Opname (alle belichtingsstanden)
Het aanzetten van de camera duurt lang: wis bestanden of formatteer de
geheugenkaart.
De ontspanknop wordt uitgeschakeld:
• De batterij is leeg.
• De geheugenkaart is vergrendeld of vol.
• De flitser is aan het laden.
• De camera is niet scherp gesteld.
• U filmt momenteel een film in slow motion.
Continu is geselecteerd in de fotostand, maar er wordt slecht één foto gemaakt wanneer
de ontspanknop wordt ingedrukt: continu-opnames zijn niet beschikbaar als de
flitser omhoog is gebracht in de stand Continu (0 12). Er kunnen foto's
worden gemaakt in de continustand als Elektronisch (Hi) is geselecteerd,
maar de flitser flitst niet.
Er wordt geen foto gemaakt wanneer de ontspanknop van de afstandsbediening wordt
ingedrukt:
• Vervang de batterij in de afstandsbediening.
• Kies een stand voor de afstandsbediening.
• De stand-by-timer van de afstandsbediening is afgelopen (0 46).
• De afstandsbediening is niet op de camera gericht of de
infraroodontvanger is niet zichtbaar.
• De afstandsbediening is te ver van de camera verwijderd (0 37).
• Fel licht verstoort de afstandsbediening.
Foto's zijn vlekkerig: reinig de voor- en achterkant van het objectief of de
stofbescherming (0 55).
Er verschijnen flikkeringen of strepen in films of in de weergaveschermen: kies een
n
Flikkerreductie instelling die overeenkomt met uw lokale netvoeding
(0 46).
Menu-items zijn niet beschikbaar: sommige opties zijn alleen beschikbaar in
bepaalde opname- en belichtingsstanden (0 32).
Films
Kan geen films opnemen: de filmopnameknop kan niet worden gebruikt voor het
opnemen van films in de fotostand en de standen Slimme Fotoselectie of
Bewegingssnapshot.
Er wordt geen geluid opgenomen voor films:
• Microfoon uit is geselecteerd voor Opties voor filmgeluid > Microfoon
(0 45).
• Live audio wordt niet opgenomen met films in slow motion (0 24) of
Bewegingssnapshots (0 28).
62