Basisfuncties
PRO-stand
U kunt foto's maken terwijl u verschillende opname-opties aanpast, zoals belichtingswaarde en ISO-waarde.
Tik in de lijst met fotostanden op MEER → PRO. Selecteer opties, pas de instellingen aan en tik op
een foto te maken.
Beschikbare opties
•
: een ISO-waarde selecteren. Hiermee wordt de lichtgevoeligheid van de camera bediend. Lage
waarden zijn voor stilstaande of helder verlichte objecten. Hogere waarden zijn voor snel bewegende of
helder verlichte onderwerpen. Hogere ISO-waarden kunnen echter tot beeldruis op foto's leiden.
•
: een geschikte witbalans selecteren, zodat afbeeldingen een levensecht kleurbereik hebben. U kunt
de kleurtemperatuur instellen.
•
: de belichtingswaarde wijzigen. Hiermee wordt bepaald hoeveel licht de sensor van de camera
ontvangt. Voor omstandigheden met weinig licht, moet u een hogere belichting gebruiken.
Panoramastand
Maak in de panoramastand een serie foto's en voeg deze samen om een brede scène te maken.
Tik op MEER → PANORAMA in de lijst met fotostanden.
1
2
Tik op
en beweeg het apparaat langzaam in één richting.
Zorg ervoor dat het beeld binnen het kader van de zoeker van de camera blijft. Als de
voorbeeldafbeelding buiten het lijnkader ligt of als u het apparaat niet beweegt, stopt het apparaat
automatisch met foto's maken.
3
Tik op
om te stoppen met foto's maken.
Vermijd het maken van foto's met onduidelijke achtergronden, zoals een lege lucht of een kale muur.
31
om