Algemeen overzicht
van de machine
1. Bougiekabel
2. Motorkap
3. Handgreep van startkoord 11. Snelheidsregeling met 3
4. Olievuldop en peilstok
5. Brandstofvuldop
6. Bedieningshendel van
BBC
7. Vergrendelingsknop van
BBC
8. Duwboom
Specificaties
Type
Gewicht
02657
66 kg
Figuur 9
9. Luchtfilter
10. Maaihoogteregelaar
standen
12. Achteruitworpgeleider
13. Grasvanger
14. Toerentalregelaar
15. Stang voor zelfaandrijving
Lengte
Breedte
Hoogte
175,5 cm
58,6 cm
103,9 cm
Gebruiksaanwijzing
Voor gebruik
Veiligheid vóór gebruik
Algemene veiligheid
•
Zet de machine altijd af, wacht totdat alle
bewegende onderdelen tot stilstand zijn
gekomen en laat de machine afkoelen voordat
u de machine afstelt, reinigt, stalt of er
onderhoudswerkzaamheden aan verricht.
•
Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de
bedieningsorganen en de veiligheidssymbolen, en
weet hoe u de machine veilig kunt gebruiken.
•
Controleer of de beschermplaten en
veiligheidsvoorzieningen zoals grasgeleiders
en/of de grasvanger op hun plaats zitten en naar
behoren werken.
•
Controleer de machine altijd om er zeker van te
zijn dat de messen en mesbouten niet versleten
of beschadigd zijn.
•
Controleer het werkgebied en verwijder alle
voorwerpen die het gebruik van de machine
g281445
zouden kunnen hinderen of die de machine zou
kunnen uitwerpen.
•
Contact met een bewegend mes veroorzaakt
ernstig letsel. Plaats uw vingers niet onder de
maaikast als u de maaihoogte instelt.
Veilig omgaan met brandstof
•
Brandstof is uiterst ontvlambaar en zeer explosief.
Brand of explosie van brandstof kan brandwonden
bij u of anderen en materiële schade veroorzaken.
– Om te voorkomen dat een statische lading de
brandstof tot ontbranding kan brengen, moet u
het brandstofreservoir en/of de machine op de
grond plaatsen voordat u de tank vult, niet op
een voertuig of een ander object.
– Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Neem eventueel gemorste
benzine op.
– Rook niet als u omgaat met brandstof, en houd
brandstof uit de buurt van open vuur of vonken.
– Als de motor draait of heet is, mag de
brandstoftankdop niet worden verwijderd
en mag de tank niet met brandstof worden
bijgevuld.
– Probeer de motor niet te starten als u
brandstof morst. Zorg ervoor dat er geen
ontstekingsbronnen in de buurt zijn totdat de
brandstofdampen volledig zijn verdwenen.
9