8 Configuratie
#
Code
[A.3.1.2.4]
[0-04]
Weersafhank koelen instellen:
[0-05]
T t
[0-06]
[0-05]
[0-07]
[0-04]
▪ T
(primair)
▪ T
▪ [0-07]:
buitenomgevingstemperatuur.
10°C~25°C (standaard: 20°C)
▪ [0-06]:
buitenomgevingstemperatuur.
25°C~43°C (standaard: 35°C)
▪ [0-05]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de
lage
eronder valt.
Tussen de minimum en de maximum
aanvoerwatertemperatuur 5°C~22°C
(standaard: 12°C).
Opmerking:
hoger zijn dan [1-09], omdat bij lage
buitentemperaturen
water voldoende is.
▪ [0-04]:
aanvoerwatertemperatuur
buitentemperatuur gelijk is aan de
lage omgevingstemperatuur of erover
komt.
Tussen de minimum en de maximum
aanvoerwatertemperatuur 5°C~22°C
(standaard: 8°C).
Opmerking: Deze waarde moet lager
zijn dan [1-08], omdat bij hoge
buitentemperaturen
nodig is.
De aanvoerwatertemperatuur: Delta T generator
Het temperatuurverschil voor het retourwater en het aanvoerwater.
De unit is ontworpen om vloerverwarming te ondersteunen. De
aanbevolen
aanvoerwatertemperatuur
gebruikersinterface) voor vloerverwarmingslussen bedraagt 35°C. In
dat geval wordt de unit aangestuurd om een temperatuurverschil van
5°C te bekomen, wat betekent dat de temperatuur van het
retourwater naar de unit ongeveer 30°C bedraagt. Afhankelijk van
de geplaatste toepassing (radiatoren, warmtepompconvectoren,
vloerverwarmingslussen) of de situatie kan het temperatuurverschil
tussen het retourwater en het aanvoerwater gewijzigd worden. Merk
op dat de pomp haar debiet zal regelen om de Δt constant te
behouden.
#
Code
[A.3.1.3.1]
[9-09]
Verwarming: vereist
temperatuurverschil tussen retour- en
aanvoerwater. Bereik: 3~10°C (in
stappen van 1°C; standaardwaarde:
5°C).
[A.3.1.3.2]
[9-0A]
Koeling: vereist temperatuurverschil
tussen retour- en aanvoerwater. Bereik:
3~10°C (in stappen van 1°C;
standaardwaarde: 5°C).
Uitgebreide handleiding voor de installateur
44
Beschrijving
[0-07]
[0-06]
:
Eindtemperatuur
aanvoerwater
t
: Buitentemperatuur
a
Lage
Hoge
Gewenste
als
omgevingstemperatuur
Deze
waarde
moet
minder
koud
Gewenste
als
kouder
water
(ingesteld
via
Beschrijving
De aanvoerwatertemperatuur: Aanpassen
Alleen van toepassing in het geval van een regeling via
kamerthermostaat. Wanneer de kamerthermostaatfunctie gebruikt
wordt, moet de gebruiker de gewenste kamertemperatuur instellen.
De unit zal warm water aan de warmteafgevers leveren en de kamer
zal
verwarmd
worden.
aanvoerwatertemperatuur geconfigureerd worden: wanneer de
aanpassing
aangezet
aanvoerwatertemperatuur automatisch berekenen (op basis van
voorgeprogrammeerde temperaturen, als weersafhankelijk werd
geselecteerd, zal de aanpassing gebeuren op basis van de
T a
gewenste weersafhankelijke temperaturen); wanneer de aanpassing
uitgezet wordt, kunt u de gewenste aanvoerwatertemperatuur op de
gebruikersinterface instellen. Bovendien wordt, met ingeschakelde
aanpassing, de gewenste aanvoerwatertemperatuur verlaagd of
verhoogd in functie van de gewenste kamertemperatuur en het
verschil tussen de werkelijke en de gewenste kamertemperatuur. Dit
resulteert in volgende zaken:
▪ stabiele kamertemperaturen die exact overeenkomen met de
gewenste temperatuur (hoger niveau van comfort)
▪ minder
AAN/UIT-cycli
effectiviteit)
▪ zo laag mogelijke watertemperaturen om met de gewenste
temperatuur overeen te stemmen (grotere effectiviteit)
de
#
Code
of
[A.3.1.1.5]
[8-05]
de
De aanvoerwatertemperatuur: Afgiftesysteem
Alleen van toepassing in het geval van een regeling via
kamerthermostaat. Afhankelijk van het systeemwatervolume en het
type van warmteafgiftesystemen kan het langer duren om een ruimte
te verwarmen of af te koelen. Deze instelling kan een langzaam of
een snel verwarmings-/koelsysteem compenseren tijdens de
verwarm/afkoelcyclus.
Opmerking: De instelling van het afgiftesysteem zal invloed hebben
op
de
maximumaanpassing
aanvoerwatertemperatuur en de mogelijkheid om op basis van de
binnenomgevingstemperatuur
de
verwarming om te schakelen.
Het is daarom belangrijk deze waarde correct in te stellen.
#
Code
[A.3.1.1.7]
[9-0B]
8.2.6
Het warm tapwater regelen
Alleen van toepassing wanneer een optionele tank voor warm
tapwater geplaatst werd.
ERHQ011~016BA+ERLQ011~016CA + EHBH/X16CA
Daarbij
moet
ook
de
wordt,
zal
de
unit
de
(stiller,
groter
comfort
en
Beschrijving
Aangepaste AWT:
▪ Nee (standaard): uitgeschakeld.
Opmerking:
De
aanvoerwatertemperatuur moet op
de
gebruikersinterface
worden.
▪ Ja: geactiveerd
Opmerking:
De
aanvoerwatertemperatuur kan alleen
op de gebruikersinterface gelezen
worden
van
de
automatische
tussen
Beschrijving
Afgiftesysteem:
Reactietijd van het systeem:
▪ Snel Voorbeeld: Klein watervolume
en kleine ventilatorconvectoren.
▪ Langzaam
Voorbeeld:
watervolume,
vloerverwarminglussen.
Daikin Altherma - Lage Temperatuur Split
4P313776-1C – 2012.11
gewenste
gewenste
grotere
gewenste
ingesteld
gewenste
gewenste
koeling/
Groot
grote