Samenvatting van Inhoud voor Lenovo ideapad 720S-14IKB
Pagina 1
Lenovo ideapad 720S-14IKB Gebruikershandleiding Read the safety notices and important tips in the Lees de kennisgevingen m.b.t. veiligheid en belangrijke tips included manuals before using your computer. inde bijgeleverde handleidingen voordat u de computer gebruikt.
Pagina 6
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer a Geïntegreerde Gebruik de webcam voor videocommunicatie. webcam b Beeldscherm Het lcd‐scherm met led‐achtergrondverlichting zorgt voor een schitterende visuele uitvoer. c Draadloze LAN- Maak een verbinding met de draadloze LAN‐adapter om draadloze radiosignalen te versturen en te ontvangen. antennes d Ventilatiesleuven Hierlangs kan de inwendige warmte ontsnappen. Opmerking: Zorg ervoor dat alle ventilatiesleuven vrij zijn. Is dit niet het geval, dan kan de computer oververhit raken. e Touchpad Het touchpad werkt als een klassieke muis. Touchpad: als u de aanwijzer op het scherm wilt verplaatsen, beweegt u uw vingertop in de gewenste richting over het touchpad. Knoppen van het touchpad: de werking van de linker‐/ rechterkant stemt overeen met die van de linker‐/ rechtermuisknop van een klassieke muis. Opmerking: U kunt het touchpad inschakelen/uitschakelendoor te drukken op F6 ( f Vingerafdruklezer Registreert vingerafdrukken die kunnen worden gebruikt als wachtwoorden om uw computer te beveiligen. ...
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer Gebruik van het toetsenbord Sneltoetsen U kunt bepaalde systeeminstellingen snel oproepen door op de overeenstemmende sneltoetsen te drukken. Schakelt de Zet geluid aan/uit. vliegtuigmodus in/uit. Verlaagt het Hiermee kunt u de volumeniveau. webcam in‐/uitschakelen. Hiermee kunt u het LCD‐ Verhoogt het scherm vergrendelen/ volumeniveau. ontgrendelen. Hiermee kunt u de Hiermee kunt u schakelen microfoon in‐/ tussen de externe projector uitschakelen. en het scherm van de laptop. Hiermee kunt u de pagina Verlaagt de helderheid van vernieuwen. de display. Schakelt de touchpad Verhoogt de helderheid in/uit. van de display. Opmerking: Als u de Hotkey Mode (Sneltoetsstand) in het hulpprogramma voor ...
Pagina 8
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer Functietoets-combinaties U kunt operationele functionaliteiten direct veranderen door het gebruik van de functietoetsen. Om deze functie te gebruiken, druk op Fn a en houd deze vast, en druk daarna op een van de functietoetsen b. Het volgende gedeelte omschrijft de functionaliteiten van elke functietoets. Past de achtergrondverlichting van het Fn + spatie (bij bepaalde toetsenbord aan (aan helderder uit). modellen):...
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer Aanzicht linkerkant - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - d e f a Aansluiting Verbindt met de AC‐netspanningsadapter.
Pagina 10
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer c USB 3.0-poort Maakt verbinding met USB‐apparaten. Opmerking: Meer informatie vindt u onder “USB‐apparaten aansluiten” op pagina 7. d Combo Sluit headsets aan. audiocontact Opmerkingen: • Het combo audiocontact ondersteunt geen conventionele microfoons. • De opnamefunctie wordt mogelijk niet ondersteund als hoofdtelefoons of headsets van derden worden aangesloten, als gevolg van verschillende industriële standaarden. e Novo-knop Druk terwijl de computer uitgeschakeld is op deze knop om Push‐button reset (Eenvoudig herstellen) te starten, of het hulpprogramma voor BIOS‐instelling te starten, of om het opstartmenu te openen. f Aan/uit- statuslampje Lampje Status van het Betekenis lampje Aan (continu wit) De computer is ingeschakeld. Aan/uit- Knipperend De computer bevindt zich in de ...
