nl - 6
3
InSTallaTIe
Montage van de boiler
het toestel mag alleen met de
wateraansluitingen naar
boven worden geplaatst.
aansluitingen waterleiding:
Gebruik bij de montage van wartels
en knelkoppelingen altijd 2 steek-
sleutels om buiging en wringing
op de leidingen en appendages te
voorkomen.
Systeem onder druk (fig. 2.1)
• Spoel eerst alle leidingen die op de boiler
worden aangesloten goed door (vooral
belangrijk bij nieuwbouwwoningen);
• Sluit de hoofdkraan van de waterleiding;
• Sluit de koudwateraansluiting van de
boiler (blauw/rechts) aan op de inlaat-
combinatie;
• Sluit de stopkraan van de inlaatcombinatie;
• Monteer een reduceerventiel stroomop-
waarts van de inlaatcombinatie als de
waterleidingdruk hoger is dan de
sluitdruk van de inlaatcombinatie;
• Monteer de inlaatcombinatie met of
zonder reduceerventiel op de
koudwaterleiding;
• Sluit de koudwateraansluiting van de
kraan aan op de koudwaterleiding;
• Sluit de warmwateraansluiting van de
boiler (rood/links) aan op de warmwater-
aansluiting van de kraan.
het systeem dient te worden voor-zien van
een inlaatcombinatie met
een maximale ontlastdruk van
8 bar/800 kPa. welke voldoet aan de norm
en1488.
lage druk systeem (fig. 2.2)
Hiervoor is een speciale lagedruk kraan
nodig!
• Spoel eerst alle leidingen die op de boiler
worden aangesloten goed door (vooral
belangrijk bij nieuwbouwwoningen);
• Sluit de hoofdkraan van de waterleiding;
• Sluit de koudwateraansluiting van
de boiler (blauw/rechts) aan op de
koudwaterleiding van de kraan;
• Sluit de koudwateraansluiting van
de kraan aan op de koudwaterleiding;
• Sluit de warmwateraansluiting van
de boiler (rood/links) aan op de
warmwateraansluiting van de kraan.
E
D
C
B
A
Fig. 2.1 Principewerking systeem
onder druk
A Boiler
B
Warmwaterleiding
C
Koudwaterleiding
D inlaatcombinatie
E
Ontlastklep
F
Stopkraan
G Trechter
D
C
B
A
Fig. 2.2 Principewerking drukloos systeem
A Boiler
B
Warmwaterleiding
C
Koudwaterleiding
D Drukloze mengkraan
E
Uitlooppijp/Afvoer expansiewater
Q10 / Q15
NEDERLANDS
F
G
E
11422