Basisfuncties
Geforceerd opnieuw opstarten
Als uw apparaat vastloopt en niet reageert, houdt u de zijtoets en de toets Volume omlaag meer dan
7 seconden tegelijkertijd ingedrukt om het apparaat opnieuw op te starten.
Alarmstand
U kunt het apparaat in de alarmstand zetten om het batterijverbruik te beperken. Bepaalde apps en
functies worden beperkt. In de alarmstand kunt u onder andere een alarmoproep uitvoeren, uw huidige
locatiegegevens verzenden naar anderen en een alarm laten afgaan.
Als u de alarmstand wilt inschakelen, houdt u de zijtoets ingedrukt en tikt u op Alarmstand. Of open het
meldingenvenster, veeg omlaag en tik vervolgens op
Tik op → Alarmstand uitschakelen om de alarmstand uit te schakelen.
De resterende gebruiksduur geeft aan wanneer de batterij leeg is. De gebruiksduur is afhankelijk van
uw apparaatinstellingen en de gebruiksomstandigheden.
Eerste instelling
Wanneer u het apparaat voor het eerst inschakelt of na het herstellen van de fabrieksinstellingen, volgt u de
instructies op het scherm om uw apparaat in te stellen.
Als u geen verbinding met een Wi-Fi-netwerk maakt, kunt u mogelijk enkele apparaatfuncties niet
instellen tijdens de eerste installatie.
→ Alarmstand.
21