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer USB-apparaten aansluiten U kunt een USB‐apparaat aansluiten op uw computer door de USBaansluiting (type A) in de USB‐poort van uw computer te plaatsen.Uw computer wordt geleverd met twee USB‐poorten die compatibel zijn met USB‐apparaten. De eerste keer dat u een USB‐apparaat in een bepaalde USB‐poort op uw computer steekt, installeert Windows automatisch een besturingsprogramma voor dat apparaat. Nadat het besturingsprogramma is geïnstalleerd, kunt u het apparaat afkoppelen en opnieuw aankoppelen, zonder aanvullende stappen uit te voeren. Opmerking: Windows detecteerd normaal gesproken een nieuw apparaat nadat het is aangesloten, en installeert het besturingsprogramma vervolgens automatisch. Sommige apparaten kunnen echter vereisen dat u het besturingsprogramma installeert voordat u het aansluit. Controleer de documentatie die is meegeleverd door de fabrikant van het apparaat, voordat u het apparaat aansluit. Voordat u een USB‐opslagmedium afkoppelt, zorgt u ervoor dat de computer gereed is met de overdracht van data naar dat apparaat. Klik op het icoon Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen in het notificatieveld van Windows om het apparaat te verwijderen voordat u het loskoppelt. Opmerking: Als uw USB‐apparaat een stroomsnoer gebruikt, sluit u het apparaat op een stroombron aan voordat u het op de computer aansluit. Anders wordt het apparaat mogelijk niet herkend.
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer Geheugenkaarten (niet meegeleverd) gebruiken Uw computer ondersteunt de volgende soorten geheugenkaarten: • Secure Digital (SD) kaart • Secure Digital High Capacity (SDHC) kaart • SD eXtended Capacity (SDXC) kaart • MultiMediaCard (MMC) Opmerkingen: • Steek uitsluitend één kaart per keer in de sleuf. • Deze kaartlezer ondersteunt geen SDIO‐apparaten (bv. SDIO Bluetooth, enz.). Een geheugenkaart insteken Schuif de geheugenkaart erin totdat deze de bodem van de sleuf raakt. Een geheugenkaart verwijderen Trek de geheugenkaart voorzichtig uit de geheugenkaartsleuf. Opmerking: Voordat u de geheugenkaart verwijdert, schakelt u deze uit met behulp van Windows hardware veilig verwijderen, en laat u de media eruit komen om gegevensbeschadiging te voorkomen.
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken Het besturingssysteem voor het eerst configureren - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - U moet het besturingssysteem mogelijk configureren als u het voor het eerst ...
Pagina 16
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken In het menu Start vindt u onder meer de aan/uit‐knop. Als u erop klikt, kunt u kiezen om de computer uit te schakelen of opnieuw op te starten, of om de slaapstand te activeren. Het menu Start omvat alle geïnstalleerde apps en toont daarnaast ook de apps die u vaak gebruikt.
Pagina 17
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken Het Actiecentrum Selecteer het Actiecentrum ‐pictogram op de taakbalk. Het Actiecentrum wordt weergegeven. In het Actiecentrumkunt u belangrijke meldingen van Windows en uw apps bekijken. U kunt er ook snel algemene instellingen aanpassen. Task View (Taakweergave) op de taakbalk In Windows 10 kunt u een nieuw bureaublad toevoegen en tussen de verschillende bureaubladen omschakelen. Om een nieuw bureaublad toe te voegen, gaat u als volgt te werk: • Klik op het pictogram van de Task View (Taakweergave) op de taakbalk.
Pagina 18
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken • Klik op New desktop (Nieuw bureaublad). Om tussen de bureaubladen om te schakelen, klikt u op het pictogram van de Task View (Taakweergave) , en selecteert u vervolgens het gewenste bureaublad.
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken De computer uitschakelen Schakel uw computer uit als u deze gedurende een lange periode niet zult gebruiken. U kunt de computer uitschakelen door een van de volgende handelingen uit te voeren: • Verplaats de cursor naar de linkeronderhoek en klik op de Start‐knop. Selecteer Voeding Afsluiten. • Klik met de rechtermuisknop op de Start‐knop in de linkeronderhoek en selecteer Afsluiten of afmelden Afsluiten.
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken Verbinding maken met een draadloos netwerk - - - - Draadloze verbinding inschakelen Voer een van de volgende handelingen uit om de draadloze functies te activeren: • Klik op het Actiecentrum ‐pictogram in het meldingsvak en deselecteer Vliegtuigmodus. • Druk op om de vliegmodus uit te schakelen. • Klik op Instellingen Network & Internet (Netwerk & Internet) Vliegtuigmodus om de netwerkconfiguratiepagina te openen Zet vervolgens de schakelaar van de vliegtuigmodus op Uit. Verbinding maken met een draadloos netwerk Na het inschakelen van de draadloze functies scant de computer automatisch naar beschikbare draadloze netwerken. Deze worden vervolgens weergegeven in de lijst met draadloze netwerken. Om verbinding te maken ...
