●
Systeeminstellingen
●
Energie-instellingen
●
Uitschakelvertraging
3.
Selecteer een van de vertragingsopties:
●
Geen vertraging: Het apparaat wordt uitgeschakeld na een bepaalde periode van inactiviteit die is
ingesteld bij de instelling Automatisch uitschakelen na.
●
Bij poorten actief: Als deze optie is geselecteerd, wordt het apparaat niet uitgeschakeld tenzij alle
poorten inactief zijn. Een actieve netwerk- of faxverbinding voorkomt dat het apparaat wordt
uitgeschakeld.
Touchbedieningspaneel
1.
Raak op het bedieningspaneel van het apparaat de knop
2.
Open de volgende menu's:
●
Systeeminstellingen
●
Energie-instellingen
●
Uitschakelvertraging
3.
Selecteer een van de vertragingsopties:
●
Geen
ingesteld bij de instelling Automatisch uitschakelen na.
●
Bij poorten
poorten inactief zijn. Een actieve netwerkverbinding voorkomt dat het apparaat wordt
uitgeschakeld.
64
Hoofdstuk 5 Het apparaat beheren
vertraging: Het apparaat wordt uitgeschakeld na een bepaalde periode van inactiviteit die is
actief: Als deze optie is geselecteerd, wordt het apparaat niet uitgeschakeld tenzij alle
Instellingen
aan.
NLWW