Het geprojecteerde beeld aanpassen
De projectiehoek aanpassen
De projector is uitgerust met 1 snelle aanpassingsvoet en 1 aanpassingsvoet aan de
achterkant. Deze aanpassingsvoetjes passen de beeldhoogte en projectiehoek aan. Zo past
u de projector aan:
1.
Druk op de ontgrendelingsknop en til de
voorkant van de projector op. Zodra het beeld
op de gewenste plek is gepositioneerd, laat u
de ontgrendelingsknop los om de voet vast te
zetten op z'n positie.
2.
Verschroef de verstellervoet aan de achterkant
om de horizontale hoek bij te stellen.
Klap de voet in door de projector op te tillen en
druk op de ontgrendelingsknop. Laat vervolgens de
projector langzaam zakken. Draai de verstellervoet
aan de achterkant in de omgekeerde richting.
Wanneer de projector niet op een horizontaal
oppervlak wordt geplaatst of het scherm en de
projector niet loodrecht op elkaar staan, wordt het
geprojecteerde beeld trapeziumvormig
weergegeven. Om deze situatie te corrigeren, zie
"Keystone corrigeren" op pagina 20
Het beeld automatisch aanpassen
In sommige gevallen is het nodig om de beeldkwaliteit bij te stellen. Hiervoor drukt u op
AUTO op de projector of de afstandsbediening. Binnen 3 seconden past de ingebouwde
automatische bijstellingsfunctie de waarden van Frequentie en Klok aan, zodat er een
optimale beeldkwaliteit wordt geproduceerd.
De huidige signaalgegevens worden 3 seconden in de hoek van het scherm weergegeven.
Deze functie is alleen beschikbaar als pc-signaal (analoog RGB) is geselecteerd.
Het beeldformaat en de helderheid fijn afstellen
1.
Wijzig de grootte van het
geprojecteerde beeld met behulp
van de zoomring.
1
voor details.
2.
Stel het beeld scherp door aan de
focusring te draaien.
Kijk niet in de lens wanneer de
projectorlamp brandt. Het felle licht
kan schade toebrengen aan uw ogen.
Pas goed op als u op de
verstellerknop drukt want deze
bevindt zich vlak bij de afzuiging voor
de warme lucht.
Bediening
2
19