De volgende functies van Push‐button reset (Eenvoudig herstellen) zijn via meerdere locaties in Windows beschikbaar voor gebruikers: De computer vernieuwen U kunt softwareproblemen verhelpen door de standaardconfiguratie opnieuw te installeren. Met deze functie blijven de gegevens van de gebruiker, belangrijke instellingen en Windows Store‐apps die u eerder aangekocht hebt via Windows Store behouden. De computer resetten U kunt de computer voorbereiden om deze te recyclen of aan iemand anders te geven. Met deze functie wordt de standaardconfiguratie opnieuw geïnstalleerd en worden alle gegevens en toepassingen van de gebruiker hersteld overeenkomstig de originele OOBE (out‐of‐box‐ervaring). Push-button reset (Eenvoudig herstellen) gebruiken Push‐button reset (Eenvoudig herstellen) kan op een van de volgende manieren gestart worden: • Novo‐knop: ‐ Schakel de computer uit en wacht minstens vijf seconden. Druk op de Novo‐knop en selecteer vervolgens System Recovery (Systeemherstel). • Instellingen: ‐ Instellingen Bijwerken en beveiliging Systeemherstel Geavanceerde opstartopties selecteer Nu opnieuw opstarten. Raadpleeg het bestand Windows Help en ondersteuning. Bij aankoop van mijn computer was er een exemplaar van Windows bijgeleverd. Hoe kan ik nagaan of dit exemplaar van Windows voorgeïnstalleerd werd door Lenovo? Op de buitenkant van de verpakking van uw computer vindt u een etiket met informatie over de configuratie ervan. Controleer de informatie naast ...
Pagina 24
Hoofdstuk 3. Herstelsysteem OS. Als daar Windows of WIN gedrukt staat, werd het exemplaar van Windows voorgeïnstalleerd door Lenovo. Wat is de herstelpartitie? Als er een versie van Windows 10 voorgeïnstalleerd is op uw computer, is er een herstelpartitie voorzien op het opslagapparaat van uw computer. Deze partitie bevat het installatiekopiebestand van het voorgeïnstalleerde Windows‐besturingssysteem. In geval van een systeemfout kunt u het Lenovo OneKey Recovery‐systeem of de functie ʹWindows opnieuw instellenʹ gebruiken om de fabrieksinstellingen van het besturingssysteem te herstellen. Opmerking: De herstelpartitie heeft geen stationsletter en is niet toegankelijk via Windows Verkenner. Ik heb voorgeïnstalleerde software verwijderd, maar de vrije schijfruimte is niet gevoelig toegenomen. Mogelijk is Compact geactiveerd voor het exemplaar van Windows dat op uw computer draait. Bij computers met een exemplaar van Windows waarvoor Compact geactiveerd is, is het merendeel van de bestanden van de voorgeïnstalleerde software geïnstalleerd op de herstelpartitie. Deze worden niet verwijderd als u de installatie van de software op normale wijze ongedaan maakt. Wat gebeurt er als ik de herstelpartitie probeer te wissen of te wijzigen? Opgelet: verwijder of wijzig de herstelpartitie op een computer waarop Compact geactiveerd is niet. Als u de herstelpartitie verwijdert of wijzigt, lukt het mogelijk niet meer om de fabrieksinstellingen te herstellen voor Windows. Als u op een computer waarop Compact geactiveerd is de herstelpartitie verwijdert, is het mogelijk dat u Windows niet meer kunt opstarten. Hoe kan ik nagaan of Compact geactiveerd is voor het exemplaar van Windows dat op mijn computer geïnstalleerd is? De Compact‐technologie is normaal geactiveerd voor exemplaren van Windows 10 Update die draaien op SSD‐ of eMMC‐computermodellen. Om dit te controleren voor uw computer, 1 Klik met de rechtermuisknop op de Start‐knop in de linkeronderhoek en selecteer Disk Management (Schijfbeheer). 2 Het programma Schijfbeheer start op.
Pagina 25
Hoofdstuk 3. Herstelsysteem Als Wim Boot vermeld wordt bij de Windows‐partitie (zoals hieronder afgebeeld), is de Compact‐technologie geactiveerd voor uw exemplaar van Windows. Waar vind ik de stuurprogrammaʹs voor de verschillende hardwareonderdelen van mijn computer? Als er op uw computer vooraf een Windows‐besturingssysteem is geïnstalleerd, kunt u het installatieprogramma terugvinden op de C‐ partitie van de harde schijf. Als u daar niet alle benodigde stuurprogrammaʹs voor de hardwareonderdelen terugvindt, kunt u deze downloaden via de website voor klantenondersteuning van Lenovo. Opmerking: U vindt de recentste stuurprogrammaʹs terug op de ondersteuningswebsite van Lenovo.
- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - Deze paragraaf vermeldt veel gestelde vragen per categorie. Informatie zoeken Welke veiligheidsmaatregelen moet ik opvolgen als ik mijn computer gebruik? De Lenovo Gids met algemene en veiligheidsinformatie die is meegeleverd bij uw computer bevat veiloigheidsmaatregelen voor het gebruik van uw computer. Lees alle voorzorgsmaatregelen en volg ze op bij het gebruik van uw computer. Waar kan ik de hardwarespecificaties van mijn computer vinden? U vindt de hardwarespecificaties voor uw computer terug op de gedrukte ...
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing Hulpprogramma voor BIOS-instelling Wat is het hulpprogramma voor BIOS‐instelling? Het hulpprogramma voor BIOS‐instelling is een op ROM gebaseerde software. Deze software geeft basiscomputerinformatie door en voorziet opties voor het instellen van opstartapparaten, beveiliging, hardwaremodi en andere voorkeuren. Hoe kan ik het hulpprogramma voor BIOS‐instelling? Het hulpprogramma voor BIOS‐instelling: 1 Schakel de computer uit. 2 Druk op de Novo‐knop en selecteer vervolgens BIOS Setup (BIOS‐ instellingen). Hoe kan ik de opstartmodus wijzigen? Er zijn twee opstartmodi: UEFI en Legacy Support (Legacy‐ ondersteuning). Om de opstartmodus te wijzigen, start u het hulpprogramma voor BIOS‐instelling en stelt u de opstartmodus in op UEFI of Legacy Support (Legacy‐ondersteuning) in het opstartmenu. Wanneer moet ik de opstartmodus wijzigen? De standaardopstartmodus voor uw computer is de UEFI‐modus. Indien u een legacy‐besturingssysteem dient op te starten zoals Windows, Linux of DOS, etc. (dus alle besturingssystemen voor Windows 8) op uw computer, moet u de opstartmodus veranderen naar Legacy Support (Legacy‐ ondersteuning). Het legacy‐besturingssysteem zoals Windows, Linux of DOS etc. kan niet worden geïnstalleerd als u de opstartmodus niet wijzigt. Hulp krijgen Hoe kan ik contact opnemen met de klantenservice? Zie ʺHoofdstuk 3. Assistentie en serviceʺ in Lenovoʹs Gids met algemene en veiligheidsinformatie.
De kritieke foutmelding van • De accu is bijna leeg. Sluit de netspanningsadapter aan op de computer. lage batterij verschijnt, en de computer schakelt direct uit. De computer gaat • Zorg ervoor dat: onmiddellijk naar de ‐ De accu is opgeladen. slaapstand nadat deze is ‐ De bedieningstemperatuur binnen het toegestane aangezet. bereik ligt. Zie ʺHoofdstuk 2. Informatieʺ over gebruik en onderhoud in de Lenovo Gids met algemene en veiligheidsinformatie. Opmerking: Als de accu is opgeladen en de temperatuur binnen de toegestane waarden ligt, dient u de computer voor onderhoud aan te bieden.
Pagina 29
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing De computer keert niet • Als de slaapstand geactiveerd is op de computer, sluit u de netvoedingsadapter aan op de computer en terug uit de slaapstand en de computer functioneert drukt u vervolgens op de Windows‐toets of de aan/ niet. uit‐knop. • Als het systeem nog steeds niet uit de slaapstand terugkeert, het systeem niet reageert en u de computer niet kunt uitschakelen, moet u de computer resetten. Hierbij kunnen niet‐opgeslagen gegevens verloren gaan. Om de computer te resetten, houdt u de aan/uit‐knop gedurende minstens acht seconden ingedrukt. Als de computer nog steeds niet gereset wordt, ontkoppelt u de netvoedingsadapter. Displaypanel-problemen Het scherm is zwart. • Doe het volgende: ‐ Als u de netvoedingsadapter gebruikt of als u de batterij gebruikten het statuslampje voor de batterij brandt, drukt u op F12 ( ) om het scherm ...
Pagina 30
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing Accuproblemen • Laad de accu op. Uw computer gaat uit voordat de indicator van de accustatus leeg aangeeft. -of- Uw computer werkt nadat de indicator van de accustatus leeg aangeeft. Andere problemen Uw computer reageert niet. • Om uw computer uit te schakelen, houdt u de aan/ uit‐knop gedurende minstens acht seconden ingedrukt. Als de computer nog steeds niet reageert, ontkoppelt u de netvoedingsadapter.
Handelsmerken De volgende termen zijn handelsmerken van Lenovo in België, Nederland en/of andere landen. Lenovo Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten, andere landen, of beide. Andere bedrijfs‐, product‐ en servicenamen zijn mogelijk handelsmerken of servicemerken van derden.