Pictogram
Naam
Signaalsterkte
Signaalhoek
Gemeten diepte
Traceerlijn
Vervormingslijn
Richtingspijltjes
Displayelementen in lijntraceermodus
Omschrijving
De sterkte van het signaal dat door
de omnidirectionele antennes wordt
gedetecteerd� Bekijk de signaalsterkte om
de maximale signaalsterkte te bepalen�
Bij de maximale signaalsterkte bevindt de
ontvanger zich boven de doelleiding�
De signaalhoek verschijnt in plaats van
Stroommeting (mA) als het gedetecteerde
signaal zich onder een hoek van meer
dan 35° bevindt�
Gemeten diepte toont de geschatte
diepte van de doelleiding� De diepte
wordt weergegeven in meter (m)
of voet (ft)� Naast de gemeten
dieptemeting geeft Dieptegemiddelde
een dieptegemiddelderapport weer
op het scherm� Kijk in het onderdeel
Dieptegemiddelde voor meer informatie.
De oriëntatie en offset van de traceerlijn
geven de richting aan van de doelleiding
ten opzichte van de positie van de
ontvanger� De traceerlijn verschijnt als
een duidelijke, enkele lijn als het signaal
niet vervormd is� Naarmate de vervorming
toeneemt, wordt de traceerlijn steeds
waziger en neemt de statische ruis van
de audioaanwijzing toe� De traceerlijn
vervormingsrespons staat standaard aan�
De vervormingslijn geeft het signaal van
het bovenste antennepunt weer� Vergelijk
de traceerlijn en de vervormingslijn
om de mate van vervorming van het
signaal in te schatten� De vervormingslijn
staat standaard uitgeschakeld en
verschijnt alleen als de traceerlijn
vervormingsrespons is uitgeschakeld�
Als de richtingspijltjes elkaar raken, geven
ze het punt aan waar de sterkte van het
veld aan beide zijden van de ontvanger
gelijk is�
SR-24LE/SR-20 – Nederlands
– 13