.
6 Voorbereiding
f
g
h
T1
T2
T3
M1
M2
M3
FHL1
FHL2
FHL3
200
250
300
350
400
Watervolume
≤280 l
>280 l
Doe het volgende:
▪ Verlaag de voordruk.
▪ Controleer
watervolume
groter
is
maximum
watervolume.
Uitgebreide handleiding voor de installateur
b
450
of
het
NIET
dan
het
toegestaan
25